Author: PierreBrx

  • Onderwijs hervormen zonder centen?

    De grote onderwijshervorming moest het orgelpunt worden voor het beleid van onderwijsminister Pascal Smet (SP.a), maar het draaide uit op een valse noot. De hervorming zal later vooral herinnerd worden als de oorzaak van de grootste ruzie die deze Vlaamse regering ooit meemaakte. Door het gekibbel verdween het debat over de inhoud van de hervorming naar de achtergrond. Er kwam geen antwoord op de belangrijkste vraag die vele leerkrachten, leerlingen en ouders zich stellen: “Hervormen: wie gaat dat betalen?”

    Artikel door een militant van ACOD-onderwijs

    Van uitstel naar afstel?

    Op minder dan één jaar van de “moeder der verkiezingen” bleken de spanningen tussen de coalitiepartners zo hoog opgelopen te zijn dat de Vlaamse regering uiteindelijk niet anders kon dan de onderwijshervorming door te schuiven naar de volgende regeerperiode. De principes over de hervorming werden in algemene termen vastgelegd, maar een volgende regering moet over de uitvoering beslissen. “De kiezer zal haar stem kunnen uitbrengen over de hervorming,” klonk het.

    De keuze is echter beperkter dan de gevestigde partijen laten uitschijnen. Hoezeer de regeringspartijen ook overhoop mochten liggen over de plannen van Pascal Smet, over één zaak waren ze het eens: een fundamentele verhoging van de publieke middelen voor onderwijs om de hervorming goed te laten verlopen, is uitgesloten. De groots opgezette onderwijshervorming moet zonder extra middelen gebeuren.

    Op zich bevatten de hervormingsplannen interessante ideeën: een brede eerste graad zonder opdeling in verschillende onderwijstypes, de grenzen tussen ASO, TSO, BSO en KSO verkleinen,… Leerlingen moeten een “bredere” opleiding kunnen krijgen, en niet op jonge leeftijd voor een definitieve keuze worden geplaatst tussen “verder studeren” of “een vak leren”. Op zich zijn dit nobele doelstellingen. De belangrijkste vraag is echter: welke middelen worden voorzien om een dergelijke hervorming goed te laten verlopen?

    Schrik in de leraarskamer

    Op een moment dat de discussie binnen de Vlaamse regering muurvast zat, verklaarde de topvrouw van het Katholiek Onderwijs in Vlaanderen, Mieke Van Hecke, dat de tegenstand van N-VA “de schrik in de leraarskamer voor hervormingen” vertegenwoordigde. De uitspraak was weinig respectvol voor al die leerkrachten die zich dagelijks met hart en ziel inzetten om hun leerlingen degelijk onderwijs te bieden, maar terecht vrezen dat de nieuwe hervormingen zonder bijkomende middelen opnieuw op de rug van het onderwijspersoneel zullen terechtkomen.

    De voorbije jaren zagen leerkrachten hun werklast voortdurend toenemen onder druk van een niet aflatende reeks van hervormingen zonder extra middelen en begeleiding om alles goed te laten verlopen. En als er dan al eens ondersteuning werd voorzien (zoals het Steunpunt GOK bij de hervorming rond Gelijke OnderwijsKansen), werd deze bij de eerste de beste besparing opnieuw geschrapt en mochten leerkrachten het opnieuw zelf uitzoeken.

    Daar ligt de “vrees van de leraarskamer”: hoe kan men een brede eerste graad organiseren als er niet genoeg leerkrachten zijn om in te staan voor een degelijke begeleiding van leerlingen die minder sterk staan in bepaalde vakken of domeinen? Hoe moeten scholen “verbreden” als er geen middelen zijn voor aanpassingen aan gebouwen, ateliers, klassen? Hoe moet de kwaliteit van het onderwijs worden gegarandeerd als leerkrachten met een veel grotere en meer diverse groep leerlingen te maken krijgen, als er geen begeleiding is, geen extra onderwijzend en administratief personeel? Veel leerkrachten vrezen dat ook deze hervorming opnieuw meer administratieve lasten bij het onderwijzend personeel zal leggen, zonder bijkomende ondersteuning en begeleiding.

    Welk onderwijs willen we?

    Het is ook belangrijk te stellen dat de discussie over welk soort onderwijs we wensen niet los staat van ontwikkelingen in de rest van de maatschappij. Het Vlaamse onderwijs is al sinds jaar en dag ondergefinancierd. Er zijn tekorten bij het aantal leerkrachten en scholen, schoolgebouwen die verouderd zijn, gebrek aan administratieve ondersteuning en algemene werkingsmiddelen. Jarenlange besparingen en onderindexeringen hebben geleid tot een situatie waarbij in Vlaanderen in 2009 slechts 4,49% van het BRP aan onderwijs werd besteed, een enorme daling tegenover de 7% uit de vroege jaren ’80.

    We kunnen ons ook vragen stellen bij de nauwe betrokkenheid van de bedrijfssector bij de huidige hervormingsplannen. Zijn bedrijven geïnteresseerd om leerlingen een brede, algemene opleiding te geven waarin hun zelfontwikkeling centraal staat? Of willen ze dat het onderwijs gewoon kant en klare arbeidskrachten levert? Bovendien staat de publieke financiering van het onderwijs onder het kapitalisme, en zeker in tijden van crisis, voortdurend onder druk. De keuze van welk onderwijssysteem we willen, wordt ook bepaald door de keuze van welke maatschappij we willen…

    Socialisten komen op voor een maatschappij waarin rijkdommen democratisch worden beheerd en ingezet worden ten dienste van hele bevolking. Kennis en technologie worden gebruikt om de arbeidstijd te verkorten en te vergemakkelijken. Het onderwijs kan dan rekenen op voldoende middelen om haar rol ten volle kunnen spelen: het vormen van de toekomstige generaties tot mondige en kritische mensen, eerder dan kant-en-klare arbeidskrachten voor de arbeidsmarkt. Het onderwijs moet zorgen voor een zo breed mogelijke vorming waarbij jongeren al hun talenten ten volle kunnen ontwikkelen.

    Lees ook:

  • Weg met de monarchie, voor een democratisch socialistische republiek!

    Het aftreden van koning Albert II kwam niet helemaal als een verrassing. De vele schandalen waarin de koninklijke familie de voorbije maanden verzeild geraakte, deden vermoeden dat een troonsafstand steeds waarschijnlijker werd. Met het aantreden van kroonprins Filip is er echter weinig ruimte voor enthousiasme: het gezicht verandert, het feodale instituut blijft bestaan.

    Door Tim (Brussel)

    We zullen ons de komende weken mogen schrap zetten tegenover alle Disney-achtige propaganda rond het koningshuis waarmee de traditionele media ons rond de oren zullen slaan. Welke gekroonde hoofden worden uitgenodigd voor de kroning van Filip, welke kleur zal het kleedje van prinses Elizabeth zijn, welke hoed zal koningin Fabiola dragen, etc.: de kranten zullen snel gevuld zijn.

    Als socialisten koesteren we deze romantische gevoelens voor de monarchie niet. Voor ons is het Belgisch koningshuis in de eerste plaats een hopeloos verouderd instituut, een antiek relikwie uit de feodale maatschappij, opgepoetst en aangepast aan het kapitalisme om de belangen en privileges van de kapitalistische elite te helpen verdedigen, in veel gevallen het meest reactionaire deel van die elite.

    De Belgische monarchie: een creatie van de burgerij en het imperialisme

    De installatie van het Belgisch koningshuis was het resultaat van een akkoord tussen de Belgische burgerij en de belangrijkste imperialistische grootmachten in Europa. Na het congres van Wenen in 1815 vormde België het meest zuidelijke deel van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. België was ook veruit het meest geïndustrialiseerde deel van dat koninkrijk, en kende al vroeg een vrij omvangrijke industriële arbeidersklasse. Het ongenoegen over het autoritaire en elitaire beleid, gekoppeld aan de absolute miserie waarin de meeste arbeiders in die tijd moesten leven, zorgde in de jaren ’20 van de 19de eeuw tot een hele reeks van protesten en spontane acties, die in 1830 uiteindelijk uitmondden in een massale opstand. Arbeiders kwamen massaal de straat op, bezetten fabrieken en openbare gebouwen, en wisten de Nederlandse troepen in Brussel uit de stad te verdrijven. De opstandelingen inspireerden zich op de Franse revolutie uit 1789: Franse vlaggen verschenen overal in het straatbeeld, en de Marseillaise weergalmde doorheen de arbeiderswijken.

    De Belgische burgerij was de opstand in eerste instantie niet goed gezind, maar begreep al snel dat ze de beweging zelf in handen moest nemen om haar eigen positie te kunnen handhaven. Burgermilities werden opgericht om de opstand onder controle te krijgen, en de arbeidersopstand werd omgevormd tot een nationale onafhankelijkheidsstrijd. De burgerij deed enkel symbolische toegevingen aan de beweging: zo werd de traditionele Brabantse horizontale driekleur 90° gedraaid om meer te lijken op de Franse vlag, een revolutionair symbool in de vroege 19de eeuw, maar het gebrek aan een onafhankelijke politieke organisatie van de arbeidersklasse maakte dat de Belgische burgerij de zaakjes al gauw stevig in handen had.

    In de eerste maanden na de opstand was België een republiek, bestuurd door een grondwetgevende vergadering: het Nationaal Congres. De Belgische burgerij bleek echter al snel te zwak om haar eigen boontjes te doppen: een inval van het Nederlandse leger kon uiteindelijk enkel afgewend worden door militaire tussenkomst vanuit Frankrijk. Wanhopig op zoek naar buitenlandse steun kwamen ze onder meer in de open armen van de rijke bankiersfamilie Rothschild terecht.

    De Rothschilds waren meer dan bereid een handje toe te steken: de rijke ertsvelden in België beloofden interessante investeringsmogelijkheden, maar de bankiers stelden wel een aantal voorwaarden. Eén daarvan was de installatie van een stabiele monarchie die de belangen van het grootkapitaal moest kunnen verdedigen. De Rothschilds waren zelfs zo vrij hun eigen kandidaat-koning naar voren te schuiven: Leopold van Saksen-Coburg-Gotha, een werkloze edelman die zijn tijd verdeelde tussen het Engelse hof van koningin Victoria, en de gokhuizen in Londen. Leopold zelf zat niet te wachten op een koningsbaantje in wat hij een “miezerig landje met middelmatige politici en miserabel weer” noemde, maar had zich door zijn gokverslaving zo diep in de schulden gewerkt, dat hij wel verplicht was om de job aan te nemen: de Rothschilds waren immers bereid zijn schulden af te betalen als hij naar Brussel zou gaan. Koning Leopold I zou echter de rest van zijn leven blijven klagen over de situatie: het oorspronkelijke paleis was te klein en te vuil, en hij vond dat de Belgische grondwet hem te weinig macht toedeelde.

    De autoritaire tradities van de Saksen-Coburgs

    Dit soort autoritaire grootheidswaanzin zou de Saksen-Coburgs blijkbaar in de genen blijven zitten, ook na generaties van adellijke inteelt. Leopold II werd internationaal bekend als de "Slachter van Congo", ontelbare inwoners van het Centraal-Afrikaanse land verloren een hand of hun leven in opdracht van de koning, die persoonlijk eigenaar was van de gigantische Vrijstaat Congo. Grondstoffen en rijkdommen werden massaal uit het land geplunderd, en met de opbrengst bouwde hij megalomane prestigeprojecten die Brusselse burgerij moesten laten dromen dat ze konden wedijveren met hun Parijse klassegenoten. Koning Albert I gebruikte zijn autoriteit om tijdens de Eerste Wereldoorlog honderdduizenden jonge arbeiders in de gruwel van de loopgraven te jagen, terwijl hijzelf, op veilige afstand van het strijdgewoel, werkte aan zijn imago van "Ridder-Koning". Leopold III had meer dan oppervlakkige sympathieën voor de autoritaire ideeën van het fascisme, en beleefde relatief comfortabele oorlogsjaren als verdacht meegaande "gijzelaar" van de nazi’s tijdens de tweede wereldoorlog.

    De extreem autoritaire en oerconservatieve denkbeelden van de koninklijke familie (denk maar aan de crisis die Boudewijn in 1993 veroorzaakte door te weigeren zijn handtekening te plaatsen onder de abortuswet) zorgden meermaals voor diepe confrontaties tussen de Belgische arbeidersklasse en de monarchie. Het hoogtepunt van die confrontaties was de “Koningskwestie” na de Tweede Wereldoorlog. Koning Leopold III wilde na de oorlog vrolijk terug keren uit "oorlogsvakantie", maar werd geconfronteerd met één van de grootste protestbewegingen uit de geschiedenis van de arbeidersbeweging: veel arbeiders vonden het onaanvaardbaar dat de koning tijdens de oorlog vrolijk op de thee ging bij Hitler, en daarna in relatief comfortabele omstandigheden in “ballingschap” was gegaan. Deze luxe stond in fel contrast met de ontberingen van de bezetting, en de risico’s die tienduizenden verzetslieden al die jaren hadden gelopen. De "Koningskwestie" werd uiteindelijk "opgelost" door de troonsafstand van Leopold ten voordele van zijn oudste zoon Boudewijn. Een aantal medestanders van de autoritaire koning uitte hun frustraties over de situatie door enkele weken later de communistische politicus Julien Lahaut te vermoorden, omdat hij tijdens de eedaflegging van koning Boudewijn in het parlement de gevoelens van zovele arbeiders uitdrukte door "Vive la République" te roepen.

    Autoriteit van de monarchie onder druk

    Meermaals werd de monarchie door de Belgische burgerij als symbool naar voren geschoven van het status-quo in het land. Vaak poogt men deze rol progressief voor te stellen als "de monarchie als behoeder van de eenheid van België", maar in realiteit speelde de koning vooral een rol als verdediger van de elite in de maatschappij. Tijdens de Witte Woede in de nasleep van de Dutroux-affaire in 1996 werd de koning ingezet om het diepgeworteld maatschappelijk ongenoegen af te leiden, en er alle politieke inhoud die het systeem in zijn geheel in vraag stelde weg te duwen. Telkens wanneer een politieke crisis de autoriteit van de traditionele partijen aantast, werd het moreel gezag van de koning uitgespeeld om dat vertrouwen te herstellen.

    De voorbije jaren en maanden is dat moreel door een heel aantal schandalen zwaar op de proef gesteld. In tijden van crisis stellen steeds meer mensen zich de vraag bij de hoge kost van monarchie, de royale dotaties en de spilzucht op kosten van de gemeenschap. De koninklijke familie leeft een leven van luxe, paleizen, dure wagens, jachten en privé-vliegtuigen, terwijl de meerderheid van de bevolking haar levensstandaard systematisch ziet aangevallen worden door nieuwe besparingen van de regering. Er zijn ook bedenkelijke financiële constructies die verschillende leden van de koninklijke familie hebben opgezet: de “Stichtingen” van prins Laurent of van koningin Fabiola, die op zoek ging naar constructies om erfenisrechten te ontduiken. De voorbije weken kwam bij al die schandalen ook nog eens de hele kwestie rond Delphine Boël bij, de onwettige dochter van koning Albert I. De halsstarrige, egoïstische en hardvochtige houding van de koning heeft er voor gezorgd dat de vorst bij velen heel wat respect verloren heeft. Vermoedelijk zullen er de komende weken enthousiaste pogingen ondernomen worden om een sprookjessfeer te creëren rond het koningshuis om dat gezag terug te herstellen.

    Als socialisten zijn we voor de afschaffing van de monarchie. We gaan echter verder dan een burgerlijk republikanisme. We hebben bijvoorbeeld geen enkele illusie in een burgerlijke republiek, gelijk op welke manier zo’n president dan mag verkozen worden. Wij komen op voor een democratisch socialistische republiek: een maatschappij waarin de financiële sector, openbare diensten en de belangrijkste bedrijven onder democratische controle staan van de bevolking, en waarin de rijkdom die geproduceerd wordt ten dienst kan staan van de behoeften van iedereen. De privileges van de monarchie hebben in zo’n maatschappij geen plaats, evenmin als het winstbejag van de kapitalistische elite in deze maatschappij.

