Tag: klimaatverandering

  • Trump stapt uit klimaatakkoord. Verdedig de planeet door te strijden voor socialisme

    Vorige donderdag kondigde Trump aan dat hij de VS uit het Klimaatakkoord van Parijs wil terugtrekken. Niemand was echt verbaasd. Maar er was nog wat hoop dat de druk van grote bedrijven – met een oproep van topfiguren van bedrijven als Apple, Google, JP Morgan, GE en Microsoft – en de vragen van de paus en de wereldleiders op de G7-top enige impact zouden hebben.

    Door Jess Spear

    De gevolgen voor de VS zijn moeilijk te voorspellen op dit ogenblik. Maar het volstaat om erop te wijzen dat de VS wereldwijd de tweede grootste verantwoordelijke is voor de uitstoot van broeikasgassen, dat de VS meer fossiele brandstoffen produceert dan gelijk welk ander land en dat het Amerikaanse leger de belangrijkste consument van fossiele brandstoffen is. Zonder de VS als partij in het klimaatakkoord, wordt het heel moeilijk om een ernstige impact te hebben en de dreiging van klimaatverandering te beperken. Dit wordt al decennialang erkend door wereldleiders en de VS domineerden de afgelopen klimaatconferenties. Maar de wereldleiders weigeren de onderhandelingen te heropenen en beweren dat ze de klimaatverandering willen aanpakken waarbij “niets ons kan stoppen.”

    Een aantal staten en steden in de VS protesteren. California, Washington en New York zijn goed voor 25% van het BBP en 20% van de bevolking. Zij verklaarden dat ze het Klimaatakkoord wel zullen nakomen. Ze vormden samen met zeven andere staten de US Climate Alliance. De doelstellingen van die alliantie werden onderschreven door 105 burgemeesters van steden (waaronder 12 van de 15 grootste steden in het land).

    Amerika alleen

    De toespraak waarmee Trump deze stap uitlegde, ging gebulkt van het economisch nationalisme. Dit was duidelijk geïnspireerd door de alt-right reactionair Steve Bannon.

    Terugtrekken uit het akkoord van Parijs wordt gesteund door een deel van de industriële kapitalisten, onder meer in de energiesector. Maar zelfs in die kringen van de heersende klasse is niet iedereen opgezet met de beslissing. De bezorgdheid heeft niet zozeer te maken met het milieu op zich, maar met de verminderde ‘leidinggevende’ rol van het VS-kapitalisme op het wereldtoneel. De Chinese kapitalisten en heersers zijn bereid om die rol over te nemen nu de verdeeldheid tussen de VS en de EU scherper wordt.

    De meerderheid van de Amerikaanse heersende klasse wil niet dat rivalen de groeiende industrie van hernieuwbare energie domineren. Trump beweerde dat het akkoord van Parijs de komende 20 jaar tot het verlies van 6,7 miljoen jobs zou leiden. Hij houdt echter geen rekening met de economische ramp die veroorzaakt wordt door de klimaatverandering. De uitspraak van Trump was slechts één van de vele van de pot gerukte verklaringen.

    De belangrijkste reden voor Trump ligt elders. Zijn regering wordt gekenmerkt door crisis en hij weet dat hij zijn basis moet onderhouden rond de kwestie van “jobs terugbrengen.” Een geïsoleerde positie van de VS zal echter tot meer jobverliezen leiden. De bewering dat dit beleid jobs zal terugbrengen in de steenkoolindustrie is – zoals we eerder uitlegden (zie: Stop de oorlog tegen het klimaat) – een leugen. We denken dat er een massale publieke investering nodig is in de infrastructuur op basis van hernieuwbare energie om zo miljoenen degelijke jobs te creëren waarbij beroep gedaan wordt op de kennis van de werkenden uit de vervuilende sectoren .

    Wat verdedigen?

    Wie begrijpt wat er op het spel staat en wat er nodig is om onze toekomst te beschermen, weet dat het akkoord van Parijs veel te beperkt is. Zoals we destijds opmerkten: “Het bereikte akkoord erkent de noodzaak om onder 2 graden Celsius te blijven, met een doelstelling om de opwarming onder 1,5 graden te houden. Maar de vrijwillige doelstellingen voor de beperking van de uitstoot zijn niet bindend en starten pas vanaf 2020. Als alle doelstellingen behaald worden – wat nooit eerder gebeurde – zal de wereldwijde temperatuur nog steeds met 3,5 graden Celsius toenemen, twee graden meer dan wat volgens wetenschappers veilig is.”

    Ondanks de beperkingen kwamen leiders van 200 landen voor het eerst in de geschiedenis overeen om de uitstoot van broeikasgassen te beperken en om fossiele brandstof te vervangen door hernieuwbare energie met financiële steun hiervoor aan minder ontwikkelde landen. De erkenning dat we onder 2 graden Celsius moeten blijven is een bevestiging van het feit dat 80% van de reserves aan fossiele brandstoffen niet kan geëxploiteerd worden.

    Het akkoord volstaat niet, maar het engagement in woorden had er nooit gekomen zonder massale druk van onderuit. Denk maar aan de 400.000 betogers in New York tijdens de grootste milieubetoging ooit in de VS of de honderdduizenden die wereldwijd op straat kwamen en de duizenden die aan acties van massale burgerlijke ongehoorzaamheid deelnamen. Deze druk dwong regeringen tot wat ze niet wilden doen: erkennen dat er iets moet gebeuren.

    Kapitalisme versus onze toekomst

    Woorden volstaan niet, er zijn daden nodig. De vrijwillige doelstellingen die in Parijs werden overeengekomen, zullen wellicht niet behaald worden. Een aantal EU-landen zal de doelstellingen voor hernieuwbare energieproductie niet halen. Nog voor Trump president werd, zag het er naar uit dat de VS het doel voor 2025 niet zou halen. Het gevoerde beleid gaat immers niet ver genoeg.

    De auteurs van het Klimaatakkoord anticipeerden hierop door een vijfjaarlijkse evaluatie in te voeren in de hoop dat de landen meer ambitieuze doelstellingen zouden aannemen. Dat is erg onwaarschijnlijk gezien de al erg beperkte doelstellingen die bovendien niet gehaald worden. Het ontbreekt bovendien aan de nodige politieke bereidheid om de grote oliebedrijven en de financiers van de fossiele brandstoffensector aan te pakken.

    We staan momenteel op drie jaar van het punt waarop volgens wetenschappers de uitstoot zal pieken. Na 2020 moet de uitstoot drastisch verminderen om te vermijden dat de temperatuur met meer dan 2 graden Celsius zou toenemen. Er is geen ruimte meer voor uitstel. Elke partij of politicus die dit beweert, is ofwel totaal onwetend ofwel wordt gelogen.

    De kapitalisten en hun dienaars in de regering hebben meer dan 25 jaar gehad om iets te doen. Deze tijd ging verloren aan het ontkennen van wat de wetenschap vaststelde. Er werden miljarden uitgegeven aan campagnes om de bevolking te verwarren. Dit alles is niet verwonderlijk: er stonden miljardenwinsten op het spel.

    Nu loopt de opwarming uit de hand en is het klimaatstelsel steeds instabieler. Tegelijk zijn er massabewegingen tegen besparingen, ongelijkheid, oorlog en onderdrukking. De milieubeweging moet zich verenigen met de antikapitalistische en socialistische bewegingen om te strijden tegen het hele systeem.

