Your cart is currently empty!
Tag: zorgsector
-
1 juni 2017: militantenactie gemeenschappelijk vakbondsfront federale sectoren
Overgenomen vanop http://polsslagnonprofit.blogspot.be
Op 1 juni voeren de militanten van het gemeenschappelijk vakbondsfront van de federale sectoren van de non/social profit nog maar eens actie in Brussel. Ondertussen zijn we al 3 acties verder waarvan 2 massabetogingen (november en maart) en een kleinere tussentijdse militantenactie in december.De regering-Michel geeft echter nog steeds geen concreet antwoord op de eisen van de werknemers van de federale gezondheidsdiensten (ziekenhuizen e.d.) Het overleg beperkt zich tot een reeks technische werkgroepen die gestuurd worden door de kabinetten van De Block en Peeters. Echter, koken kost geld en daar wringt het schoentje. Een sociaal meerjarenakkoord die naam waardig veronderstelt dat er ernstige budgetten vrijgemaakt worden … Maar dat is zeer problematisch met deze besparingsregering die de gezondheidszorg extra in het vizier neemt.
Afspraak in Brussel op 1 juni om 10u30 op het Barricadenplein. Dit is een militantenactie zoals in december maar sympathisanten zijn uiteraard altijd welkom om ons te vervoegen.
Een korte bedenking …
Indien het nodig mocht blijken om met verdere acties de zomervakantie te overbruggen mogen we gerust eens beginnen denken aan een efficiënt opbouwend actieplan dat eindigt in gecoördineerde en afwisselende stakingen zoals bijvoorbeeld in de ziekenhuizen in de regio Brussel-Halle-Vilvoorde in 2005. Maar hierover later meer.
-
Massale betoging van de Witte Woede
Brussel kleurde vandaag groen, rood en blauw van woede. Het gebrek aan middelen voor de zorgsector leidt tot tekorten waar zowel de gebruikers als het personeel de dupe van zijn. Het ongenoegen was dan ook erg groot en de mobilisatie was navenant. Vanop het podium werd gesproken over 17.000 aanwezigen, dat is meer dan de vooropgestelde 10.000.
Op de betoging was de gezondheidszorg sterk aanwezig, maar ook andere onderdelen van de bredere zorgsector waren goed vertegenwoordigd. Velen kwamen voor het eerst betogen. Aan de start zochten sommigen onwennig naar hun secretaris om een stakerskaart in te vullen.
Het ongenoegen dwingt mensen tot actie. In het pamflet van Polsslag werd gewaarschuwd: “De zeer toxische combinatie van zware besparingen en hervormingen die nogal kaduk verlopen, zullen ons in de nabije toekomst in een ware zorgcrisis doen belanden als het roer niet radicaal wordt omgegooid.”
Verandering is nodig, er is nood aan meer middelen voor meer collega’s. Dat is de enige garantie op kwaliteitsvolle zorgverstrekking. Iedereen krijgt wel eens te maken met zorg. Deze strijd belangt dan ook alle werkenden aan.
Zoals het pamflet van Polsslag concludeerde: “Als hulpverleners en zorgverstrekkers kunnen we het heft in eigen handen nemen. Als we de strijd tegen de besparingen gezamenlijk organiseren, staat ook de uitdaging voor ons om een goed uitgebouwde hulp en zorg af te dwingen. In het verleden hebben we zo reeds krachtsverhoudingen opgebouwd en verbeteringen afgedwongen. We kunnen ons hier echter niet tot beperken als we zien dat mensen steeds meer welzijns- of gezondheidsproblemen hebben. De oorzaken aanpakken, vraagt meer dan jobs en werkbaar werk. Investeringen in basisdiensten waar mensen beroep kunnen op doen, vraagt het aanspreken van de rijkdom die bij de banken en de multinationals zit!”
-
SOS: Zorgcrisis op komst!
Collega’s op de werkvloer voelen aan den lijve dat het ernstig bergaf gaat met de arbeidsomstandigheden in de sector … en daarmee komt ook de kwaliteit van de geleverde zorg in het gedrang. Dit wordt ook geobjectiveerd door een onderzoek (zie later) De zeer toxische combinatie van zware besparingen en hervormingen die nogal kaduk verlopen, zullen ons in de nabije toekomst in een ware zorgcrisis doen belanden als het roer niet radicaal wordt omgegooid.
-> PDF van dit pamflet van ‘Polsslag’
Het volstaat om naar onze buurlanden Nederland, Frankrijk en Duitsland te kijken, om in te schatten wat er ons te wachten staat. De WITTE WOEDE in die landen is dan ook een permanent gegeven. Wij hebben nog de kans om het ergste te vermijden maar dan moet er wel tot ernstige actie overgegaan worden en mogen de vakbondsonderhandelaars zich niet met een kluitje in het riet laten sturen! Enkel het behoud (?) van de ADV-dagen zal niet volstaan om de zorgcrisis af te wenden! Evenmin zijn we gebaat bij een feitelijke nederlaag die als een overwinning wordt afgeschilderd (een recente trend in de politiek) Er rest ons slechts één weg: doorgaan met actievoeren (desnoods door af te wijken van platgetreden paden) totdat er iets ernstigs uit de bus komt: boter bij de vis dus om een écht sociaal akkoord af te sluiten!
Enkele opmerkelijke cijfers over ‘werkbaarheid’
In het recent rapport (maart 2017) van de sectorale analyse van de Vlaamse werkbaarheidsmonitor 2004-2016 (SERV) ‘Werkbaar werk in de gezondheids-en welzijnszorg’ vinden we enkele interessante cijfers terug.
De werkbaarheidsgraad in de sector nam in het voorbije decennium systematisch toe (daar zitten de betekenisvolle sociale akkoorden van het verleden hoogstwaarschijnlijk voor iets tussen) van 56,1% in 2004 naar 60% in 2010. Het jaar 2010 is dan ook het kantelmoment waar de werkbaarheidsgraad terug naar beneden duikelt: in 2016 bedraagt deze nog 54,4 %: slechter dus dan in 2004. In 2016 wordt 38,1 % van de werknemers geconfronteerd met een hoge werkdruk: in 2013 bedroeg die nog ‘maar’ 29,8 %. Wat de indicator voor emotioneel belastend werk betreft, ligt die zeer hoog in de sector: 41,3 %.
[divider]
Laat ons nu enkele opmerkelijke cijfers van een aantal subsectoren bekijken (van 2013 tot en met 2016)
De ziekenhuizen: de hoge werdruk-situatie stijgt van 36,6 % in 2013 naar 45,9 % in 2016.
De rusthuizen: de werkstressklachten stijgen van 35,3 % naar 42,4 %, problematische werk-privébalans stijgt van 9,9 % naar 14,5 %, de hoge werkdruk stijgt van 39,9 % naar 50,6 %, emotioneel belastend werk stijgt van 35,4 % naar 46,5 % Het hoeft dan ook niet te verbazen dat de werkbaarheidsgraad in de rusthuizen problematisch laag ligt op 48,5 %
De gehandicaptenzorg en jeugdbijstand: werkstressklachten van 22,2% naar 33,9%, problematische werk-privé balans van 5,9% naar 10,9%, emotioneel belastend werk van 49,6 %naar 57,9 %. De werkbaarheidsgraad in deze subsector neemt dan ook een ernstige duik van 68,9 % naar 58,5 %.