  • Besparingen werken niet. Organiseer het verzet!

    Zelfs de meest optimistische economische voorspellingen gaan ervan uit dat de werkloosheid in ons land de komende jaren blijft toenemen tot 12,7% in 2014. Het Federaal Planbureau verwacht voor dit jaar een nulgroei en voor volgend jaar een groei van 1,1%. Economische voorspellingen hadden de afgelopen jaren slechts één constante: de werkelijkheid was steeds negatiever dan het natte vingerwerk van de voorspellingen. Wie gelooft nog de voorspellingen van economen die de crisis niet zagen aankomen?

    Artikel door Geert Cool uit de zomereditie van ‘De Linkse Socialist’

    Met de slechte economische omstandigheden weerklinkt een luid koor van Europese commissarissen, neoliberale politici van diverse kleuren, patronale woordvoerders en andere bankiers. Allemaal roepen ze om nieuwe besparingen en lastenverlagingen. Een zieke patiënt die niet geneest van de toegediende geneesmiddelen, moet volgens hen gewoon meer van dezelfde geneesmiddelen krijgen. Voor deze besparingsjunkies zal het nooit genoeg zijn. Zelfs als onze levensstandaard volledig is afgebroken, zullen ze nog roepen om extra maatregelen.

    Zelfs een aantal topeconomen van grootbanken durfde het aan om te pleiten voor extra besparingen om de openbare schuld af te bouwen. Dat de reddingsoperatie voor de banken die schulden de hoogte heeft ingejaagd, doet voor hen natuurlijk niet ter zake. Neen, dat was om de economie overeind te houden. Als vandaag iemand durft opwerpen dat de grote banken en grote bedrijven meer zouden moeten bijdragen aan de gemeenschap – in plaats van hun vermogen in belastingparadijzen verder op te bouwen – wordt dat afgedaan als een aanslag op de concurrentiepositie en de economie.

    Voor het patronaat en haar politieke marionetten is het duidelijk: de gewone werkenden en hun gezinnen moeten opdraaien voor de crisis. Het zijn haaien die bloed geroken en geproefd hebben en steeds meer bloed willen. De Griekse toestanden hebben zich al uitgebreid doorheen zuidelijk Europa, maar het houdt daar niet op. Ook in ons land bereidt de regering-Di Rupo een nieuwe besparingsronde voor. Er moet dit jaar nogmaals 0,5 tot 1 miljard euro gevonden worden en volgend jaar volgt minstens 3,5 miljard. En dat terwijl er nu al grote tekorten zijn voor de gewone bevolking. De regering stopt zich weg achter Europa, hetzelfde Europa waar nationale politici als De Gucht of Van Rompuy na hun nationale carrière nog wat bijklussen. Het Europese besparingsbeleid wordt uitgetekend door politici die op nationaal vlak hetzelfde beleid voeren. Het is dan ook hypocriet om zich achter dit niveau weg te steken. Straks zullen de lokale besturen hetzelfde doen met het federale niveau.

    Volgens het monitoringcomité moeten de steden en gemeenten op zoek naar 1 miljard euro aan besparingen, dat kan volgens de vakbonden 25.000 directe en 15.000 indirecte jobs kosten in Vlaanderen alleen. De regio’s moeten volgend jaar samen 267 miljoen euro ophoesten. De besparingslawine wordt op alle niveaus aangewakkerd. Als het niet meer lukt om zich achter een ander bestuursniveau weg te stoppen, zal het wapen van repressie nog meer aan belang winnen. Big GAS-Brother wordt nu al klaar gestoomd voor het grotere werk.

    Het ongenoegen tegenover de gevolgen van het besparingsbeleid is groot. Op 6 juni waren er volgens de vakbonden 35.000 betogers tegen de loonstop en voor een degelijk eenheidsstatuut voor arbeiders en bedienden. Op lokaal vlak zijn er eerste kiemen van verzet. Dit ongenoegen organiseren en samenbrengen, gekoppeld aan een discussie over een alternatief, dat is de uitdaging waar de arbeidersbeweging voor staat. Zwakheid aan onze kant zet aan tot nog meer patronale agressie.

    Er is nood aan een degelijk bediscussieerd actieplan dat van onderuit wordt gedragen en opbouwend is naar een of desnoods meerdere algemene stakingen. Tegelijk moeten we het neoliberale eenheidsdenken van de besparingspolitici van antwoord dienen. Dat doen we niet door in hun afbraaklogica mee te stappen om het ritme ervan te vertragen, maar wel door er een andere logica tegenover te plaatsen. Wij komen op voor een samenleving waarin niet de belangen van de 1% rijksten, maar die van de 99% armsten centraal staan. Een samenleving waarin de meerderheid van de bevolking democratisch mee beslist over wat en hoe er wordt geproduceerd en waarvoor het wordt aangewend. Kortom, een socialistisch alternatief op een kapitalisme dat ons enkel maar crisis en uitzichtloosheid te bieden heeft.

  • Terug van niet weg geweest – de Egyptische revolutie

    Terug van niet weg geweest – de Egyptische revolutie

    De eerste verjaardag van het aan de macht komen van Morsi ging gepaard met zelfs grotere betogingen dan diegene die het regime van Hosni Moebarak in januari 2011 ten val brachten. Volgens bronnen van het leger en het ministerie van Binnenlandse Zaken waren er enorm veel betogers, de cijfers variëren van 14 tot 17 miljoen betogers op 30 juni in tal van steden en dorpen in heel het land.

    David Johnson (Socialist Party Engeland/Wales)

    Met een petitie waarbij een controle van de identiteitskaart gebeurde werden 22 miljoen handtekeningen opgehaald voor de eis van het ontslag van Morsi. Dat is meer dan een kwart van de bevolking en veel meer dan de 13,2 miljoen mensen die voor Morsi stemden in de tweede ronde van de presidentsverkiezingen in 2012.

    Er waren grote groepen betogers op de pleinen van Caïro, Alexandrië en andere steden die de hele nacht ter plaatse bleven. Er werd voor morgen een nieuwe grote betoging aangekondigd. Kantoren van de Moslim Broeders werden aangevallen en er vielen doden toen vanuit deze gebouwen werd geschoten.

    De enorme betogingen vormen een nieuwe fase in de revolutie. Maar zoals we de voorbije jaren merkten, is het bij afwezigheid van een sterke socialistische beweging mogelijk dat andere krachten voordeel halen uit de beweging halen.

    Er zijn heel wat redenen voor de woede tegenover de regering van Morsi. Chauffeurs moeten tot zeven uur in de rij staan om te tanken. In heel wat gebieden wordt de stroom meer dan 10 uur per dag onderbroken. De Egyptische munt verloor 20% van haar waarde. Hierdoor schieten de voedselprijzen veel sneller de hoogte in dan de officiële inflatiecijfers, nu op 8,2% per jaar vastgesteld. De werkloosheid blijft alomtegenwoordig terwijl de economische groei vertraagt, onder meer door een daling van de buitenlandse investeringen en het toerisme. De bezettingsgraad in de hotels bedraagt amper 15% in Caïro en minder dan 5% in Luxor. Enkel rond de Rode Zee doen de resorts het nog goed.

    Beleid van Moebarak wordt verdergezet – protest zwelt aan

    Een aantal zakenlui die bevriend waren met Moebarak worden door de regering aangehaald. Sommige zakenlui die vervolgd werden voor corruptie onder Moebarak, worden nu buiten vervolging gesteld. De Egyptian Business Development Association, opgezet door een prominente zakenman van de Moslim Broederschap (MB), Hassan Malek, brengt kapitalisten bijeen om de regering te beïnvloeden. Dat gebeurt op dezelfde manier als Gamal, de zoon van Moebarak, het vroeger deed.

    Heel wat mensen zijn bang dat een nieuw corrupt regime onder leiding van de Moslim Broederschap wordt gecreëerd. Er is woede tegenover het feit dat Morsi leden van MB aanstelt op publieke posten, zoals gouverneurs maar ook op leidinggevende posities in de officiële vakbondsfederatie. Journalisten liggen onder vuur als ze berichten over betogingen en acties tegen het regime, een aantal gekende critici van de MB hebben hun job in de staatsmedia verloren. Komieken werden opgepakt omdat ze de president beledigden. Zelfs zangers en muzikanten van de opera van Caïro gingen in staking uit solidariteit met de directeur die in mei werd afgedankt.

    Het aantal protestacties lag volgens het International Development Centre nog nooit zo hoog. In het laatste jaar van het Moebarak-regime waren er gemiddeld 176 protestacties per maand. In 2013 zijn dat er 1.140 per maand, met een totaal van 9.427 acties in het eerste jaar van het presidentschap van Morsi. De helft waren arbeidersacties met 1013 stakingen en 811 zitstakingen. Er waren 500 betogingen en 150 wegblokkades.

    Diegenen die hoopten dat de val van Moebarak het begin zou vormen van een tijdperk van democratische rechten, kwamen bedrogen uit. Het nieuwe regime neemt immers steeds meer repressieve maatregelen. Terwijl de zakenlui die met Moebarak bevriend waren vriendschappelijk worden behandeld, gaf de minister van Luchtvaart bevel om 15 arbeiders van de luchthaven van Caïro af te danken na hun deelname aan een staking. Vijf dokwerkers in Alexandrië werden veroordeeld tot drie jaar celstraf omdat ze in oktober 2011 een staking leidden. In beroep werd die straf ingetrokken.

    Op 26 juni beloofde Morsi nieuwe maatregelen tegen het ‘overlast’ en ‘terrorisme’, waarbij onder meer over wegblokkades werd gesproken. Het is een weinig bedekt dreigement dat er bijkomende repressie komt tegen arbeiders die in actie komen om hun leven en hun gemeenschappen te verdedigen.

    Betogingen van 30 juni

    In april hebben voormalige leden van Kefaya – de groep die acties voor democratische rechten organiseerde onder Moebarak – een nieuwe actiegroep opgezet: Tamarod (Rebel). De campagne stelde zich tot doel om 15 miljoen handtekeningen op te halen in een petitie voor het ontslag van Morsi. De petitie benadrukte de dringende democratische, sociale en economische thema’s. De tekst stelde dat er geen gerechtigheid is voor de martelaars die vermoord werden door de veiligheidsdiensten van Moebarak tijdens de opstand. De ‘armen hebben geen plaats in de samenleving’, de economie is ‘ineengestort’ en de regering moet bij het IMF ‘smeken’ voor leningen. Het regime van Morsi is veroordeeld tot het slaafs ‘volgen van de VS’. Op een paar weken tijd waren er 6.000 vrijwilligers om met de petitie rond te gaan en waren er op Facebook 100.000 volgers. Heel wat bestaande politieke oppositiekrachten hebben de campagne ondersteund. Het ging onder meer om de Jongerenbeweging van 6 april, de liberale Grondwettelijke Partij, de Socialistische Volksalliantie en de partij Sterk Egypte rond de voormalige MB-leider Abdel-Moneim Abul-Fotouh die in de presidentsverkiezingen tegen Morsi was gekant.

    Het doel van de actiegroep is om “de fouten van de afgelopen periode te vermijden en de weg van de revolutie van 25 januari verder te bewandelen”. Dat is hoe Mohamed Abdel Aziz, mede-oprichter van Tamarod, het omschreef. De organisatoren van de betogingen van 30 juni stelden dat er “geen vlaggen of spandoeken” zouden meegedragen worden, “met uitzondering van Egyptische vlaggen en foto’s van de martelaren van Egypte, in het bijzonder die van de revolutie van 25 januari”.

    Nood aan arbeiderspartij

    Er is een begrijpelijke roep naar eenheid en het anti-partijgevoel weerspiegelt de breed gedragen ontgoocheling tegenover de tientallen partijen die ontstonden na de val van Moebarak. De meeste partijen riepen op tot een vorm van kapitalistische democratie, zonder in te gaan tegen de echte heersers in Egypte – de niet verkozen grote zakenlui en generaals. Het enthousiasme van de partijleiders voor goed betaalde postjes heeft het vertrouwen onder de arbeiders en armen niet bepaald versterkt.

    Diegenen ter linkerzijde die in Morsi in de tweede ronde van de presidentsverkiezingen vorig jaar steunden tegen de kandidaat die uit het Moebarak-regime kwam, hebben de verwarring verder versterkt. Het gaat onder meer om de Revolutionaire Socialisten (RS). De ontwikkeling van onafhankelijke acties en de organisatie van de arbeidersklasse en de armen is belangrijk, ze moeten een eigen massapartij vormen om op te komen voor hun belangen en democratische rechten.

    Tamarod roept op voor het ontslag van Morsi om hem gedurende zes maanden te vervangen door een onafhankelijke premier die aan het hoofd zal staan van “een technocratische regering die als belangrijkste doel heeft om een dringend economisch plan op te maken om de Egyptische economie te redden en een beleid van sociale rechtvaardigheid te voeren.”

    Het ‘redden van de Egyptische economie’ betekent onder het kapitalisme dat er extra aanvallen komen op de arbeiders en armen met besparingen op de overheidssubsidies voor basisproducten en meer privatiseringen om het IMF tevreden te stellen. Dit gaat regelrecht in tegen de eisen van januari 2011 voor brood, vrijheid en sociale rechtvaardigheid.

    De arbeiders en armen willen een leefbaar minimumloon, een kortere arbeidsweek zonder loonverlies, een massaal programma van investeringen in huisvesting, onderwijs, gezondheidszorg en openbaar vervoer. Dat zou ook de broodnodige jobs creËren. Socialistische eisen gecombineerd met een programma van democratische rechten zouden een brede steun krijgen als een arbeiderspartij deze naar voor zou brengen. Zo’n partij kan opgebouwd worden vanuit de groeiende vakbonden.

    Als er geen dergelijk programma naar voren wordt geschoven, dan kunnen de MB-leiders zich op een conservatieve laag onder de arme massa’s blijven baseren, zeker op het platteland is dat geval. Net zoals Erdogan in Turkije in staat was om significante aantallen betogers te mobiliseren – er waren grote betogingen om Morsi te ondersteunen. Zo waren er op 21 juni ongeveer 100.000 betogers in Caïro, maar op 30 juni zou dat aantal al veel lager gelegen hebben. Een socialistisch programma dat zich baseert op de klassenbelangen van de armen en dat ingaat tegen de zakelijke belangen van verschillende leidinggevende MB-leden zou een groot deel van de steun voor Morsi kunnen ondermijnen.

    Militaire staatsgreep?

    Generaal Abdul Fattah Al-Sisi, de bevelhebber van het leger en minister van Defensie, stelde op 23 juni dat het leger mogelijk moet tussenkomen om te vermijden dat het land “weg glijdt in een donkere tunnel van criminaliteit, verraad, sectaire tegenstelling of een instorting van de staatsinstellingen.” Op maandag 1 juli gaven topofficieren van het leger een ultimatum aan Morsi en de leiders van de politieke oppositie. Ze moeten binnen de 48 uur een akkoord sluiten en de polarisatie in het land stoppen.

    Wat de generaals en de volledige heersende klasse vooral vrezen, is onafhankelijke massa-actie door de arbeiders en jongeren. Dat zou hun centrale belangen bedreigen. Daarbovenop zijn er elementen verbonden met het oude regime die hun belangen verdedigen en er is ook het VS-imperialisme. De generaals lijken niet zelfzeker genoeg om een directe militaire tussenkomst te organiseren. Maar dat is een momentopname. Ze lijken zich te willen opstellen als ‘scheidsrechters’ die proberen een vorm van regering van ‘nationale eenheid’ op te zetten.

    Sommige leiders van Tamarod nemen een gevaarlijk standpunt in als ze ruimte openlaten voor een eventuele steun aan een militair regime. Mahmoud Badr, een woordvoerder van de groep, verwelkomde de verklaring van de militaire leiders. “Het leger beantwoordt de eisen van de bevolking”, stelde hij. De betogers op Tahrir juichten toen ze het nieuws hoorden. Ze riepen de slogan: “Het leger en het volk staan aan dezelfde kant”.