    Er is nood aan een nieuwe politieke partij die de belangen van de werkenden en armen verdedigt en opkomt voor een duurzame toekomst. We moeten de woede tegen de aanval van Trump op het klimaat koppelen aan het verzet tegen de aanvallen van de Republikeinen op de werkenden in het algemeen, in het bijzonder met de Trumpcare. Een zomer van verzet met massale actiedagen in heel het land is nodig om duidelijk te maken dat Trump en zijn regime weg moeten.

    Wij eisen:

    • Onze toekomst is belangrijker dan private winsten – geen terugtrekking uit het Klimaatakkoord, de opwarming onder de 1,5 graden houden door de doelstellingen op te voeren.
    • Massale publieke investeringen in openbaar vervoer en hernieuwbare energie.
    • Breng de grote banken, grote energiebedrijven en grote landbouwbedrijven onder publiek bezit en onder democratische controle.
    • Een ‘rechtvaardige overgang’ voor alle werkenden in vervuilende sectoren met een garantie van waar nodig een nieuwe opleiding en het behoud van degelijk betaalde jobs.
    • Een democratisch socialistische planning van de economie op basis van de belangen van de overgrote meerderheid van de bevolking en het milieu. Voor een socialistische VS en een socialistische wereld!
  • [Dossier] Marxisme en ecologie

    Klimaatbetoging in Oostende. Foto: MediActivista
    Klimaatbetoging in Oostende. Foto: MediActivista

    Ten onrechte wordt vaak gezegd dat het marxisme niet bezorgd is om het milieu of nog dat marxisten enkel kijken naar economische groei als antwoord op armoede en behoeften. Dit is niet correct. Op basis van de werken van Marx en Engels, maar ook de ervaring van de eerste jaren van de Russische revolutie, brengt Per-Ake Westerlund een antwoord op deze vooroordelen.

    Er zijn twee beschuldigingen over het marxisme en ecologie die vaak terugkomen, zowel van de politieke rechterzijde als sommige groene activisten en delen van de linkerzijde. De eerste is dat Karl Marx een erg positieve kijk had op industrialisering en de natuur zag als een onbeperkte bron die kon gebruikt worden. De tweede is dat het marxisme verantwoordelijk is voor enkele van de ergste milieurampen ooit, namelijk die in de Sovjet-Unie.

    In tegenstelling tot deze beschuldigingen, is bewustzijn rond en strijd voor het milieu niet nieuw voor marxisten. Marx was een pionier in het analyseren en bekritiseren van de vernietigende effecten van de kapitalistische industrialisering op zowel de natuur als de samenleving. Zowel Marx als Engels, de auteurs van het Communistisch Manifest in 1948, bestudeerden en volgden de wetenschap op tal van domeinen.

    De kapitalistische industriële productie en de arbeidersklasse ontstonden pas in de decennia voor Marx en Engels hun analyses ontwikkelden, maar de rol ervan werd meteen begrepen door Marx die in de arbeid een sleutelelement tot ontwikkeling van de samenleving zag. De nadruk op het belang van de arbeidersklasse betekent echter niet dat het milieu genegeerd werd.

    Marx zag arbeid als een proces waaraan zowel mens als natuur deelnemen. Dit benadrukte hij in zijn ‘Kritiek op het programma van Gotha’ – het programma dat door het eerste congres van de Duitse Sociaaldemocratische Partij (SPD) in 1875 werd aangenomen. Marx gaat in op de stelling in dit programma dat “arbeid de bron van alle rijkdom en cultuur” is. “Arbeid is niet de bron van alle rijkdom. De natuur is in evenwaardige mate een bron van gebruikswaarden (die immers evengoed de materiële rijkdom uitmaken!) als de arbeid, die zelf slechts één der natuurkrachten manifesteert: de menselijke arbeidskracht”, stelde Marx. Het verkeerde idee van arbeid als enige bron van rijkdom kwam van Ferdinand Lassalle, niet van Marx.

    Marx waarschuwde voor de gevolgen van een verstoorde relatie tussen mensheid en natuur. Hij zag de vervreemding van werkenden in het kapitalistische productieproces als onderdeel van hetzelfde proces van vervreemding van de mens tegenover de natuur. Dit was in zijn tijd vooral duidelijk in de industrialisering van de landbouw.

    De arbeidersklasse was en is de eerste die de gevolgen van het kapitalisme op het milieu ondergaat. Zo vormen energiebedrijven – olie, steenkool, kernenergie – een directe bedreiging voor de werkenden in deze sectoren, maar ook voor de mensen en het leefmilieu in volledige regio’s en landen. Werkenden in deze sectoren zijn zich vaak het meeste bewust van de gevaren. De strijd om de arbeidsomstandigheden te verbeteren, is een belangrijk onderdeel van de ecologische strijd.

    De marxistische filosofie, het dialectisch materialisme, biedt bovendien een methode van analyseren waarmee de huidige klimaatcrisis kan verklaard worden. Marx en Engels toonden in het midden van de 19de eeuw reeds aan dat de samenleving en de natuur zich ontwikkelen doorheen tegenstellingen die tot kwalitatieve sprongen leiden. Klimaatonderzoekers bevestigen dit als ze waarschuwen voor keerpunten, ogenblikken waarop klimaatveranderingen onomkeerbaar worden.

    Veel van diegenen die Marx ervan beschuldigen dat hij de natuur negeerde in zijn werk, hebben zelf de werken van Marx genegeerd en zich gebaseerd op de zelfverklaarde ‘volgelingen’ van Marx in de sociaaldemocratie of onder het stalinisme. De samenlevingen die zij opbouwden en die als socialisme omschreven werden, staan helemaal haaks op wat Marx stelde over arbeidersdemocratie, de rol van de staat, maar ook op de omgang met het milieu. Marx voorspelde dat: “De natuurwetenschappen… de basis van de menselijke wetenschap worden, evenals zij reeds nu de basis van het werkelijke menselijke leven geworden zijn.” (Economische en Filosofische manuscripten, 1844)

    Marx over de natuur

    Om de marxistische benadering van ecologie en milieu te begrijpen, is een algemeen begrip van de marxistische methode nodig. Marx keek steeds naar de wereld en zijn geschiedenis in zijn totaliteit als vertrekpunt voor zijn analyses en programma. Het feit dat Marx het kapitalisme zag als een historisch progressief systeem werd door velen misbegrepen of verkeerd weergegeven. Zo schreef Michael Löwy van het Verenigd Secretariaat van de Vierde Internationaal dat Marx “een erg onkritische houding had tegenover industriële ontwikkeling en in het bijzonder tot de vernietigende effecten ervan op de natuur.” Löwy beweert ook dat “Marx geen geïntegreerd ecologisch perspectief had.” (For a Critical Marxism, Against the Current, November-December 1997).

    Eerst en vooral was het progressieve karakter dat Marx aan het kapitalisme toeschreef, tijdelijk en beperkt tot de vergelijking van het kapitalisme met het feodalisme. De belangrijkste verwezenlijking van het kapitalisme, was dat dit systeem niet alleen de basis creëerde om zichzelf te elimineren maar ook om aan de klassensamenlevingen in het algemeen een einde te maken. De arbeidersklasse die met de steun van arme boeren de macht overneemt, zou leiden tot een heerschappij door de meerderheid van de bevolking en het begin van een proces naar een totaal andere samenleving. Het perspectief van Marx werd reeds bevestigd in de Parijse Commune van 1871 toen de arbeiders twee maanden de macht in handen hadden.