De gezins- en bejaardenhulp: 14,1 % wordt geconfronteerd met een gebrek aan autonomie bij de taakuitvoering (7,4 % in 2013)
Een gebrek aan motivatie kan de werknemers in de sector nochtans niet aangewreven worden: 73,7 % nam het voorbije jaar deel aan een bijscholing terwijl het Vlaams gemiddelde slechts 57,8 % bedraagt.
MAAR 53,4% van alle werknemers in de brede sector schat het doorwerken in de huidige job tot het pensioen als een haalbare kaart.
[divider]
MEER … MEER … MEER PERSONEEL !!!
Eind vorig jaar was er bij de Vlaamse arbeidsbemiddelaar VDAB slechts één werkzoekende beschikbaar per twee vacatures voor verpleegkundige. Jaarlijks komt er een tekort van 3.600 verpleegkundigen in ons land bij (18.000 in 5 jaar als de instroom niet substantieel verhoogt) In de zeer diverse sociale sector komen er de volgende tien jaar maar liefst 120.000 jobs open in Vlaanderen alleen al, enerzijds door de pensioneringsgolf van de babyboomers en anderzijds door de groeiende behoeften (vergrijzing van de bevolking)
Minister Vandeurzen beweerde in het nieuws van 17 maart al een fikse injectie gedaan te hebben in de ouderenzorg die nu reeds 3 jaar onder bevoegdheid van de regio’s valt: “We hebben het aantal plaatsen in de woonzorgcentra fors opgedreven. Tot 2018 gaan we 9.800 bijkomende plaatsen financieren en voor 2016-2017 hebben we 46 miljoen euro uitgetrokken voor extra personeel. Dat zijn ongeveer 1.000 extra werknemers”
Spijtig genoeg is dit eerder een druppel op een hete plaat. In 2016 schatte een studie van de VUB het tekort aan rusthuisbedden in Vlaanderen op 22.000. In 2008 hadden we een vijfde rusthuisbedden minder dan nodig was. In 2016 bedroeg het tekort al een kwart.
Op de website van LBC, wittewoede.be, stelt men: “Om het aanbod aan plaatsen met 22.000 eenheden te kunnen uitbreiden moeten minstens 11.200 voltijds equivalenten worden opgeleid, aangeworven en gefinancierd. Het gaat dan vooral om verpleegkundigen en zorgkundigen. De kans is groot dat de werkelijke cijfers nog hoger zijn omdat de personeelsbezetting in een rusthuis deels afhangt van de ‘zorgzwaarte’ van de ouderen die er verblijven.”
Anderzijds is er ook de druk van de “kostenefficiëntie“ die de ontmenselijking van de zorg in de hand werkt: zorgbehoevenden worden meer en meer producten en zorgverleners worden robots. Een praatje slaan met een patiënt, bewoner of cliënt wordt gezien als tijdsverlies. “De zorgwekkende evolutie naar ‘bandwerk’ in de zorg is het rechtstreekse gevolg van een overdreven drang om zorg te standaardiseren en in protocollen, procedures en contracten te gieten. ‘Efficiënt omgaan met de schaarse middelen’, heet zoiets in de marktwerking. Het leidt tot zorg als race tegen de klok, die weinig meer wordt dan het afvinken van ‘prestaties’. De tijd en ruimte die nodig zijn voor zorgzaamheid gaan verloren.” (Bieke Verlinden naar aanleiding van de start van de campagne “Ook mijn zorg”)
Wij willen BOTER BIJ DE VIS!
In plaats van zware besparingen, structurele onderfinanciering en halfdoordachte hervormingen is er nood aan een massaal investeringsplan voor zorg en welzijn om een toekomstige zorgcrisis af te wenden. Deze regeringen lijken enkel de boekhouding te willen doen kloppen in het voordeel van het Grote Geld en liggen blijkbaar helemaal niet wakker van humanitaire overwegingen. We zouden het zelfs crimineel kunnen noemen.
Tijdens de voorbije ontmoetingen met ministers De Block en Peeters op federaal niveau en de ministers van de Vlaamse regering kregen de vakbondsonderhandelaars geen enkel engagement of zelfs budgettaire berekening los … Jan-Piet Bauwens (federaal secretaris BBTK Social-Profit) : “We onderhandelen in de Social-Profit met drie overlegpartners: werkgevers, werknemers en overheid. Die laatste speler zit er voorlopig voor spek en bonen bij.”
EXTRA INVESTERINGEN IN ZORG ! VOORUIT !
Als hulpverleners en zorgverstrekkers kunnen we het heft in eigen handen nemen. Als we de strijd tegen de besparingen gezamenlijk organiseren, staat ook de uitdaging voor ons om een goed uitgebouwde hulp en zorg af te dwingen. In het verleden hebben we zo reeds krachtsverhoudingen opgebouwd en verbeteringen afgedwongen. We kunnen ons hier echter niet tot beperken als we zien dat mensen steeds meer welzijns- of gezondheidsproblemen hebben. De oorzaken aanpakken, vraagt meer dan jobs en werkbaar werk. Investeringen in basisdiensten waar mensen beroep kunnen op doen, vraagt het aanspreken van de rijkdom die bij de banken en de multinationals zit!
[divider]
EEN INTERPROFESSIONEEL ACTIEPLAN DAT DE BESPARINGEN STOPT !
Wat in de brede en zeer diverse sociale sector gebeurt, belangt iedereen aan. We zijn al slachtoffer, en dreigen dat nog verder te worden, van het brutaal besparingsbeleid. Meer dan dat is het de zoveelste aanval op onze levens- en werkomstandigheden. De Witte Woede een lange adem inblazen, betekent het verzet opbouwen in onze sector, tot we resultaten boeken. Strijd loont!
Zolang deze regeringen en besturen niet gestopt worden in hun besparingspolitiek zal de afbraak verder gaan. Daarom vragen we een goed opbouwend interprofessioneel actieplan dat de besparingen stopt. Verenigd, strijdbaar en solidair tot de geldstroom in de andere richting vloeit. Er is ruim voldoende rijkdom in de samenleving aanwezig om iedereen een kwaliteitsvol leven laten te leiden. Zolang die rijkdom in de handen ligt van een kleine elite van rijken die ons kapot bespaart, zal een degelijk leven voor iedereen in de verste verte onbereikbaar zijn. Een veralgemeende strijd voor publieke basisdiensten, arbeidsherverdeling en het omvormen van de maatschappij is absoluut nodig voor het welzijn en de gezondheid van iedereen!
-
“Witte woede is al bijzonder groot en zwelt nog verder aan”
Foto: socialisme.beOp 24 november was er een grote betoging van personeel uit de zorgsector. Het ongenoegen zit heel diep: de stijgende werkdruk en het gebrek aan collega’s ondermijnen de kwaliteit van de zorg en maken het werk onwerkbaar. Elementen die het nog een beetje werkbaar moeten houden, zoals de rimpeldagen voor oudere collega’s, liggen onder vuur. Op 21 maart is er een nieuwe betoging van de sector aangekondigd. We spraken met een jonge verpleegster.