    Het ziet er naar uit dat de VS-regering achter de schermen haar steun aan Morsi heeft opgezegd om op het leger in te zetten als beste manier om het land en de kapitalistische economie te stabiliseren. Op 1 juli namen tien ministers ontslag, wat er op kan wijzen dat Morsi de strijd wil aangaan om langer aan de macht te blijven. Morsi probeert de aandacht van de kritiek van de MB af te leiden en wijst op de verantwoordelijkheid van de “vroegere medestanders” van het oude regime die zouden samenzweren tegen zijn regime. Op 2 juli verwierp hij de eisen van het leger.

    De meeste hooggeplaatste militairen willen geen directe verantwoordelijkheid voor de regering opnemen. Toch niet op dit ogenblik. Maar er zijn ongetwijfeld elementen in het leger en de veiligheidsdiensten die hun vroegere machtspositie terug willen heroveren. Het leger bezit sleutelsectoren van de economie, topmilitairen verdienen daar fortuinen mee. Ze willen economische en politieke stabiliteit, net zoals andere kapitalistische zakenlui dat willen.

    Het is slechts 18 maanden geleden dat het leger op betogers schoot in Caïro. Gelijk welke regering – of die nu islamistisch of seculier, burgerlijk of militair is – die de verderzetting van het kapitalisme verdedigt, zal steeds ingaan tegen de belangen van de overgrote meerderheid van de Egyptische bevolking.

    Dreiging van sectaire confrontaties

    De afwezigheid van een programma dat op de dagelijkse bekommernissen van de arbeiders inspeelt, laat een gevaarlijk vacuüm vallen waarin het sectaire gif een sterke verspreiding kan kennen. Koptische christenen voelden zich al bedreigd door het programma van islamisering onder het MB-bewind en door de aanvallen op kerken.

    Morsi en de MB hebben steun gegeven aan de reactionaire sjeiks uit Saoedi-Arabië en de Arabische Golf in het ondersteunen van de Soennitische oppositie tegen het regime van Assad in Syrië. Er zijn drie miljoen sjiieten in Egypte. Extremistische salafisten hebben uitgehaald naar de sjiieten in het land, een parlementslid omschreef hen als “gevaarlijker dan naakte vrouwen” en een bedreiging voor de nationale veiligheid. Deze sectaire tegenstellingen zorgden ervoor dat er op 23 juni een aanval door een 3.000-tal mensen was op huizen van sjiieten in het dorp Zawyat Abu Musulam. Daarbij werden vier mannen uit hun huizen gesleurd en vermoord.

    Voor een arbeidersregering en socialistische democratie

    Socialisten en syndicalisten kunnen bouwen aan bewegingen die de sectaire tegenstellingen overstijgen. Dat kan rond een programma van solidariteit van onderdrukten tegen de gezamenlijke vijand van de grote bedrijven, zowel uit eigen als uit andere landen. De massastrijd die begon met de revolutie in 2011 gaat verder. Er werden heel wat onafhankelijke vakbonden opgezet. Morsi wees er zelf op dat er de afgelopen 12 maanden 4.900 stakingsacties waren. Een algemene staking kan de onderdrukte lagen van de samenleving bijeenbrengen en kan heel wat steun krijgen van grote delen van de middenklasse. Een algemene staking mag zich echter niet beperken tot het omverwerpen van een dictator om die te vervangen door een andere, los van de vraag of het een generaal, zakenman of een andere kapitalistische politicus is.

    Met democratisch verkozen stakerscomités en massale actiecomités in de werkplaatsen, op lokaal vlak en in de scholen, kan een programma van echte revolutionaire verandering worden uitgewerkt. Deze comités kunnen zich op lokaal en nationaal niveau verenigen en de basis leggen voor een regering van vertegenwoordigers van arbeiders en armen.

    Een oproep aan de arbeiders en armen in de hele regio om gelijkaardige acties tegen armoede, sectarisme en repressie op te zetten, kan de basis vormen voor een beweging voor socialisme doorheen het Midden-Oosten en Noord-Afrika.

  • Protest tegen bezoek van Obama aan Zuid-Afrika

    Op zaterdag 22 juni was er aan de centrale ingang van de universiteit van Johannesburg een protestactie van verschillende studentenbewegingen en organisaties. De actie was gericht tegen de beslissing om een eredoctoraat te geven aan de Amerikaanse president Obama. Onder de actievoerders waren er militanten van de South African Student Congress, verschillende afdelingen van COSATU, SAPO en de Democratic Socialist Movement (DSM).

    Verslag door Mukondeleli Nekhemiyah Oracle Mulaudzi, DSM. De foto’s bij dit artikel zijn van nog een andere protestactie in het kader van het bezoek van Obama

    We protesteerden tegen wat een misdaad tegen de mensheid is, met name de beslissing van de universiteit van Johannesburg om een eredoctoraat aan de Amerikaanse president Obama toe te kennen.

    Er waren ongeveer 150 betogers ook al is het vakantie voor de studenten. De actie was erg levendig en trok naar de centrale toegang van de universiteit. Daar stond een grote groep private veiligheidsagenten.

    Wat heeft Obama ooit gedaan voor Zuid-Afrika, Afrika of de mensheid in het algemeen om geëerd te worden door de universiteit? De Amerikaanse president vertegenwoordigt een bewind dat verantwoordelijk was voor het bloedbad in het Midden-Oosten maar ook in Afrika. Het is vooral door het Amerikaanse kapitalisme en imperialisme dat de grondstoffen van Afrika worden geplunderd met armoede als gevolg en dit ondanks de aanwezigheid van een enorme rijkdom aan grondstoffen in de bodem. Om het nog erger te maken, blijven de Afrikaanse arbeiders als goedkope werkkrachten uitgebuit worden om de belangen van de Europese en Amerikaanse kapitalisten te dienen.

    Het kapitalisme en de hebzucht leiden tot enorme ecologische vernietigingen en zorgen overal voor samenlevingen die gekenmerkt worden door ongelijkheid en onrechtvaardigheid. Obama zit op de troon van het imperium dat erop toekijkt dat dit onrechtvaardige sociaal-economische systeem in stand blijft. Dat is waarom onze eerbiedwaardige universiteit Obama wil eren.

    Alle retoriek over de ‘massavernietigingswapens’ en de ‘oorlog tegen het terrorisme’ van de regering-Bush zijn overgeërfd door de regering-Obama. Vandaag wordt deze retoriek gericht tegen Iran met discussie in de heersende kringen in de VS over hoe tegen Iran kan gereageerd worden.

    In zijn eerste verkiezingscampagne beloofde Obama dat hij voor verandering en verbetering zou zorgen. Hij beloofde dat de VS een betere verhouding zouden hebben met de rest van de wereld. Hij beloofde troepen uit Irak terug te trekken en om de gevangenis van Guantanamo te sluiten. Het eerste wat hij deed als president was het sturen van extra troepen naar Irak. Het buitenlandse beleid van de VS is amper veranderd en de gevangenis van Guantanamo is vandaag nog steeds in gebruik.

    De regering-Obama doet bovendien steeds meer beroep op drones in onder meer Afghanistan, Pakistan en elders. Dat zijn onbemande bommenwerpers die vele onschuldige slachtoffers maken.

    Het zijn maar een paar voorbeelden uit de lange geschiedenis van overheersing, onderdrukking en imperialisme. Uiteindelijk maakt het weinig verschil uit of de Democraten of de Republikeinen aan de macht zijn, beide grote partijen verdedigen de belangen van het VS-imperialisme. De retoriek dat de VS opkomt voor vrede, democratie en rechtvaardigheid wordt in de praktijk voldoende tegengesproken.

    In die zin kan het eredoctoraat voor Obama gezien worden als een steunbetuiging aan het VS-imperialisme en het beleid waar dat imperialisme voor staat. Er wordt hulde gebracht aan een imperium dat de ene misdaad na de andere aanricht zonder daar ooit voor gestraft te worden.