    Een begrip van de rol van het kapitalisme is niet hetzelfde als dat systeem verdedigen. Meer dan wie ook begreep Marx dat het kapitalisme een systeem was gericht op het produceren van winst doorheen meerarbeid. Wetenschap en natuurkrachten werden aangepast om dit doel te dienen. De gezondheid van werkenden werd genegeerd, net zoals de effecten van de productie op de natuur. Marx waarschuwde voor de pogingen om de natuur aan te passen aan wat het kapitalisme nodig had. Sommigen stellen dat Marx de natuur zag als iets oneindig dat gratis ter beschikking stond. Maar hij stelde net dat de natuur onder het kapitalisme geen waarde had. De conclusie van Marx was dat de niet uitgebuite natuur wel degelijk waarde had, denk maar aan de lucht, de bossen en vissen.

    Marx bestudeerde vooral het niet-mechanisme materialisme van Epicurus (341-270 BCE) en de dialectiek van GWF Hegel (1770-1831), hij ontwikkelde zijn filosofie van het dialectisch materialisme. Het was een briljante visie op de wereld die perfect in die periode paste. De belangrijkste gebeurtenis van die tijd, de Franse revolutie, was het resultaat van zowel de materiële basis – de kapitalistische economie en samenleving die het feodalisme verdreven – als een bewust optreden van de revolutionaire massa’s.

    De ideeën van Marx waren het meest ontwikkeld onder alle filosofische strekkingen die met het religieuze verleden braken. In plaats van de aarde voor te stellen als iets wat nooit veranderde en als het centrum van alles, met de mensheid als centrum van de aarde, ziet het marxisme in overeenstemming met het klassieke materialisme de wereld als steeds veranderend en dus ook eindig. Het leven is een product van de aarde (de natuur) en niet van een god. De mensheid is een met de natuur, het staat er niet buiten. Marx deelde de geschiedenis niet op in een sociale en een natuurlijke geschiedenis, beiden waren onderling met elkaar verbonden. Dialectische wetten vinden een toepassing in zowel de natuur als de samenleving, hun ontwikkelingen spelen op elkaar in en beïnvloeden elkaar. Marx gebruikte de term ‘metabolisme’: een ketting van onderling met elkaar verbonden processen die een geheel vormen.

    Marx toonde aan dat de groeiende opdeling tussen stad en platteland een breuk van dit metabolisme vormde, dit werd door John Bellamy Foster in het nuttige boek ‘Marx’s Ecology’ samengevat in de term “metabolische breuk”. In het derde deel van ‘Het Kapitaal’, gepubliceerd in 1894, na de dood van Marx (1883), omschrijft Marx het kapitalisme als een breuk met de natuurwetten van het leven: “Grote landbouwbedrijven beperken de landbouwersbevolking tot een constant dalend minimum, en ze confronteren deze met een constant groeiende industriële bevolking die in grote steden leeft. Het creëert hiermee de voorwaarden die leiden tot een onherstelbare breuk in de samenhang van sociale uitwisseling zoals voorgeschreven door de natuurwetten van het leven.”

    Op basis van discussies over de degradatie van de bodem op langere termijn als gevolg van het gebruik van chemische meststoffen in de landbouw, stelde Marx dat “elke vooruitgang in kapitalistische landbouw een vooruitgang betekent in de kunst van niet alleen de werkende te beroven, maar ook de bodem: alle vooruitgang in de vruchtbaarheid van de bodem voor een bepaalde tijd, is een vooruitgang naar het vernietigen van de laatste bronnen van die vruchtbaarheid.” Hij legde uit: “Met het constant toenemend overwicht van de stedelijke bevolking, die door de kapitalistische productie in de grote centra wordt opeengehoopt, (…) vernietigt zij de stofwisseling tussen mens en aarde, dat wil zeggen de terugkeer tot de grond van de door de mensen in de vorm van voedsel en kleding verbruikte bestanddelen van de grond; hiermee vernietigt de kapitalistische productie dus de eeuwige, natuurlijke voorwaarde van duurzame vruchtbaarheid van de grond.” En nog: “De kapitalistische productie is dus alleen maar in staat de techniek en de combinatie van de maatschappelijke productieprocessen tot ontwikkeling te brengen, doordat zij gelijktijdig de bronnen van alle rijkdom ondergraaft: de grond en de arbeider.” (Kapitaal, Deel 1, 1867). In een erg vooruitziende voorspelling waarschuwde Marx dat de constante modernisering onder het kapitalisme dit “proces van vernietiging” zou versnellen.

    Engels vatte de afhankelijkheid van en de nood om van de natuur te leren als volgt samen: “Bij iedere stap worden we eraan herinnerd dat de natuur zich niet laat veroveren zoals een vreemd volk dat doet, maar dat wij, als vlees, bloed en hersenen, deel uitmaken van de natuur en midden in de natuur leven waarbij onze heerschappij enkel bestaat uit het feit dat we op andere wezens het voordeel hebben dat we de lessen van de natuur kunnen leren en correct kunnen toepassen.” (‘De rol van de arbeid in de overgang van aap naar mens’, Friedrich Engels, 1876).

    Marx over socialisme

    Marx wordt er door sommigen ook van beschuldigd dat hij geen exact plan voor een toekomstige socialistische samenleving kon voorleggen. Deze critici denken dat zijn socialisme betekende dat de arbeidersklasse de macht zou nemen, terwijl de economie, de productie en de behandeling van het milieu in essentie hetzelfde zou blijven als onder het kapitalisme. Het klopt dat Marx en Engels van mening verschilden met de utopische socialisten die gedetailleerde plannen opmaakten voor een ideale samenleving. Maar dit betekent niet dat hun werken geen beschrijving geven van de verschillen tussen kapitalisme en socialisme.

    Marx en Engels beschreven de enorme kost van de kapitalistische productie voor de werkenden, boeren, de natuur en de samenleving. Ze kwamen op voor een complete verandering van de productie, door het te vervangen met wat Marx samenwerkende productie noemde. Het anarchistische systeem van het kapitalisme zou vervangen worden door sociale controle en bezit van de productie en distributie. Dit zou vervolgens georganiseerd worden met een sociale planning.

    Wat met de voorspellingen van Marx over het socialisme als een samenleving met een toegenomen productie en een overvloed aan middelen? Zou dit niet rampzalig zijn voor het milieu? Eerst en vooral moet opgemerkt worden dat er zowel in de tijd van Marx als vandaag een dringende nood is aan degelijke levensvoorwaarden voor iedereen. Dit zal leiden tot een grotere voedselproductie en investeringen in huisvesting, gezondheidszorg, onderwijs en een nog grotere verspreiding van moderne technologie. In de jaren 1800 zou de productie voor dergelijke behoeften gemakkelijk mogelijk geweest zijn als vervanging van productie van wapens, luxe, … Vandaag is dat overigens nog steeds en zelfs meer het geval, er worden enorm veel middelen verspild aan militaire uitgaven en de luxeconsumptie van de 1% rijksten.

    In zijn ‘Kritiek op het programma van Gotha’ bespreekt Marx de nood aan een evenwicht van middelen tussen individuele consumptie en de noodzakelijke toename van sociale consumptie, naast het opzij zetten van middelen voor investeringen en als sociale reserve. Dat omvat ook het evenwicht tussen arbeidstijd, die moet verkort worden, en vrije tijd. In zo’n samenleving zou iedereen werken en de mogelijkheid hebben om eigen talenten en vaardigheden te ontwikkelen, iedereen zou tijd hebben om deel te nemen aan het beheer van de samenleving.

    Een socialistische samenleving zou breken met de vervreemding en iedereen zou zich kunnen ontwikkelen zonder de beperkingen van loonarbeid en kapitaal. Het zou leiden tot een “volledige eenheid van mens en natuur – de ware herrijzenis van de natuur – het verwezenlijkte naturalisme van de mens en het verwezenlijkte humanisme van de natuur.” (Economisch en Filosofische Manuscripten, 1844). Een socialistische revolutie zou niet alleen de arbeiders en de mensheid bevrijden, maar ook de natuur. Met sociaal bezit van de grond, zou de natuur niet langer een product gericht op winst zijn.

    In het programma dat werd voorgesteld in het ‘Communistisch Manifest’ zijn er enkele eisen die belangrijk zijn voor het milieu. De eerste eis luidt als volgt: “Onteigening van het grondeigendom en aanwending van de grondrente tot staatsuitgaven.” Dit zou onder meer kunnen toegepast worden tegen gevaarlijke mijnbouwprojecten, olievelden en fracking. Het tweede deel van de eis benadrukt dat de inkomsten van de grond aan de gemeenschap moeten toekomen. De zesde eis heeft betrekking op transport: “Centralisatie van het transportwezen in handen van de staat.”

    Ook de zevende eis heeft belangrijke gevolgen voor het milieu: “Vermeerdering van de nationale fabrieken, van de productiemiddelen, ontginning en verbetering van de landerijen naar een gemeenschappelijk plan.” Een gemeenschappelijk plan op basis van gemeenschappelijk bezit in plaats van privaat bezit om de grond te verzorgen en te verbeteren. Samengevat: de richting van de samenleving veranderen, waaronder de wijze waarop deze met de natuur omgaat, is een kwestie van bezit, macht en controle.

    Bolsjewistische pioniers

    De arbeidersklasse in Rusland en naties die door de tsaar onderdrukt werden, nam in oktober 1917 de macht over. In tegenstelling tot de laster die vandaag tegen de Bolsjewieken wordt ingebracht, zorgde dit voor revolutionaire veranderingen op alle vlakken van de samenleving. Zo was de Sovjet-Unie het eerste land dat een verbod op racisme en antisemitisme oplegde, het eerste dat het recht op abortus legaliseerde, net als echtscheidingen en homoseksualiteit. De Bolsjewieken waren onder Lenin en Trotski ook pioniers op het vlak van milieu.

    Voor de revolutie was Rusland op dat vlak, net als op vele andere vlakken, een achtergebleven land. “Wetenschappers onder de dynastie van de Romanovs slaagden er niet in om ambtenaren, zakenlui of zelfs hun eigen collega’s te overtuigen van de nood aan moderne wetenschappelijke technieken om grondstoffen te beschermen zodat ze beschikbaar zouden zijn voor zowel de huidige als toekomstige generaties. De meeste projecten moesten wachten tot na de Russische revolutie omdat de tsaristische regering ze als te duur bestempelde en mogelijk ook dacht dat deze niet nodig waren.” (An Environmental History of Russia [anthology], Cambridge University Press, 2013)

    Onder leiding van de Bolsjewieken kwam de arbeidersklasse aan de macht in een land dat verwoest was door de Eerste Wereldoorlog. Het land werd militair onder vuur genomen door binnenvallende legers en ex-tsaristische generaals. Maar toch nam de regering meteen maatregelen op het vlak van het milieu. Twee dagen nadat ze de macht namen, stelden de Bolsjewieken het decreet ‘Over de grond’ op, waarmee alle bossen, mineralen en water genationaliseerd werden. Een half jaar later, in mei 1918, volgde een ander decreet, ‘Over bossen’, waarin de controle op het herbossen en de bescherming van bossen werd gecentraliseerd. Bossen werden opgedeeld in twee groepen, waarbij een groep werd beschermd van exploitatie. Dit was een belangrijke kwestie, want onder het tsarisme werden veel bossen volledig gekapt. Ook het jagen werd aan regels onderworpen en was voortaan enkel mogelijk in het daarvoor voorziene seizoen. “De Russische revolutie lag verrassend genoeg ook aan de basis van moderne oceanografie en onderzoek naar inlandse visserij.” (An Environmental History).

    Deze beslissingen werden genomen in turbulente tijden. “Tijdens de onrust van de burgeroorlog en het oorlogscommunisme, slaagde de Bolsjewistische regering er in om wetenschappers te ondersteunen. Het ging onder meer om wetenschappers die werkten op milieukwesties. Met deze steun konden wetenschappers hun ecologische activiteiten uitbreiden.” In 1920 was Lenin rechtstreeks betrokken bij de vestiging van het eerste natuurreservaat ter wereld dat door de overheid werd gefinancierd en enkel wetenschappelijke doeleinden had, het Il’menskii. Tegen 1924 waren er vier dergelijke natuurgebieden (zapovedniks). Er kwamen veel nieuwe onderzoeksinstellingen en Russische wetenschappers werden leidinggevende ecologisten. Aan de universiteit van Moskou kwamen er opleidingen over ecologie. De wetenschapper Vladimir Vernadski werd wereldbekend met het concept van de ‘noösfeer’: “een nieuwe vorm van biosfeer waarin de mens een actieve rol speelt in verandering gebaseerd op de erkenning door de mens van de verwevenheid van de natuur.” (An Environmental History)

    De revolutie gaf aanleiding tot het ontstaan van een brede waaier aan milieu-organisaties, een ontwikkeling die aangemoedigd werd door de Bolsjewieken. Het TsBK (Centraal Bureau voor Studie van traditionele kennis) telde 70.000 leden in 2.270 afdelingen. Ook VOOP (Al-Russische organisatie voor de bescherming van de natuur) was belangrijk. De activisten en wetenschappers produceerden magazines, zoals ‘Problemen van Ecologie’ en ‘Biocenologie’. Ze hielden bijeenkomsten en organiseerden lokale groepen om de interesse in wetenschap op het platteland te versterken. Leidinggevende Bolsjewieken, waaronder Nadezhda Kroepskaia, bespraken hoe ze het milieu in steden en dorpen konden verbeteren, wat leidde tot een groen stadsmodel met meer parken en groene plaatsen.

    Deze revolutionaire ideeën kwamen echter tot een abrupt einde. De sociale en politieke contrarevolutie onder het stalinisme omvatte ook een ecologische contrarevolutie. “Na de Russische revolutie kende de nieuwe ecologische wetenschap een snelle opgang tijdens de sociale onrust en de politieke experimenten van de jaren 1920. Ambtenaren, wetenschappers en ingenieurs werkten aan een ambitieus plan van elektrificatie.” Maar toen Stalin aan de macht kwam, richtte zijn zoektocht naar ‘saboteurs’ zich tegen “sommige van de meest bekwame biologen, boskundigen en specialisten inzake visserij, agronomen en ecologen.” (An Environmental History)

    Stalinisme versus de natuur

    Een aantal van de ergste milieurampen vond plaats onder stalinistisch bewind. Zo is er de vernietiging van het Aralmeer tussen Kazachstan en Oezbekistan, de kernramp in Tsjernobyl (Oekraïne) en de verwoesting van verschillende steden door vervuiling. Hoe was dit mogelijk en was er een verband met de Bolsjewieken en het socialisme?

    Het verband bestond erin dat het regime van Stalin de Bolsjewistische partij, die de revolutie van 1917 had geleid, uitmoordde en vernietigde. Dit was mogelijk op basis van nederlagen in revoluties in alle andere landen en door de situatie in Rusland: een economisch en cultureel achtergebleven land dat bovendien verwoest was door de Eerste Wereldoorlog en de burgeroorlog.

    Toen het regime van Stalin zich vestigde, had het geen andere ideologie dan ‘aan de macht blijven’. Om dit te realiseren, moest Stalin een fundamentele verworvenheid van de revolutie in stand houden, met name de genationaliseerde economie waarop de volledige stalinistische bureaucratie zich baseerde. De brutale dictatuur kon zich op deze basis valselijk voordoen als de erfgenaam van de revolutie. Maar het was geen socialisme of communisme. Stalin maakte een bocht van 180 graden over milieukwesties, net zoals hij dit op andere vlakken deed. Zijn regime gebruikte dwang om de landbouw te collectiviseren, schafte de bescherming van de zapovedniks af en herstartte projecten om volledige bossen te kappen.

    De stalinistische methode tegen elke oppositie waren brutaal: “Arrestaties, ondervragingen en martelingen om valse bekentenissen en valse getuigenissen te bekomen, samen met beschuldigingen van spionage, subversie, laster tegen de Sovjet-Unie, kwamen vaak voor bij wie zich tegen stalinistische programma’s leek te verzetten.” VOOP en TsBK werden volledig weggezuiverd. De dictatuur maakte “onafhankelijke en redelijke activiteiten bijna onmogelijk.” (An Environmental History).

    Alle onafhankelijke organisaties van werkenden en activisten werden verboden en dit opende de weg voor nieuwe milieuvernietiging. Voorheen uitstekende regelgevingen en wetten werden nooit volledig toegepast. Vervuiling en wanbeheer namen het over. De wetenschap verloor de nodige vrijheid van ideeën. Trotski maakte in de jaren 1930 het punt dat een geplande economie arbeidersdemocratie nodig heeft zoals een lichaam zuurstof nodig heeft, anders is er degeneratie en komt de geplande economie aan zijn einde. Trotski leidde een oppositie tegen Stalin en kwam op voor een politieke revolutie tegen het regime. Dat is hoe marxisten tegenover het stalinisme staan, ook op vlak van milieu.

    Het parasiterende regime van Stalin gebruikte massale arbeidskampen met politieke gevangenen om zo een snelle industriële groei mogelijk te maken. Het kamp in Vorkoeta, waar veel trotskisten gevangen zaten, werd in 1932 opgezet om steenkool te ontginnen boven de Noordpoolcirkel. Miljoenen gevangenen werden onder het toeziend oog van de geheime politie (NKVD) ingezet als slavenarbeiders in de bouw, mijnbouw en houtproductie. De meeste grote projecten onder het stalinisme kwamen er na centrale orders, zonder verschillende geografische omstandigheden in rekenschap te brengen.

    Na de Tweede Wereldoorlog richtte het stalinisme zijn aandacht niet op de enorme verwoestingen en zelfs hongersnood. Neen, de grootheidswaanzin bracht Stalin tot een grandioos ‘plan voor de omvorming van de natuur’. Het omvatte onder meer het verleggen van rivieren en het herorganiseren van bossen die industriële zones werden. De ideoloog achter het plan, Trofim Lysenko, was een charlatan die beweerde dat hij technieken voor het aanplanten van bossen had uitgevonden, maar het leidde tot verwoesting van bossen. Onder het stalinisme en Lysenko had de natuur geen waarde op zich.

    Het stalinisme bleef als systeem ook na de dood van Stalin in 1953 bestaan. Enkele jaren later werd de kernramp in Kyshtym, in de Oeral, geheim gehouden door het regime dat ondertussen geleid werd door Chroetsjov. Vervuiling, grote projecten en een totaal verbod op milieu-activisme bleven allemaal bestaan.

    De kapitalistische kritieken op het stalinisme – die meestal stalinisme en socialisme door elkaar halen om socialisme te discrediteren – hebben echter zelf weinig redenen om trots te zijn. “De westerse democratieën volgden op heeel wat vlakken hetzelfde pad van snelle ontwikkeling en uitputtend gebruik van natuurlijke rijkdommen, van vernietigde ecosystemen en laattijdige regels en wetten om toekomstige problemen te beperken. (…) In de jaren 1990 stelden veel waarnemers dat het ontmantelen van de centraal geplande economie automatisch zou leiden tot verbetering op milieuvlak. De werkelijkheid zag er echter compleet anders uit. Er waren nieuwe bedreigingen voor de duurzaamheid, onder meer door snelle uitverkoop van natuurlijke grondstoffen en een herstructurering van de economie waarbij middelen voor milieubescherming drastisch beperkt werden, zo was er de beslissing van president Poetin in 2000 om het Russische Agentschap voor Milieubescherming op te heffen.” (An Environmental History)

    Marxisme vandaag

    Het klimaat en het milieu worden vandaag door een groeiend aantal activisten opgenomen. Wereldwijd is er heel wat strijd tegen grote oliebedrijven, fracking, gevaarlijk industrieel afval, nieuwe speculatieve autowegen en mijnbouwprojecten, … maar ook tegen de lege beloften van de politici. Marxisten zijn deel van deze strijd: van het protest tegen het boorplatform van Shell in Seattle tot de strijd die de Oost-West tunnel in Melbourne heeft gestopt of nog de massale lokale bewegingen tegen goudmijnen in Griekenland en tegen fracking in Ierland.

    Het antikapitalisme kent een groeiende steun onder klimaatactivisten. Het boek van Naomi Klein – “No Time. Verander nu, voor het klimaat alles verandert” – heeft in de Engelstalige versie als ondertitel: “Kapitalisme versus het klimaat”. Ze schrijft hoe rechtse figuren uit de omgeving van de Tea Party stellen dat klimaatverandering een uitvinding van ‘communisten’ is om een geplande economie in te voeren. Op een verwrongen manier begrijpen ze dat het kapitalisme niet in staat is om deze crisis het hoofd te bieden. Het systeem is, in de woorden van Klein, in oorlog met het leven op aarde, waaronder het menselijke leven.

    De wereld is natuurlijk sterk veranderd sinds de tijd van Marx en Engels. Marx zou vandaag ongetwijfeld aandachtig de rapporten van milieuactivisten en wetenschappers volgen. De breuk in de onderling met elkaar verweven functies van de aarde waar Marx op wees, is veel groter geworden en dit proces wint nog aan snelheid. Marxisten kunnen een oplossing aanbieden. De groeiende sociale en ecologische crisissen zijn veroorzaakt door hetzelfde systeem, het kapitalisme. De strijd ertegen is dan ook onderling verbonden.

    Oliebedrijven en hun bondgenoten zullen hun macht nooit vrijwillig opgeven. De enige kracht die de milieucrisis kan oplossen is de sterkste collectieve kracht, de arbeidersklasse die een alliantie vormt met het groeiende aantal activisten dat opkomt voor het milieu, waaronder ook veel mensen van inheemse afkomst en kleine landbouwers en plattelandsbevolkingen. Crisis en strijd kennen een opgang, er is nood aan een sociale revolutie om een einde te maken aan het kapitalisme.

    De crisis van het milieu en het klimaat is heel ver ontwikkeld, het benadrukt de nood aan dringende actie. Het enige reële alternatief is een democratische en duurzame rationele planning van de grondstoffen en middelen in de wereld. Een democratisch socialistische samenleving zou de levensstandaard voor de meerderheid van de bevolking optrekken, daarbij zou het de natuur en de mensheid zien als één onderling verweven geheel.

  • Massale klimaat-betoging in New York

    climate-march-nyc-feature

    Verslag vanuit de VS door William Bleuher

    Tot 400.000 mensen namen afgelopen zondag deen aan een klimaatmars in New Work. Het werd aangekondigd als de grootste klimaatmars in de geschiedenis van de VS, maar dan nog overtrof het de oorspronkelijke inschatting van 100.000 aanwezigen. De mars was niet alleen massaal in omvang, er waren ook heel veel jonge aanwezigen. Het was een belangrijk ogenblik in de radicalisering van een generatie. Een groot aantal studenten – er was een studentendelegatie met meer dan 50.000 aanwezigen – betoogde mee, er waren bussen vanuit heel het land. Velen hadden algemene slogans bij zoals ‘jongeren willen rechtvaardigheid voor het klimaat’, maar sommigen gingen verder met slogans als ‘Jongeren kiezen voor systeemverandering.’

    Er was een opmerkelijke vakbondsaanwezigheid op de betoging van zondag (van onder meer SEIU, CWA, Teamsters, IBEW, AFSCME, UAW, NYSNA en TWU). Dat wijst op een groeiend bewustzijn in de arbeidersbeweging over de banden tussen het huidige economische systeem en de vernietiging van ons milieu.

    Het was een erg lange betoging, betogers stonden van 90th Street tot 34th Street. De organisatoren hadden de betogers in zes grote ‘groepen’ opgedeeld waarbij elke delegatie onder een bredere categorie viel. Met Socialist Alternative werden we ingedeeld bij “anti-corporate campaigns, peace & justice & more”. Ons spandoek stelde: “Het kapitalisme werkt niet voor de mensen en de planet. Doe mee in de strijd voor socialisme.” Andere delegaties waren onder meer die van System Change Not Climate Change of Flood Wall Street, een groep die de volgende dag een directe actie hield waarbij een groot deel van lower Manhattan plat gelegd werd.

    Begin van een massabeweging

    De organisatoren van de mars hebben een nieuwe fase in de milieubeweging op gang getrokken. Maar er waren ook politieke zwaktes. De betoging kreeg financiële steun van een reeks bedrijven waaronder ook Lockheed Martin, BP en Goldman Sachs. De organisatoren hadden geen duidelijke eisen en lieten niet alle groepen toe om kandidaten naar voor te schuiven om te spreken.

    De belangrijkste kritiek is wellicht dat de organisatoren wel erkenden dat één betoging niet zal volstaan, maar geen enkel idee gaven over volgende stappen voor de beweging. De betoging had er bijvoorbeeld voor kunnen pleiten om de middelen bij de grote bedrijven en superrijken te zoeken om hiermee een programma van groene jobs te financieren. Dat zou richting kunnen geven aan toekomstige acties rond het klimaat. Het zou kunnen gebruikt worden op massaprotesten op de campussen en in de gemeenschappen om daar op te komen voor een drastische uitbreiding van het openbaar vervoer en een overgang naar publieke groene energie.

    De organisatoren waren niet duidelijk over deze zaken, maar veel betogers waren dat wel. Het punt van ‘systeemverandering’ was doorheen de hele betoging aanwezig, van de socialistische groepen tot zelfgemaakte protestborden waarop expliciet voor de omverwerping van het kapitalisme werd gepleit. De roep voor systeemverandering wijst op een groter begrip onder brede lagen van manifestanten van het feit dat het kapitalisme niet zomaar kan hervormd worden, maar dat het omvergeworpen moet worden. Uiteraard is er wel nog heel wat verwarring over hoe dit kan gebeuren en wat de volgende stappen zijn.

    De dorst naar ideeën bleek uit de enorme respons op de voorstellen van Socialist Alternative op de betoging. Mensen overspoelden onze stands voor meer informatie over onze werking, velen beschreven zichzelf als socialisten. Uit de discussies bleek dat het bewustzijn rond de rol van de grote bedrijven en zelfs een anti-kapitalistische bewustzijn heel snel ontwikkelt. Dit komt niet alleen door de bedreiging van het milieu maar ook door de andere gevolgen van het kapitalisme: ongelijkheid, racisme, seksisme, oorlog,… Het kapitalisme vernietigt meer dan enkel ons milieu. Voor ons is het belangrijk om de strijd tegen de door mensen veroorzaakte klimaatverandering te verbinden met de vele andere onrechtvaardigheden als gevolg van het kapitalisme.

    Bouwen aan een echt alternatief

    Een vaak terugkerend thema in onze discussies op de mars was de frustratie tegenover de Democraten en tegenover de regering-Obama in het bijzonder. Die regering spreekt wel over de nood om iets aan klimaatverandering te doen, maar laat tegelijk een sterke uitbreiding van de olie- en gasproductie toe.

    Op de avond voor de mars was er een meeting met een opmerkelijk panel. Zowat 900 mensen kwamen luisteren naar Kshama Sawant, Chris Hedges, Naomi Klein, Bill McKibben en Bernie Sanders (zie video). Toen Sawant aan Sanders vroeg om te breken met de Democraten, barstte een enorm applaus los. Het wees op een bereidheid om op te komen voor een echt alternatief op de keuze voor ‘het minste kwaad’.

    Velen staan open voor de nood aan een ander systeem. Voor socialisten is het dan ook belangrijk om uit te leggen welk soort systeem we in de plaats van het kapitalisme willen en hoe we de beweging kunnen vooruitbrengen.

    Er zijn stoutmoedige acties en campagnes nodig om het momentum van 21 september niet zomaar te laten voorbijgaan. Zo was er op dezelfde dag een betoging met 2.000 aanwezigen in Seattle die eindigde met een geslaagde directe actie waarbij een olietrein werd geblokkeerd. Onder de studenten is er een snel groeiende beweging die opkomt voor de afbouw van fossiele brandstof. Dergelijke campagnes en actieoproepen moeten verbreed worden en leiden tot nieuwe massale mobilisaties. De arbeidersbeweging moet volop betrokken zijn en solidariteitsacties met de milieubeweging voorbereiden.

    Duidelijke eisen van de milieubeweging kunnen een bredere steun mobiliseren onder de arbeidersklasse. Zoals hierboven aangehaald moeten we ervoor opkomen om het geld te zoeken waar het zit, in de zakken van de superrijken, om te investeren in een publiek programma van groene jobs, massale uitbouw van openbaar vervoer en moeten we de energiesector in publieke handen nemen. De beweging moet zich onafhankelijk van de grote partijen en de bedrijven opstellen. Samen met de beweging voor een verhoging van het minimumloon en andere sociale strijdbewegingen, heeft ook de milieubeweging nood aan een nieuwe politieke kracht die de belangen van de 99% verdedigt. Als eerste stap hiertoe hebben we meer oprecht linkse kandidaten nodig bij verkiezingen. Zo voeren we momenteel campagne voor Jess Spear van Socialist Alternative, een klimaatwetenschapper die opkomt tegen de fractieleider van de Democraten in het deelstaatparlement van Washington (de deelstaat waarin Seattle ligt).

    Om klimaatverandering te stoppen, moeten we het kapitalisme stoppen. De enorme rijkdom en macht in handen van de grote vervuilers kwam er ten koste van mens en milieu. In plaats van gebruikt te worden voor verdere afbouw en vernielingen, moeten we de bestaande rijkdom gebruiken voor een snelle overgang naar groene energie en moeten we het enorme potentieel van de samenleving gebruiken voor de behoeften van iedereen. Dat is waar socialisten voor opkomen, doe mee met onze strijd voor een socialistische samenleving!

  • Klimaatverandering: “De tijd raakt op”

    climate-panel-430x244Dit weekend zullen honderdduizenden mensen in de VS protesteren aan de VN-top over klimaatverandering. Deze top vindt plaats in New York en handelt over de ernstige dreiging van de wereldwijde milieuramp. Vanavond is er een debat met Naomi Klein, Chris Hedges,… en ook Kshama Sawant van Socialist Alternative. De wereldleiders zijn niet in staat om tot verandering te komen.

    Artikel door Pete Mason

    In de loop van 24 uur groeide orkaan Odile doorheen de vissersdorpen van de Mexicaanse golf plots aan tot een levensbedreigende storm van categorie 4 van meer dan 200 kilometer per uur. Dat volstond om de instabiele huisjes van de 30.000 inwoners van de regio rap te laten vluchten op zoek naar veilig onderdak. Odile is de ergste storm in de regio.

    De klimaatveranderingen gaan gepaard met dodelijk extreem weer. De oceanen nemen uitstootgassen en warmte op. Dit zet een tijdelijke rem op de stijging van de temperaturen op het land. Maar de hoeveelheid uitstootgassen en absorptie van warmte door de oceanen is “nooit gezien” in de afgelopen 300 miljoen jaar, aldus de Wereld Meteorologische Organisatie. Er is in 2012 en 2013 meer CO² in de atmosfeer terecht gekomen dan in gelijk welk ander jaar sinds 1984. De Wereld Meteorologische Organisatie voegde er aan toe: “De tijd raakt op.”

    De arbeiders, landbouwers en armen op het platteland van Kasjmir worden geconfronteerd met een van de ergste overstromingen sinds een eeuw. Er vielen in India en Pakistan al honderden doden. De warmere atmosfeer houdt meer water op, wat uiteindelijk leidt tot meer overstromingen.

    Voeselproducerende staten in de VS, zoals Californië en Texas, hebben eerst wereldwijd markten veroverd op arme boeren, maar werden in 2014 geconfronteerd met uitzonderlijke droogtes die versterkt werden door klimaatverandering. Dit bedreigt de voedselprijzen, wat leidt tot hongersnood en revolte.

    De klimaatverandering leidt tot wereldwijde economische en sociale problemen. Dat maakt dat staatshoofden en regeringsleiders zich naar New York reppen voor een nieuwe klimaattop. Ze zullen er geconfronteerd worden met wat de organisatoren “de grootste klimaatmars uit de geschiedenis” noemen. Er zullen tegelijk ook elders in de wereld acties zijn.

    Ondanks overweldigend bewijs van het tegendeel, zijn er onder de conservatieven nog steeds heel wat klimaatsceptici. Wat zullen Cameron en co in New York doen, behalve de benen onder tafel schuiven voor rijkelijke banketten?

    Niemand ontkent dat de vorige toppen op niets uitdraaiden. Er is niets gedaan om de oliebedrijven, energiereuzen, transportbedrijven en andere sectoren in publiek bezit te nemen en zo de basis te leggen om de oncontroleerbare vervuiling van het kapitalisme te stoppen zodat het systeem de hele planeet niet naar de vaantjes helpt.

    Enkel het publiek bezit onder democratische controle van de arbeiders kan de basis leggen voor een ecologisch ingestelde planning van de productie die op democratische wijze wordt bepaald en zonder enige hindernissen kan doorgevoerd worden.

    Amerikaanse bedrijven hebben ongeveer 2 triljoen dollar in belastingparadijzen zitten. Als die rijkdom zou gebruikt worden in het belang van de meerderheid van de bevolking, dan zou een degelijke levensstandaard voor iedereen mogelijk zijn.

    Het stoppen van het falende marktsysteem in de sectoren die essentieel zijn voor het menselijke welzijn, is nodig om de klimaatverandering te stoppen. We kunnen daarvoor niet rekenen op gevestigde politici als Obama en co.

    Met grote bedrijven die elkaar naar de keel grijpen om extra winsten te maken en politici die volledig in de zak van de grote bedrijven zitten, kunnen we vanuit die hoek geen stappen verwachten om de klimaatverandering te stoppen. De arbeiders en armen in heel de wereld moeten deze fossielen aan de kant schuiven en samen met hun fossiele brandstoffen naar de prullenbak van de geschiedenis verwijzen.

  • Amerikaans leger erkent gevaar van klimaatverandering

    Artikel door Manny Thain

    legerklimaatHet versnellen van het ritme van globale opwarming vormt een bedreiging voor de Amerikaanse nationale veiligheid, stelde een belangrijke door de overheid gefinancierde onderzoeksinstelling. Het rapport ‘National Security and the Accelerating Risks of Climate Change’ verscheen in mei en werd geschreven door de 16 gepensioneerde generaals en admiraals die deel uitmaken van de Military Advisory Board at the Center for Naval Analyses.

    Het rapport stelt dat de klimaatverandering leidt tot droogte in het Midden-Oosten en Afrika, wat leidt tot conflicten over voedsel en water en tot groeiende regionale en etnische spanningen. Het waarschuwt voor de mogelijke instabiliteit als gevolg van vluchtelingenstromen van kustgebieden die bedreigd worden door de stijgende zeespiegels in regio’s als oostelijk India, Bangladesh of de delta van de Mekong in Vietnam. Het rapport wijst ook op de schade die door extreme weersomstandigheden aan havens en militaire bases kan aangericht worden.

    Het verslag is een actualisatie van het rapport uit 2007 toen voor het eerst een rapport verscheen waarin het verband werd gelegd tussen klimaatverandering en wat het establishment ‘nationale veiligheid’ noemt. Sindsdien hebben de wetenschappelijke bewijzen over de globale opwarming zich opgestapeld. Het rapport dat dit jaar verscheen, sluit aan bij de dringendheid en bevestigt dat de gevolgen van klimaatverandering zullen bijdragen aan conflicten in kwetsbare regio’s. (Coral Davenport, New York Times, 13 May)

    In tegenstelling tot eerdere waarschuwingen voor de nationale veiligheid stelt dit rapport dat klimaatverandering kan leiden tot een veelvoud van langdurige crises die simultaan plaatsvinden. De wereld kan “meer armoede, meer gedwongen migratie, hogere werkloosheid” verwachten en die voorwaarden zijn “gunstig” voor extremisten (Renee Lewis, Al Jazeera, 14 mei). Er wordt een voorbeeld gegeven van de woestijnuitbreiding van de Sahara doorheen Mali. Dit leidt tot de vernietiging van granen en massale hongersnood. Het rapport stelt dat dit proces mogelijk heeft bijgedragen aan de opkomst van gewapende, rechtse islamisten in Mali in 2012.

    De dreiging wordt niet alleen op internationaal vlak erkend. Eerder in mei van dit jaar publiceerde het Witte Huis een rapport over het klimaat waarin werd gesteld dat Norfolk, Virginia, een van de meest bedreigde steden is als gevolg van de stijgende zeespiegel. Dit is waar de grootste militaire marinebasis ter wereld is gevestigd naast een werf voor nucleaire duikboten.

    De Military Advisory Board maakt het punt dat extreme weersituaties erger worden door de stijgende zeespiegel en dat dit zal leiden tot een toename van het aantal vragen voor militaire hulp. Overstromingen kunnen de mogelijkheid van militaire acties echter belemmeren. Admiraal Donald L Pilling, de voormalige vice-verantwoordelijke van de marine-activiteiten, stelt in het rapport dat schepen misschien beter naar het noorden worden overgebracht om orkanen te vermijden. Hij voegde eraan toe dat de orkaan Katrina in 2005 de marine miljarden dollars heeft gekost aan herstellingen aan de basis in Pascagoula, Mississippi.

    Het vijfde rapport van het Intergouvernementeel Panel over Klimaatverandering (IPCC) dat in oktober 2013 werd gepubliceerd, stelde dat de zeespiegel tegen 2100 met een meter kan stijgen als gevolg van de globale opwarming door de uitstoot van broeikasgassen. Deze schatting werd al aangepast – door het IPCC zelf en in het Quaternary Science Reviews: “Expert Assessment of Sea-Level Rise by AD2100 and AD2300” – waarbij de inschatting werd verhoogd tot mogelijk twee meter tegen het einde van deze eeuw. Een stijging met een meter zou fataal zijn voor Miami, Fort Myers, het natuurpark Everglades en de eilanden van de Florida Keys.

    John Conger, de vice onderminister van defensie inzake installaties en milieu, verklaarde: “Het ministerie is er zeker van overtuigd dat klimaatverandering een impact heeft op de nationale veiligheid, zowel door de toename van de globale instabiliteit, het openen van de Arctische zee als door de stijgende zeespiegel en het aantal stormen in de buurt van onze installaties aan de kusten.” Hij voegde er aan toe: “We integreren de klimaatkwestie doorheen onze activiteiten om een lenige en veerkrachtige macht te vormen.” (New York Times, 13 mei)

    In maart publiceerde het Pentagon een eigen veiligheidsrapport dat werd aangehaald in het artikel van Coral Davenport: “Deze gevolgen vermenigvuldigen de bedreigingen die spanningen doen toenemen, zoals armoede, achteruitgang van het milieu, politieke instabiliteit en sociale spanningen. Dat zijn voorwaarden die kunnen leiden tot terroristische activiteiten of andere vormen van geweld.” Uiteraard kijken deze rapporten vanuit het wel erg beperkte beeld van de positie van het leger. Maar ze leggen wel uitdrukkelijk het verband tussen klimaatverandering en de toenemende armoede, politieke en sociale onrust. Het enige antwoord bestaat uiteraard uit de roep naar een militair antwoord.

    Het lijkt op een campagne van de legerleiding samen met de vrienden in de wapenindustrie, de private beveiligingsbedrijven en logistieke bedrijven. Door klimaatverandering te verbinden met de nationale veiligheid, willen ze op het hoogste niveau aandringen op steeds meer middelen voor defensie. De oorlog verklaren aan de gevolgen van klimaatverandering is echter waanzin. Het zal enkel leiden tot een versnellende spiraal van instabiliteit en conflict. Enkel een wereld gebaseerd op internationale solidariteit, waarbij de grondstoffen onder democratische controle van de gemeenschap staan in het kader van een planmatige aanpak, kan een rampzalig scenario vermijden. Hiertoe is de socialistische omvorming van de samenleving noodzakelijk.

    Het Amerikaanse leger mag dan soms ingezet worden na overstromingen en bij logistieke operaties na rampen, het strategische doel blijft echter om de ‘nationale veiligheid’ te beschermen, met andere woorden de verdediging van de belangen van het VS-kapitalisme. Alleszins staat het vast dat een verdere verhoging van de middelen voor defensie de klimaatveranderingen niet zal stoppen. Het zal ook de verregaande economische en sociale gevolgen niet veranderen. Het zal zelfs niet op korte termijn gebruikt worden om de meest directe gevolgen wat in toom te houden.

    De mensen die het meeste gevaar lopen als gevolg van de klimaatveranderingen zijn veelal arme mensen in de gebieden die door de Military Advisory Board werden aangegeven. Extreme armoede en wanhoop, onderdrukking en vervreemding vormen een vruchtbare voedingsbodem voor een opkomst van terroristische groeperingen. Maar dat is niet het enige doel van Pentagon dat ook in wel erg vage woorden spreekt van “andere vormen van geweld”. Dat kan wijzen op het gevaar van nieuwe opstanden zoals in Tunesië en Egypte in 2010/11, stakingen die gevolgen hebben voor Amerikaanse bedrijven of protest tegen pro-Amerikaanse regimes, waaronder enkele bijzonder reactionaire regimes. Dat kan allemaal als een bedreiging voor de ‘nationale veiligheid’ worden gezien.

    Deze logica beperkt zich overigens niet tot het buitenland. Toen de orkaan Katrina de armste en voornamelijk Afro-Amerikaanse buurten van New Orleans verwoeste, was een van de centrale taken van de veiligheidsdiensten om de eigendommen van de grote bedrijven te beschermen. Ze stonden klaar om te antwoorden indien er een openlijke revolte kwam tegen de verschrikkelijke omstandigheden waar de mensen zich in bevonden. Een dergelijk scenario kan in de toekomst effectief plaatsvinden, zeker indien de kloof tussen arm en rijk zo sterk blijft toenemen.

    De militaire rapporten wijzen op de vrees van het Amerikaanse kapitalisme (en andere imperialistische machten) maar ook op de hypocrisie van haar leiders. De Amerikaanse en Britse regeringen voerden in 2003 een illegale oorlog in Irak waarbij honderdduizenden mensen werden omgebracht. Dat leidde tot de groei van gewapende, rechtse, sectaire krachten doorheen het Midden-Oosten en Afrika. Het verschrikkelijke neoliberale economische en asociale beleid dat door de grootmachten wordt opgelegd, versterkt de armoede en de wanhoop van miljoenen mensen. Dat gaat bovendien gepaard met corruptie onder de politieke elite in de neokoloniale landen. Dit alles zorgt voor een gevaarlijke mix en het creëert de voorwaarden die mensen in de armen van reactionaire groepen duwen.

    De rapporten van het Pentagon en het Military Advisory Board volgen de conclusies van het IPCC en andere instanties. Ze vormen een scherpe waarschuwing: er is klimaatverandering en de gevolgen ervan voelen we al, zelfs het grootste leger ter wereld bereidt zich voor op ergere gevolgen. De kapitalistische wereld is er nog gevaarlijker op geworden. Op meer dan een wijze is er sprake van een verhitting.

  • IPCC-rapport. Massale publieke investeringen in hernieuwbare energie nodig!

    Reactie door Europarlementslid Paul Murphy

    Naar aanleiding van het laatste rapport van het Intergouvernementeel Panel over Klimaatverandering (IPCC) moet de Ierse regering onmiddellijk werk maken van een grootschalig programma van publieke investeringen in hernieuwbare energie. De ecologische ramp wordt steeds dreigender, maar toch blijven de Ierse en andere regeringen hun kop in het zand steken. Het nieuwste rapport van het IPCC bevestigt dat er nood is aan een fundamentele verandering in hoe de wereldeconomie wordt georganiseerd.

    Het rapport stelt dat de uitstoot van broeikasgassen meteen moet verminderen en dat deze uitstoot in de komende 80 jaar moet verdwijnen. De rampzalige situatie werd de afgelopen decennia meermaals bevestigd. Sinds 1992 waren er 19 klimaattoppen die alleen op een fiasco uitliepen, van Kyoto over Kopenhagen tot Doha. De handel in uitstootrechten gaf tal van bedrijven mogelijkheden om te vervuilen en het is duidelijk dat dit geen oplossing biedt.

    De Ierse regering probeert een Wet inzake Klimaatverandering goed te keuren waarin geen doelstellingen staan. Er is onmiddellijke actie nodig, halfslachtige maatregelen volstaan niet. Er moet een bindende doelstelling van een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen met 20% tegen 2020 en 55% tegen 2030 komen in de EU. De Ierse regering moet onmiddellijk afstappen van het idee van een wet die geen doelstellingen omvat, er is nood aan bindende en sterke doelstellingen.

    In plaats van ruzie te maken over contracten met Groot-Brittannië om windenergie aan hen te verkopen, moet de regering een programma van publieke investeringen opstarten om hernieuwbare energie op grote schaal te ontwikkelen. Daartoe moeten we de grote bedrijven die verantwoordelijk zijn voor de vervuiling aanpakken. Ofwel is het milieu onhoudbaar ofwel hun winsthonger. Laat ons deze bedrijven in publiek bezit nemen om ze te beheren in het belang van de samenleving en het milieu.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop