Your cart is currently empty!
Tag: zorgsector
-
Massale en dringende publieke investeringen in zorg!

Het belang van de zorgsector is voor grote dele van de bevolking nog nooit zo duidelijk geweest. Deze steun moet worden aangegrepen om enorme investeringen te eisen in een gezondheidsdienst die niet als een bedrijf gericht op winst mag worden beheerd.
Al meer dan dertig jaar hebben de overheden de middelen voor gezondheidszorg op dieet gezet, wordt de toegang tot studies geneeskunde beperkt door een numerus clausus, wordt het aantal ziekenhuisbedden afgebouwd, wordt het medisch, paramedisch en technisch personeel onderbetaald, … Dit alles gebeurde met het argument dat de begroting op evenwicht moest worden gebracht. De tekorten in de zorg zijn dermate groot dat het Sint-Pietersziekenhuis in Brussel een oproep tot giften moest doen om een tiental extra beademingsapparaten te kunnen kopen! Het neoliberale beleid dwingt de ziekenhuizen om beroep te doen op liefdadigheid.
De werkomstandigheden zijn zo slecht dat een groot deel van de verpleegkundigen dit beroep slechts gedurende een periode van 5 tot 10 jaar daadwerkelijk uitoefent. Net voor het begin van de coronaviruscrisis publiceerden het Federaal Expertisecentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) en de KU Leuven een studie die aantoont dat één op vier verpleegkundigen niet tevreden is met hun werk, 36% bedreigd wordt met burn-out en 10% overweegt het beroep te verlaten. Volgens dezelfde studie zorgt het daaruit voortvloeiende tekort aan personeel ervoor dat een verpleegkundige in een Belgisch ziekenhuis gemiddeld 9,4 patiënten verzorgt, terwijl internationaal wordt aangenomen dat de kwaliteit van de zorg niet meer gegarandeerd is als er meer dan 8 patiënten per verpleegkundige zijn.
Daarnaast heeft de vermarkting van de sector ertoe geleid dat het management van ziekenhuizen diensten die essentieel zijn voor het goed functioneren uitbesteed heeft aan onderaannemers die vaak met onzekere contracten werken. Er is vandaag nochtans meer dan ooit nood aan voldoende geschoolde en gemotiveerde medewerkers op vlak van logistiek, administratie of onthaal.
Er is nood aan een publieke gezondheidszorg met voldoende middelen om de verschillende zorgniveaus op elkaar af te stemmen, tot en met de medische buurtcentra en de thuiszorg. Dit systeem moet ook de geestelijke gezondheidszorg integreren om niet alleen het hoofd te bieden aan de explosie van burn-outs, maar ook aan de vele psychologische problemen als gevolg van het isolement en het intensieve werk in sectoren waar wel gewerkt wordt.
Wij eisen :
- Een onmiddellijke stopzetting van alle besparingen in de gezondheidssector.
- Een massale publieke investering in de sector om deze crisis het hoofd te bieden, met als doel iedereen toegang te bieden tot gratis en kwaliteitsvolle gezondheidszorg, te beginnen met de huidige Corona-patiënten.
- Maak een job in de zorg aantrekkelijker: geen eenmalige premie, maar loonsverhoging voor het personeel. Optrekken van de laagste lonen tot minstens 14 euro per uur.
- Algemene invoering van de 30-urige werkweek en collectieve arbeidsduurvermindering zonder loonverlies en met compenserende aanwervingen, ook voor telewerk!
- De aanwerving van extra personeel en de re-integratie van uitbestede diensten in de gezondheidssector, met degelijke arbeidscontracten en goede loonvoorwaarden.
- De ontwikkeling van een nationale openbare gezondheidsdienst onder de controle en het beheer van het personeel in de sector en de gemeenschap.
Getuigenis van een verpleegster op de nationale conferentie van campagne ROSA en ALS afgelopen weekend:
-
Van solidariteit naar strijd om meer middelen voor zorg
De politici hebben plots quasi unaniem enkel maar lof voor het zorgpersoneel. Ze laten zich ook positief uit over de vele blijken van solidariteit van gewone mensen. Dat is hypocriet na jaren van besparingen op zorg en het criminaliseren van solidariteit. Maar het zegt wel iets over de kracht van solidariteit van onderop dat ze zelfs in die establishment-kringen moeten doen alsof ze het ermee eens.Uiteraard is met de handen klappen om 20 uur of een witte doek buitenhangen niet genoeg. Maar het feit dat dit breed gedaan wordt, kan een basis leggen om na deze crisis verder te gaan om effectief meer middelen voor de zorg af te dwingen. Dat zal nodig zijn: zo stelde N-VA in de regeringsonderhandelingen nog voor om meer dan 5 miljard te besparen op de gezondheidszorg! De andere partijen zullen, met de begrotingstekorten die groter worden, vroeg of laat naar de zorg en de sociale zekerheid kijken. Alle regeringspartijen van de afgelopen jaren zijn overgegaan tot het opleggen van een kleinere groeinorm voor de zorg.
De afgelopen decennia werd de zorg al op een onmogelijk dieet gezet: de groeiende noden gingen niet gepaard met een gelijke stijging van de middelen (zowel financieel als qua infrastructuur en personeel). Medische vooruitgang betekende besparen op het aantal bedden en personeel. Hierdoor komen ziekenhuizen nu mogelijk in de problemen, ondanks heldhaftige inspanningen door het personeel.
Zorgpersoneel komt al jaren in actie voor meer collega’s en betere zorg. Er zijn de afgelopen jaren geen regeringen geweest waartegen de Witte Woede niet betoogd heeft. Na deze crisis moet de strijd voor meer publieke middelen voor zorg worden doorgezet, met actieve steun van de breed gedragen solidariteit die er vandaag is.
De steunbetuigingen van het establishment zijn erop gericht om de solidariteit binnen de perken te houden en zelfs te recupereren. Ook bij acties als geklap of een witte doek is er overigens een merkbaar klassenverschil: vanuit een afgeschermde villa wordt het niet of amper opgemerkt, in een volkswijk daarentegen heeft het een collectief aspect.
We laten ons niet vangen door besparingspolitici die gisteren stelden dat er enkel in de sociale zekerheid nog kan bespaard worden en die eergisteren nog extra besparingen op de zorg voorstelden of toejuichten. Als zij onze solidariteit proberen te recupereren, is het omdat ze er bang van zijn. Zorgen we ervoor dat de verantwoordelijken voor de besparingen op zorg na deze crisis eens echt bang worden?
Zoals de actiegroep ‘La Santé en Lutte’ afgelopen weekend opmerkte: “Dank voor uw applaus elke avond, maar we vragen vooral niet te vergeten wat er nu gebeurt en ons te blijven steunen in onze toekomstige mobilisaties. Zodra de lockdown voorbij is, hebben we iets te zeggen en iets te doen. En we zullen je nodig hebben!”
-
Niet wachten op volgende federale regering om verzet te organiseren!

Pensioenbetoging in mei 2018. Foto: Liesbeth De regering in lopende zaken staat zwak. De kapiteins verlaten als eerste het zinkend schip. Kris Peeters, Charles Michel en Didier Reynders trekken naar Europa. Het maakt dat de eerste vrouwelijke premier ooit in ons land, Sophie Wilmès (MR), aan het roer staat van een regering die eigenlijk geen regering is.
Zelfs indien N-VA niet uit de Zweedse regering was gestapt, dan nog had deze na de verkiezingen van 26 mei geen meerderheid meer. Het resultaat is dat er wisselmeerderheden mogelijk zijn in het nieuwe parlement. Het amendement van PVDA om 67 miljoen euro in een noodfonds voor de zorgsector te steken, is daar een uitstekend voorbeeld van. Uiteraard zijn de noden in de sector groter dan 67 miljoen euro per maand, maar elke stap richting meer middelen is bijzonder welgekomen. Het amendement werd uiteindelijk gesteund door de sociaaldemocratie (PS en SP.a), groenen en VB. Ten onrechte werd dit voorgesteld als een samenwerking tussen PVDA en VB. Extreemrechts dacht tot op het laatste moment aan een onthouding: meer middelen voor de zorg zijn geen prioriteit voor het VB. Het feit dat een stem voor het amendement de gevestigde partijen in de problemen bracht, was voor extreemrechts wellicht doorslaggevender.
Het voorstel om 67 miljoen extra te voorzien voor de zorgsector werd door CD&V, VLD en MR unaniem als “onverantwoord” omschreven. Ook N-VA kantte zich tegen deze maatregel. Koen Geens (CD&V) zei dat “het realisme in de keet moet terugkeren.” Geen van deze partijen vertrekt van de onverantwoorde werkomstandigheden in de zorgsector die slecht zijn voor personeel en zorgbehoevenden. Het laten kloppen van de besparingscijfers vinden ze belangrijker dan de zorg voor wie ziek of oud is. Vragen stellen over waarom er bespaard moet worden nadat er miljarden cadeau gedaan zijn aan de grote bedrijven, is al helemaal ‘onverantwoord’ volgens hun logica.
Het amendement van de PVDA maakt dat de noodbegroting van voorlopige twaalfden (een regering in lopende zaken mag per maand slechts een twaalfde van de begroting van vorig jaar besteden) pas vandaag kan gestemd worden, een week later dan gepland waardoor enkele parlementairen hun herfstvakantie verloren. De noodbegroting met het goedgekeurde amendement zal wellicht passeren, maar het blijft erg onzeker of de beloofde extra middelen voor de zorgsector effectief zullen besteed worden.
Deze episode maakt duidelijk dat de regering in lopende zaken en zonder meerderheid bijzonder zwak staat. Door actie sociale eisen op de politieke agenda plaatsen, maakt het moeilijk voor sociaaldemocraten en groenen om voorstellen op basis van die eisen zomaar weg te stemmen. De aanwezigheid van PVDA zorgt bovendien voor concurrentie op hun linkerflank, wat het debat naar links duwt. In de verkiezingscampagne hebben verschillende partijen in woorden eisen als een hoger minimumloon en minimumpensioen verdedigd. Waarop wordt gewacht om een syndicaal offensief rond die eisen op te voeren waarbij tegelijk parlementaire initiatieven ondersteund worden die partijen tot duidelijkheid dwingen?
Het lijkt erop dat de nationale vakbondsleidingen wachten op de vorming van een nieuwe regering en op nieuwe aanvallen vooraleer echt in actie geschoten wordt rond pensioenen of lonen. Dat doen ze vanuit een logica van overleg en onderhandelingen: zonder regering geen echt overleg. De tijd van het ‘Belgisch compromis’ is echter voorbij: de middelen en instrumenten hiervoor zijn er niet meer. Het wordt tijd dat de vakbondsleidingen zich aan die realiteit aanpassen.
Waarom zouden we met sociaal protest wachten tot er een regering is? Waarom geen gebruik maken van dit ogenblik waarop er slechts een zwakke regering-zonder-meerderheid is om onze eisen en bekommernissen centraal in het debat te plaatsen? Voor de gevestigde politici is dat ‘onverantwoord’, maar hun besparingsbeleid is voor veel werkenden en uitkeringstrekkers al langer compleet onverantwoord. Hoog tijd om niet enkel wat kruimels te vragen, maar maatregelen die vertrekken vanuit onze noden en behoeften. Dit zal een breuk met het neoliberale keurslijf van besparingen vergen. Dat doen we met een krachtsverhouding die gemakkelijker kan opgebouwd worden met eerste overwinningen, zelfs indien die meteen terug betwist worden. LSP strijdt mee voor elke stap vooruit en koppelt dit aan het besef dat er geen echte vooruitgang mogelijk is zonder het volledige systeem te bekampen.





Vandaag, zaterdag 21 maart, kijken we terug op de gebeurtenissen van deze lange week: gebrek aan uitrusting, oproepen tot giften, zorgpersoneel in de frontlinie, …