    Ik ben niet gewoon om te betogen, maar rond deze kwestie vind ik het als student belangrijker om erbij te zijn. Na de actie van 22 juni volgde een nationale actiedag op 28 juni met een betoging naar de Amerikaanse ambassade. Een dag later wordt op de campus van de universiteit betoogd. Dit zijn niet gewoon anti-Obama acties, maar acties tegen het beleid waar de Amerikaanse president voor staat. Het is een onderdeel van onze strijd voor rechtvaardigheid en gelijkheid.


    Foto’s van protestactie tegen Obama

  • Eerste betoging tegen GAS-boetes. Dit was maar het begin!

    De betoging van afgelopen zaterdag was opvallend. Vlak aan het begin van de zomervakantie – en dus net na de examenperiode – een jongerenmobilisatie op poten zetten, is immers niet evident. Het succes van de betoging toont het potentieel van een beweging rond dit thema. Er werd meteen een afspraak gemaakt voor een volgende betoging. Op 26 oktober wordt extra tegengas gegeven!

    Foto: Pavel (op flickr.com vind je zijn volledige set foto’s van de betoging!)

    De betoging van afgelopen zaterdag werd ondersteund door een brede waaier van organisaties. Er waren leden van jeugdbewegingen maar ook van politieke organisaties. Naast LSP zagen we onder meer PVDA, Groen en Animo (ook al steunt de SP.a de uitbreiding van de GAS-regelgeving). Met zowat 1.500 aanwezigen was er een geslaagde opkomst, bovendien waren er honderden anderen die er niet bij waren maar de actie wel wilden ondersteunen.

    Bepaalde media hadden zaterdag wat moeite om een inschatting van de betoging te maken. De meeste nieuwssites kopieerden blindelings het bericht van persbureau Belga dat over “300 betogers” sprak. Het verschil tussen 300 en 1.500 is te frappant om van een ongelukkige telling te spreken. Ofwel had de betrokken correspondent onvoldoende tijd om te wachten tot de betoging volledig klaar stond, ofwel was er sprake van haast en spoed. Zoals we allemaal weten, is dat zelden goed. Het doet alleszins denken over wat we zo allemaal te lezen krijgen bij de gevestigde media.

    Op de betoging werd meteen duidelijk gemaakt dat dit maar een begin was. Een eenmalige betoging zal niet volstaan om het breed gedragen ongenoegen tegenover de GAS-boetes georganiseerd te krijgen. Met de campagne TegenGAS nemen we al een tijdje mee het voortouw voor een nationale betoging op 26 oktober. Er is ook een Franstalig platform StopSAC opgezet dat verschillende organisaties omvat en de centrale eisen van TegenGAS deelt. Op de betoging van afgelopen zaterdag is het eerste materiaal voor 26 oktober verspreid.

    In de zomerperiode willen we de campagne naar die betoging opbouwen. We kunnen daarbij niet rekenen op de gevestigde partijen – die ofwel voor de GAS-boetes stemmen ofwel deze GAS-boetes zelf mee opleggen waar ze aan de macht zijn – en al evenmin op de gevestigde media. We zullen het zelf moeten doen. TegenGAS vraagt je daarom om actief lid van de campagne te worden en mee te bouwen aan lokale mobilisatiecomités.

    Op de betoging van afgelopen zaterdag is een eerste stap gezet. Er werden alvast 24 nieuwe leden van TegenGAS gemaakt (het persbureau Belga beschikt wellicht over andere cijfers) en tientallen andere jongeren gaven hun naam op om mee te werken. De zomercampagne is hiermee goed begonnen. Zorg er mee voor dat in dit geval goed begonnen, meer dan half gewonnen is! Doe mee tegen besparingen, tegen repressie, tegen GAS!

    >> Facebook-evenement voor de betoging van 26 oktober

  • Huts op ramkoers met dokwerkers

    De liberale havenbaas Fernand Huts zit niet om een provocatie meer of minder verlegen. Het feit dat hij de toegang van de vakbonden tot Logisport, een dochter van Katoen Natie, liet ontzeggen, vormde een druppel die de emmer bij de dokwerkers deed overlopen. Het werk werd neergelegd. Huts stuurde deurwaarders naar alle stakers met een individuele schadeclaim van 16.000 euro. De professionele provocateur goot daarmee olie op het vuur en werd van antwoord gediend: de staking breidde uit.

    Onder dokwerkers leeft de vrees dat hun statuut wordt bedreigd. Er wordt langs alle kanten geprobeerd om het statuut van de dokwerkers aan te pakken. Vanuit Europa waren er pogingen om de havenarbeid te liberaliseren en tal van havenbazen doen er alles aan om zelf stappen in die richting te zetten. De liberaal Fernand Huts is daar één van. Die wil op zijn eentje het Duitse model van lage lonen en onzekere jobs in ons land invoeren. In de haven is het algemeen geweten dat Huts zijn personeel slecht betaalt en bovendien onregelmatige uren laat kloppen.

    Toen Huts de vakbonden de toegang tot Logisport liet ontzeggen, was er meteen de vrees dat daar niet-erkende dokwerkers werden ingezet. Het zou onder meer om Oost-Europese interimmers gaan. Hierop begon een staking bij KTN Terminals en vandaag werd ook bij ABES het werk neergelegd. Fernand Huts gooide vorige week olie op het vuur door deurwaarders met schadeclaims naar de stakende dokwerkers te sturen. Volgens Huts was de schade immers enorm, hij vroeg tot 16.000 euro per stakende dokwerker. Dat cijfer kunnen we best onthouden voor het ogenblik dat er nog eens loononderhandelingen zijn… Alleszins is het een schandalige provocatie die Huts niet kan waarmaken, vooralsnog heeft iedere werkende het recht om het werk neer te leggen.

    De stakende dokwerkers eisen dat een controle bij Logisport wordt doorgevoerd. Ze willen daarover onderhandelen met Huts, maar die zit in het buitenland. Om uitgebreid zijn mening in de pers te ventileren, heeft hij vanuit het buitenland anders wel voldoende tijd. De onderhandelingen laat hij over aan zijn zoon, maar in zijn verklaringen geeft hij aan niet te willen toegeven en een onderhandeling zondagavond draaide op niets uit omdat er langs werkgeverszijde niemand iets kon beslissen. Zijn zoon liet zich vooral opmerken door vandaag met de deurwaarders naar ABES te trekken om de stakende dokwerkers daar individueel te intimideren. In de familie-Huts valt de appel duidelijk niet ver van de boom. De dreiging van een schadevergoeding wil Huts “onmiddellijk intrekken zodra men opnieuw begint te werken.” Maar hij wil pas onderhandelen als hij terug in het land is, op 23 juli mag die ‘blijde intrede’ verwacht worden.

    Met zijn provocaties zoekt Fernand Huts een open oorlog met het havenpersoneel. Die strijd gaat niet over personen maar over het behoud van degelijke arbeidsvoorwaarden versus een totale afbraak ervan. Als het van Huts afhangt, wordt voor de afbraak gegaan en hij richt zich nu tegen al wie daartegen protesteert. Daartoe zet hij deurwaarders en dreigementen in. Er wordt geprobeerd om de dokwerkers individueel te intimideren, terwijl dit bij uitstek een collectief conflict is.

    Tegenover de wanhoopsdaden van een neoliberale extremist als Fernand Huts, is er nood aan eengemaakt verzet. De dokwerkers stellen zich samen op tegen de afbraak van hun statuut. Als Huts de oorlog verklaart aan de dokwerkers, is solidariteit onder en met de dokwerkers van groot belang. Deze ‘oorlog’ belang ons immers allemaal aan. Als Huts ermee weg komt, wordt een nieuwe stap gezet in de aanhoudende sociale afbraak.

  • LSP-Nieuws. In en om de partij

    We brengen op socialisme.be een regelmatige rubriek met nieuws vanuit LSP zelf. Deze rubriek moet een plaats bieden aan korte verslagen van acties, campagne-momenten,… Maar even goed voor aankondigingen van bijeenkomsten of oproepen. Nieuwe leden kunnen hier uitleggen waarom ze onze rangen vervoegd hebben.


    [box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]

    Noteer in je agenda

    • di. 2 juli. Antwerpen. Algemene ledenvergadering met voorstelling zomercampagnes: tegen de GAS-boetes en tegen fascistisch geweld. 19u30 café Multatuli
    • 4-7 juli. ALS Zomerkamp. Meer info
    • 22-26 juli. CWI Zomerschool
    • 26 juli – 4 augustus. Griekenland. Antifascistisch zomerkamp van YRE (Youth Against Racism) en Antinazi Zone
    • za. 24 aug. BBQ van LSP-Keerbergen
    • 26 oktober. Nationale betoging tegen GAS-boetes

    [/box]

    Waarom ik lid werd

    Kelly (Gent)

    There are alternatives! En een alternatieve samenleving is nodig! De democratie wordt uitgehold door het kapitalisme, ongelijkheid en onrechtvaardigheid nemen exponentieel toe. De vraatzucht van ons economisch systeem, de egoïstische en machtlustige geest van het beleid doordrongen van egotripperij, werkt de destructie van een ethische en sociale samenleving in de hand. Maar hoe lang zal het volk dit nog accepteren? De protesten die overal opduiken, tonen aan dat het volk het beu is. Sociale, economische, ecologische en politieke alternatieven worden naar voren geschoven (zie: www.bonnes-nouvelles.be). Samen met LSP wil ik voor deze alternatieven strijden en ze mee zichtbaar helpen maken.

    Ik moet bekennen, een zekere onverschilligheid en enig ongeloof in verandering hebben me zelf ook een tijd parten gespeeld. Maar bepaalde ontwikkelingen in mijn leven hebben mijn verdoken betrokkenheid naar boven gebracht, ik ben kritischer geworden, heb een ruimere kijk gekregen op de samenleving en ik ben mij grondiger beginnen interesseren in maatschappelijke problematieken. Twee maanden geleden ben ik ook lid geworden van LSP. Ondertussen heb ik binnen de partij al heel wat toffe mensen leren kennen en heb ik mijn kennis kunnen verruimen. Ik geloof 200% in de visie van LSP en wil dan ook iedereen oproepen om samen met ons te strijden voor een menswaardige en eerlijke samenleving.


    Syndicaal protest

    Afgelopen maandag was er een actiedag van de openbare sector. Er waren verschillende betogingen in Brussel. LSP-militanten waren telkens aanwezig en voerden campagne. We verkochten doorheen de dag 38 exemplaren van ons maandblad en een abonnement. Nico (Luik) was topverkoper met 9 exemplaren, gevolgd door nog twee Luikse kameraden (Tibaud en Robin) met elk 8 exemplaren.


    Maak deze zomer kennis met het marxisme

    Voel je wel iets voor de ideeën die we op deze site naar voor brengen? Wil je wel eens iets lezen van Marx, Engels, Lenin of Trotski maar weet je niet goed waar te beginnen? Dan hebben we twee interessante aanbiedingen om uw zomerlectuur rood te kleuren.

    • Marxisme in hun eigen bewoordingen. Dit nieuwe boek van marxisme.be komt volgende week uit – de eerste exemplaren zullen beschikbaar zijn op het zomerkamp van ALS. Het is een bundeling van korte teksten van Marx, Engels, Lenin en Trotski over het marxisme. Van een versie van het ‘Communistisch Manifest’ over een inleiding op het marxisme door Lenin tot een tekst van Trotski over de noodzaak van een revolutionaire partij. Het boek telt 170 pagina’s en kost 10 euro.
    • Het kapitaal – een ingekorte versie. Wil je wel eens weten waarom er vandaag nog zoveel over Marx’ Kapitaal wordt gesproken? En wil je wel eens nagaan of het klopt dat velen die erover spreken het niet bepaald hebben gelezen? Dan is de ingekorte versie van ‘Het Kapitaal’ – op 200 pagina’s – een uitstekende mogelijkheid. Het gaat om een versie waarin een reeks voorbeelden zijn weg gelaten maar waarin de essentie van het boek overeind blijft. Dat bevestigt ook Trotski in het voorwoord dat hij bij de eerste publicatie van deze inkorting schreef (en dat ook in deze versie te vinden is). Het boek kost 12 euro

    Wil je een van deze boeken bestellen? Laat het ons weten via redactie@socialisme.be. De genoemde prijzen zijn exclusief verzendingskosten.


    Het zomert op socialisme.be

    Morgen begint het zomerritme van socialisme.be. Dat betekent dat het publicatieritme een beetje lager ligt, naargelang de actualiteit brengen we dagelijks wel een of meerdere artikels. Vaste rubrieken zoals het kort nieuws of het partijnieuws op zondag zullen minder regelmatig verschijnen – eerder om de twee weken.


    Zomereditie van De Linkse Socialist

    De nadruk deze zomer ligt op de jongerencampagnes en dan vooral tegen de GAS-boetes. We willen dat opentrekken en ook ingaan op politierepressie en de wijze waarop dit wordt gebruikt tegen iedere vorm van verzet – kijk maar naar Turkije en Brazilië. In het dossier wordt repressie politiek verklaard door in te gaan op de rol van de staat onder het kapitalisme. Tevens wordt in het dossier concreter ingegaan op de campagne tegenGAS.

    Verder wordt ook ingegaan op thema’s die in de zomercampagne prominent zijn: antifascisme (p 15), antiseksisme (p7) en we komen ook terug op de mobilisaties tegen Monsanto (p 14).

    Op de politieke pagina’s wordt een verslag gebracht van een debat in Brussel waarbij ook wordt terug gekomen op onze open brief over linkse eenheid die we vorige maand publiceerden. Verder is er aandacht voor het lokale niveau dat hard zal getroffen worden door de huidige besparingen. Er is het voorbeeld van Antwerpen (dat op p2 aan bod komt), maar even goed van de besparingen die het Turnhoutse jeugdhuis Wollewei treffen (p6). Op pagina 6 weerleggen we ook het argument dat het met de PS beter zou meevallen – het voorbeeld van het beleid in Charleroi is op dat vlak veelzeggend.

    Op syndicaal vlak wordt meer algemeen ingegaan op de vraag of klassenstrijd nog bestaat. Daarnaast kozen we thema’s die ook bij jongeren aansluiting vinden (onderwijs en openbaar vervoer).

    De volledige inhoud:

    1. Besparingen werken niet
    2. Hoe verder met de oproep van het ABVV van Charleroi en de opbouw van linkse eenheid || Harde besparingen in de gemeenten en steden
    3. Hoe de kapitalistische haaien stoppen? || Na de bekentenissen een koerswijziging bij het IMF?
    4. Klassenstrijd bestaat nog steeds. De vraag is: hoe ze te winnen?
    5. Onderwijs hervormen zonder centen? || Geen falende Fyra, maar gratis en degelijk openbaar vervoer!
    6. Neen aan de verkoop van het jeugdhuis Wollewei! || Charleroi, een voorbeeld van socialistisch beleid? Of toch niet…
    7. Allemaal samen tegen seksisme!
    8. Kapitalisme in crisis leidt tot meer geweld door de staat
    9. Bouwen aan het verzet tegen de GAS-waanzin
    10. Opstand tegen autoritair regime van Erdogan
    11. Brazilië. Protest tegen prijsstijgingen, corruptie en geweld || Griekenland. Regering sluit openbare omroep
    12. Sport. Competitie vervalst door big business
    13. Partijnieuws
    14. Agro-business. Honger als wapen van het kapitaal || Voor betaalbare festivals!
    15. Tegenover fascistisch geweld: een sociaal en socialistisch antwoord! || Griekenland. Antifascistische comités tegen neonazi’s van Gouden Dageraad
    16. Stop GAS-waanzin en repressie, stop racisme en fascisme, stop kapitalisme!
  • 1.500 betogers geven tegengas

    Minister van GAS-zaken Joëlle Milquet stelde recent dat het verzet tegen de GAS-boetes beperkt is tot wat internetkabaal. Gisteren werd aangetoond dat dit niet klopt. Zowat 1.500 betogers uit heel het land betoogden door Brussel om te protesteren tegen de asociale en repressieve willekeur van de GAS-boetes. Er werd meteen een nieuwe nationale betoging aangekondigd voor 26 oktober. Hieronder enkele foto’s.

    Foto’s door Jean-Marie

  • Kort & Krachtig

    Iedere zaterdag publiceren we een overzicht van enkele opvallende nieuwtjes, feiten, opmerkelijke uitspraken of video’s.


    Bijna een kwart van de jongeren zit zonder werk

    In mei waren er 6,8% meer werklozen dan een jaar voordien. Er waren in ons land 426.050 werkzoekende volledig werklozen. Niet iedereen die geen werk vindt, wordt in de cijfers meegeteld. Maar dan nog gaat het om een bijzonder groot aantal werklozen, op een jaar tijd kwamen er 26.988 bij. Vooral onder jongeren is er een forse stijging, met maar liefst 11,2%. Hierdoor is de werkloosheidsgraad onder Belgische -25-jarigen opgelopen tot 23,3%. Ondertussen zijn er meer 55-plussers aan het werk. Er wordt altijd gezegd dat we langer moeten werken omdat we nu eenmaal langer leven. Wat er niet bij wordt gezegd, is dat de productiviteit vandaag een pak hoger ligt dan enkele decennia geleden of dat ouderen langer aan de slag houden ook betekent dat er minder plaatse vrijkomen voor jongeren. Hoe efficiënt is een systeem dat zijn jongeren geen toekomst kan aanbieden?


    Parlementsleden verdienen 878% meer dan de burgers die ze vertegenwoordigen…

    Express.be schreef vorig weekend: "Europarlementsleden verdienen gemiddeld 878% meer dan de burgers die ze verondersteld worden te vertegenwoordigen. Dat blijkt uit een berekening van Preisvergleich.de, een Duitse vergelijkingssite voor consumenten, die de gegevens van de 27 EU-landen vergeleek en rangschikte. Belgische Europarlementsleden verdienen 679% meer dan hun landgenoten. Een doorsnee Belg moet 39 jaar werken om te verdienen wat een éénmalig verkozen Belgisch Europarlementslid tijdens een vijfjarige ambtstermijn opstrijkt. In Bulgarije is dat zelfs 108 jaar. Hoe armer een land, hoe groter de verschillen, blijkt uit de studie. Verder heeft een éénmalig en voor vijf jaar gekozen Europarlementslid vanaf zijn 63-ste recht op een nettopensioen van 1.250 euro maandelijks. Volgens de site verdient een Europarlementslid gemiddeld 17.727 euro per maand of 213.924 per jaar. Door daar de vele extra’s en vergoedingen aan toe te voegen waarop de Europarlemntsleden recht hebben, toont Preisvergleich.de aan dat ze tot meer dan 1 miljoen euro per jaar kunnen opstrijken (1.069.622 euro voor belastingen om precies te zijn). In dat bedrag zitten dan wel de salarissen meergerekend die ze hun medewerkers uitbetalen. (Omdat er geen controle is op wie voor wie werkt, hebben sommige EP-leden vrouw en vrienden in dienst)." Onder de parlementsleden die duizenden euro’s per maand binnen graaien, zitten er ook figuren als Jean-Luc Dehaene die in interviews zegt dat zijn politieke carrière voorbij is. Er zijn wel uitzonderingen op de graaicultuur, het Ierse parlementslid Paul Murphy en zijn medewerkers (waaronder twee Belgische LSP-leden) leven aan het gemiddelde loon van een geschoolde arbeider.


    Filmpje: omzeil eens een GAS-boete


    Nog eens 34 miljard euro besparingen?

    De Bank voor Internationale Betalingen, de bank van de centrale banken, heeft een jaarverslag opgemaakt waarin het stelt dat landen hun schuld best beperken tot 60% van het BBP. Voor Japan wordt een uitzondering gemaakt, daar is 200% aanvaardbaar. Met welk Excel-model dat cijfer wordt bepaald, is niet duidelijk. Maar volgens de instelling zou de komende negen jaar een besparing van nog eens 34 miljard euro in België noodzakelijk zijn. Hoe kan je echter overal op besparen en alles afbreken en vervolgens hopen dat het dan economisch beter zal gaan? In een woestijn groeit er niet veel…


    ABVV reageert op bagger van Jan De Nul

    De uitspraken van Jan De Nul over de luie werklozen en overbodige ambtenaren schoten bij velen in een verkeerd keelgat. Caroline Copers van het ABVV reageerde met een opiniestuk in De Tijd op dinsdag. Ze stelde onder meer: “De Nul is slecht geplaatst om de overheid en het overheidsbeleid op de korrel te nemen. De baggersector boomt dankzij de vele overheidsbestellingen en overheidsprojecten, hier en in het buitenland. Bovendien geniet de sector een voorkeursbehandeling, want hij is sinds 15 jaar volledig vrijgesteld van patronale bijdragen aan de sociale zekerheid.” En nog: ”De werkgevers rechtvaardigen hun straffe taal met het argument dat het water ze aan de lippen staat. Ondernemen wordt ze blijkbaar onmogelijk gemaakt, door de vele drempels en lasten als gevolg van een buitensporige sociale bescherming en een te groot overheidsapparaat. (…) Heel wat bedrijven en sectoren daarentegen – zoals de baggersector – behalen behoorlijke omzet- en winstcijfers. En de regeringen doen er alles aan om bedrijven te steunen met lastenverlagingen, ecologiepremies, strategische investeringssteun, staatswaarborgen en noem maar op.” Het patronale offensief vereist dringend een offensief antwoord van onze kant!


    Professor Jan Vranken over het asociale beleid in Antwerpen

    In een opiniestuk in De Morgen maakt Jan Vranken enkele terechte opmerkingen over het asociale beleid dat op sporen wordt gezet in Antwerpen. "De huidige coalitie heeft een duidelijk marsbevel, dat van leermeester Dalrymple. ‘Straf de armen’ en neem meteen maar het sociale beleid en het middenveld mee. Het zijn niet de armen die moeten worden gestraft, maar het is de armoede die moet worden bestreden. Dat doe je niet door de mensen in armoede te stigmatiseren, door hen met de kruimels van tafel te sturen en met een kluitje in het riet, door hen de nodige kwaliteitsvolle ondersteuning te onthouden. Voor dit laatste is het nodig dat we beschikken over een sociaal beleid en een maatschappelijk middenveld, die institutioneel ingebouwd zijn in het stedelijke leven. Hen wordt evenwel het nodige water ontzegd; het wordt naar de zee gedragen, naar andere bestedingen, waarvoor de investeringsruimte moet worden behouden en zelfs worden verruimd. Over welke investeringen gaat het? In elk geval niet die in mensen. Niet die in het professioneel begeleiden van mensen. Niet die in het ondersteunen van initiatieven die mensen professioneel begeleiden."


    Geen geld voor sociaal beleid?

    De nieuw-vlaamse liberalen die het Antwerpse schoon verdiep besturen, hebben er de mond van vol: de kas is leeg. Al wie het daar niet mee eens is – inclusief de voormalige schepen van financiën die inmiddels N-VA’er is geworden – krijgt een veeg uit de pan. Schepen Homans is die kritiek naar eigen zeggen “kotsbeu”. En dan komt die arrogante havenbaas Fernand Huts, bezwaarlijk een linkse culturo, vertellen dat er in de haven een berg cash zit dat niet wordt gebruikt. De haven heeft volgens Huts 300 miljoen euro in kas en genereert jaarlijks 200 miljoen, “maar de politiek heeft daar geen enkele interesse voor”. Huts merkt op: “Nochtans vormen die bergen cash een belangrijke pot waarover dringend politieke beslissingen moeten worden genomen, anders smelt die berg als sneeuw voor de zon.” Niet dat de liberale havenbaas die op eigen houtje in zijn bedrijf het Duitse model van lage lonen heeft ingevoerd plots pleit voor een sociaal beleid. Maar zijn verklaringen geven wel aan dat de middelen voor een sociaal beleid wel bestaan.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop