Tag: verkiezingen 2019

  • Alle partijen “feministisch”? Hun feminisme is niet het onze!

    In het regeerakkoord van de Michel-regering staat: “De regering wenst beter rekening te houden met de genderdimensie op de arbeidsmarkt.” Maar zodra de regering aan de macht kwam, overspoelde ze de werkenden met aanvallen: pensioenhervormingen, indexsprongen, uitbreiding van de flexbanen … Dat zijn allemaal maatregelen die veel vrouwen in onzekerheid hebben gestort.

    Artikel door Aisha (Antwerpen) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    #MeToo en de internationale acties op 8 maart dwingen politici om één of andere vorm van feminisme te verdedigen. Alle partijen doen grootse uitspraken over de noodzaak om geweld, seksisme en discriminatie te bestrijden, maar dit in de praktijk doen is nog iets anders. Het debat over de schrapping van abortus uit het Belgische strafwetboek gaf aanleiding tot verhitte discussies binnen de meerderheid. Het gestemde compromis is ontoereikend, aangezien abortus een misdrijf blijft als niet aan een reeks beperkende voorwaarden wordt voldaan.

    Wanneer de N-VA over “feminisme” spreekt, doet ze dat alleen om racistisch anti-moslimdiscours te verspreiden met gemediatiseerde verklaringen over de hoofddoek, de boerkini … zonder ooit te verdedigen dat vrouwen het recht moeten hebben om zich te kleden zoals zij dat willen. Ook wordt er niet gesproken over armoede bij vrouwen, over de moeilijke balans tussen gezin en werk. Het doel van N-VA: frustraties gebruiken om ons te verdelen. Dit versterkt uiteindelijk ook extreemrechts.

    Voor liberaal rechts is “feminisme” ook een middel om de besparingsmaatregelen erdoor te krijgen. De MR pleit voor meer vaderschapsverlof, maar stelt ook voor om “het ouderschapsverlof flexibeler te maken, met inachtneming van het overleg tussen de werknemer en de werkgever.” Lees: meer druk op werknemers die individueel over hun verlof moeten onderhandelen. Maggie De Block (OpenVLD) wil de toepassing van de werkverwijdering voor zwangere vrouwen beperken omdat “het geen ziekte is.” Ze is bereid om onze gezondheid op het spel te zetten om wat geld te besparen.

    Het regeringsbeleid valt alle werknemers en hun gezinnen aan, maar het beleid is systematisch harder voor vrouwen. Zij zijn het dus in de eerste plaats die de pensioenhervorming betalen, terwijl twee derde van de gepensioneerden die nu al onder de armoedegrens leven, vrouwen zijn. Ook het wijdverbreide gebruik van onzekere contracten heeft bijzonder dramatische gevolgen voor vrouwen, aangezien zij oververtegenwoordigd zijn in de lageloonsectoren. Aanvallen op openbare diensten en de gezondheidszorg verminderen de efficiëntie en toegankelijkheid ervan; het verhoogt het aantal zorgtaken voor gezinnen en in het bijzonder voor vrouwen.

    In plaats van een maatschappij te verdedigen die collectief de zorg op zich neemt door de oprichting van openbare crèches, rusthuizen, openbare thuiszorg … willen de traditionele partijen “solidariteit” beperken tot de familie. Zo pleit het cdH voor “het recht op grootouderschapsverlof waarmee ouders af en toe geholpen zouden worden.”

    PS en Sp.a doen niet beter. Ja, hun voorstellen bevatten de individualisering van de sociale rechten, gratis buitenschoolse opvang, een minimumloon van €14/uur … maar hun jarenlange bestuur in de federale regering en in de gewesten toonde dat dit weinig meer is dan verkiezingsretoriek.

    Voor traditionele partijen betekent “feminisme” een vervrouwelijking van de elite, met het achterliggende idee dat vrouwelijke leiders automatisch de belangen van alle vrouwen verdedigen. De sociaaldemocraten en de groenen focussen zich op het verhogen van de vertegenwoordiging van vrouwen in verkozen organen door middel van quota. De Croo (Open VLD) pleit voor een derde vrouwen in het Directiecomité van de Nationale Bank.

    Ons feminisme is niet het feminisme dat de voorrechten van vrouwen in de heersende klassen verdedigt. Ons feminisme is het feminisme dat de belangen van vrouwen in de meerderheid van de bevolking verdedigt, dat strijdt voor betere lonen en pensioenen voor iedereen en voor overheidsinvesteringen in diensten en zorg. Ons feminisme vecht tegen besparingen. Het is het feminisme dat de 99% – vrouwen én mannen die strijden voor een fatsoenlijk leven – verenigt tegen de 1% die er alles aan doet om hun winst te verhogen.

     

  • Extreemrechts en populistisch rechts naar winst in Europese verkiezingen

    Crisis van EU en opgang extreemrechts bestrijden met een internationalistisch en socialistisch alternatief!

    Jobs, geen racisme. Die slogan is onderdeel van onze benadering in de strijd tegen extreemrechts en alles wat ons verdeelt. 

    De verkiezingen voor een nieuw Europees Parlement eind mei worden gekenmerkt door gebrek aan enthousiasme, wantrouwen en zelfs openlijke vijandigheid tegenover de EU. De saga rond de Brexit is er slechts één uitdrukking van. In de meeste landen zal de opkomst erg laag zijn. Daarnaast zullen allerhande rechts populistische en extreemrechtse partijen scoren. Optimisme over vooruitgang en meer Europese eenheid komt er niet meer aan te pas. Het establishment zit in heel Europa met een probleem van politieke geloofwaardigheid.

    Europa van het kapitaal onder vuur

    De afgelopen decennia probeerde het establishment er alles aan te doen om de EU voor te stellen als een project voor vrede, welvarendheid en samenwerking. Ook nu wordt vaak gesproken over ‘Europese waarden’ als democratie en tolerantie. De hypocrisie druipt er echter af. De EU heeft zich opgeworpen als een neoliberale besparingsmachine die geen enkele tegenspraak duldt. De Griekse bevolking heeft dit in 2015 ervaren toen ze op democratische wijze voor een regering koos die beloofde om met de besparingen te breken. De EU trad op als een stormram om dat te verhinderen en de door Syriza geleide regering in de pas te doen lopen.

    De hoop op meer welvaart door Europese samenwerking werd enkel voor de superrijken gerealiseerd. De multinationals stonden sterker door de grotere interne markt en de internationale concurrentiepositie tegenover andere blokken zoals de VS, Japan en in toenemende mate China. Daar was het bij de oprichting van de EU ook om te doen: de belangen van de grote bedrijven verdedigen. De keerzijde hiervan was dat de EU gebruikt werd om privatiseringen, liberaliseringen en asociale maatregelen op te leggen. Dat was nodig voor die ‘concurrentiepositie’ van de bedrijven. Het neoliberale beleid speelt een belangrijke rol in de toenemende afkeer voor de EU. De aftakeling van het enthousiasme wordt onder meer duidelijk in de dalende opkomst: waar bij de eerste verkiezingen voor een Europees Parlement in 1979 nog twee derden van de kiesgerechtigden effectief ging stemmen, was dit bij de vorige Europese verkiezingen in 2014 al afgenomen tot 40%

    Nationale regeringen hebben zich vaak achter de dictaten van de EU verscholen als excuus om te stellen dat ze geen andere keuze hadden dan een neoliberaal beleid te voeren. Wat er nooit bij gezegd werd, was dat diezelfde partijen ook in de EU dominant waren. Het zijn de nationale regeringen die de Europese Commissie samenstellen. Dat is de onverkozen instantie die de belangrijkste beslissingen neemt. Het Europees Parlement heeft een meer propagandistische functie. Maar ook daar zijn het dezelfde politieke families die een meerderheid vormen: sinds 1979 was er steeds een grote meerderheid voor de ‘grote coalitie’ van sociaaldemocraten (de fractie ‘Socialisten & Democraten’) en christendemocraten (de fractie ‘Europese Volkspartij’). Daar dreigt met deze verkiezingen voor het eerst verandering in te komen. Ook dat is tekenend voor het tanende vertrouwen in de EU en de gevestigde partijen.

    Tien jaar na de recessie van 2007-08 zit het kapitalisme wereldwijd met een probleem. Er zijn massaal middelen in de economie gepompt. Vooral de rijksten hebben daarvan geprofiteerd. Het economisch herstel ging grotendeels aan ons voorbij. De werkenden en hun gezinnen gingen verder gebukt onder besparingsmaatregelen en aanvallen op arbeidsvoorwaarden, lonen, sociale zekerheid, openbare diensten, … Nu spreken economen over het gevaar van een nieuwe recessie. De kapitalistische politici weten dat er geen middelen zijn om hogere uitgaven te beloven om stemmen te winnen. Bovendien is het systeem slecht voorbereid op een nieuwe recessie: de rentevoeten staan nog erg laag en de middelen die in de economie gepompt werden laten een grote schuldenberg achter.

