Your cart is currently empty!
Tag: woonzorgcentra
-
Het schandaal van Orpea. Ouderen mishandeld uit winstobsessie

“De doodgravers.” De titel is huiveringwekkend. In dit schokkende boek, in het Frans uitgebracht onder de titel ‘Les Fossoyeurs’, klaagt Victor Castanet de morbide gevolgen aan van de praktijken van de Franse rust- en verzorgingsgigant Orpea. Dat is de wereldleider in de sector. De logica van de private sector en het bijhorende winstbejag veroordeelt onze ouders en grootouders tot een vreselijke oude dag. Dit moet veranderen!
door Nicolas Croes uit maandblad De Linkse Socialist
Een systeem gebaseerd op terreur
Het boek verscheen op 26 januari en is ondertussen aan een zesde druk toe. Er zijn op minder dan een maand 115.000 exemplaren van verkocht. Het boek onthult de dramatische gevolgen van een gevaarlijke onderbezetting van het personeel, diverse tekortkomingen bij het verlenen van de meest elementaire zorg, besparingen op het voedsel van bewoners … Het boek toont een zorgsysteem waarin ouderen beschouwd worden als melkkoeien. Tot aan hun vaak voortijdige dood moeten ze vooral winst opleveren. De auteur richt niet enkel zijn pijlen op de directie van Orpea, hij wijst terecht op de politici die rechtstreeks betrokken zijn bij de financiering van deze inrichtingen en die doof bleven voor de vele waarschuwingen van de families van bewoners of voor de vele schokkende rapporten de afgelopen jaren.
Het is geen geheim dat de verfoeilijke winstmachine van de ouderenzorg in stand wordt gehouden door terreur op de werkplaats. Victor Castanet legt uit: “Er gaapt een indrukwekkende kloof tussen enerzijds de zorginstellingen die bedoeld zijn om kwetsbare personen op te vangen, waar de grootste menselijkheid zou moeten heersen om hen te beschermen, en anderzijds het geweld en de ondoorzichtigheid van het beheer van deze plaatsen. In de wereld van Orpea – de groep is aanwezig in drieëntwintig landen, op drie continenten, met meer dan duizend vestigingen – wordt regelmatig een loopje genomen met het arbeidsrecht. Volgens de getuigenissen die ik verzamelde, gebeurt het ook dat er misbruik wordt gemaakt van ontslag wegens dringende redenen… Er bestaan hiervoor zelfs ‘opruimdirecteurs’. Omgekeerd is volgzaamheid een garantie voor promotie… Alle ex-werknemers die ik heb geïnterviewd, waren blijvend geschokt door dit systeem. Het was echt een trauma. Voor sommigen ging het zo ver dat ze depressief werden of zelfs een zelfmoordpoging ondernamen.”
Orpea gaat geen enkele methode uit de weg om vakbondsverzet te breken. In 2010 werden privé detectives ingezet (gefactureerd voor 15.000 euro per maand) om te infiltreren in de vakbondsafdelingen in ‘CGT-bolwerken’. Hiervoor werd beroep gedaan op de diensten van de Global Synergy Group (GSG), met medeplichtigheid van de eigen human ressources dienst. Zodra bekend werd dat Victor Castanet onderzoek deed naar Orpea, werd hij onderworpen aan een spervuur van intimidatie en bedreigingen. De multinational probeerde hem zelfs af te kopen: 15 miljoen euro in ruil voor zijn stilzwijgen. Gelukkig zette hij door.
En in België?
In een reactie op de publicatie van het boek, verklaarde de Franstalige bediendenbond CNE dat “dit geen openbaring is, maar een bevestiging van de vele getuigenissen die we krijgen van werknemers uit de sector die al verscheidene jaren in dit soort structuren werken.” De vakbond hekelt “het afglijden naar commercialisering van de gezondheidszorg, in het bijzonder in een sector als de ouderenzorg. Het systeem van een onverbiddelijke financiële logica moet in vraag gesteld worden. Overheidsfinanciering mag niet langer gebruikt worden om, in het voorbeeld van Orpea, een winstgevendheid van 304% in de afgelopen 10 jaar mogelijk te maken.” Vakbondsmilitanten merkten in de media op: “Als de luiers vol zijn, worden ze niet vervangen.”
In Antwerpen kwam Park Lane in opspraak. Dat woonzorgcentrum van Orpea vraagt tot 5000 euro per maand van de bewoners, maar er is een personeelstekort en volgens familieleden een schandalig gebrek aan betrokkenheid. De ouderen worden aan hun lot overgelaten en de zorg schiet tekort. Orpea probeert het af te doen als een individuele verantwoordelijkheid en stelde zich burgerlijke partij in een klacht tegen de voormalige directeur van Park Lane.
Het ‘Orpea-systeem’ is misselijkmakend. Dit schandaal is vooral tekenend voor de verwoestende gevolgen van de private winstgreep op de ouderenzorg. Ook op dit vlak heeft de pandemie de reeds lang bestaande problemen drastisch verergerd. In Brussel kreeg de Seniorenlijn van Ecoute in 2020 meer dan 2000 oproepen waarbij 405 dossiers werden geopend, bijna dubbel zoveel als een jaar eerder.
De arbeidersbeweging moet reageren. De vakbonden mogen dit schandaal niet laten passeren, maar kunnen het aangrijpen voor een grootscheepse bewustmakings- en actiecampagne om op het terrein te strijden voor respect voor het personeel en de ouderen. Het doel moet zijn om de hele sector uit de handen van de privébedrijven te halen en om deze op te nemen in een nationale gezondheidsdienst die gefinancierd wordt op basis van de behoeften.
Les Fossoyeurs, door Victor Castanet, ed. Fayard, 400 p. €22,90.
-
Commerciële model van woonzorgcentra moet weg
Multinationals hebben een groot gewicht in de ouderenzorg. De afgelopen jaren kwamen er vooral plaatsen bij in woonzorgcentra van private bedrijven die vaak in handen zijn van investeerdersgroepen. Senior Living Group, Orpea en Armonea zijn de drie grootste commerciële uitbaters van woonzorgcentra in ons land en zijn alle drie in Franse handen. Zij zijn samen goed voor meer dan de helft van de erkende plaatsen in commerciële woonzorgcentra.
De interesse van private bedrijven in ouderenzorg komt door de winstgevendheid. Door schaalvergroting en ‘efficiëntiewinsten’ (lees: meer doen met minder personeel) werden de winsten opgedreven. Terwijl de aandeelhouders mooie dividenden kregen, waren er schandalen over hoe het personeel en de bewoners werden behandeld. Zo klaagde een reportage van Pano in 2017 aan dat in een woonzorgcentrum amper 3,5 euro per bewoner per dag werd uitgetrokken voor maaltijden. Nochtans kostte een verblijf in een Vlaams woonzorgcentrum vorig jaar gemiddeld 59 euro per dag of 1.771,5 euro per maand. Dat was een stijging met 2,54% op een jaar tijd. Ter info: een gemiddeld pensioen bedraagt 1.100 euro per maand.
De coronacrisis heeft gevolgen voor de woonzorgcentra. De vele coronadoden zetten een demper op het enthousiasme om naar een woonzorgcentrum te trekken. Deze zomer stonden er in de Vlaamse centra al 9.000 bedden leeg, wat meer dan 10% van de totale capaciteit is. In dit geval was Vlaams minister Wouter Beke er voor een keer wel snel bij: de Vlaamse regering trekt meteen 122 miljoen euro uit om de leegstand te vergoeden. Om de winsten in de sector veilig te stellen, is Beke er sneller bij dan om onze ouderen te beschermen.
Managers uit de sector blijven optimistisch. “Er komt een nieuwe vergrijzingsgolf op ons af en dan zullen we de kamers opnieuw kunnen vullen,” aldus een topman van Senior Living Group. Het optimisme is niet verwonderlijk: vandaag zijn de tekorten voor de gemeenschap, de winsten van morgen zijn opnieuw voor de aandeelhouders. De sector rekent erop dat het tekort aan zorg mensen zal verplichten om opnieuw heel veel te betalen voor minimale zorg.
Er is een andere ouderenzorg nodig: gericht op menselijke en toegankelijke zorg en met personeel dat kan rekenen op goede arbeidsvoorwaarden en lonen. In een commercieel model kan dat niet. Haal de markt en de winsthonger uit de woonzorgcentra!
-
Na het applaus, de messen in de rug, de uitputting … de eerste overwinning!

Actie aan het Sint-Pietersziekenhuis tijdens het bezoek van Wilmès. Foto: Collectief Krasnyi Collega’s met al wat jaren op de teller voelden het instinctief aan: na het applaus zouden de figuurlijke messen in de rug volgen. En dat ging sneller dan verwacht! De politici die applaudisseerden voor ‘de redders van het vaderland’ zijn dezelfden die verantwoordelijk zijn voor de jarenlange besparingen én verwaarlozing van de zorgsector.
Artikel door een vakbondsafgevaardigde uit de sector – Lees ook een eerder interview op deze site
Al snel zorgden Beke, het Gents stadsbestuur en uiteraard Maggie De Block voor de figuurlijke messen die de zorgsector nog verder ondergraven én provoceren.
Ongelukje in Gent?
Het plan voor het gelijktrekken van de arbeidsvoorwaarden van statutairen en contractuelen in de Gentse stadsdiensten met als ‘ongelukkig gevolg’ de inlevering van honderden euro’s vakantiegeld voor de mensen in de OCMW-rusthuizen, kan nog met héél veel goede wil als ‘accident de parcours’ uitgelegd worden. De vakbonden lieten echter een heel ander geluid horen en stelden dat hun arm omgewrongen werd om tot een ‘akkoord’ te komen. De timing in volle coronacrisis was op zijn minst barslecht te noemen. De grote publieke verontwaardiging deed het stadsbestuur echter (tijdelijk?) op zijn stappen terugkomen.
Beke
De Vlaamse regering met minister Beke wou flexibele en onzekere contracten toelaten in de woonzorgcentra onder het mom van het aanpakken van het personeelstekort. Concreet ging het over verhuren van personeel via externe bedrijven aan de woonzorgcentra. Dit lost echter het personeelstekort niet op en het brengt de huidige loon- en arbeidsvoorwaarden in gevaar.
De KB’s van Maggie
Maar de hoofdvogel kwam van Maggie De Block in de vorm van twee KB’s van de volmachtenregering. Het zorgpersoneel dat – ondanks het enorme geklungel van de overheden – de nodige opofferingen bracht en grote flexibiliteit aan de dag legde, werd met deze twee KB’s enorm geschoffeerd.
De uitgesproken provocatie met een KB ter opvordering van zorgpersoneel (met boetes en gevangenisstraf) was nergens voor nodig aangezien er in alle gewesten een vrijwilligersleger (mensen met een zorgdiploma die niet meteen op de vloer staan zoals bijvoorbeeld uit het onderwijs) klaar staat om in te springen waar nodig. In Vlaanderen alleen gaat het over meer dan 5000 mensen van goede wil!
Een tweede KB is een slag in het gezicht van elke verpleegkundige. Dit KB maakt het mogelijk voor niet-bevoegde gezondheidszorgbeoefenaars om verpleegkundige handelingen te stellen. Waarom zouden verpleegkundigen nog 3 à 4 jaar moeten studeren? Dit KB volgt de logica van de industrialisering van de zorg. Zorg wordt door de aanhoudende druk van rationalisering (besparingen vermomd als ‘efficiëntiewinsten’) opgevat als een serie van opeenvolgende zuivere technische handelingen zoals aan de lopende band. Het menselijke, sociale aspect, de warme zorg, wordt hierbij totaal vergeten. Dat beide KB’s beperkt waren in tijd (tot 31 december 2020) doet er eigenlijk niet toe. Dat deze KB’s enkel mochten gebruikt worden in uiterste nood … was buiten sommige werkgevers gerekend! Zo werden bijvoorbeeld laboranten in het Aalsterse ASZ gedwongen om B2 (*) handelingen te stellen. Twee personeelsleden die dit weigerden (wat hun recht is volgens het KB) werden op het matje geroepen door de directie.
Mentale uitputting
Dat de coronacrisis een zware mentale impact heeft op het welbevinden van het zorgpersoneel hoeft geen betoog. De resultaten van de tweede barometer (begin mei) van het online platform De ZorgSamen (die door 3.298 zorgprofessionals ingevuld werd) spreken voor zich. Meer dan de helft van de bevraagden zegt dat ze onder hoge druk staan. Klachten over vermoeidheid, concentratiestoornissen, en zich niet kunnen ontspannen zijn nog altijd merkbaar hoger dan anders. Vier keer meer mensen voelen zich ongelukkig in vergelijking met de periode voor de coronacrisis. En weinig verrassend: bijna drie keer zoveel mensen als normaal denkt eraan uit het beroep te stappen.
Uit een onderzoek van de Antwerpse universiteit waar 1.216 verpleegkundigen, zorgkundigen en verzorgenden bevraagd werden, bleek nog steeds een gebrek aan voldoende beschermingsmateriaal én basismateriaal voor verzorging van patiënten. “Het vertrouwen in de overheden staat bij de zorgverleners op een laag pitje: de helft heeft weinig vertrouwen in de aanpak van de crisis.” (De Standaard 9/5/20)
Verschil tussen het noorden en het zuiden van het land?
Opmerkelijk is dat het protest door vakbonden en beroepsorganisaties tegen o.a. de KB’s véél luider klonk langs Franstalige kant dan in Vlaanderen. De verontwaardiging onder zorgmedewerkers en vakbondsafgevaardigden in Vlaanderen was er echter niet minder om!
In Vlaanderen, met een groot overwicht van het ACV als “huisvakbond” van de machtige katholieke zorgzuil, stellen de vakbondsapparaten zich veel voorzichtiger en discreter op. Kritieken vanuit de basis op die ‘ongemakkelijke stilte’ werden steevast beantwoord met “andere prioriteiten.” In tegenstelling tot ACV PULS – dat zich in stilzwijgen hulde tot grote ergernis van heel wat militanten – was BBTK verplicht om openlijker het protest tegen de twee KB’s te stellen. De Franstalige vleugel SETCa had immers een stakingsaanzegging ingediend voor alle federale gezondheidsdiensten in Wallonië en Brussel. En uiteraard was er ook de druk van de basis in Vlaanderen. Een kleiner apparaat valt gemakkelijker onder druk te zetten dan een groot.
VRT NWS 18/05/’20: “Het KB schoot in het verkeerde keelgat in de zorgsector, ook in Vlaanderen, zegt Jan-Piet Bauwens van de socialistische vakbond BBTK in “De wereld vandaag” op Radio 1, want het was helemaal niet nodig: “Er is in Vlaanderen een reserve van 5.000 mensen, gepensioneerde verpleegkundigen en dokters waren bereid om opnieuw aan het werk te gaan. We waren niet in Italië.”
De Standaard stelde het op 18/05 zo: “Ook aan Vlaamse kant was er wel wat protest, maar hier is dat grotendeels binnenskamers gebleven. Er was wel gemor omdat De Block op voorhand te weinig had overlegd met de vakbonden. Maar inhoudelijk bleven de bonden meer op de vlakte, omdat ze ervan overtuigd zijn dat dit KB in de praktijk nooit toegepast zal worden.”
Wat is er nodig om een noodzakelijke omslag in de sector af te dwingen zodanig een fundamentele zorgcrisis – zoals bijvoorbeeld voorspeld door Voka reeds vóór corona – kan vermeden worden? Het zal niet enkel afhangen van ‘stevig onderhandelen over forse eisen.’ ACV Puls eist bijvoorbeeld “de onmiddellijke en volledige invoering van de nieuwe functieclassificatie en de nieuwe lonen voor alle medewerkers.” In normale précorona-omstandigheden zou dit in verschillende fases verlopen verdeeld over een ongedefinieerde lange periode.
Om reële overwinningen te boeken zal er een krachtsverhouding zowel op de werkvloer als in de maatschappij moeten opgebouwd worden. Als we een massale witte woede wensen, zullen we dit doordacht en met het nodige geduld stap per stap op een organische manier moeten opbouwen tot een “witte tsunami.” En dit met een concreet perspectief via een actieplan dat zo breed mogelijk bediscussieerd wordt. De pré-corona modus operandi van sommige vakbonden bemoeilijkt dit aangezien de laatste jaren systematisch vingerknipacties gebruikt werden om de moeizame onderhandelingen 5 centimeter te laten opschuiven. En na die 5 centimeter kwam alles weer rotsvast te zitten zodat het afsluiten én uitvoeren van een sociaal akkoord veel weg heeft van een processie van Echternach. Het “gemeenschappelijk”(?) vakbondsfront is in de praktijk verworden tot een gevangenis van immobilisme en verlamt ééngemaakte massa-actie. Ondertussen boert de zorgsector verder achteruit …
Het eerste schot voor de boeg: de ruggen gedraaid naar premier Wilmès
De actie van het personeel van het Brussels Sint-Pietersziekenhuis bij het bezoek van premier Wilmès sloeg in als een bom in het hele land én erbuiten. Ongetwijfeld zal “de erehaag met ruggen” één van de iconische beelden van de witte woede worden. Sinds 2019 spelen de Brusselse ziekenhuizen hun rol als motor van de witte woede. Op één of andere manier bestaat er hierover een relatieve mediaboycot in Vlaanderen. Deze keer dus niet. De dag nadien op het werk werd er over niets anders gepraat en we kunnen gerust stellen dat deze serene maar sterke actie een signaal van hoop is voor alle werknemers in de zorg.
Na verdere provocatie: de eerste overwinning!
MR-minister Marghem besloot nog wat verder olie op het vuur te gieten en verweet de mensen in de zorg naar aanleiding van de actie in het Sint-Pietersziekenhuis ‘verwende kinderen te zijn die hun zin niet krijgen.’ Letterlijk: “[…] des actions ridicules, comme des enfants qui n’ont pas eu ce qu’ils voulaient.” Meer was er niet nodig om alle vakbonden langs Franstalige kant één na één een stakingsaanzegging te laten doen in de zorgsector. Amper twee dagen later deelde de minderheidsregering mee dat ze de 2 KB’s opschortten om ze in het weekend tijdens de “superkern” met de tien partijen die de volmachten van de regering steunen, in te trekken.
Witte woede is coming …
Een burgerinitiatief zoals De Zorg in Actie/ La Santé en Lutte kan helpen om alle belanghebbenden en hun organisaties, inclusief de werknemers van de andere (onderbetaalde) essentiële diensten, te verzamelen rond gemeenschappelijke doelstellingen. De oproep voor een Grote Betoging van/voor de Gezondheidszorg na de lockdown kan rekenen op groeiende interesse aan beide kanten van de taalgrens. Op het moment van dit schrijven staan er 12.100 mensen ingeschreven op het Facebookevent.
Allen samen! Tous ensemble! Voor een kwalitatieve gezondheidszorg voor iedereen!
(*) verpleegkundige handeling op medisch voorschrift
-
Corona in het rusthuis – getuigenis door een verpleegkundige

Al jaren vechten wij in de zorg een strijd om meer middelen en mensen. We vechten deze strijd uit met alle regeringen in dit land. Ja, voor ons zelf, en voor de mensen die zich aan ons toevertrouwen. Nu ziet iedereen waartoe een ondergefinancierde zorg leidt: nodeloos veel doden en zwaar zieke mensen.
Door Jan, verpleegkundige, Leuven
Het is inmiddels 4 weken geleden dat de rusthuizen in ons land in lockdown werden geplaatst, en er dus strenge beperkingen werden opgelegd aan wie nog binnen en buiten mag. De beperkingen moesten dienen om te voorkomen dat zeer kwetsbare ouderen met coronavirus zouden besmet raken. In de afgelopen weken bleef ook een niet aflatende stroom documenten aankomen met aanscherpingen van regeltjes over hoe om te gaan met propere en vuile was, cadeaus, etenswaren, … die de families bleven brengen voor hun ouders en grootouders.
Maar de grootste bron van risico’s voor de ouderen en het personeel zijn natuurlijk mensen, die het virus onbedoeld de rusthuizen binnen brengen. Het personeel, dat natuurlijk iedere shift binnen en buiten gaat, is daar de grootste groep van. Ook nieuwe bewoners die, ondanks de lockdown, nog steeds worden opgenomen uit ziekenhuizen en andere rusthuizen vormen een risico op besmettingen. Lege kamers zijn voor de rusthuizen een kostenpost en die moet zelfs in tijden van Corona worden vermeden. Waarom heeft de overheid daar geen compensatieregeling voor gecreëerd?
De personeelsleden van de rusthuizen zijn voor de bewoners waarschijnlijk de grootste bron van besmettingen geweest de afgelopen weken, met als gevolg een explosie van zieke en overleden ouderen. Het valt te vrezen dat veel personeelsleden in de rusthuizen daar de komende jaren nog psychische gevolgen van zal ondervinden.
De Vlaamse regering draagt daar een grote verantwoordelijkheid voor, naast in iets mindere mate de directies die steken hebben laten vallen. De laatsten in veel gevallen door een gebrek aan bekwaamheid om zo’n gezondheidscrisis het hoofd te bieden.
Anders dan in de ziekenhuizen beschikken de rusthuizen natuurlijk niet over een pool aan wetenschappelijk geschoolde mensen zoals virologen, hygiënisten, epidemiologen en hooggespecialiseerde verpleegkundigen om de organisatie van de zorg, en de voorbereiding van alle personeel op de crisis zelfstandig aan te pakken. De directies hadden om de hulp van de ziekenhuizen moeten vragen. Een werkgever is als eerste verantwoordelijk voor de veiligheid op de werkplek en daar zijn ze in tekort geschoten.
De grootste schuld ligt echter bij de Vlaamse regering. Zij heeft nagelaten om persoonlijke beschermingsmiddelen voor de sector te voorzien, zoals mondmaskers, handgels en disposable schorten. Zij heeft niet voorzien in adequate trainingen om met dat materiaal te leren werken. Zij heeft ook niet voorzien in voldoende tests om besmet personeel te screenen of potentieel besmette bewoners op te sporen. Bovenal heeft ze door jaren van de sociale sectoren kapot gemaakt, en werken in de sector onaantrekkelijk gemaakt.
Vier weken te laat komt minister Beke met een crisisplan. Nu pas komt hij met de eerste testkits om een zicht te krijgen op de omvang van het probleem van de besmettingen. Nu dat er waarschijnlijk al duizenden mensen besmet zijn, en nu dat er al vele honderden gestorven zijn.
Een volgend tekort dient zich al aan. Veel zieke ouderen willen niet te koste van alles blijven leven, maar op een menswaardige manier sterven. Voldoende zuurstoftherapie en medicatie om benauwdheid te voorkomen lijkt evenwel niet gegarandeerd.
Deze sector heeft geen nood aan een crisisplan van een regering die ons alleen maar miserie, dood en verdere besparingen kan brengen. Wat deze sector nodig heeft, is een crisisplan om het personeel en de bewoners te beschermen. Daarvoor kunnen we niet op Wouter Beke en de Vlaamse regering rekenen. De Witte Woede zal opnieuw in volle hevigheid moeten worden georganiseerd!

Betoging van de non profit in 2017.