In de gevestigde media duiken regelmatig verhalen op over hoe hoog het werkritme ligt en zelfs met de chronometer wordt vastgesteld. Is dat ook hoe jij de realiteit op de werkvloer ervaart? En wat betekent dit voor zowel de patiënten als het personeel?
“Het werkritme ligt effectief hoog, soms zelfs extreem hoog. Als we aan onze dienst beginnen, is het alsof we aan de start van een marathon staan. Op mijn dienst zijn we met twee en uitzonderlijk soms drie verplegenden voor 24 patiënten. Als een collega afwezig is, wordt die zelden vervangen. Twee weken geleden nog stond mijn collega er alleen voor.
“We moeten geneesmiddelen toedienen, drie keer per dag alle parameters van de patiënten opnemen en daarnaast nog zorg toedienen (verbanden aanbrengen en verwijderen, verpleegkundige zorgen, vertrouwelijke medische zorgen, …) De druk is groot want voor elke patiënt is er een groot aantal taken die we moeten vervullen en we moeten ons werk vaak onderbreken om een dokter erbij te halen of om op onvoorziene omstandigheden in te spelen.
“Met een dergelijk ritme is er nooit genoeg tijd om met de patiënt te spreken, ons werk grondig te doen en dus ook niet om het volledig correct te doen. De directie zet ons dan nog eens onder druk om geen overuren te presteren. De tijd die we aan het bed van de patiënt doorbrengen, is slechts een beperkt deel van ons werk. We moeten ook het in- en uitchecken van patiënten beheren, aanwezig zijn voor familieleden en de dossiers bijhouden. Als die laatste niet correct ingevuld worden, verliezen we ‘punten’ bij de FOD Volksgezondheid waardoor er minder middelen aan het ziekenhuis worden toegekend. Ook die druk komt op onze schouders terecht.”
Minister De Block wil dat ziekenhuizen zich organiseren in zogenaamde “netwerken”. Zal dit leiden tot meer efficiënte zorg of is het slechts een bijkomende besparingsmaatregel die de kwaliteit van de zorg verder ondermijnt?
“De kwestie van de netwerken is erg complex. Voor het personeel zal het pas echt duidelijk worden wat dit betekent op het ogenblik dat de maatregelen effectief genomen en opgelegd worden.
“Het eerste doel van de netwerken is om hetzelfde werk te doen op minder plaatsen. Zo zouden bepaalde zorgprestaties in plaats van in twee naburige ziekenhuizen nog maar in één ervan aangeboden worden. Dit betekent dat een patiënt mogelijk verder moet gaan om de nodige zorgen te genieten. Daar betaalt die patiënt natuurlijk een prijs voor, zowel letterlijk als figuurlijk.
“Maar ook voor het personeel zijn er gevolgen. We kregen een brief waarin de directie zei dat ze niet kan garanderen dat we niet verplicht overgeplaatst kunnen worden naar andere sites van hetzelfde bedrijf. De directie kan dus aan iemand die al pakweg 10 jaar op een bepaalde plaats werkt, vragen om ergens anders te gaan werken. Het personeelslid heeft daar niet echt iets over te zeggen. Werk weigeren, kan aanleiding geven tot ontslag.
“Een ander doel van de netwerken is het ‘harmoniseren’ van verschillende sites. Dit zal direct leiden tot maatregelen die de werkenden raken, ook op vlak van lonen en sociale verworvenheden. Zo zijn er sites waar de barema’s voor arbeiders hoger liggen. Zal het opgaan in één netwerk aangegrepen worden om naar boven te harmoniseren waardoor de beste voorwaarden voor iedereen gelden? Of zullen integendeel de slechtste voorwaarden veralgemeend worden? In de huidige besparingscontext weten we dat extra voordelen en verworvenheden niet zomaar uit de lucht zullen vallen …
“Nog een gevaar van de netwerken is dat er verschillende soorten van contracten zijn waardoor de verdeeldheid onder het personeel groter wordt. Sommigen zullen een arbeidsovereenkomst hebben met bepaalde voordelen, terwijl anderen voor hetzelfde werk die voordelen niet zullen genieten. Dat kan leiden tot verdeeldheid en de eenheid en solidariteit op de werkvloer ondermijnen. Verdeeldheid leidt tot meer druk op het personeel en dus tot minder kwaliteit van de zorg.”
Na de betoging van 24 november en de actie eind december, wordt nu gemobiliseerd naar een nieuwe betoging op 21 maart. Leeft dit onder de collega’s?
“Het leeft niet alleen bij mijn directe collega’s maar in heel het ziekenhuis. Overal wordt er gesproken over de waanzin van de nieuwe maatregelen die De Block wil doorvoeren. We staan al enorm onder druk en hebben al te weinig middelen en dus te weinig collega’s. De mobilisatie naar de betoging van 21 maart is meer dan noodzakelijk. We moeten duidelijk maken dat we de geplande maatregelen niet aanvaarden en dat we samen sterk staan in de strijd. De witte woede is al bijzonder groot en zwelt nog verder aan!”
Volg de Facebookgroep ‘De weerbare verpleeg- en zorgkundige’
-
Witte woede groeit. Meer personeel nodig voor kwaliteitsvolle zorg!

De woede in de zorgsector is immens. Van de grote ziekenhuizen tot de kleinste zorgcentra worden de gevolgen van het besparingsbeleid gevoeld. De sector is bijzonder divers, maar dezelfde bekommernissen komen overal terug: de zware werkdruk door het tekort aan collega’s, de lage lonen, de oprukkende commercialisering, toenemende administratieve lasten, … De betoging van 24 november toonde het potentieel voor een nieuwe witte woede.
Afbraakdokter Maggie versus personeel en zorgbehoevenden
Ondanks de eerdere belofte van minister Maggie De Block (Open Vld) om niet op gezondheidszorg te besparen, wordt er opnieuw 902 miljoen euro gezocht. De sector kreunt om meer personeel als antwoord op de stijgende werkdruk, voor de veiligheid op de werkvloer, voor kwaliteitsvolle zorg, … Maar De Block ziet het anders: zij haalt de hakbijl boven die zowel personeel als patiënten en zorgbehoevenden treft.
Voor brede lagen van de bevolking springen vooral de hogere prijzen voor geneesmiddelen in het oog. In totaal zouden patiënten 62 tot 94 miljoen euro extra uit eigen zak moeten betalen: de geneesmiddelenfactuur voor de patiënt stijgt met 9%. Zo zou een ontstekingsremmende neusspray tot negen keer meer kosten: een verpakking Nasonex kost nu 1,05 euro, maar vanaf 1 januari wordt dat 9,45 euro. Dit moet de overheid 15,3 miljoen euro opleveren. Dokters waarschuwen dat mensen sneller naar onveilige én verslavende varianten zullen overstappen.
Tegelijk wordt fors bespaard op de dienstverlening. Wijkgezondheids-centra worden bedreigd, nieuwe erkenningen komen er niet. Daarmee bespaart de minister 7 miljoen euro.
De 91 apart werkende ziekenhuizen in ons land moeten zich verenigen in 25 netwerken. Dit betekent onvermijdelijk een verlies aan bedden: de krant De Standaard had het op 12 november over 4.000 bedden. Dat komt overeen met de sluiting van 10 regionale ziekenhuizen! Bovendien gaan ook jobs verloren, zowel bij ondersteunende diensten (via outsourcing en het opzetten van gezamenlijke logistieke platformen) als de zorgdiensten.
Voor de zorgdiensten zullen waarschijnlijk materniteit en pediatrie het eerst in het vizier komen. Ziekenhuizen zullen onderling moeten overeenkomen wie welke specialiteit gaat aanbieden. Anderzijds wil men zo veel mogelijk zorg (inclusief chemotherapie) via de thuisverpleging organiseren om patiënten uit het ziekenhuis te weren, wat natuurlijk nog eens een afbouw van het personeelsbestand in de ziekenhuizen betekent. Heel wat “proefprojecten” lopen al. Na een positieve evaluatie zullen zij zeer snel ingevoerd worden.
Werkbaar werk versus afschaffing rimpeldagen
Werken in de zorgsector is zwaar. Het is geen toeval dat specialisten opmerken dat onderwijs en zorg erbovenuit steken wat het aantal burn-outs betreft. Nog voor minister Peeters sprak over ‘werkbaar werk’ – newspeak voor meer flexibiliteit en dus eigenlijk minder werkbaar werk – werden er in de zorgsector maatregelen genomen om het werk effectief werkbaar te houden. De rimpeldagen waren daar een onderdeel van: werknemers krijgen vanaf 45 jaar één dag extra vrij per maand, vanaf 50 jaar twee dagen en vanaf 55 jaar drie dagen. Deze regeling werd afgedwongen door 2 grote golven van Witte Woede eind jaren 1990 en in 2004- 2005 en ging van start in 2000 voor de werknemers “in het wit” en met uitbreiding in een licht aangepaste versie naar alle personeelsgroepen in 2005. In de plaats daarvan werd er afgezien van een koopkrachtverhoging. Nu wil de regering de rimpeldagen beperken. Hoeveel keer denken ze dezelfde citroen nog eens uit te persen?
In plaats van het personeel nog meer te belasten en de werkbaarheid af te bouwen, is er dringend nood aan meer personeel. Zeker in de woonzorgcentra is dat dringend. De werkdruk is niet langer houdbaar, zeker als er collega’s ziek vallen. Het systeem van mobiele equipes is een goede maatregel, maar in de praktijk pakt het soms anders uit. De mobiele equipes worden in heel wat instellingen ingezet om langdurige afwezigheden op te vangen, wat problematisch is bij onverwachte afwezigheden bij ziekte, want dan is de mobiele equipe al grotendeels ergens anders ingepland … Dat de mobiele equipes te kort schieten wordt ook bewezen door de ruime inzet van interims (in diverse vormen) en aparte ‘dagcontracten.’ De enige duurzame oplossing is een betekenisvolle verhoging van de personeelsnormen aangezien deze achterhaald en allesbehalve aangepast zijn aan de toegenomen zorgzwaarte.
Te weinig personeel hangt ook samen met de voortschrijdende commercialisering in de zorgsector. De onstilbare winsthonger van de zorgmultinationals (commerciële woonzorgcentra) geeft aanleiding tot mensonwaardige toestanden, zowel voor de bewoners als het personeel. Om de winsten voor de aandeelhouders te maximaliseren moeten immers de middelen en het personeel tot een absoluut minimum beperkt worden.
Meer kwaliteit met gemotiveerd personeel
Meer personeel is beter voor iedereen: zowel de werkenden als de zorgbehoevenden. Het motiveren van personeel moet zich ook op financieel vlak vertalen.
Sinds 2002 (!) wordt er gewerkt aan een nieuwe functieclassificatie (IF-IC) én theoretisch loonmodel in de federale sectoren van de private social profit. Hieruit blijkt een duidelijke loonhandicap in vergelijking met andere sectoren. Een volledige uitvoering van het theoretisch loonmodel zou een meerkost betekenen van meer dan 900 miljoen (!) euro. Om het systeem een ernstige start te geven, zou een eerste schijf van 100 miljoen euro nodig zijn. Minister De Block heeft slechts 50 miljoen hiervoor opzijgezet voor 2017. Dit is té weinig om onmiddellijk voor iedereen tot een merkbare verbetering te komen. De universitaire ziekenhuizen hebben al duidelijk gemaakt niet in het nieuw systeem te stappen wegens het aalmoes van 50 miljoen dat gebudgetteerd wordt.
Er is ook een eisenbundel om tot een nieuw sociaal akkoord te komen in de sector (zowel voor de federale als de Vlaamse sectoren). Het laatste sociaal meerjarenakkoord van betekenis voor de federale sectoren (ziekenhuizen en co) was dat van 2005-2010. Het jaar 2005 was dan ook de laatste keer dat de witte woede massaal en intensief van zich liet horen. Het eindigde in een actie- en stakingsbeweging “tot de finish.” Na dit akkoord werden we systematisch afgescheept met mini-akkoordjes met dito inhoud.
De Vlaamse sectoren (gezinszorg, opvoedingsinstellingen, de beschutte en sociale werkplaatsen, …) wisten echter nog een VIA 4 (vierde Vlaams Intersectoraal Akkoord) uit de brand te slepen voor 2011-1015, wat een belangrijke vooruitgang voor de zeer diverse sector betekende.
Kwaliteitsvolle zorg vereist personeel aan goede arbeids- en loonsvoorwaarden!
Actieplan voor extra investeringen in de zorg
Om goed uitgebouwde hulp en zorg af te dwingen, is er nood aan een nieuwe witte woede. In het verleden hebben we zo reeds krachtsverhoudingen opgebouwd en verbeteringen afgedwongen. Maar meer is nodig als we zien dat mensen steeds meer welzijns- of gezondheidsproblemen hebben. De oorzaken aanpakken vraagt meer dan jobs en werkbaar werk. Investeringen in basisdiensten waar mensen beroep kunnen op doen, vereist het aanspreken van de rijkdom die bij de banken en de multinationals zit!
Wat in de brede en zeer diverse sociale sector gebeurt, belangt iedereen aan. We zijn al en dreigen nog verder allemaal slachtoffer te worden van het brutaal besparingsbeleid, maar meer dan dat is het de zoveelste aanval op onze levens- en werkomstandigheden. De Witte Woede nieuw leven inblazen, betekent het verzet opbouwen in onze sector, tot we resultaten boeken. Strijd loont!
Om de afbraak te stoppen, is er een goed opbouwend interprofessioneel actieplan nodig. Verenigd, strijdbaar en solidair tot de geldstroom in de andere richting vloeit. Er is ruim voldoende rijkdom in de samenleving aanwezig om iedereen een kwaliteitsvol leven te laten leiden. Zolang die rijkdom echter in de handen ligt van een kleine elite van rijken die ons kapot bespaart, zal een degelijk leven voor iedereen in de verste verte onbereikbaar zijn. Een veralgemeende strijd voor publieke basisdiensten, arbeidsherverdeling en het omvormen van de maatschappij is absoluut nodig voor het welzijn en de gezondheid van iedereen!
-
Hun prioriteiten zijn niet die van ons… Regering investeert liever in oorlog dan in zorg
De rechtse regering zette van bij het begin de toon. Het neoliberale besparingsbeleid wordt op de werkenden, werklozen, gepensioneerden, zieken, … losgelaten. Zonder georganiseerde en vastberaden beweging van verzet hiertegen, zal deze besparingsbulldozer steeds verder oprukken. Niets of niemand wordt daarbij gespaard. Toch niet van de werkende klasse.door Laure (Brussel)
In de besparingslawine is nu vooral de zorgsector een doelwit. Het doel is om de dienstverlening af te bouwen en meer in het korset van een commerciële winstlogica te duwen. Er wordt bijna een miljard euro publieke uitgaven aan de zorg geschrapt.
De gevolgen hiervan zullen enorm zijn voor personeel, patiënten en hulpbehoevenden. De minister van gezondheidszorg, Maggie De Block, heeft wel erg donkere humor als ze verklaart dat de besparingen “met een fijn scalpel en niet met een botte bijl” worden doorgevoerd. De gezondheidszorg volledig uitkleden met een scalpel heeft overigens hetzelfde bloedige effect.
De besparingen komen eens te meer bij de zwakste lagen van de samenleving terecht. Zo wil de regering 144 miljoen euro vinden door zieken terug aan de slag te krijgen. Het opleggen van een onhoudbare werkdruk met afschaffing van de rimpeldagen in de zorg of de 45-urenweek door de wet-Peeters zullen er echter vooral toe leiden dat meer werkenden niet meer mee kunnen en uitvallen. Deze operatie is gedoemd om te falen. Maar afbraakdokter Maggie weet van geen ophouden!
En niemand zal eraan ontsnappen. Geneesmiddelen worden duurder, ziekenhuizen moeten opgaan in netwerken en daarbij miljoenen besparen, er zullen bedden verdwijnen, … Het zorgpersoneel moet straks nog meer doen voor een loon dat niet volgt. Hoeveel burn-outs moeten er nog volgen?
Het leidt tot een zorgsector die niet toegankelijk is voor een groeiend deel van de bevolking. Enkel wie het zich kan permitteren, zal betere zorg kunnen inkopen. In de ouderenzorg zien we al hoe dat werkt: maaltijden van 3 euro per dag, ‘plascontracten’ door personeelsgebrek, gestresseerd personeel, … Meer personeel in de zorg is beter voor iedereen: zowel wie er werkt als wie gebruik maakt van de zorg, kortom alle werkenden en hun gezinnen.
Het officiële mantra is dat er geen geld is en we dus allemaal moeten besparen. Voor fiscale cadeaus aan de grote bedrijven is er nochtans altijd geld. En ook voor de aankoop van nieuwe oorlogsboten is er geld: de regering wil vier fregatten en 12 mijnenjagers aankopen voor een prijs van 2 miljard euro. Dat komt bovenop de 15 miljard voor de nieuwe F35-gevechtsvliegtuigen. Waarom moesten we ook alweer de broekriem aanhalen?
Michel en zijn bende stellen hun prioriteiten. Die komen niet overeen met onze belangen. De regering investeert liever in oorlog en vernietiging dan in een verbetering van onze levensstandaard. Technologische mogelijkheden en ontwikkelingen worden afgestemd op waar er winsten te rapen vallen. Vandaag is dat niet in de levenskwaliteit van de meerderheid van de bevolking.
De miljarden die vandaag gebruikt worden voor massavernietigingswapens en ander oorlogstuig of de miljarden die uitgedeeld worden aan grote bedrijven en hun aandeelhouders die de cadeaus meteen doorsluizen naar Panama en andere belastingparadijzen, kunnen beter besteed worden aan onze openbare diensten. Het zou zorgen voor betere en toegankelijkere diensten.
We zullen dit echter niet zomaar bekomen. We moeten ons organiseren en strijd leveren tegen het besparingsbeleid en tegen het systeem dat aan de basis van dit beleid ligt: het kapitalisme. De technologische mogelijkheden en rijkdom zijn aanwezig om iedereen een degelijk leven zonder zorgen te bieden. We zullen die mogelijkheden en rijkdommen uit de handen van de inhalige 1% rijksten moeten halen om dit ook effectief te realiseren. Doe mee met onze strijd!
-
Jonge verpleegster en (al) woedend. Witte woede in opbouw
Vorige donderdag was er een massale betoging van de zorgsector. De 902 miljoen besparingen op gezondheidszorg komen bovenop alle eerdere maatregelen die het personeel en de gebruikers van de sector treffen. We spraken met een jonge verpleegster die uitlegt waarom het protest belangrijk is.Dag Céline, kan je jezelf even voorstellen?
“Deze zomer ben ik afgestudeerd als verpleegster. Ik vond meteen een job in een ziekenhuis, in de geriatrie. Dat is de dienst waar momenteel het meeste personeel gezocht wordt. Het is een dienst die redelijk zwaar is en waar je met allerlei medische problemen geconfronteerd wordt. Ik doe nog geen nachten, maar heb wel een wisselend uurrooster. Ik verdien ongeveer 1.600 euro als ik de maaltijdcheques meetel.”
Waarom koos je voor deze job?
“Omdat ik graag voor mensen zorg. Het is een job met heel veel menselijke contacten waarbij er een specifieke relatie is met de patiënten in een klimaat van vertrouwen. Dat geeft veel waardering, bijvoorbeeld als patiënten ons bedanken, wat vaak gebeurt.”
Kan je je arbeidsvoorwaarden omschrijven?
“Zoals bij alle andere jobs is een onregelmatig uurrooster uitputtend. We hebben een werkritme dat heel hoog ligt. Op de dienst is er een personeelstekort, soms sta ik er alleen voor om 12 patiënten op te vangen. Er is geen tijd voor een echte opleiding door meer ervaren verpleegkundigen. We moeten niet alleen de patiënten opvangen, er zijn ook de familieleden die vragen hebben of bezorgd zijn. Een verpleegster moet tegelijk ook psychologe zijn en vooral veel geduld hebben. We worden op elk moment overbevraagd en we moeten steeds met onverwachte situaties omgaan.
“Bovenop de zware werkdruk komen ook nog eens overuren. Die zouden we officieel kunnen inhalen en uitbetaald krijgen, maar dat gebeurt niet in de praktijk. Er is vaak ook nog een deel van de middagpauze die we ‘vrijwillig’ laten vallen om het werk rond te krijgen of om het de verpleegkundigen van de volgende pauze wat makkelijker te maken. Onder de collega’s zie je zaken als burn-out, crisissen en vaak een groot schuldgevoel.
“Als een collega ziek is, kunnen er volgens de directie zonder problemen studenten als vervangers ingezet worden. Die moeten gratis werken en ze zijn uiteraard niet even efficiënt als personeel met een volledige opleiding en ervaring.”
Waarom betoogde je op 24 november mee?
“Dit is mijn eerste job. De arbeidsvoorwaarden zijn moeilijk en het wordt erger. Bij ons wordt er net als elders geprofiteerd van het personeel waardoor we constant op de tippen van onze tenen moeten lopen. De regering bespaart in gezondheidszorg terwijl het omgekeerde nodig is: massale investeringen in meer collega’s en meer infrastructuur.
“Rechts zegt ons dat de besparingen nodig zijn omdat er geen geld is. Die mensen hebben duidelijk nooit bij ons gewerkt. Het renoveren van gebouwen betekent dat de poorten geschilderd worden, maar voor airco is er geen geld. In de zomer is het een hel voor personeel en patiënten om temperaturen van 30 graden en meer te ondergaan in de kamers.
“De liberalen zeggen ons dat iedereen moet besparen. Nochtans zijn er wel degelijk middelen. Deze kunnen gezocht worden bij de grote vermogens of door niet langer fiscale cadeaus aan de grote bedrijven uit te delen in plaats van de BTW te verhogen en te snijden in de openbare diensten. De keuzes bij het opmaken van een begroting zijn politiek.
“Het is niet gemakkelijk om ons in de sector te organiseren, de zorg voor de patiënten is immers belangrijk. We kunnen niet allemaal samen in staking gaan. Dat is een zwakte om een krachtsverhouding uit te bouwen. Maar er is een grote solidariteit onder de collega’s en een enorme woede.
“In de zorgsector moet een staking goed op voorhand georganiseerd worden en blijft een deel van de collega’s aan de slag. Maar ook die collega’s steunen het protest en dragen bijvoorbeeld een badge of laten een petitie circuleren. Er zijn ook kleine acties in het ziekenhuis zelf.”
Je hebt het actieplan van 2014 meegemaakt als student. Dit is je eerste beweging als werkende. Hoe zie je de acties verdergaan?
“Tijdens een discussie zei een collega me dat het minder erg is om in zorg te besparen dan in onderwijs. We mogen de keuze daar niet tot beperken. Er zijn middelen, we moeten die aanspreken. De betoging van 24 november was belangrijk, maar het volstaat niet om de besparingen te stoppen. De acties moeten dus doorgaan. De betoging toonde onze woede en vestigde de aandacht op het onverantwoorde beleid.
“Dit kan de aanzet zijn tot een nieuw actieplan zoals dat van 2014. De voorbije maanden waren er acties van spoorpersoneel, cipiers, personeel van Caterpillar, … Die hebben allemaal alleen gestreden, maar alleen zullen we het niet halen. We moeten het ongenoegen van de verschillende sectoren samenbrengen. Deze regering zal immers niet toegeven, ze moet weg.
“Ik denk niet dat een regering van andere traditionele partijen een fundamenteel ander beleid zou voeren. We zien overal privatiseringen en besparingen, terwijl er net iets totaal anders nodig is: de nationalisatie van de sleutelsectoren van de economie onder democratische controle van het personeel en de gebruikers. De economie moet ten dienste staan van de bevolking en de maatschappelijke noden, niet van de winsten van een minderheid.”
-
Massale betoging van de zorgsector
“Jonge verpleegster en (al) woedend,” luidde het opschrift van het t-shirt van enkele jonge verpleegsters. Ze werden vervoegd door mensen uit heel het land en uit de erg diverse onderdelen van de zorgsector. In veel ziekenhuizen was de stakingsbereidheid een pak groter dan wat mogelijk is door de minimale bezetting. Vanuit verschillende instellingen en organisaties kwamen personeelsleden die in veel gevallen voor het eerst tegen deze asociale regering betoogden.
Het ongenoegen is bijzonder groot. Het onwerkbaar maken van het werk door steeds meer flexibiliteit en meer prestaties te eisen voor een loon dat niet volgt, speelt mee. Het afbreken van de zorg en de gevolgen hiervan voor de hele samenleving eveneens. De redenen om te betogen waren net als de samenstelling erg divers. Maar de vastberadenheid om samen in actie te komen, was eveneens groot.
Het potentieel voor een nieuwe witte woede is dus zeker aanwezig. Een volgende stap werd nog niet aangekondigd. Maar dat dit wat de aanwezigen betreft geen eindpunt mag zijn, staat vast. Het pamflet van Polsslag/Hypertension dat wij verdeelden, werd gretig meegenomen.
Hieronder enkele foto’s:
-
Zorgkwaliteit? Een nieuwe Witte Woede is nodig!

En een interprofessioneel ACTIEPLAN om de BESPARINGEN te STOPPEN!
Genoeg is genoeg! De volledige sociale sector in al zijn diversiteit staat in het schietkraam. Dat het Antwerps stadsbestuur en Maggie De Block trigger happy zijn, hoeft niet te verrassen. Ze zijn beiden voorvechters van de neoliberale besparingspolitiek. Wij als werknemers moeten samen met de hulpgebruikers en patiënten opdraaien voor de cadeaus aan de rijken: dat pikken we niet langer en we roepen iedereen op om mee te bouwen aan het verzet!
Pamflet van Polsslag (de pdf kan je hier hier downloaden)
STOP COMMERCIALISERING!
De welzijnssector
Het Antwerpse stadsbestuur bouwt hulp af door die in handen te leggen van G4S Care, een multinational met aandeelhouders. Het personeel en hulpgebruikers zijn de dupe ten koste van de opbrengsten voor die aandeelhouders. De kwaliteit zal dalen in bijvoorbeeld de daklozenopvang: van een zorg op maat gaat het naar een minimale bed-bad-brood. We eisen dat de zorg in publieke handen komt. Vóór de commercialisering, waren er immers ook al gigantische tekorten. Massale investeringen in publieke basisdiensten kunnen zowel zorg als preventie mogelijk maken. De sociaal werkers hebben het Antwerps stadsbestuur met acties onder druk gezet. De beslissing is daardoor voorlopig uitgesteld. Strijd loont, maar meer solidariteit is nodig.
Als je werkt in de gezondheidszorg of de gehandicaptenzorg, weet je evenzeer wat commercialisering in de praktijk betekent.
De bejaardenzorg
De laakbare praktijken in de rustoorden die beheerd worden door zorgmultinationals zijn ruim bekend. Denken we maar aan het rantsoeneren van incontinentiemateriaal wegens “té duur.” Op zich is het niet te duur maar dan blijft er minder winst over voor de aandeelhouders én daar draait het om! Onlangs was er opschudding over de zogenaamde plascontracten bij dementerenden in Nederland. Te weinig personeel en middelen zorgen voor mensonterende situaties, zowel voor bewoners als werknemers.
De gehandicaptenzorg
Het nieuwe financieringssysteem binnen de Vlaamse gehandicaptenzorg (persoons volgende financiering) leidt tot een vermarkting van de sector, hogere flexibiliteit voor het personeel en onzekerheid bij de gebruikers. Het zorgt tevens ook voor het breken van de solidariteit tussen organisaties en tussen gebruikers, terwijl deze solidariteit in het verleden net de kracht was van de sector. Bovendien kunnen in de toekomst ook niet-vergunde organisaties instaan voor de opvang en begeleiding van personen met een beperking. En dit aan andere loon- en arbeidsvoorwaarden en onduidelijke kwaliteitsnormen. Dit liberale beleid draait de klok vele jaren terug in plaats van toekomstgericht te werken.
HANDEN AF VAN ONZE ADV-DAGEN … EN DE REST!
Maggie De Block geeft zelf aan dat ze niet eeuwig de populairste kan blijven. Met de 902 miljoen euro besparingen in de sociale zekerheid zal ze de geschiedenis ingaan als de afbraakdokter van de federale regering.Mega Maggie pakt meteen de rimpeldagen aan, één van de grootste verworvenheden van de witte woede. Als zij denkt dat we dit zonder slag of stoot laten passeren, dan heeft ze het mis. We weten allemaal dat dit nog maar het begin is: er staat nog een ganse batterij van besparingen en hervormingen klaar die uiteindelijk zullen resulteren in massaal jobverlies en slechtere dienstverlening. Kwaliteit in de zorg lijkt de minste van haar zorgen.Denken we maar aan het schrappen van 4000 ziekenhuisbedden (dit is het equivalent van sluiting van 10 regionale ziekenhuizen) , de reorganisatie van de 91 ziekenhuizen in 25 netwerken en een nieuwe ziekenhuisfinanciering volgens DRG’s (vaste enveloppe per patiëntenprofiel) die de druk zullen opvoeren om de ondersteunende diensten te outsourcen voor zover dat dit nog niet gebeurd is. Dat dit tot massaal jobverlies zal leiden bij alle personeelsgroepen staat als een paal boven water.
De concepten van het kabinet over de toekomst van de zorgberoepen zijn allesbehalve geruststellend. De juridische fundamenten van de gezondheidszorgberoepen, het beruchte KB 78, is in 2015 herdoopt in o.a. de WUG (*) met de bedoeling in de nabije toekomst dit een volledig nieuwe invulling te geven. De WUG klinkt niet enkel akelig maar de concepten zijn van hetzelfde laken een broek.
(*WUG = de gecoördineerde Wet betreffende de Uitoefening van de Gezondheidszorgberoepen)
WELZIJNS- EN GEZONDHEIDSZORG ZOALS IN DE VS? NEEN: DANK U WEL!
Overal in de non-profit gebeurt een beweging van publiek naar privaat en van privaat naar commercieel. Deze afbraak doet de kwaliteit van de dienstverlening dalen en zet de werknemers extra onder druk want alle zorg moet op de markt. We kennen de voorbeelden uit de VS én Nederland. In de VS is degelijke zorg voor een gewone werknemer amper betaalbaar als dit niet in zijn pakket van extralegale voordelen zit. De CEO’s van de private ziekteverzekeringen behoren echter tot de best betaalde én dat wil iets zeggen in het land van Wall Street!
EXTRA INVESTERINGEN IN ZORG! VOORUIT!
Als hulpverleners en zorgverstrekkers kunnen we het heft in eigen handen nemen. Als we de strijd tegen deze besparingen gezamenlijk organiseren, staat ook de uitdaging voor ons om een goed uitgebouwde hulp en zorg af te dwingen. Daarvoor hebben we nood aan een nieuwe witte woede. In het verleden hebben we zo reeds krachtsverhoudingen opgebouwd en verbeteringen afgedwongen. We kunnen ons hier echter niet tot beperken als we zien dat mensen steeds meer welzijns- of gezondheidsproblemen hebben. De oorzaken aanpakken, vraagt meer dan jobs en werkbaar werk. Investeringen in basisdiensten waar mensen beroep kunnen op doen, vraagt het aanspreken van de rijkdom die bij de banken en de multinationals zit!
EEN INTERPROFESSIONEEL ACTIEPLAN DAT DE BESPARINGEN STOPT !
Wat in de brede en zeer diverse sociale sector gebeurt, belangt iedereen aan. We zijn al slachtoffer, en dreigen dat nog verder te worden, van het brutaal besparingsbeleid. Meer dan dat is het de zoveelste aanval op onze levens- en werkomstandigheden. De Witte Woede nieuw leven in blazen, betekent het verzet opbouwen in onze sector, tot we resultaten boeken. Strijd loont!
Zolang deze regeringen en besturen niet gestopt worden in hun besparingspolitiek zal de afbraak verder gaan. Daarom vragen we een goed opbouwend interprofessioneel actieplan dat de besparingen stopt. Verenigd, strijdbaar en solidair tot de geldstroom in de andere richting vloeit. Er is ruim voldoende rijkdom in de samenleving aanwezig om iedereen een kwaliteitsvol leven laten te leiden. Zolang die rijkdom in de handen ligt van een kleine elite van rijken die ons kapot bespaart, zal een degelijk leven voor iedereen in de verste verte onbereikbaar zijn. Een veralgemeende strijd voor publieke basisdiensten, arbeidsherverdeling en het omvormen van de maatschappij is absoluut nodig voor het welzijn en de gezondheid van iedereen!
POLSSLAG: WIE ZIJN WE ?
“Polsslag” zag het levenslicht in 2004 tijdens de Witte Woede als een actieblad van en voor strijdbare en kritische vakbondsmilitanten in zowel ACV als ABVV. Dit netwerk ontstond op initiatief van delegees en militanten van de Linkse Socialistische Partij (socialisme.be) en staat open voor elke strijdbare activist in de sector. In 2007 startte de gelijknamige blog.
Als je via facebook op de hoogte wenst te blijven van de handel en wandel in de non/social profit en bijvoorbeeld de discussie over de toekomst van HBO 5 Verpleegkunde en de zorgkundigen of de voorbeeldacties van het sociaal werk in Antwerpen:
“RESPECT voor de werknemers inde ZORG”
-
7 redenen om op 24 november te betogen
Er zijn héél véél redenen om op 24 november onze stem te laten horen! We snijden hier 7 thema’s aan (niet toevallig een bijbels getal) die een idee geven van “de komende neoliberale armageddon in de zorg” indien we Maggie en de regering hun gang laten gaan.Artikel overgenomen vanop polsslagnonprofit.blogspot.be
- Voor een nieuw sociaal akkoord!
Het zijn niet enkel de brutale besparingen met o.a. de aanval op de ADV-dagen maar er is ook een eisenbundel om tot een nieuw sociaal akkoord te komen in de sector (zowel voor de federale als de Vlaamse sectoren) Het laatste sociaal meerjarenakkoord van betekenis voor de federale sectoren (ziekenhuizen en co) was dat van 2005-2010. Het jaar 2005 was dan ook de laatste keer dat de witte woede massaal en intensief van zich liet horen. Het eindigde in een actie- en stakingsbeweging “tot de finish.” Na dit akkoord werden we systematisch afgescheept met mini-akkoordjes met dito inhoud.
De Vlaamse sectoren (gezinszorg, opvoedingsinstellingen, de beschutte en sociale werkplaatsen, …) wisten echter nog een VIA 4 (vierde Vlaams Intersectoraal Akkoord) uit de brand te slepen voor 2011-1015, wat een belangrijke vooruitgang voor de zeer diverse sector betekende.
Voor de eisenbundels verwijzen we graag naar de websites van de vakbonden in de verschillende sectoren van de social profit.
- De lage lonen in de zorgsector
Sinds 2002 (!) wordt er gewerkt aan een nieuwe functieclassificatie (IF-IC) én theoretisch loonmodel. Hieruit blijkt een duidelijke loonhandicap in vergelijking met andere sectoren. Een volledige uitvoering van het theoretisch loonmodel zou een meerkost betekenen van meer dan 900 miljoen (!) euro. Om het systeem een ernstige start te geven zou een eerste schijf van 100 miljoen euro nodig zijn. Minister De Block heeft slechts 50 miljoen hiervoor opzijgezet voor 2017. Dit is té weinig om onmiddellijk voor iedereen tot een merkbare verbetering te komen. De premies voor de bijzondere beroepstitels en bekwaamheden zouden geïntegreerd worden in het loon (wat gunstiger is voor o.a. de berekening van het pensioen) Maar voor alle duidelijkheid: we hebben het hier over de federale sectoren. Onze laatste baremieke loonsverhoging (+1%) dateert van … 2001!
- Té weinig personeel !!!
De personeelsnormen moeten dringend omhoog (zeker in de woonzorgcentra) want de werkdruk is niet langer houdbaar, zeker als er collega’s ziek vallen. Het systeem van mobiele equipes is een goede maatregel maar in de praktijk pakt het soms anders uit. De mobiele equipes worden in heel wat instellingen ingezet om langdurige afwezigheden op te vangen, wat problematisch is bij onverwachte afwezigheden bij ziekte natuurlijk want dan is de mobiele equipe al grotendeels ergens anders ingepland … Dat de mobiele equipes te kort schieten wordt ook bewezen door de ruime inzet van interims (in diverse vormen) en aparte ‘dagcontracten.’ De enige duurzame oplossing is een betekenisvolle verhoging van de personeelsnormen aangezien deze achterhaald en allesbehalve aangepast zijn aan de toegenomen zorgzwaarte.
Te weinig personeel hangt ook samen met de voortschrijdende commercialisering in de zorgsector.
De onstilbare winsthonger van de zorgmultinationals (commerciële woonzorgcentra) geeft aanleiding tot mensonwaardige toestanden, zowel voor de bewoners als het personeel. Om de winsten voor de aandeelhouders te maximaliseren moeten immers de middelen en het personeel tot een absoluut minimum beperkt worden.
- De toekomstige hervorming (lees: het decimeren) van het ziekenhuislandschap
Een andere reden om op straat te komen, zijn de diepgaande hervormingen in de gezondheidszorg die nu en de komende jaren op de rails zullen gezet worden. Onder druk van de besparingen zullen die hervormingen versneld uitgevoerd worden. Dat laat alvast het ergste vermoeden.
Eén ervan is de verplichte netwerking: de 91 apart werkende ziekenhuizen in ons land zullen zich in maximum 25 netwerken moeten verdelen. Dit zal onvermijdelijk tot sluiting van bedden (4000 volgens De Standaard 12/11/2016) en dus jobverlies leiden, zowel bij de ondersteunende diensten (via outsourcing en het opzetten van gezamenlijke logistieke platformen) als de zorgdiensten. Voor de zorgdiensten zullen waarschijnlijk materniteit en pediatrie het eerst in het vizier komen. Ziekenhuizen zullen onderling moeten overeenkomen wie welke specialiteit gaat aanbieden. Anderzijds wil men zo veel mogelijk zorg (inclusief chemotherapie) via de thuisverpleging organiseren om patiënten zo veel mogelijk uit het ziekenhuis te weren. Wat natuurlijk nog eens een afbouw van het personeelsbestand in de ziekenhuizen betekent. Heel wat “proefprojecten” lopen al. Na een positieve evaluatie zullen zij zeer snel ingevoerd worden.
DRG-financiering
En dan hebben we het nog niet gehad over de toekomstige ziekenhuisfinanciering waarbij men zich hoofdzakelijk wil baseren op DRG’s (diagnostisch gerelateerde groepen) In mensentaal: voor elke patiënt die beantwoordt aan een welomschreven diagnostische groep zal er een vast enveloppe komen, onafhankelijk van “hoeveel keer hij onder de machines wordt gelegd.” Misschien in eerste instantie een goed idee ter bestrijding van de beruchte overconsumptie maar het houdt heel wat gevaren in. Ziekenhuizen zouden kunnen geneigd zijn om enkel te specialiseren in de DRG’s die financieel het interessantst zijn. Voor wie gaat dan “de overschot” zijn? Wat gaat men doen met de prestaties van de artsen? De verschillende bedragen voor de DRG’s zullen doorgaans naar beneden toe ingeschat worden (’t is crisis!) wat de ziekenhuizen terug zal dwingen te besparen en zo komen we in een vicieuze cirkel die in deze tekst verschillende keren aan bod komt.
Een pittig detail: in Duitsland werd na een proefperiode in 2004 de DRG-financiering in de ziekenhuizen definitief ingevoerd. Zwitserland volgde in 2012. VOORAF schafte men echter de personeelsnormen af. De gevolgen waren catastrofaal voor de werkgelegenheid én deed de werkdruk in de sector enorm stijgen. Dit is niet toevallig aangezien de grootste kost van een ziekenhuis het personeel is. Ziekenhuizen splitsten dan ook hun ondersteunende diensten (onderhoud, keuken, logistiek, …) systematisch af om fors te besparen. Volgens de vakbond Ver.di zijn er momenteel 162.000 werknemers (voornamelijk verpleegkundigen) te weinig in de Duitse ziekenhuizen.
- Papierwerk neemt hand over hand toe
De administratieve rompslomp neemt jaar na jaar toe (door bijvoorbeeld accreditering en allerhande kwaliteitsnormen die moeten gehaald worden) Dit verhoogt de reeds zware werkdruk en vermindert de tijd dat men effectief kan bezig zijn met de patiënten.
- Wat met de toekomst van de zorgberoepen?
Het ziet er eveneens naar uit dat men via de vernieuwing van KB 78 (nu “WUG” geheten: de gecoördineerde Wet betreffende de Uitoefening van de Gezondheidszorgberoepen) de zorgberoepen wil overhoop gooien door verschuiving van taken en verantwoordelijkheden en de mogelijke introductie van een nieuwe intermediaire functie, de “health care assistant.” Dit zijn allemaal “concepten” waar nog geen definitieve beslissing over gevallen is.
- Regionalisering maakt een “complexe soep” van de zorgsector
We zitten nu in een overgangsperiode waarbij bepaalde federale sectoren overgaan naar de deelstaten (bijvoorbeeld de woonzorgcentra, de specialistische ziekenhuizen) Echter heel wat bevoegdheden zijn en blijven gemengd: kwestie van de zaken gemakkelijk en efficiënt te maken … NOT!
Wat o.a. de loonvorming en de opleidingen betreft, is de regionalisering géén goed idee. De opleidingen voor verpleegkunde aan beide kanten van de taalgrens verschillen ernstig . Dan hebben we het vooral over de “oude A2”: in Vlaanderen HBO 5 op 3 jaar (gegradueerden op niveau 5) en aan de andere kant van de taalgrens gebrevetteerden op niveau 4 op … 3,5 jaar! En wat met de lonen in de bejaardenzorg als zij niet langer onder federale bevoegdheid vallen? Zullen zij meestappen in het IF-IC verhaal of niet?
Een ander verhaal is “artikel 107”: de mobiele teams in de psychiatrie. Zij vallen onder Vlaamse bevoegdheid maar doorgaans is het personeel afkomstig van een psychiatrisch ziekenhuis dat afhangt van federaal. Het loonbeleid is hier allesbehalve eenduidig. De afbouw van ziekenhuisbedden in de psychiatrie dat gepaard gaat met artikel 107, zorgt ervoor dat meer en meer psychiatrische patiënten op straat komen te staan en uiteindelijk in de daklozenopvang terechtkomen. En zo zijn er wel nog voorbeelden te geven van de toegenomen complexiteit én hun negatieve gevolgen. Efficiëntie is toch wel wat anders?
8. Vul zelf maar verder aan …