    Het establishment in de verschillende lidstaten en dus ook in de EU is bovendien niet in staat om ook maar iets van antwoord op te bieden op wat de bevolking als centrale uitdagingen ziet: de toekomst van mens en planeet. Honderdduizenden mensen komen op straat voor het klimaat, maar de EU slaagt er nog niet in om sjoemelsoftware in de automobielsector aan te pakken. De winstlobby houdt ernstige maatregelen tegen en moet daar niet veel moeite voor doen: bij de EU en de nationale regeringen speelt de lobby van de grote bedrijven immers een thuismatch. Onder vrienden kan steeds iets gefikst worden.

    De roep om koopkracht was de voorbije maanden sterk onder de werkenden en hun gezinnen: doorheen Europa was er sympathie voor de Franse gele hesjes. Maar ook voor onze koopkracht zijn er geen middelen. De arrogante superrijken toonden na de brand in de Notre Dame in Parijs nochtans aan dat ze geld genoeg hebben: op een paar uur tijd hadden ze bijna een miljard euro verzameld. Uiteindelijk bleek dat deze vrijgevigheid fiscaal gunstig was waardoor de uiteindelijke factuur naar de gewone bevolking wordt doorgestuurd…

    Heeft de EU dan niets te bieden? Zorgt het niet minstens voor meer eenheid? Ja, we moeten niet meer aan de grens stoppen als we naar Frankrijk of Nederland rijden. We moeten geen geld meer wisselen en we kunnen zelfs zonder roaming bellen. Tegelijk zorgt de liberalisering van het internationaal spoorverkeer er echter voor dat naar buurlanden treinen bijzonder duur geworden is. Ook een brief of pakketje naar een buurland sturen, is door de liberalisering van de postdiensten duur. De Europese eenheid staat bovendien onder druk. Er is de Brexit die maar niet geregeld raakt. Maar er zijn nog andere spanningen. Zo probeert Rusland een grotere invloed te krijgen via Centraal- en Oost-Europese landen en komt ook China het terrein verkennen. Tussen Europese landen zijn er ook spanningen. Zo steunt Frankrijk de dictatuur in Tsjaad en de Libische krijgsheer Khalifa Haftar die het zuiden van Libië controleert. Begin februari nam Frankrijk deel aan een militaire operatie van deze krachten en ook recente aanvallen werden gesteund, ook al waren die gericht op de bondgenoten van Italië en andere Europese landen. Zo verenigd is de EU duidelijk niet.

    De olifant in de porseleinenkast: Brexit

    Het uitstel van het Britse vertrek uit de EU zorgt ervoor dat de Brexit een belangrijk thema is in deze Europese verkiezingen. Het maakt ook dat de Britten die in 2016 in een referendum beslisten om de EU te verlaten nu alsnog Britse vertegenwoordigers in het Europees Parlement moeten kiezen. Nigel Farage, het voormalige kopstuk van de rechtse UKIP, speelt daar handig op in en lanceerde zijn eigen Brexit-partij die het volgens de peilingen heel goed zou doen.

    Voor zowel de EU als het Britse establishment is het niet evident om tot een akkoord over de Brexit te komen. De EU wil niet dat een vertrek uit de unie gemakkelijk is. Dat zou de steun voor een exit in andere landen groter maken, wat het hele Europese project bedreigt. Het Britse establishment wil duidelijk maken dat het niet plooit voor andere Europese landen, maar tegelijk heeft het geen antwoorden op kwesties als organisatie van de handel of de wijze waarop de grens in Ierland dan moet georganiseerd worden. Elk voorstel tot wijziging van die grens dreigt de sectaire spanningen in Noord-Ierland verder te doen oplopen. In de 21 jaar sinds het Goede Vrijdagakkoord zijn die spanningen nooit volledig verdwenen. De moord op een jonge journaliste in Derry in april bevestigde dit helaas.

    De arbeidersbeweging mag het initiatief niet aan rechts overlaten. De elementen van racisme en nationalisme bij rechtse Brexiteers zorgen voor een tegenreactie van voornamelijk jongeren die zich voor de EU uitspreken. Een internationalistisch en offensief antwoord op het Europa van het kapitaal en de besparingen is nodig om op basis van gezamenlijke strijd te breken met de EU en te bouwen aan oprechte Europese samenwerking in het kader van een socialistisch systeem

    Groei van extreemrechts en populistisch rechts

    De grootste winnaar van de komende Europese verkiezingen wordt ongetwijfeld extreemrechts, of beter gezegd: de 50 tinten tussen populistisch rechts en extreemrechts. Oppervlakkige commentatoren zullen spreken over een ‘draai naar rechts’ in Europa of zelfs over verrechtsing. Dat is een gevaarlijke redenering: het legt de verantwoordelijkheid voor de politieke instabiliteit bij de gewone bevolking en niet bij het systeem. Feit is nochtans dat vaak voor extreemrechts gestemd wordt om de gevestigde politici en het gevoerde beleid af te straffen, zonder vertrouwen in het ‘alternatief’ van populistisch rechts. Het asociale beleid en falen om een optimistisch toekomstperspectief te brengen, maakt dat kiezers zoeken naar manieren om het establishment af te straffen. Het eerste wat ze in die zoektocht tegenkomen, is vaak extreemrechts.

    In Nederland werd het Forum voor Democratie van Baudet bij de recente Provinciale Statenverkiezingen de grootste, in Frankrijk kan het Rassemblement National van Le Pen scoren, in Italië kan de Lega de grootste partij worden, in Duitsland is er het AfD, in Spanje breekt Vox door en dan zijn er nog diverse rechtse partijen in Oost- en Centraal-Europa.

    De autoriteit van de instellingen van het establishment verdwijnt, maar dit betekent niet automatisch dat er een einde komt aan alle vooroordelen waarop het bewind van de elite gebaseerd is. De afgelopen decennia was er een sterke individualisering: niets was nog een maatschappelijk probleem, we werden allemaal individuen. Dat was onderdeel van het neoliberale dogma dat er niet zoiets als een samenleving bestaat. Het doel van deze propaganda is vooral om te vermijden dat de werkenden zich verenigen en de strijd tegen het kapitalistische establishment aangaan. Dit heeft een zeker effect: de arbeidersbeweging zat de voorbije decennia in een defensieve positie. Dat maakt dat veel mensen de reden voor hun dalende levensstandaard niet bij het systeem leggen, maar bij de komst van vluchtelingen of de rol van corrupte politici. Niet alleen het establishment maar ook de arbeidersbeweging heeft een probleem met zijn politieke vertegenwoordiging.

    Als diverse populistische en extreemrechtse krachten scoren in de Europese verkiezingen, is dit vooral door een gebrek aan vertrouwen in de andere partijen. Net zoals het gebrek aan vertrouwen in de Democraten de belangrijkste troef is van Trump, wordt de sterkte van extreemrechts vooral bepaald door de zwakte van de tegenstanders. Als het alternatief moet komen van de gevestigde partijen die hun laatste restjes autoriteit verliezen, dan kunnen extreemrechtse en populistische krachten langere tijd standhouden. Het gebrek aan massale actieve basis bij deze krachten zorgt echter voor een ingebouwde instabiliteit.

    Een Europa van strijd

    We hebben geen hoop of illusies in het kapitalistische EU-project. Maar onze oplossing ligt niet binnen de natiestaat. We steunen de strijd voor zelfbeschikking in Schotland en Catalonië, als onderdeel van een strijd tegen besparingen. We koppelen dit aan de noodzaak om te breken met het kapitalisme en stellen de eis van socialistische federaties in die regio’s en in Europa als geheel. Sinds 2007 hebben in heel Europa protesten plaatsgevonden: betogingen, stakingen en zelfs algemene stakingen tegen het besparingsbeleid. De afgelopen jaren is het aantal protesten tegen racisme en seksisme toegenomen. Meer recent is er een nieuwe generatie jongeren actief geworden rond de kwestie van de opwarming van de aarde. Dit resulteerde in grote protesten, waarbij de methode van ‘stakingen’ door scholieren en studenten werd overgenomen.

    Socialisten mogen degenen die boos zijn op het Europa van de bazen en haar besparingsbeleid niet overlaten aan de opportunistische extreemrechtse partijen. En we mogen degenen die willen strijden tegen antidemocratische en racistische gevaren niet overlaten aan de liberale en kleinburgerlijke pro-EU-krachten. Wij verdedigen alle democratische rechten waarvoor de arbeidersklasse heeft gestreden, maar ons antwoord is niet de EU en haar ondemocratische structuren.

    Wij verdedigen de sociale en democratische rechten van de arbeidersklasse. Dat betekent dat we eisen dat er meer geld in gezondheid en onderwijs wordt geïnvesteerd. Wij eisen een verkorting van de werkweek en tegelijkertijd een verhoging van de lonen. Wij eisen dat de rijken meer bijdragen om deze middelen te gebruiken voor de behoeften van de arbeidersklasse en de jongeren. Maar daar houden we niet op: we vechten voor ‘de hele bakkerij’ (en niet alleen voor een groter deel van de taart). We eisen democratische rechten, niet beperkt tot verkiezingen om de paar jaar, maar met echte macht over de rijkdom in de samenleving door degenen die deze produceren.

    De EU, haar partijen en instellingen zijn geen instrument om racisme en de groei van extreemrechts een halt toe te roepen, aangezien de EU deel uitmaakt van het probleem en niet de oplossing. Wij strijden tegen het Europa van de bazen, tegen besparingen, racisme en extreemrechts. Dat betekent dat er een einde komt aan deze EU, aan haar instellingen en aan haar beleid van besparingen en de transfer van rijkdom van armen naar rijken. Wij eisen gelijke rechten voor alle mensen die in Europa wonen, een einde aan fort Europa en dat de rijkdom van de superrijken wordt gebruikt voor een fatsoenlijk leven voor alle inwoners en migranten.

    Wij strijden voor een verenigd socialistisch Europa dat democratisch wordt bestuurd en op vrijwillige basis wordt opgebouwd. Dat betekent dat onze oplossing voor de problemen in Europa niet in de nationale staten ligt, maar in de macht van de arbeidersklasse om de economie en de samenleving te besturen en te controleren, op basis van behoeften en niet op basis van winst.

    Wij zijn ons er van bewust dat, gezien de opgang van extreemrechts in de opiniepeilingen, men zich kan afvragen hoe dit wordt bereikt. We mogen niet vergeten dat de eerste reactie van de werkenden en jongeren na de economische crisis van 2007 was om weerstand te bieden aan het kapitalistische besparingsbeleid. Er was een enorme openheid voor links, voor socialistische oplossingen. De capitulatie van verschillende linkse krachten, zoals Syriza, in Griekenland, voor de ‘logica’ van het kapitalisme en hun verraad aan de behoeften van de arbeidersklasse, heeft de basis gelegd voor de nieuwe groei van extreemrechts.

    Een succesvolle strijd tegen extreemrechts heeft meer nodig dan oproepen over ‘Europese waarden’. Er is een verandering nodig in de houding van veel vakbonden ten opzichte van de EU, en een fundamentele verandering in de manier waarop zij vechten voor de belangen van de arbeidersklasse. Het vereist linkse, socialistische, arbeidersorganisaties en partijen die niet in de valkuil trappen om de EU te verdedigen als een ‘minder kwaad’, maar een onafhankelijke positie op klassenbasis innemen. Deze organisaties hebben socialistische krachten nodig die de strijd tegen extreemrechts verbinden met de strijd tegen het kapitalisme, en voor de vrijwillige, democratische en verenigde socialistische staten van Europa.

  • Antifascisten overtreffen extreemrechts in Leuven

    Op minder dan drie weken voor verkiezingen krijgt het Vlaams Belang van Dries Van Langenhove amper volk op de been…

    Met een beetje vertraging door de regen trokken honderden antifascisten door Leuven in de betoging ‘Undivided against racism’. Er werden slogans tegen extreemrechts geroepen, maar ook voor een sociaal antwoord op de voedingsbodem van extreemrechts. Naast studenten waren er ook syndicalisten uit diverse sectoren, voornamelijk ABVV-militanten maar we zagen ook een groen ACV-jasje. Met Blokbuster en Actief Linkse Studenten voerden we actief campagne voor deze betoging en mobiliseerden we een belangrijk deel van de aanwezigen. Er waren groepen en delegaties van onder meer Solidarity for All, Koerdische organisaties, anarchisten, Comac, internationale studenten, … De politie sprak over 300 aanwezigen, enkele media (zoals Knack) hebben het over 400 betogers. Cijferdiscussies zijn niet het belangrijkste, maar wij dachten dat het op het hoogtepunt van de betoging richting 500 ging met daarin ook de jongeren die onderweg al dan niet tijdelijk een stukje meeliepen in de betoging.

    Bij de aankondiging van het protest werd gevreesd dat extreemrechts dit jaar een grotere mobilisatie op de been zou krijgen. De Nationalistische Studentenvereniging (NSV), de officieuze studentenclub van het Vlaams Belang, betoogt elk jaar in een studentenstad. Doorgaans is dat in de maand maart, maar nu werd opgeschoven naar mei om dichter bij de verkiezingen te vallen. Het zijn bovendien verkiezingen waarin de lokale lijsttrekker voor VB Dries Van Langenhove is. Na de anti-Marrakeshmars en de actie in Ninove begin januari, leek het logisch dat het VB de NSV-betoging in Leuven zou aangrijpen om de troepen te mobiliseren. Dat is niet gebeurd: de media hebben het over een 150-tal aanwezigen op de NSV-betoging waarvoor onder meer VB-voorzitter Van Grieken met een videoboodschap had opgeroepen. Aan de beelden te zien omvat dit een ruime delegatie van Voorpost, de ordedienst van het Vlaams Belang. Traditioneel zijn er ook enkele tientallen meer openlijke neonazi’s op dergelijke NSV-betoging.

    Het Vlaams Belang heeft het niet gemakkelijk in Leuven: bij de gemeenteraadsverkiezingen had de partij geen volledige lijst en een erg pover resultaat. Dries Van Langenhove wilde komende zondag een grote verkiezingsmeeting in Leuven houden, maar heeft deze afgezegd. Het ingeroepen excuus is de betoging tegen seksueel geweld in Antwerpen, maar Van Langenhove is op het ogenblik van die Antwerpse betoging gastspreker op een familiefeest van het Vlaams Belang in Oostende met na de ‘Zuid-Afrikaanse braai’ om 14u30 Van Langenhove als spreker. Blijkbaar was er toch een ander probleem voor de grote verkiezingsmeeting van Dries Van Langenhove in Leuven. Wellicht komt Van Langenhove stilaan tot de vaststelling dat getoeter op sociale media niet automatisch tot mobilisatie op straat leidt?

    In elk geval was de antifascistische betoging een belangrijke overwinning voor al wie zich tegen extreemrechts verzet. Met deze betoging zorgden we ervoor dat het Vlaams Belang zich niet kan positioneren als ‘normale’ partij, maar dat de drempel om bij extreemrechts actief te worden hoog blijft. De stoottroepen van het Vlaams Belang kregen na de succesjes van Ninove en de anti-Marrakeshmars bovendien een opdoffer door de lage opkomst en gebrek aan steun voor hun ‘remigratiemars’ in Leuven. De antifascisten gebruikten de strijdbare optocht tegen racisme en fascisme bovendien om de discussie te voeren over volgende stappen. Op de betoging was er een grote bereidheid tot samenwerking en openheid voor discussie. Wij verdedigden de nood aan gezamenlijke strijd voor wat ons verenigt: klimaat, koopkracht, massale publieke investeringen in openbare diensten (zorg, onderwijs, infrastructuur, sociale huisvesting, …). Doorheen die strijd kunnen we de inzet van ‘system change’ concretiseren met de eisen die we verdedigen. We zullen niet zomaar tot fundamentele verandering komen, dat vergt de opbouw van een krachtsverhouding en van een programma voor maatschappijverandering. Met ons socialistisch alternatief willen we daar een rol in spelen. Doe mee!

    Foto’s door Liesbeth:
    [embed-google-photos-album https://photos.app.goo.gl/f2x6YUotbjFnDyGg7]

  • Antifascistisch protest tegen alles wat ons verdeelt

    Het zelfvertrouwen van extreemrechts neemt toe. In december was er de betoging tegen het migratiepact en nadien probeerde het Vlaams Belang nieuwe activisten aan te trekken. De voorheen aangebrande neonazi’s van Schild & Vrienden werden langs de grote poort terug binnengehaald. Na de voor het VB rampzalige resultaten in 2014 is het bijna onmogelijk voor de extreemrechtse partij om niet vooruit te gaan. Elders in Europa zal de groei voor extreemrechts nog sterker zijn.

    Door Geert Cool, woordvoerder Blokbuster

    [divider]
    Luister ook naar onze Podcast:

    [divider]

    Europees fenomeen

    Ruim tien jaar na de grote recessie van 2007-08 spreken economen en politici wel over economisch herstel, maar brede lagen van de bevolking hebben daar niet veel van gemerkt. De afgelopen jaren werden gekenmerkt door aanvallen op onze levensstandaard en onze sociale bescherming. Overal in Europa werden pensioenen, werkloosheidsuitkeringen, openbare diensten (zoals onderwijs, zorg en vervoer) aangepakt. We moeten langer werken, maar zien ons loon amper stijgen terwijl we ook nog eens meer indirecte belastingen betalen (onder meer op brandstof). Je zou voor minder kwaad zijn. Een minderheid uit de woede nu reeds door op straat te komen en op zoek te gaan naar collectieve antwoorden. Een andere groep houdt het op een proteststem tegen het establishment en ziet in diverse extreemrechtse en populistische partijen de eerste kandidaten om te protesteren. Die formaties spelen in op de vooroordelen die ook door het establishment gebruikt worden. Dat zien we bij ons met N-VA dat niet kan uitpakt met de verhoging van de pensioenleeftijd of andere asociale maatregelen die niet gedragen worden door de bevolking, maar in de plaats daarvan zoveel mogelijk de identitaire zwarte piet doorschuift naar migranten en vluchtelingen. Extreemrechts doet zich voor als anti-establishment, maar gaat voort op de dominante retoriek van datzelfde establishment.

    Waarom gaan de proteststemmen naar rechts en niet naar links? De traditionele linkerzijde wordt vaak gezien als deel van het probleem, niet van de oplossing. Hoe meer establishment kan je zijn dan de sociaaldemocratie die ook in ons land jarenlang aan de macht is geweest en doorheen Europa aan het stuur zat toen de Europese Unie verder ontwikkeld werd in de jaren 1990. Het resultaat was een EU die neoliberale dictaten oplegde, dat heeft de Griekse bevolking nog ondervonden toen in 2015 op democratische wijze voor een breuk met de besparingen werd gestemd. Meteen werd de harde hand van de EU, het IMF en de ECB bovengehaald als een stormram tegen de Griekse bevolking. Ook daar heeft de sociaaldemocratie niets tegen ondernomen. Erger zelfs: Dijsselbloem was als sociaaldemocraat deel van de neoliberale stormram. De groenen hopen hier en daar vooruitgang te boeken en kunnen inspelen op de klimaatbeweging. Maar de eis van ‘system change’ ligt mijlenver van de voorzichtige hervormingen die de groenen voorstellen. De radicale linkerzijde staat zwak op zowel organisatorisch als inhoudelijk vlak: er is geen Europese organisatie en grote nieuwe linkse krachten durven niet te breken met het kapitalisme, laat staan op offensieve wijze op te komen voor een socialistische samenleving. Het verraad door Syriza toonde de beperkingen van het nieuwe reformisme, wat een impact had op de dynamiek van radicaal links in Europa.

    Er is nochtans een potentieel. Overal in Europa is er een roep naar het einde van de besparingen op zorg en onderwijs. Ook in Oost- en Centraal Europa is er dergelijk protest: zo was er recent een sterke onderwijsstaking in Polen. Er zijn de gele hesjes in Frankrijk maar ook de klimaatjongeren die overal in Europa op een brede steun kunnen rekenen. De roep naar ‘system change’ neemt toe en de hoop om via gevestigde politici tot verandering te komen neemt af. Politiek uitdrukking geven aan de woede en roep naar iets anders, is een grote uitdaging. Dat zal niet rechtlijnig gebeuren, we kunnen er enkel aan bouwen door in protest consistent voor een programma van socialistische maatschappijverandering op te komen en tegelijk ook stappen te zetten om het protest actief uit te bouwen en te versterken.

    Terugkeer Vlaams Belang

    Het Vlaams Belang zal nog niet doorbreken tot het niveau van Salvini (Italië) of Le Pen (Frankrijk). Maar extreemrechts maakt gebruik van elke gelegenheid die zich aandient om N-VA-kiezers terug te winnen. De grotere nadruk van N-VA op migratie brengt het Vlaams Belang centraler in het politieke debat. Heel wat deelnemers aan de anti-Marrakesh mars in december wilden wellicht steun betuigen aan Theo Francken, maar het waren toch vooral Van Grieken en Van Langenhove die met de winst gingen lopen. Van Grieken kon zijn uitgedunde troepen terug aanvullen en de druk op N-VA opvoeren, Van Langenhove kon de aandacht voor zijn neonazistische chatgroepen op internet achter zich laten. Dat de VB-troepen wat uitgedund waren, bleek nog in de gemeenteraadsverkiezingen. De partij kon geen volledige lijst indienen in steden als Turnhout of Leuven, maar ook niet voor het district Antwerpen. Een beetje hernieuwde groei maakt dat er nu ruimte is voor nieuwe kopstukken zoals Van Langenhove die een steile opmars in het Vlaams Belang maakt. Het VB probeert bovendien jongeren aan zich te binden door gratis bier uit te delen op avonden onder de noemer ‘Schild & Pint’, een weinig verdoken verwijzing naar Schild & Vrienden.

    In de peilingen komt het Vlaams Belang terug boven de 10%, maar voorlopig onder het niveau van de provincieraadsverkiezingen in oktober 2018. Het feit dat klimaat en koopkracht de discussies domineerden, deed de partij geen goed. Van Langenhove probeerde nog om het klimaatprotest te provoceren, maar werd er weg gejaagd door jongeren die ‘Fuck den Dries’ scandeerden. Nu de klimaatbeweging in een begrijpelijk en tijdelijk dipje zit en ook de syndicale mobilisaties rond koopkracht weinig offensief gebeuren, hoopt extreemrechts om migratie terug centraal te plaatsen. De discussie rond de transmigranten aan Brussel-Noord werd daarvoor gebruikt. Na de schokkende moord op het Antwerpse meisje Julie hoopt het VB zich te profileren op veiligheid, maar dat kan moeilijk liggen: voor velen is het duidelijk dat de aanhoudende besparingen op zowel justitie als de volledige zorgsector maken dat het volledige systeem tot op het bot rot is.

    Het VB probeert zich tegenover N-VA als een ‘socialere’ partij te profileren, onder meer door te pleiten voor een minimumpensioen van 1.500 euro per maand. Het gaat om een lakje sociaal vernis dat de asociale ondergrond amper kan verbergen. Het asociale karakter komt op verschillende manieren tot uiting. Uiteraard is er het feit dat voor het betalen van een ‘Vlaamse sociale zekerheid’ niet gekeken wordt naar de superrijken of grote aandeelhouders, maar naar vluchtelingen, werklozen en Walen. Maar ook voor het eigen volk heeft het VB asociale voorstellen: beperking van werkloosheidsuitkering in de tijd, afschaffing brugpensioen, afbouw ambtenarenpensioenen, puntenpensioen om de leeftijd op te trekken boven 65 jaar, …

    Protest is nodig

    Een opgang van extreemrechts is gevaarlijk omdat het verdeeldheid centraal stelt. We moeten daarop antwoorden op de werkvloer en in onze omgeving. De beste manier om dit te doen, is door te wijzen op wat ons verenigt: de strijd voor betere levens- en werkomstandigheden, eigenlijk de strijd om een betere toekomst. Offensieve eisen rond de minimumlonen (14 euro per uur), pensioenen (1.500 euro per maand), arbeidsduurvermindering (30-urenweek zonder loonverlies en met bijkomende aanwervingen), massale publieke investeringen in openbare diensten (onderwijs, zorg, openbaar vervoer, publieke energiesector, …) zijn daarvoor noodzakelijk. Vanuit deze eisen wordt bovendien duidelijk dat de bankiers, grote aandeelhouders en speculanten een obstakel zijn voor sociale vooruitgang en niet de migranten of vluchtelingen.

    Het volstaat niet om geen racist te zijn, we moeten antiracistisch zijn. Dit betekent actief ingaan tegen wat ons verdeelt omdat dit een obstakel is in onze strijd voor een andere samenleving. Extreemrechts zullen we niet stoppen door af te wachten, er is strijd tegen nodig. De antifascistische campagne Blokbuster is al sinds 1991 actief in stelselmatig protest en mobilisaties. Betogingen zijn belangrijk om het voor extreemrechts moeilijker te maken om de straten te domineren en om zomaar aanvaard te worden. Het zijn bovendien uitstekende momenten om met gelijkgestemden te discussiëren over hoe we de voedingsbodem voor extreemrechts kunnen aanpakken. Dat is de basis voor het politieke mobilisatiemodel tegen extreemrechts dat Blokbuster al decennia verdedigt.

    Op 9 mei is er in Leuven een belangrijke afspraak. De studenten van het Vlaams Belang, NSV (Nationalistische Studentenvereniging), betogen dan in de studentenstad. Daarmee willen ze de kiescampagne van het VB – in Leuven staat deze in het teken van lijsttrekker Van Langenhove – ondersteunen. Er is een oproep voor een tegenbetoging onder de noemer ‘Undivided against racism’. Een zo sterk mogelijke actie is nodig om te vermijden dat extreemrechts verder in het offensief kan gaan met verdeeldheid die ingezet wordt tegen onze sociale eisen.

    Een systeem in crisis brengt de bijhorende politieke vertalingen met zich mee. Extreemrechts is er een uitdrukking van die een opgang kan maken als er geen of onvoldoende sterk echt alternatief is. Een echt alternatief betekent dat de arbeidersbeweging de strijd voor sociale vooruitgang aangaat: voor het verdedigen van sociale verworvenheden en het afdwingen van nieuwe. Dat vraagt betrokkenheid en duidelijkheid qua programma. Het kapitalisme faalt en er is nood aan een nieuw systeem, een maatschappij waar de belangen van de meerderheid van de bevolking centraal staan. Blokbuster wil ook daaraan bijdragen.

  • Groen stemmen doet een blauwtje lopen

    De groenen zijn de verkiezingscampagne op een rode loper ingetreden: voor het eerst is ecologie één van de centrale thema’s. De historische klimaatbeweging maakt dat geen enkele politieke formatie over klimaat kan zwijgen. In de gemeenteraadsverkiezingen van oktober deden Groen en Ecolo het al uitstekend. Nu kan daar een vervolg op komen.

    De steun voor de groenen komt onder meer van jongeren: in oktober gingen 8,5% van de kiezers voor het eerst stemmen. Er waren 693.000 jongeren tussen 18 en 23 jaar die nooit eerder stemden. Over de gevoeligheid van klimaat onder jongeren moet geen tekeningetje meer gemaakt worden. Ook bezorgdheid en woede over het beleid van verdeeldheid en racisme tegen vluchtelingen en migranten speelde een rol. Het asociale beleid en schandalen rond intercommunales ondermijnden bovendien de traditionele partijen.

    De groene golf geeft uitdrukking aan de zoektocht naar alternatieven op het huidige beleid. Maar hoe betrouwbaar zijn de groenen? De meeste kiezers van Groen en Ecolo beschouwen zich links, maar de partijleiders zeggen steeds meer dat de links-rechtsopdeling achterhaald is. Het is dan ook geen toeval dat de voormalige directeur van de Brusselse beurs, Luc De Brabandere, op de Europese lijst van Ecolo staat. In oktober vormde Groen onder partijkopstuk Kristof Calvo in Mechelen een stadskartel met Open VLD. In tal van gemeenten stapte Groen in coalities met N-VA. In de media wordt gespeculeerd over een blauw-groene as bij de regeringsvorming. Indien de groene fractie de grootste wordt, kan dit de regering-Calvo opleveren.

    Klimaat is natuurlijk het belangrijkste thema voor Groen. De partij heeft een klimaatplan met zes routepaden en tientallen maatregelen. De partij benadrukt dat het om sociale maatregelen gaat die zorgen voor investeringen in energie, huisvesting, mobiliteit, … die 80.000 nieuwe jobs opleveren. Heel wat voorstellen zijn uitstekend: meer publieke middelen voor openbaar vervoer bijvoorbeeld (zelfs indien het bescheiden blijft met 430 miljoen euro per jaar extra voor De Lijn en 790 miljoen voor de NMBS en Infrabel). Ook het fietsbudget zou met 400 miljoen euro opgetrokken worden.

    De vraag is hoe dit zou betaald worden. Groen komt niet veel verder dan extra taksen op de gewone bevolking. Aan de belangen van de grote bedrijven durft Groen niet raken. De partij pleit voor een Klimaatbank waarbij spaargeld gemobiliseerd wordt in de vorm van groene obligaties. Verder wordt uitgekeken naar “alternatieve financiering voor grote projecten en programma’s via vormen van publiek-private samenwerking.” Het idee van een publieke ontwikkelingsbank komt wel meer terug ter linkerzijde, maar één publieke bank in een private bankensector stapt ofwel mee in de winstlogica ofwel komt die bank zelf in de problemen. Op de regels van de winstlogica rekenen om iets aan het klimaat te doen, is hopen dat hetzelfde doen als voorheen plots tot een ander resultaat leidt. Een drastische maatregel als het in publieke handen nemen van de volledige bankensector is noodzakelijk om voldoende middelen te kunnen vrijmaken.

    Een grotere rol voor de publieke sector – dus voor de gemeenschap – is niet wat het klimaatplan van Groen beoogt. Een versnelde overgang naar duurzame energie is inderdaad nodig en het klimaatplan brengt interessante pistes hiervoor. Maar telkens weer wordt het initiatief voor het uiteindelijke doorvoeren ervan overgelaten aan dezelfde energiebedrijven die ons tot de huidige situatie gebracht hebben. Ook rond huisvesting wordt alles overgelaten aan de private markt met subsidies en kredieten voor renovatie. Een vliegtaks, CO2-taks en extra belastingen op benzine, kilometerheffing, … treffen de gewone werkenden, terwijl het overgrote deel van de uitstoot veroorzaakt wordt door grote multinationals. Groen durft die niet aan te pakken, maar schrijft zich in de logica van het kapitalisme in. Laat het net dat systeem zijn dat ons op dit rampzalig punt inzake klimaatverandering gebracht heeft.

    Ook in het verzet tegen het asociaal beleid van de afgelopen jaren werpt Groen zich niet op als een betrouwbare bondgenoot. De rechtse academicus Stijn Baert vroeg de verschillende partijen naar antwoorden op enkele concrete vragen over brugpensioenen en lonen. Groen antwoordde dat het in principe voor het ‘uitfaseren’ van het brugpensioen is. Op de stelling dat de lonen minder aan de anciënniteit moeten gekoppeld zijn, antwoordden drie partijen volmondig ‘akkoord’: N-VA, Open Vld en Groen! We weten nochtans allemaal dat dit voorstel er niet op gericht is om jonge werkenden meer te laten verdienen: het doel is om oudere werkenden kaal te plukken.

    We begrijpen dat velen naar de groenen uitkijken omdat er dringend een sterk alternatief op de bende van Michel en De Wever nodig is. Maar voor een echt alternatief valt het groene programma en de politieke praktijk van de voorbije jaren wel heel licht uit. Dat waren overigens net de redenen waarom de vorige regeringsdeelname van de groenen, in de paarsgroene coalitie onder Verhofstadt tussen 1999 en 2003, de groene partijen bijna volledig van tafel veegde. Zullen de groenen zich een tweede keer aan diezelfde steen stoten?

  • Patronale haaien staan al klaar voor verder offensief. Wij moeten ook klaarstaan!

    Met de verkiezingen voor de deur wil de spreekbuis voor besparingen in het voordeel van de bedrijven, VOKA, de partijen en de kiezer ervan overtuigen dat de besparingscarrousel van Michel I moet blijven draaien. In een interview met De Standaard pleit hoofdeconoom Bart Van Craeynest voor onder meer rekeningrijden, de hogere pensioenleeftijd en meer militaire uitgaven. Het gat in de begroting dient opgevuld te worden en de rekening wordt andermaal aan de werkende bevolking gepresenteerd. Als een aasgier verdedigt Van Craeynest de belangen van diegenen die onze economie en samenleving belagen met hun winsthonger.

    Door Sander (Dendermonde)

    Allereerst mag het gezegd worden dat de term “interview” voor het stuk in De Standaard geen correcte omschrijving is. Het is eerder een staaltje “neoliberale logica spuien in minder dan drie pagina’s” zonder één kritische vraag voorgeschoteld te krijgen. Van Craeynest mag gewoon op reeds platgetreden paden verder daveren. Hij ijvert voor de privatisering van openbare diensten, verdere voordelen voor grote vermogens en bedrijven, en rept met geen woord over de sociale chaos die er heerst door het huidige besparingsbeleid.

    De logica die N-VA vandaag gebruikt is een verderzetting van de ideologie die Van Craeynest uitdraagt. Zo zou Michel I slechts kleine stapjes vooruit gezet hebben op vlak van besparingen, maar dat is goed te praten omdat de belastingen verlaagd zijn. Wat Van Craeynest hierbij vergeet te vermelden, is dat de belastingen vooral verlaagd zijn in het voordeel van de grote bedrijven en dat het merendeel van de werkende Belgen hun belastingdruk ziet stijgen met onder meer de verhoging van de BTW op energie van 6 naar 21 procent, suikertaksen en de stijging van belastingen op benzine en diesel. Dat de vennootschapsbelasting daalt, daar hebben vooral de bazen en aandeelhouders iets aan.

    Een sinds 2003 vaak gebruikt voorbeeld bij VOKA zijn de Hartz hervormingen in Duitsland. Van Craeynest verwijst er nogmaals expliciet naar als zijnde het schoolvoorbeeld van Europa. Onder een sociaaldemocratische regering werden toen verregaande maatregelen genomen om de arbeidsmarkt te ‘hervormen’. Van Craeynest is hier als doorwinterde neoliberale prediker natuurlijk laaiend enthousiast over en ziet het als een schoolvoorbeeld van hoe het in België moet geregeld worden. Sinds de invoering van het eerste Hartz-plan werden mini-en microjobs ingevoerd, verlaagden de werkloosheidsuitkeringen fenomenaal en werd belastinggeld massaal gespendeerd om private bedrijven te sponsoren. Het resultaat is er naar. Mensen zonder job moesten overleven op € 391 per maand en werden wettelijk en financieel gedwongen eender welke job aan te nemen ongeacht het loon of werkomstandigheden; soms aan een loon van €1/uur! Het werd zo gortig dat zelfs de conservatieve CDU van Merkel voor de invoering van een minimumloon van € 8,5/uur ging in 2015 (verhoogd tot € 9,2/uur in 2018). Maar de uitbouw van een grotere groep ‘working poor’ werd niet ongedaan gemaakt of gestopt.

    Van Craeynest stelt dat er voor het doorvoeren van dit soort “benodigde” maatregelen misschien nood is aan een crisis die onze politici de daadkracht schenkt. Naomi Klein beschrijft in haar boek “De shock doctrine” soortgelijk denken in het Chili van Pinochet, het Indonesië onder Soeharto en de VS ten tijde van de orkaan Katrina. Het is een beproefd recept dat overheden gebruiken om meer macht naar bedrijven te laten overvloeien op het moment dat de bevolking gebukt gaat onder een crisis en er nauwelijks protest is, om zo de meest ‘vrije’ vorm van kapitalisme te verkrijgen, vrij voor de winsten van enkelen wel te verstaan. Zo werd na de orkaan Katrina het volledige openbare schoolsysteem van New Orleans geprivatiseerd. Een voorheen betaalbare, openbare voorziening werd overnacht een wingewest voor het bedrijfsleven. Geld dat bestemd was om de slachtoffers te helpen werd besteed om het schoolsysteem te ontmantelen. 4700 leraren werden op straat gezet, sommigen werden door private scholen heraangenomen aan lagere lonen. Dat is het ware gelaat van de neoliberale elite: verarming, verloederde openbare diensten en slechtere werkomstandigheden voor de meerderheid van de bevolking en grotere winsten voor een steeds kleiner wordende minderheid.

    De enige reden dat de besparing van Michel I niet de omvang aannamen die VOKA en de regeringspartijen gewild hadden, is het massale protest na het bekendmaken van de eerste besparingsmaatregelen. 120.000 betogers verzamelden in Brussel, er was een gezamenlijk actieplan van de vakbonden; Michel I stond op wankele benen maar het uitblijven van verdere acties tegen de geplande besparingen en het politieke spel van de vakbondsleiding zorgden er voor dat het niet tot een val van de regering kwam. De vakbondsleiding gokte op een verkiezingsoverwinning voor hun politieke partners in 2019 en dus het uitzitten van de regering Michel I. We weten nu dat de traditionele politieke partners van de vakbondsleiding, SP.a en CD&V, erop achteruitgaan. CD&V was zoals te verwachten een vrij transparante schaamlap voor de brutale besparingen. SP.a blijft verder klappen krijgen door deelname aan voorgaande besparingsregeringen. Uit de gemeente- en provincieraadsverkiezingen en recente peilingen blijkt dat, mede door de besparingen van Michel I en het uitblijven van een voldoende sterke consequente linkerzijde, extreemrechts een opmars kent. De gok van de vakbondsleiding was de verkeerde. De enige partijen aan de linkerzijde die erop vooruitgaan zijn Groen en PVDA.

    Groen biedt op dit moment weinig tot geen oplossingen voor de verzuchtingen van veel werkende mensen. Daar komt nog eens bij dat veel mensen beseffen dat Groen de rekening van de klimaatproblemen zal doorschuiven naar de zwakste schouders en dat de 1% rijksten grotendeels buiten schot blijven. Groen is inderdaad aan een opmars bezig maar kan zich bij het uitblijven van een degelijk sociaal en antikapitalistisch programma, net zoals AGALEV, verbranden aan besparingen. De sociaaldemocratie is hier het leidende voorbeeld. SP.a en PS hebben in de voorbije decennia bewezen niet bang te zijn om deel te nemen aan besparingsregeringen en de eigen basis buitenspel te zetten, ook al proberen ze onder druk van PVDA en de vakbonden soms wat linkser uit de hoek te komen, althans in woorden.

    De stakingsbewegingen van 2014 tonen ons dat er een enorm actiebereidheid is onder de bevolking. Het zijn dit soort bewegingen die de drijvende kracht op weg naar een systeemverandering zijn. Opkomen voor hervormingen in het voordeel van de werkende bevolking is belangrijk om op verder te werken, maar indien deze niet gekoppeld worden aan de noodzaak om het kapitalisme omver te werpen zullen er steeds nieuwe besparingen op schouders van het merendeel van de bevolking worden gelegd. Om de besparingen een halt toe te roepen dient de economie in de handen van de meerderheid van de bevolking te zijn. Weg van de winsthonger van aandeelhouders, CEO’s en bestuursleden.

    Sluit aan bij LSP om mee op straat het verschil te maken en de nood aan een socialistische samenleving te verdedigen, stem PVDA om het straatprotest een stem te geven in het parlement.

  • Rechts bestrijden op straat en in de stembus

    We zijn de regering en de aanhoudende besparingen zat. We hebben allemaal de gevolgen van dit beleid gevoeld. Wij in negatieve zin, de bazen daarentegen gingen er verder op vooruit. Voor hen was de regering-Michel/De Wever een droom. Vandaar hun roep voor een verderzetting ervan.

    Artikel door Nicolas Croes uit de mei-editie van ‘De Linkse Socialist’ (Morgen op diverse 1 mei activiteiten te koop voor 2 €)

    De ‘baas der bazen’, de voorzitter van het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO), Pieter Timmermans, likkebaardde al in de pagina’s van Le Soir. “Werkgelegenheid, groei, … De cijfers zijn goed, we moeten op dezelfde weg verder.” Voor hem heeft de regering-Michel goed werk geleverd. Maar het mag altijd meer: “De hervorming van de arbeidsmarkt moet verdergezet worden.” Waaraan denkt Timmermans? De patronale inhaligheid leidt tot steeds meer voorstellen. Nu wordt ook voorgesteld om nachtwerk pas te laten ingaan vanaf middernacht in plaats van 20u, of beter gezegd: om pas vanaf middernacht extra te betalen. De afgelopen jaren zaten de patroons in zo’n comfortabele zetel dat ze amper nog proberen hun minachting tegenover de werkenden te verbergen.

    Timmermans en zijn goede vrienden in de regering zeggen ons dat als de mensen kwaad zijn, dit komt omdat ze het niet goed begrepen hebben of omdat hun perceptie verkeerd is. Van perceptie kunnen we op het einde van de maand echter niet tanken of eten… Er is bespaard op onze koopkracht en levensstandaard, maar dit zorgde niet voor een begrotingsevenwicht. Het tekort is opgelopen tot 8,8 miljard euro. Tussen 1996 en 2016 namen de cadeaus aan de patroons in de vorm van loonsubsidies en lastenverlagingen toe van 1,6 miljard euro per jaar tot 13,6 miljard. Er moet niet ver gezocht worden waar het begrotingstekort vandaan komt…

    Alle inspanningen die van ons geëist werden, dienden slechts voor een transfer van rijkdom van de gemeenschap naar de superrijken. Met het huidige begrotingstekort wordt van elke volgende regering, zowel federaal als regionaal, een verder besparingsbeleid geëist.

    Het motto van Michel was ‘Jobs, jobs, jobs.’ In de eerste drie maanden van dit jaar alleen kondigden 28 bedrijven collectieve afdankingen aan waarbij 2.027 jobs bedreigd zijn. Dat komt bovenop de 1.900 jobs die bedreigd zijn bij Proximus.

    De besparingen stoppen!

    De N-VA had haar strategie al klaar: de regering laten vallen rond migratie om de aandacht van sociale thema’s af te leiden. Het ongenoegen rond de koopkracht, wat onder meer tot uiting komt in het protest van de gele hesjes, en de indrukwekkende klimaatacties van de jongeren hebben deze strategie doorkruist. Enkel als we het protest doorzetten, geven we rechts geen kans om het initiatief terug volledig in handen te nemen.

    Het ontbrak de afgelopen jaren niet aan verzet tegen het asociale beleid. Honderdduizenden vakbondsleden hebben gestaakt en betoogd. De acties waren vaak groter dan verwacht. Ook vandaag blijft er een grote actiebereidheid aan de basis. Op 14 mei zijn er acties van het ABVV voor koopkracht en een minimumloon van 14 euro per uur. Het idee is duidelijk om op de verkiezingen te wegen. Dat het potentieel voor een strijdbaar links alternatief groot is, blijkt ook uit hoe geantwoord wordt op de vragen in ‘De Stemtest’ van De Standaard en VRT. Zo stelt 88% dat de factuur van een rusthuis niet hoger mag zijn dan het pensioen van de rusthuisbewoner.

    Nochtans maken de gevestigde partijen zich klaar om verder te besparen en wordt uitdrukkelijk gekeken naar de sociale zekerheid. Met een gat in de begroting van 8 miljard euro is de druk om te besparen groot, welke regering er ook komt na 26 mei.

    Laten we onze strijd verderzetten: niet alleen om verworvenheden te verdedigen, maar ook om er nieuwe af te dwingen. Het minimumloon van 14 euro per uur (2300 euro per maand), minimumpensioen van 1500 euro netto per maand, arbeidsduurvermindering zonder loonverlies en met compenserende aanwervingen, verbod op onvrijwillige deeltijdse arbeid, massale publieke investeringen in openbare diensten (waaronder onderwijs, zorg, openbaar vervoer) en infrastructuur, klimaatmaatregelen die de grote bedrijven doen betalen, … zijn de meest dringende eisen.

    Om deze eisen op de politieke agenda te zetten en te houden, kunnen we best onze acties doorzetten. Geen eenmalige actie, maar in het kader van een actieplan waarmee we na de verkiezingen onze eisen opleggen. “Een doel zonder plan is niets meer dan een wens,” zei Saint-Exupéry. In 2014 zagen we de kracht van een actieplan dat opbouwde naar een algemene staking. De regering wankelde. Helaas werd onze strijd toen niet ernstig verdergezet tot de val van de regering. Er was een vakbonds- en politieke leiding nodig die dat durfde. Dat vergt discussie over onze acties en programma.

    LSP wil hieraan bijdragen, onder meer met deze krant. We verdedigen een democratisch socialistisch alternatief op de ongelijkheid en uitbuiting van de werkenden en de planeet die eigen zijn aan het kapitalisme. Kom samen met ons op voor een socialistische samenleving!

  • Rechts bestrijden op straat en in de stembus

    Stem PVDA voor een regering van de miljonairstaks, sluit aan bij LSP om dit te ondersteunen met de nodige socialistische maatregelen

    Pamflet van LSP Brussel

    De rijken willen hun rechtse regering doorzetten. De regering van N-VA, MR, CD&V en Open Vld was voor de overgrote meerderheid van de bevolking rampzalig. Het was een regering van lage pensioenen, onzekere jobs, lage lonen en uitkeringen onder de armoedegrens. Maar van onrechtvaardige belastingen, drastische besparingen op de openbare diensten, met onvoldoende middelen voor zorg en openbaar vervoer, minachting voor de jongerenbeweging rond het klimaat en een afwijzing van elke solidariteit met vluchtelingen.

    Dit was een droomregering voor de superrijken, de speculanten, de grote vervuilers, de grote belastingontduikers die zoveel cadeaus kregen dat alle inspanningen die ons opgelegd werden uiteindelijk niet tot resultaat hadden dat de begrotingstekorten werden weggewerkt. Het resultaat is een tekort van 8,5 miljard euro. Al onze inspanningen dienden dus enkel voor een grotere transfer naar de rijksten en de bijhorende toename van ongelijkheid.

    Het is niet verwonderlijk dat de bazen om meer vragen en campagne voeren voor een verderzetting van deze regering. De winsthonger op korte termijn is grenzeloos. Er is een groot gevaar: ze willen elke vorm van verzet breken zodat de grote bedrijven de vrijheid hebben om hun asociale agenda op te leggen.

    Rechts bestrijden op straat en in de stembus

    De historische klimaatbeweging, het protest van de gele hesjes tegen de prijsstijgingen en de taksen, en de vakbondsmobilisaties rond pensioenen en voor meer koopkracht, zijn uitdrukkingen van een brede afwijzing van het beleid van sociale afbraak. Het potentieel is er om rechts te verslaan op straat en in de stembus.

    De sociaaldemocraten en de groenen waren kritisch over de federale regering en het gevoerde beleid, maar het is niet uitgesloten dat zij eerder rechts depanneren om het besparingsbeleid verder te zetten dan dat ze een linkse regering op de been brengen. Na de gemeenteraadsverkiezingen vormden Ecolo en PS op verschillende plaatsen coalities met de MR. SP.a en Groen deden hetzelfde met de N-VA. Een stem voor de PVDA op 26 mei is de best mogelijke stem om linkse verkozenen te behalen in heel België die zich verzetten tegen een terugkeer van het beleid van de regering-Michel.

    Gauches Communes, de eenheidslijst waaraan LSP deelnam tijdens de gemeenteraadsverkiezingen, kwam op voor een radicaal plan van publieke investeringen in jobs, scholen, kinderopvang en voldoende sociale huisvesting. Het besparingsbeleid heeft ertoe geleid dat de publieke investeringen de afgelopen 25 jaar halveerden. Dit kwam terug op de voorgrond door het tekort aan onderhoud van de tunnels, zinkgaten in de wegen door lekke waterleidingen van Vivaqua, insijpelend vocht in de federale musea en andere openbare gebouwen …

    Stem PVDA, sluit aan bij LSP

    Als antwoord op de tekorten wil PVDA 10 miljard per jaar investeringen in klimaat en sociale maatregelen. Dit moet gefinancierd worden door een belasting op grote fortuinen. Wij steunen de miljonairstaks, maar waarschuwen dat een linkse regering die deze belasting invoert meteen zal botsen op verzet door de patroons, met sabotage van de economie in de vorm van kapitaalvlucht.

    Helaas negeert de PVDA deze moeilijkheden en worden geen lessen getrokken uit het falen van de linkse regering in Griekenland. Als we niet van bij het begin het wapen van de nationalisatie populariseren en verduidelijken om met een regering van de miljonairstaks te kunnen antwoorden op het tegenoffensief van de bazen, dan laten we de beweging onvoorbereid op wat komt. Links moet een echte verandering voor het leven van de mensen betekenen. Als links aan de macht geen fundamenteel verschil maakt, zullen het rechtspopulisme en extreemrechts de vrije loop hebben.

    Wij zijn bereid om PVDA zoveel mogelijk te steunen in deze campagne en boden aan om aanwezig te zijn op de lijsten van PVDA. Helaas heeft de PVDA dit geweigerd. We roepen op om voor PVDA te stemmen en voor een regering van de miljonairstaks, maar ook om het daar niet bij te laten. Sluit aan bij LSP om de arbeidersbeweging en de jongeren te versterken met een programma dat de nodige socialistische maatregelen omvat.

    Gauches Communes in Sint-Gillis

    We zetten onze samenwerking met de Parti Humaniste (dat voor de regionale verkiezingen deelneemt aan de lijst van Plan B) in het kader van Gauches Communes verder. We hadden uiteraard liever een verkozene gehad in Sint-Gillis, maar ons resultaat van 2,8% was zeker eerbaar. We blijven heel het jaar aanwezig op de markten, op tal van acties en in de brievenbussen waarmee we het politiek debat uit het gemeentehuis en weg van de debatten voor experten willen halen.

    De meerderheid van PS en Ecolo in Sint-Gillis heeft voor de verkiezingen veel beloofd. Rechts liep een nederlaag op in de gemeente. Omdat we in onze pamfletten en tussenkomsten bleven wijzen op de bestaande tekorten in de gemeente, voelde de meerderheid zich genoodzaakt om daarop te antwoorden. We moeten waakzaam zijn opdat de beloften niet gebroken worden. We zullen de nodige campagnes organiseren om daarover te waken.

    15 mei: meeting en couscous-avond van de Brusselse afdelingen van LSP

  • Rechtse regering op verlies in peilingen – geen steun voor asociaal beleid

    Foto: Jean-Marie Versyp

    Een overweldigend grote meerderheid van de bevolking is nog steeds gekant tegen de verhoging van de pensioenleeftijd naar 67 jaar. Ondanks alle propaganda van N-VA over twee democratieën in dit land – waarbij Brussel steeds over het hoofd wordt gezien – is er in alle delen van het land een grote meerderheid tegen werken tot 67: 75% in Vlaanderen, 71% in Brussel en 81% in Wallonië. Voor het standpunt verdedigd door de Zweedse coalitiepartijen – namelijk dat de pensioenleeftijd niet terug verlaagd moet worden – is er in Vlaanderen amper 18% steun.

    Dat geeft een goed beeld van de onpopulariteit van de rechtse regeringspartijen. N-VA-voorzitter De Wever probeerde het nog voor te stellen alsof zijn partij in de peiling wat verliest omwille van Angela Merkel en haar ‘Wir schaffen das’ waar Francken geen antwoord op kon bieden omwille van de Europese tanker die zo traagt keert, aldus De Wever. Eerder was het de schuld van de Walen, de sossen, de vakbonden en nu dus ook van zowel Europa als Merkel. Als het maar niet over het eigen asociale beleid moet gaan! Ondanks de Marrakesh-discussie is de groei van het Vlaams Belang beperkt, in vergelijking met de provinciale verkiezingen van oktober vorig jaar is er zelfs achteruitgang.

    De Wever probeert de peilingen te gebruiken om het voor te stellen alsof de verschillen tussen Vlaanderen, Wallonië en Brussel verder toenemen. Nochtans is er één constante in alle cijfers: alle regeringspartijen krijgen slaag. In Vlaanderen was de meerderheid bijzonder groot, waardoor een gezamenlijk verlies met 10% sinds 2014 niet volstaat om de meerderheid te breken. Maar ondertussen verliezen N-VA (-4,5%), CD&V (-3,9%) en Open VLD (-1,3%) samen toch maar 9,7%. MR krijgt in Wallonië en Brussel rake klappen van telkens -7%. De gedoodverfde extra Franstalige partner, cdH, zakt in Wallonië onder de 10% en blijft in Brussel slecht scoren. Een nieuwe Zweedse coalitie, volgens De Wever dé inzet van de verkiezingen, wordt met deze resultaten erg moeilijk: het zou een coalitie van ‘losers’ zijn en bovendien is een meerderheid op federaal vlak niet in zicht. Overigens opmerkelijk dat De Wever van de verderzetting van wat hij in december nog een ‘Marrakeshcoalitie’ noemde de inzet van de verkiezingen maakt.

    In alle delen van het land is er net zoals bij de lokale verkiezingen van oktober vorig jaar een groene golf en daarnaast een mooie vooruitgang voor de PVDA die in Wallonië stijgt naar 14,8%, in Brussel naar 11,9% en in Vlaanderen met 5,9% de kiesdrempel achter zich laat. ‘Links’ blijft kleiner in Vlaanderen maar Groen, sp.a en PVDA gaan er samen 7,8% op vooruit ondanks verlies voor sp.a. Langs Franstalige kant voorspelt deze peiling overigens ook verlies voor de sociaaldemocratie. In Vlaanderen volstaat deze peiling nog niet om een door N-VA geleide rechtse coalitie te breken. Het verschil tussen de steun voor de verhoging van de pensioenleeftijd onder de politieke partijen en onder de bevolking geeft echter aan dat er nog rek op zit. Die rek uitspelen, kan het best door met de vakbonden een eindsprintje in te zetten met syndicaal protest tot aan de verkiezingen.

    Er is een reëel gevaar dat de groenen als grote winnaar van deze verkiezingen op zowel federaal als regionaal vlak eerder voor bijvoorbeeld paarsgroene regeringen gaan. Deze zullen geen afdoende antwoord bieden op de klimaatproblematiek en door zich met handen en voeten te binden aan de neoliberale besparingslogica die oplegt dat een volgende regering 8,5 miljard euro moet zoeken, is het bovendien een recept voor asociale maatregelen. Een rood-groen sausje op een liberaal beleid maakt die besparingen niet beter verteerbaar. We willen geen trager besparingsbeleid, maar een einde aan de besparingen op onze kap!

    Zowel in Wallonië als Brussel stelt deze peiling de mogelijkheid van linkse regeringen. Het ABVV roept daar expliciet voor op. Het kan het perspectief van een regering van de miljonairstaks vestigen. De rechterzijde haalt daar nu al bijzonder hard naar uit. De Wever waarschuwde voor een ‘rampzalig’ beleid van onder meer een verlaging van de pensioenleeftijd en een vierdagenwerkweek. Veel werkenden zullen dat net als een noodzakelijk beleid zijn. Het discours van De Wever is echter slechts een uitdrukking van het feit dat elke poging tot sociaal beleid meteen zal botsen op sabotage door het kapitaal. Voor een maatregel als een miljonairstaks – noodzakelijk om middelen te creëren voor massale publieke investeringen in openbare diensten, infrastructuur, milieu, … – zal een socialistisch programma nodig zijn dat de niet-betaling van de publieke schulden opneemt naast de nationalisatie van de banken en meer algemeen van de sleutelsectoren van de economie als noodzakelijk antwoord op patronale sabotage en tegenwerking.

     

  • Geen nieuwe besparingsregeringen, maar meer loon en publieke investeringen!

    De verkiezingen komen er aan. Voor velen in en buiten de vakbond het moment om komaf te proberen maken met de regering-Michel/De Wever en haar asociaal beleid. Hebben we met de marathon die we gelopen hebben tegen deze regering sinds haar aantreden in 2014 genoeg mensen overtuigd om anders te stemmen? Is dit de beste manier om onze eisen ingewilligd te krijgen? De Linkse Socialistische Partij (LSP) meent dat we in ieder geval deze laatste weken niet zomaar voorbij mogen laten gaan en best nog een eindsprint inzetten.

    Bij het aantreden van deze regering kwam ze naar buiten met sterke uitspraken: ze zou het land bevrijden van een kwarteeuw socialistisch juk en slecht bestuur, een einde maken aan de macht van de conservatieve vakbonden, de hardwerkende Belgen belonen en zorgen voor meer jobs. Nu het bilan van de regering wordt opgemaakt, blijkt dat wij fors ingeleverd hebben maar dat dit niet tot een verbetering van de overheidsfinanciën heeft geleid. Ondanks beperkte economische verbetering blijft er een begrotingstekort van 8 miljard euro. De inleveringen zijn gebruikt om een nieuwe transfer van arm naar rijk te organiseren. De nieuwe inspanningen die geëist worden, hebben hetzelfde doel.

    De vakbonden en vooral de vakbondsbasis hebben zich niet laten doen en organiseerden protest dat massaal werd opgevolgd met telkens een opkomst die groter was dan verwacht. De harde aanvallen op onze levensstandaard en arbeidsvoorwaarden waren dan ook erg concreet: verhoging van pensioenleeftijd, afbouw brugpensioen, indexsprong, … De gecreëerde jobs waren vooral deeltijds, super flexibel en slecht betaald.

    Volgens de peilingen is de regering-Michel/De Wever haar meerderheid kwijt. Als de achteruitgang niet groter is, komt dit vooral omdat velen geen alternatief zien. De sociaaldemocraten zaten decennialang in regeringen op alle niveaus en hebben nergens een dam opgeworpen tegen de neoliberale besparingen. Integendeel: ze hebben die mee doorgevoerd. SP.a en PS werden verkiezingsmachines in plaats van partijen met democratische betrokkenheid van onderuit. Partijdemocratie werd ingewisseld voor cliëntelisme. Openbare diensten werden beheerd als private bedrijven met bijhorende extravagante zitpenningen. MR en N-VA kunnen dit gebruiken om SP.a en PS te discrediteren. Voor alle duidelijkheid: het gevoerde beleid door deze partijen was niet socialistisch, het was neoliberalisme waar hoogstens een rood aandoend sausje overgegoten werd.

    Het ABVV begon zelf alternatieven naar voren te brengen. De campagnes voor een hoger minimumloon van 14 euro per uur en een minimumpensioen van 1.500 euro per maand hebben die thema’s op de politieke agenda gezet. Om deze eisen effectief af te dwingen, zullen sensibiliseringscampagnes niet volstaan: er zullen hardere acties in bedrijven, sectoren en op nationaal vlak nodig zijn! De petitiecampagne voor 14 euro per uur of 2.300 euro per maand kan daar naartoe opbouwen. Maar de voorbije periode werd voldoende duidelijk dat we niets krijgen door het gewoon te vragen. Er is vastberaden strijd nodig!

    De gele hesjes toonden in Frankrijk aan dat ze Macron in het defensief konden duwen en zelfs enkele beperkte toegevingen afdwongen. Dit had internationale invloed op de strijd rond koopkracht. De jonge klimaatbetogers hebben milieu als prominent thema in het politieke debat gebracht, onder meer door methoden van de arbeidersbeweging zoals stakingen en massabetogingen over te nemen. De klimaatjongeren droegen bij aan het ontslag van een minister en brachten alle traditionele partijen in de moeilijkheden rond dit thema.

    Het doorkruist de tactiek van de N-VA: de regering laten vallen over migratie om zo de aandacht af te leiden van sociale thema’s. We mogen rechts geen kans geven om terug op adem te komen en de aandacht terug af te leiden van wat essentieel is voor de meerderheid van de bevolking: koopkracht, klimaat, onderwijs, zorg, … Met acties kunnen we de traditionele partijen verplichten om zich daarover uit te spreken.

    De onderwijsstaking in Vlaanderen, acties in het Franstalig onderwijs, de mobilisaties tegen de Waalse regering en de zorgbetoging van 7 mei zijn goede initiatieven om onze eisen te verdedigen en nu al eisen te stellen aan de volgende regeringen. Deze acties zien we best als een opstap naar verder verzet indien de volgende regeringen geen extra middelen voorzien. Van de tijd die nog rest tot de verkiezingen en de vorming van nieuwe regeringen, kunnen we gebruik maken om collega’s te overtuigen om mee in actie te gaan en uit te leggen dat de noden op elk niveau fundamenteel andere keuzes vereisen. Sowieso zal dit de kwestie op tafel leggen om het geld te halen waar het zit zodat het kan gaan naar waar het nodig is.

    Het IPA is voor velen een teleurstelling: amper 1,1% loonmarge, een stijging van de minimumlonen met 0,10 euro per uur en extra flexibiliteit. Deze bittere pil wordt amper verzacht door enkele kleine verbeteringen. Toch moeten we ook naar het positieve kijken: de bazen wilden zelfs geen 1,1% geven. Er was een algemene staking op 13 februari nodig om van 0,8% naar 1,1% te gaan. Laat het duidelijk zijn welke belangen verdedigd worden door de partijen die de loonwet hebben opgemaakt. Maar ook dat strijd loont, zelfs indien we niet binnenhaalden wat nodig is.

    In 2014 waren velen verrast toen er een rechtse regering kwam die meteen een harde aanval op onze verworvenheden inzette. Ondanks de verrassing waren er meteen grote mobilisaties. Het protest was zo groot dat de regering wankelde na de algemene staking van december 2014. Helaas werd onze strijd toen niet ernstig verdergezet. Er was een vakbonds- en politieke leiding nodig die dat durfde.

    Nu mogen we ons niet opnieuw laten verrassen. Welke regering er ook komt, links, centrum of rechts: met een gat in de begroting van 8 miljard euro zal de druk om verder te besparen erg groot zijn. Laten we onze strijd verder zetten: niet alleen om verworvenheden te verdedigen, maar ook om er nieuwe af te dwingen. Het minimumloon van 14 euro per uur (2300 euro per maand), minimumpensioen van 1500 euro netto per maand, arbeidsduurvermindering zonder loonverlies en met compenserende aanwervingen, verbod op onvrijwillige deeltijdse arbeid, massale publieke investeringen in openbare diensten en infrastructuur, … zijn de meest dringende eisen.

    Om deze eisen op de politieke agenda te zetten en te houden, kunnen we best onze acties doorzetten. Geen eenmalige actie, maar in het kader van een discussie over de acties waarmee we na de verkiezingen onze eisen opleggen.

    Vandaag draait de economie voor een kleine minderheid die zich steeds meer verrijkt op de kap van de gewone werkenden en de planeet. Ons politiek systeem, de traditionele media, het gerecht, … staan in dienst van dit systeem. We kunnen daar niet op vertrouwen. Om tot echte verandering te komen, is strijd tegen heel het kapitalistisch systeem nodig om te komen tot een democratische socialistische samenleving. Contacteer ons om daarvoor op te komen!

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop