Tag: rechtse regering

  • Na de betoging van 100.000: samen kunnen we winnen

    dls349
    Deze krant is net naar de drukker vertrokken is en komt vrijdagnamiddag uit. Neem vandaag nog een abonnement zodat je begin volgende week onze krant in de bus krijgt!

    De betoging van de 100.000 op 7 oktober en de provinciale staking in Luik op 19 oktober hebben het nog maar eens bevestigd: het ontbreekt de arbeiders en bedienden niet aan wil om te strijden tegen deze rechtse regering! Noch in het Noorden, noch in het Zuiden van het land! Noch in de publieke, noch in de privé-sectoren. Samen kunnen we winnen!

    Artikel door Eric Byl voor de novembereditie van ‘De Linkse Socialist’ 

    De regering had hooghartig aangekondigd dat ze de betogers op 7 oktober zou tellen. Ook zij had immers de ontgoocheling opgemerkt bij veel werknemers over het magere resultaat van het nochtans prachtige actieplan van vorig jaar. Na de betoging moest ze echter haar toon milderen.

    Tijdens die betoging was de sfeer omgeslaan van ontgoocheling naar enthousiasme naarmate de kaap van de 70.000, dan 90.000 en uiteindelijk 100.000 betogers gerond werd. Niet dat de ontgoocheling bij veel arbeiders in de bedrijven niet zou bestaan, integendeel. Maar wat de vakbonden, de delegees, de militanten en ook links onderschat hadden, was het effect van het voorbije actieplan op het engagement van een hele laag syndicalisten. Indien we het actieplan van vorige winter niet hadden meegemaakt, dan zouden we nog denken dat het uit incompetentie is dat de vakbondsleiders er niet in slagen de regering ten val te brengen. We weten nu dat het is omdat ze geen alternatief hebben en het niet eens geraken over een actieplan om de krachtsverhoudingen te doen kantelen.

    Hoe reageert de regering daarop? Met alsmaar meer zelfvertrouwen en arrogantie! De 100 euro extra zakgeld waarvoor we zelf opdraaien met onze sociale zekerheid, compenseert in niets wat we verloren door de indexsprong, het optrekken van de pensioenleeftijd en de afbouw van onze openbare diensten die steeds duurder worden. Daar moet nu ook nog een suikertaks af, een turteltaks van 100 euro per gezin en talloze andere tariefverhogingen. Het sociaal akkoord van de groep van 10 doet daar de uitbreiding van de RVA-controles naar deeltijdsen en het openbreken – in het voordeel van de patroons – van het ‘wettelijk’ minimumrendement op aanvullende pensioenen bij. Maar als we sommige vakbondsleiders moeten geloven, zouden we met de patroons front moeten vormen om ervoor te zorgen dat de regering het overleg respecteert! Hoe zijn we daar aanbeland?

    De Waalse ABVV-leiding heeft de verdienste te blijven aandringen op een nieuw actieplan van de grootte-orde van dat van vorig najaar. De ACV-top blijft echter vasthouden aan onderhandelingen, hoewel die tot nog toe enkel sociale afbraak hebben opgeleverd. De Vlaamse ABVV-top durft niet in gang te schieten zonder het Vlaams ACV. En de Waalse ABVV-leiding laat dan weer net dat na waardoor haar actieplan realiteit zou kunnen worden: zowel op interprofessioneel vlak als op de werkplaatsen algemene vergaderingen die open staan voor iedereen. Daar zou men kunnen bespreken hoe het verder moet nu de onderhandelingen niets opleveren. Men zou er een actieplan van de basis kunnen uitwerken om alle krachten te verenigen. Met dat plan zouden de interprofessionele werkingen van de bonden naar de wijken kunnen trekken om ook de niet-gesyndiceerde bevolking te mobiliseren.

    Dat dit vandaag niet gebeurt, laat ruimte aan al wie de regering hoopt uit te zitten tot aan de volgende verkiezingen. Wij denken dat dit een catastrofale strategie is, waardoor de regering stakers en niet stakers kan verdelen, de vakbonden tegen elkaar kan opstoken, de communautaire tegenstellingen kan uitspelen en tegelijk ons verzet kan afschilderen als sabotage en vandalisme. Voor rechts is dat het gedroomde scenario om er bij de volgende verkiezingen nog sterker uit te komen. Het is deze strategie waardoor de regering het aandurft om zelfs de rechters en de politie die ze tegen de stakers inzet, tegelijk hard aan te pakken. Zowat 10.000 jobs bij de politie wil ze schrappen door politietaken toe te vertrouwen aan cowboys uit de privé. De enige strategie die een einde kan maken aan deze antisociale besparingstsunami is een actieplan zoals hierboven beschreven met als uitdrukkelijk doel deze regering ten val te brengen!

  • Luikse 24-urenstaking: bouwen op dit succes!

    22138177970_69c4c7e1ea_bOp 7 oktober toonden de 100.000 betogers in Brussel dat het niet ontbreekt aan bereidheid om te strijden tegen deze rechtse regering. De betogers kwamen zowel uit het noorden als het zuiden van het land, zowel uit de private als de publieke sector. Het succes van de betoging van 7 oktober werd opnieuw bevestigd door de stakingsoproep van het ABVV in Luik-Hoei-Waremme en het ABVV in Verviers.

    Verslag door Nicolas Croes

    Gemeentelijke, provinciale en regionale diensten, openbaar vervoer, grote bedrijven als ArcelorMittal, TechSpace Aero of FN Herstal, … Allemaal legde het personeel het werk neer. De staking was bijzonder succesvol. Op tal van werkplaatsen was het effect nog voelbaar van het actieplan in de herfst van 2014. “We hebben door dat actieplan een syndicale traditie opgebouwd”, verklaarde een delegee aan de piketten. Er waren tal van stakersposten in Luik, onder meer aan het commercieel centrum van Belle-Ile, voor tal van publieke scholen, … Op het Xavier Neujeanplein verzamelden ’s ochtends ongeveer 200 stakers voor de bank BNP Paribas Fortis.

    De stakingsoproep werd niet verspreid door het ACV, maar er waren hier en daar wel ACV-militanten die hun collega’s van het ABVV vervoegden op de piketten. De noodzaak van gezamenlijke strijd werd sterk aangevoeld, merkten we doorheen onze discussies aan de piketten die we bezochten tijdens solidariteitsbezoeken. Als er al kritiek naar voor werd gebracht, was deze vooral gericht tegen het feit dat er na de algemene staking van 15 december 2014 geen vervolg kwam en dat het momentum van het eerste actieplan verloren ging.

    Op 7 oktober nam het enthousiasme in Brussel toe naarmate duidelijk werd dat de mobilisatie een succes was. Hetzelfde was maandag het geval in Luik, zeker op de bijeenkomst van het ACOD voor het station Luik Guillemins rond 11u was dit merkbaar. Er waren een duizendtal militanten naar deze verzamelplaats afgezakt, tal van stakers bleven ondertussen op hun piket.

    Het was belangrijk om op deze erg symbolisch geworden plaats te verzamelen om het stakingsrecht te verdedigen. Net zoals dit in Brussel op 9 oktober het geval was, werd ook nu met dwangsommen gedreigd tegen het spoorpersoneel. Met de steun van metaalarbeiders, gezondheidswerkers en tal van anderen liet het spoorpersoneel zich niet intimideren en werden de treinen in het station geblokkeerd. De aanval op het stakingsrecht is niet alleen tegen het spoorpersoneel gericht, het is een doelgericht offensief tegen de volledige arbeidersbeweging.

    Er zouden nog andere provinciale acties volgen in de strijd tegen deze regering van rijken. Een opbouwend actieplan met duidelijke ordewoorden, tot de val van de regering, is de beste manier om te reageren op de aanhoudende aanvallen en provocaties van de rechtse regering.

    In het pamflet dat we maandag verdeelden, schreven we onder meer: “Het Waalse ABVV pleit al sinds het voorjaar voor een actieplan naar het model van dat eind 2014. De top van het ACV weigert iets te doen en geeft de voorkeur aan zogenaamde onderhandelingen waarmee we steeds verder stappen achteruit zetten, denk maar aan het loonakkoord van februari. We hebben niets gewonnen. Het Vlaamse ABVV durft niet in actie te gaan omdat het ACV langs Nederlandstalige kant sterker staat. Het Waalse ABVV heeft tenminste de verdienste dat het voor een actieplan opkomt en in Luik een open brief verspreidde naar de militanten en leden van het ACV waarin voor een gemeenschappelijk front van onderuit werd opgeroepen.

    “Om ervoor te zorgen dat er effectief een actieplan komt, moeten we algemene vergaderingen organiseren, zowel op interprofessioneel vlak als op de werkplaatsen. Deze vergaderingen moeten open zijn voor iedereen en bespreken hoe het verder moet nu de onderhandelingen niets opleveren. Ze moeten een actieplan van de basis uitwerken om onze krachten te verenigen. Dat gebeurt momenteel niet door het Waalse ABVV. Dit geeft een argument aan de leiding van het ACV die ermee wegkomt als ze zegt: ‘Ja, maar let op want het ABVV luistert niet naar de basis.’ Het geeft ook een argument aan die ABVV-centrales in Vlaanderen die niets willen doenen en het verzwakt diegenen die er wel voor willen gaan.

    “De wijze waarop het verzet bij het spoor wordt georganiseerd is er een voorbeeld van. Sinds lange tijd dringen strijdbare militanten er bij de leiding op aan om de strijd tegen de liberalisering van het goederenverkeer en binnenkort ook het personenverkeer ernstig te organiseren. Er wordt al lang gepleit voor een eenheid van de verschillende sectoren die door liberalisering bedreigd worden, zoals de havens, de luchthavens en het spoor. En wat gebeurt er bij de NMBS? Er wordt door de leiding van bovenaf een staking uitgeroepen, zelfs een 48-urenstaking. Maar zou het niet beter geweest zijn om eerst personeelsvergaderingen te organiseren en daar formeel over de staking te stemmen?

    “Voor de leiding van het ACV is het altijd te vroeg. Maar door zo te handelen, kan de ACV-leiding een zekere ingang vinden onder collega’s. Het patronaat gebruikt vervolgens de ‘syndicale verdeeldheid’ om voor het eerst naar de rechter te stappen om een spoorstaking te breken. De inzet is nochtans groot. De NMBS wil 663 miljoen euro besparen tegen 2019, dat is ongeveer 20% van de totale werkingsmiddelen. Het wettelijke kader voorziet 38.000 personeelsleden, terwijl dat er nu maar ongeveer 34.000 zijn en dat aantal blijft afnemen. Het personeelsstatuut is bedreigd en ook het stakingsrecht ligt onder vuur.

    “Met al die maatregelen zou het logisch zijn dat we iedereen bijeenbrengen om een verzet te organiseren dat aangepast is aan de ernst van de aanval.

    “De bereidheid tot strijd is nog altijd aanwezig. Maar daarvoor zullen we een vakbondsleiding nodig hebben die de strijd ernstig neemt en deze op een aangepaste wijze organiseert. Zoniet dreigen we met onze kop tegen de muur te lopen en grote nederlagen te lijden. We hopen dat we dan niet te horen krijgen dat het ‘onze fout niet is, het was de basis die niet wilde volgen.’

    “Een zaak is duidelijk: de militanten aan de basis en de delegees moeten in hun rangen orde op zaken stellen en ervoor zorgen dat er bij de sociale verkiezingen strijdbare militanten verkozen worden, militanten voor wie het belang van de werkenden centraal staat en die ook tegen hun vakbondssecretaris durven zeggen waar het op staat.”

    Het potentieel voor nieuwe acties werd maandag in Luik opnieuw bevestigd. Laat ons de volgende provinciale acties ernstig organiseren met zoveel mogelijk militanten en collega’s als mogelijk. Personeelsvergaderingen en interprofessionele militantenvergaderingen moeten een actieplan voorbereiden tot de val van de regering. Dit zal tevens leiden tot discussie over een politiek alternatief op de besparingspartijen, zowel op het federale niveau als de andere machtsniveau’s.

    Hieronder enkele foto’s vanop diverse piketten in Luik.

    Grève du 19 octobre : SNCBGrève de 24 heures en province de Liège : un succès sur lequel construire!

  • Asociale regering blijft op onze levensstandaard inhakken

    Werkgevers na zoveelste cadeau: ‘Thank you, come again’

    Michel I: 'Survival of the richest'. Foto: Jon
    Michel I: ‘Survival of the richest’. Foto: Jon

    Toen we in het najaar van 2014 met onze acties onder meer een tax shift eisten, was dit om de rijksten mee te laten betalen in plaats van de gevolgen van de crisis steeds op de schouders van de werkenden en hun gezinnen af te wentelen. Dat superrijken probleemloos hun miljarden naar belastingparadijzen doorsluizen en steeds minder belastingen betalen, stoot een groeiend deel van de bevolking immers tegen de borst.

    Wat nu voorligt, is niet de tax shift waarvoor betoogd en gestaakt werd. Integendeel, het is een nieuwe verschuiving van middelen in de richting van de grote bedrijven waarbij nu ook iets kleinere bedrijven een groter graantje mogen meepikken. ‘Zuurstof aan de bedrijven geven’ heet dat dan. Na alle miljarden die de afgelopen jaren cadeau werden gedaan, zou je vermoeden dat er toch al wel wat zuurstof beschikbaar was. Er bleek genoeg zuurstof te zijn om met enkele miljarden in SwissLeaks betrokken te zijn. Maar er was geen zuurstof om de werkloosheidscijfers naar beneden te halen.

    Op de vraag hoe de cadeaus aan de werkgevers concreet tot nieuwe jobs moeten leiden, blijft het antwoord steevast uit. Vorig jaar werd deze vraag ook al gesteld en toen was het standaardantwoord dat we nu eenmaal niet in een planeconomie leven. Misschien moeten we het alternatief van een socialistische planeconomie overwegen als dat nodig is om iedereen een degelijke job en leefbaar leven te kunnen aanbieden? Ook nu horen we dat er geen garanties op nieuwe jobs mogelijk zijn. Eigenlijk zeggen de werkgevers aan de regering die met een zoveelste cadeau komt aandraven: ‘thank you and come again’.

    Harde aanvallen op levensstandaard

    De regering laat uitschijnen dat er een evenwicht gevonden is tussen bijdragen van gewone werkenden en uitkeringstrekkers aan de ene kant en vermogenden langs de andere kant. Er wordt ook beweerd dat zowat de helft van de opbrengst naar de gezinnen terugkeert terwijl de helft naar de bedrijven gaat. Dat de regering zich verplicht ziet om deze transfer van arm naar rijk voor te stellen als een evenwichtig geheel, is toe te schrijven aan de druk van het actieplan in het najaar. De inhoud van de voorstellen bevestigt echter de nood aan een nieuw actieplan na de zomer, een actieplan om deze regering van rijken weg te krijgen.

    De maatregelen die ons direct treffen, zijn bijzonder hard. Het optrekken van de BTW op elektriciteit van 6% naar 21% is een kaakslag voor de koopkracht. BTW is sowieso een bijzonder asociale belasting aangezien iemand met een inkomen van pakweg 1.200 euro netto per maand evenveel belastingen betaalt als iemand die 25.000 euro netto per maand heeft. De verhoging van de BTW moet volgend jaar 250 miljoen euro opbrengen. Na de indexsprong volgt nu dus een nieuwe aanslag op de koopkracht van de gewone werkenden en uitkeringstrekkers.

    Dit jaar nog wil de regering 300 miljoen in de sociale zekerheid besparen en volgend jaar nog eens 479 miljoen. Dat gebeurt onder meer door te besparen op gezondheidszorg, nochtans weet iedereen dat een verhoging van de pensioenleeftijd en afschaffing van het brugpensioen leidt tot meer gezondheidsproblemen en dat de steeds verder opgedreven werkdruk leidt tot een explosie van gezondheidskosten. De regering wil de uitkering van zieken, maar ook die van werklozen, naar beneden halen. Door de uitkeringen van werklozen en zieken anders te bereken, moet dit jaar nog 27 miljoen euro bespaard worden. De bruggepensioneerden moeten ook inleveren, dit moet 57 miljoen euro opbrengen. Alles samen zal de sociale zekerheid het tegen 2018 met maar liefst 1,7 miljard euro minder moeten doen. De afgelopen jaren is er al fors bespaard op de sociale zekerheid, nu wordt het mes nog dieper gezet.

    In naam van gezondheid en milieu worden hogere belastingen ingevoerd op diesel, tabak, alcohol en breezers maar ook frisdrank. Dat moet 300 miljoen (diesel), 233 miljoen (alcohol), 225 miljoen (tabak) en 150 miljoen euro (frisdrank en ongezonde voeding) opbrengen. “Dat past in onze doelstelling om minder vervuilend te zijn. Daarom proberen we het gedrag van mensen aan te passen,” stelde premier Michel hierover. Hij heeft het over ecofiscaliteit en gezondheidsfiscaliteit. Moest hij echt om gezondheid en milieu bezorgd zijn, dan zou hij voorstellen doen om te investeren in duurzame groene energie of net investeren in gezondheidszorg zodat deze meer preventie kan worden in plaats van erop te besparen. De argumenten van gezondheid en milieu zijn slechts excuses om ons meer te laten betalen.

    En de regering staat al klaar met volgende aanvallen. Minister Van Overtveldt: “We zijn de effecten van de btw-verhoging op de indexering van de lonen aan het analyseren. We willen exact weten wat de impact is op de competitiviteit van onze ondernemingen. Op basis daarvan zullen we beslissen of we de btw-verhoging al dan niet laten meetellen voor de indexering. En ja, dat wordt nog een moeilijke beslissing die deze regering moet nemen.”

    Het is wraakroepend dat de regering beweert dat ze zal teruggeven wat ze nu al wegneemt uit onze koopkracht. De beloofde 100 euro extra netto per maand voor de laagste inkomens laat nog lang op zich wachten en volstaat niet als compensatie voor de indexsprong, afbouw van de sociale zekerheid en verhoging van de belastingen op energie en andere zaken. Wat we extra moeten betalen en de aanvallen op onze lonen en uitkeringen zijn concreet, de beperkte compensaties daarentegen blijven beloften op langere termijn.

    Cadeaus aan de werkgevers

    Werkgevers zijn duidelijk...
    Werkgevers zijn duidelijk…

    Voor de werkgevers is het net omgekeerd: de extra belastingen zijn vaag en op de langere termijn terwijl de extra inkomsten meteen concreet zijn. De werkgevers krijgen 3 miljard van de 7,2 miljard euro tax shift waar de regering over spreekt. Maar ook van de 3 miljard die zogezegd naar de werkenden zou gaan, komt een groot deel gewoon de werkgevers ten goede.

    De werkgevers krijgen lastenverlagingen. De bijdragen aan de sociale zekerheid zouden dalen tot 25% in plaats van 33%. De vele uitzonderingen die vandaag al bestaan zorgden er voor dat het cijfer van 33% sowieso eerder een theoretisch cijfer was. Samen met maatregelen die al door de vorige regering genomen werden, krijgen de werkgevers met de lagere RSZ-bijdragen deze legislatuur 2,2 miljard euro. En er werd al aangekondigd dat er op dit punt nog verdere stappen zullen volgen.

    Hoe de vermogenden en bedrijven moeten bijdragen aan de inkomsten, is minder concreet. Een nieuwe fiscale regularisatie moet 250 miljoen euro opbrengen, een beperkte speculatietaks moet 28 miljoen opbrengen of nog de Kaaimantaks moet 260 miljoen extra opbrengen. Dat zijn allemaal bedragen die lager zijn dan wat de extra taksen op diesel zullen kosten of wat op de sociale zekerheid zal bespaard worden. Kortom, de werkenden en uitkeringstrekkers betalen het gros van de rekening terwijl de rijksten cadeaus krijgen waar ze amper iets voor moeten doen. Met nog een pak extra besparingen op de ambtenaren – een efficiëntere overheid heet dat – wordt de rekening rond gemaakt.

    Rechtse regering moet gestopt worden

    nieuwactieplannodigDe werkgevers zijn blij en hebben het over een ‘stap in de goede richting’. Maar VOKA voegt er meteen aan toe: “Het is niet voldoende. Er blijft een grote loonkostenhandicap.” De inhaligheid van de werkgevers kent geen grenzen. En de neoliberalen in de regering staan al klaar met hun volgende stappen, Van Overtveldt suggereerde bijvoorbeeld een nieuwe aanslag op de index (zie hierboven). Als we de regering van de rijken laten doen, zal ze steeds verder gaan. Zwakheid langs onze kant, zet aan tot meer agressie langs hun kant.

    De belofte van een tax shift werd een tijdlang door een deel van de vakbondsleiding gebruikt als reden om het succesvolle actieplan uit het najaar van 2014 begin dit jaar geen verlengstuk te geven. Nu wordt duidelijk dat deze strategie de werkenden en hun gezinnen niets oplevert. Het leidt integendeel enkel tot nog meer aanvallen op onze levensstandaard. De aangekondigde betoging van 7 oktober, liefst voorafgegaan door een uitgebreide sensibiliserings- en mobilisatiecampagne die bijvoorbeeld opgestart wordt met een militantenconcentratie begin september, kan het beginpunt vormen van een nieuw actieplan. Daarmee moeten we afmaken waar we eind 2014 mee bezig waren: het wegstaken van deze rechtse regering en heel het besparingsbeleid.

  • ABVV-betoging: “Vrouwen in de vuurlijn”

    18292847640_73b75f5804_zGisteren werd in Brussel betoogd tegen de gevolgen van het besparingsbeleid voor vrouwen. Terwijl de loonkloof nog steeds bestaat, treffen maatregelen zoals de beperking van de inschakelingsuitkering in de tijd, de verdere versterking van de flexibiliteit of nog de strengere pensioenregels vrouwen extra hard. De afbouw van de openbare dienstverlening vergroot de werklast binnen het gezin, wat eveneens vooral bij vrouwen terecht komt. De mantelzorg in ons land stemt overeen met 150.000 voltijdse jobs, werd recent nog berekend. Het gebrek aan middelen voor degelijke publieke gezondheidszorg verschuift een deel van de zorg dus naar het gezin en de familie. Met duurdere kinderopvang en hoger inschrijvingsgeld voor hogere studies, wordt ook de financiële druk op gezinnen opgevoerd, zonder dat er loonsverhogingen of zelfs gewoon een aanpassing van het loon aan de stijgende levensduurte tegenover staat.

    Kortom, redenen genoeg voor protest. Het ABVV hield gisteren een betoging tegen de gevolgen van het besparingsbeleid op vrouwen. LSP was uiteraard ook aanwezig, onder meer met dit pamflet. Hieronder een reeks foto’s door PPICS.

  • Tax Shift. Ons niet laten kaalplukken!

    dls345[dropcap]V[/dropcap]olgens minister van werk Kris Peeters (CD&V) en zijn collega op financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) is de zomerperiode, een moment zonder begrotingscontroles en aanpassingen, ideaal om de grote lijnen van de veelbesproken tax shift vast te leggen. Deze grote fiscale hervorming wordt op 5 tot 10 miljard euro geschat en heeft als doel om tot een groter evenwicht te komen in de bijdrage die iedereen doet aan de gemeenschap. De maatregel zou de werkgelegenheid en de koopkracht stimuleren. Maar hoe zit het nu eigenlijk echt?

    Artikel door Baptiste (Henegouwen) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    Het succesvolle actieplan tegen de regering eind 2014 toonde de enorme woede als gevolg van het besparingsbeleid van de regering-Michel die de meerderheid van de bevolking wil laten betalen om de winsten van de 1% rijksten te verdedigen. Charles Michel en Kris Peeters benadrukten toen dat er een tax shift zou komen zodat het beleid ook een sociale component zou kennen. Er werd de illusie gewekt dat op deze manier iedereen, ook de rijksten, een steentje zouden bijdragen.

    Deze regering kan het nochtans moeilijk verstoppen wiens belangen ze dient: die van de rijken. Het is geen toeval dat volgens een enquête een meerderheid van de Vlaamse ondernemers voor N-VA kiest. Van zodra de regering gevormd was, werden de aanvallen op onze sociale verworvenheden ingezet. Sindsdien blijven de provocatieve verklaringen in de media elkaar opvolgen. Over werk, openbare diensten, sociale huisvesting of migratie, … maken de rechtse partijen plannen om steeds verder te gaan. Tenzij we hen stoppen natuurlijk. Als het van deze partijen afhangt, zal de aangekondigde fiscale hervorming enkel de belangen van de rijken dienen terwijl wij meer moeten betalen.

    De werkgevers positioneren zich al wekenlang op dit thema. Hun federaties Agoria en VBO willen dat de hervorming gebruikt wordt om de heilige concurrentiekracht te versterken door de “sociale lasten te verlagen.” De ‘loonkost’, alsof het hen geld kost in plaats van opbrengt als wij werken, heeft vooral betrekking op ons indirecte loon waaronder de basis van de sociale zekerheid. Deze bijdragen afbouwen zal onze sociale verworvenheden verder ondermijnen.

    In hun offensief om de tax shift binnen te halen, krijgen de werkgevers zoals steeds ideologische steun van hun instellingen, met de Europese Commissie op kop. Die blijft maar herhalen dat de loonkosten te hoog zouden zijn en een handicap vormen voor de economie. Wat een cynisme op een ogenblik dat de kloof tussen arm en rijk volgens de OESO groter is dan ooit tevoren!

    We mogen ons niet laten vangen. In deze regering mag geen enkel vertrouwen gesteld worden, ook niet in diegenen die zoals CD&V beweren een sociale component in de regering te vormen. Mogelijk zal geprobeerd worden om maatregelen voor te stellen als gunstig voor de gewone werkenden, zoals met een verlaging van de belastingen op onze lonen. Maar dit zal steeds gebruikt worden om elders in onze verworvenheden te knippen. Wat we langs de ene kant krijgen, zullen we langs de andere kant zelf betalen. Tegelijk wordt van een mogelijke hervorming gebruik gemaakt om de solidariteitsmechanismen zoals de sociale zekerheid verder uit te hollen.

    Van Overtveldt was er snel bij om te verklaren dat een verhoging van de belasting op inkomsten uit kapitaal als compensatie voor lagere belastingen op arbeid uitgesloten is. Blijft over: belastingen op onze kap. Een verhoging van de BTW of vormen van ecotaksen (meer accijnzen op diesel, kilometerheffing voor auto’s, …) zijn voorbeelden van asociale belastingen. Het doel van deze regering is om de winsten van de speculanten en de belastingontduikers te ontzien en ons meer te laten betalen voor steeds nieuwe fiscale cadeaus voor de rijksten. Hoogstens komt er een symbolische belasting op bepaalde inkomsten uit kapitaal om de fiscale hervorming als ‘evenwichtig’ voor te stellen. In werkelijkheid zal er niets evenwichtig aan zijn, er wordt een nieuwe transfer van rijkdom uit de zakken van de werkenden naar die van de kapitalisten voorbereid.

    Deze regering wil alle verworvenheden van de arbeidersbeweging afbouwen. Zolang deze regering bestaat, zullen er nieuwe asociale maatregelen volgen. Er is maar een manier om dit te stoppen: een nieuw offensief van de arbeidersbeweging met een goed uitgewerkt opbouwend actieplan zoals dat van eind 2014. We kregen de regering al eens aan het wankelen, laat ons een nieuwe dynamiek opbouwen om de regering en het besparingsbeleid weg te krijgen. We moeten daarbij bouwen aan een politiek alternatief op de inhalige kapitalisten en hun politieke marionetten.

  • Vrouwen & besparingen : Voor een nieuw actieplan tot de regering van de rijken valt!

    we-can-do-it Vrouwen zijn de eerste slachtoffers van besparingen

    Vrouwen in het bijzonder worden hard getroffen door de verslechtering van de pensioenen en de werkloosheidsuitkeringen, het bevriezen van de lonen, het beperken van de toegang tot de zorg, het ontmantelen van de openbarediensten etc.

    PDF

    Er zijn talrijke voorbeelden te geven van de frontale aanvallen door de regering Michel op onze loons- en arbeidsvoorwaarden. Een paar voorbeelden:

    • Het verlengen van de loopbaan door het verhogen van de leeftijd voor pensioen en brugpensioen. Dat terwijl vrouwen nu al, gemiddeld genomen, maar aan een loopbaan van 34 jaar komen. Dit omdat de helft van hen deeltijds werkt en het meestal vrouwen zijn die hun loopbaan onderbreken om, bij gebrek aan adequate openbare diensten, de opvang van kinderen en de zorg voor mindervaliden op te nemen.
    Naast het verhogen van de leeftijd voor pensioen en brugpensioen, is er ook sprake van een puntensysteem waarbij werknemers in hun loopbaan punten kunnen verdienen als ze geen verlof nemen of overuren presteren. Ook deze ondermijning van de sociale verworvenheden zou vooral vrouwen hard raken.

    • De afschaffing van de uitkering voor tijdskrediet zonder motivatie en geen gelijkstelling meer van de periode voor het berekenen van pensioenen. Tijdskrediet bij het einde de loopbaan pas vanaf 60j i.p.v. 55j! Dat terwijl vooral vrouwen hiervan gebruik maken om werk en privé beter met elkaar te kunnen verzoenen.

    • De halvering van het gegarandeerd inkomen bij onvrijwillig deeltijds werken.

    Al deze asociale maatregelen versterken de financiële afhankelijkheid van vrouwen en zullen iedereen raken.

    Samen creëren ze nog meer precaire werkomstandigheden en drijven ze de flexibilisering van werknemers op. We zagen dit eerder al gebeuren met deeltijds werken: dit werd vrouwen opgedrongen en is nu de regel geworden in bepaalde sectoren, zoals in de distributie. Zo werd een ware lageloonsector gevestigd.

    We moeten dus allen samen strijden, mannen, vrouwen, jongeren, werkenden, werklozen tegen de toenemende precaire werkomstandigheden en flexibilisering die ons wordt opgelegd. Daarom hebben we nood aan een nieuw actieplan tegen de regering Michel en alle besparingen.

    Voor een nieuw actieplan

    Het voordeel van het eerste actieplan was dat het plan goed op voorhand was gekend en het gradueel werd opgebouwd met een sterke informatie- en mobilisatiecampagne naar een algemene staking van historische omvang. Eén van de sterke punten was het (her)ontdekken van algemene personeelsvergaderingen.

    Laat ons van de aangekondingde betoging op 7 oktober een succes maken! Door tussen de 120.000 en 150.000 mensen samen te brengen op 6 november 2014 in Brussel hebben de vakbonden belangrijke delen van de jongeren, de socio-culturele sector … tot zelfs kleine zelfstandingen, kunnen aantrekken. Dat potentieel is nog steeds aanwezig.

    Een militantenconcentratie begin september en materiaal om te sensibiliseren en te mobiliseren dat massaal beschikbaar is, zou het ons mogelijk maken om een serieus momentum kunnen creëren voor een massabetoging als eerste stap.

    Dat zou ook het ideale moment zijn om aan te kondigen hoe het actieplan na 7 oktober moet verder gaan en zo op te bouwen aan het essentiële wapen om deze regering van rijken te doen vallen: een nationale algemene staking.

    – Volledig herstel van de index, vrije loononderhandelingen en een minimumloon van 15€ bruto/uur!
    – Geen ondermijning van de arbeidscontracten door onderaanneming, interim of andere precaire banen!
    – Handen af van het statuut van de openbare ambtenaren, geen afbouw van de openbare diensten, geen privatisering en liberalisering, insourcing in plaats van outsourcing!
    – Handen af van ons pensioen. Herstel brugpensioen, vervroegd pensioen en eindeloopbaansystemen met ADV!
    – Optrekken van de pensioenen tot minimum 75% van het laatst verdiende loon met een minimum van 1500€ per maand!
    – Stop jacht op werklozen, geen degressiviteit, geen gemeenschapsdienst, maar volledige tewerkstelling door een veralgemeende arbeidsduurverkorting tot 32u/week zonder loonverlies!
    – 85% van de Vlamingen is voor een belasting op vermogens boven een miljoen euro. Wij steunen dat en wensen er de nationalisatie onder democratische controle van de financiële sector aan te koppelen om kapitaalvlucht uit te sluiten.
    – Nationalisatie van de sleutelsectoren van de economie onder democratische controle door de gemeenschap!
    – De chaotische markteconomie en het private winstbejag bieden geen enkele garantie op een job. Voor een democratisch opgestelde en door de gemeenschap gecontroleerde planeconomie in een modern en democratisch socialisme !

  • Is de stakingsbereidheid geblust of spelen de vakbondsleidingen met vuur?

    Betoging van ACOD eind maart in Antwerpen. Foto: MediActivista
    Betoging van ACOD eind maart in Antwerpen. Foto: MediActivista

    Van het ACV-congres in Oostende heeft de pers vooral onthouden dat de vakbond het stakingswapen wil inruilen voor andere actievormen. Bij het ABVV zou de animo om er alleen voor te gaan ook niet al te groot zijn, zeker niet in Vlaanderen. Is dat zo of spelen de vakbondsleiders met vuur?

    Artikel door Eric Byl, lid Uitvoerend Bureau LSP, uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    Dat de beweging dit voorjaar in een dipje is beland, erkennen we. Dat komt niet omdat de regering plots aan populariteit gewonnen heeft, noch omdat men heeft vastgesteld dat er niets tegen te beginnen valt. Integendeel, afgelopen najaar heeft voor velen herbevestigd dat de arbeidersbeweging wel degelijk nog bestaat, dat ze de motor voor verandering is en alle lagen van de maatschappij in beweging kan zetten. Het ontbrak slechts aan een klein duwtje om de regering ten val te brengen, maar dat duwtje is er niet gekomen.

    Velen waren – bij wijze van spreken – dronken van het succes van de beweging in het najaar, maar daardoor ook onvoorbereid voor de onvermijdelijke complicaties, dit voorjaar geïllustreerd door het desastreuse effect van een leiding zonder daadkracht en zonder alternatief. Juist omdat we er zo dicht bij waren om de regering ten val te brengen, is de ontgoocheling nog zo groot. Regering en patronaat willen dat aanwenden om ons te demoraliseren. De vakbonden tegen elkaar opstoken en de verschillen tussen Vlamingen en Franstaligen uitvergroten zijn beproefde methodes.

    In zijn slottoespraak op het ACV-congres negeerde Leemans dat het congres bij de discussie over nieuwe actievormen expliciet liet inschrijven dat “we uiteraard nog steeds gebruik zullen maken van het stakingswapen als dat nodig is”. “Voor medebeheer is de organisatie nog niet rijp”, zei hij. Leemans zou best op zijn tellen passen. In januari behaalde hij met de hakken over de sloot een historisch nipte meerderheid over het loonakkoord. Vertegenwoordigers van beroepscentrales wilden hem toen niet publiekelijk te kijk zetten. Maar als hij hen zo blijft schofferen, zou dat voortaan anders kunnen uitdraaien, deze keer niet alleen bij de bediendencentrales.

    In de pers gaat men er prat op dat ‘slechts’ 35% van het federale comité van het ABVV zich uitsprak voor een algemene staking op 12 mei. Wij lezen dat anders: na de slecht georganiseerde actieweek van april en de staking van de openbare diensten vreesden wij en vele anderen dat een algemene staking zo kort voor de zomer slechts een opgestoken middenvinger zou betekenen die eerder de zwakte dan de sterkte van de beweging zou illustreren. Dat er toch nog zoveel voor stemden, is een uiting van protest tegen het gebrek aan een daadkrachtige strategie van de ABVV-top, een protest dat ook door heel wat van de 65% tegenstemmers gedeeld wordt, wiens tegenstem niet ingegeven was door steun aan de top, maar door vrees voor een mislukking op 12 mei.

    Wie denkt dat het sociaal verzet ‘over and out’ is, vergist zich. Deze regering is nog maar pas begonnen. Na zes maanden zal ze niet op haar lauweren gaan rusten. Het patronaat zal na de eerste successen ook meer willen. We weten nu hoe een actieplan een krachtsverhouding kan opleveren en wat er schort aan de leiding. De arbeiders hebben de eerste veldslag na een beloftevolle wending uiteindelijk nog verloren. Het patronaat en deze rechtse regering zijn echter niet uit op een veldslag, maar op een heuse klassenoorlog waarbij alles op de schop moet.

  • Terugkeer naar rust van voorheen is illusie, sociale strijd blijft op agenda staan

    Zes maanden rechtse regering

    Dossier door Nicolas Croes uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    16178272914_96ae70f7ff_bNog voor de nieuwe federale regering de eed aflegde, was het duidelijk dat er een grote verandering beoogd werd. Niet dat de regering-Di Rupo zo sociaal was – denk maar aan de beperking van de inschakelingsuitkering in de tijd waardoor tienduizenden werklozen hun uitkering verliezen – maar die regering probeerde ons nog te laten geloven dat de besparingen onvermijdelijk waren en iedereen raakten. Bij het ritme van de aanvallen werden al te grote provocaties vermeden. De regering-Michel I daarentegen bekende meteen kleur: de armsten zouden de rekening betalen. Het gaat om een zware rekening die meteen aan woekertarieven moet betaald worden.

    Er werd een versnelling hoger geschakeld met het besparingsbeleid. Het doel was duidelijk, de krachtsverhoudingen tussen arbeid en kapitaal blijvend veranderen naar het voorbeeld van de conservatieve contrarevolutie van de Amerikaanse president Ronald Reagan en de Britse premier Margaret Thatcher in de jaren 1980. Destijds slaagden de Belgische rechtse partijen er niet in om dit beleid volledig door te voeren.

    Zowel in de VS als Groot-Brittannië kon het neoliberalisme slechts overwinnen na een directe en harde confrontatie met de georganiseerde arbeidersbeweging. Dat gebeurde telkens door een syndicaal sterke sector aan te pakken, die volledig te breken en de overwinning op deze sector werd gebruikt om ook anderen aan te pakken.

    In de VS werd in augustus 1981 een voorbeeld gesteld met een harde repressie tegen een staking van de luchtverkeerleiders van de vakbond PATCO. Die staakten tegen de directie van het federaal luchtvaartagentschap om een vermindering van het aantal arbeidsuren te eisen zodat jobs zouden gecreëerd worden en voor een verhoging van de lonen. Twee dagen na het uitbreken van de staking werden de vakbondsleiders opgepakt door tot op de tanden bewapende FBI-agenten, ze werden voor het zicht van heel het land naar de gevangenis afgevoerd. Reagan dankte de 11.359 verkeersleiders af die weigerden om het werk te hervatten. Hij kondigde meteen aan dat ze op een zwarte lijst kwamen waardoor een job voor de overheid uitgesloten was. Deze nederlaag voor de arbeidersbeweging was het beginpunt voor een nooit geziene aanval op vakbondsrechten, lonen, tewerkstelling en openbare diensten.

    In Groot-Brittannië vormde de nederlaag van de staking van de mijnwerkers in 1984-85 een keerpunt. Het zorgde ervoor dat het gewicht van de vakbonden werd gebroken en het zette de deur open voor een nooit gezien neoliberaal offensief. Margaret Thatcher omschreef het als volgt: nadat het “democratisch socialisme” in de stembus was verslagen, moest ook het “niet democratisch socialisme”, waarmee ze de vakbonden bedoelde, een slag worden toegebracht. De politie werd ingezet tegen stakersposten, betogingen botsten op repressie en er werden stakingsbrekers ingezet. Tegelijk werd sociale steun aan gezinsleden van stakers beperkt.

    In België waren er pogingen om een gelijkaardig beleid te voeren in 1981-1988. De komst van de regering Martens-Gol in 1982 was een keerpunt om over te gaan tot een meedogenloos neoliberalisme dat gepersonaliseerd werd door de toen jonge liberale politicus Guy Verhofstadt die zijn tanden in de levensstandaard van de gewone bevolking wilde zetten. Het verzet van de georganiseerde arbeidersbeweging zorgde ervoor dat het kapitalistische establishment zich moest terugtrekken en overtuigd werd van een meer discrete benadering waarbij sociale confrontaties werden vermeden, onder meer door beroep te doen op de sociaaldemocratie. De ‘socialistische’ partijen kwamen aan de macht en zouden zonder onderbreking aan de macht blijven van 1988 tot 2014, met voor SP.a een onderbreking tussen 2007 en 2011. De methode was anders, maar het doel was hetzelfde, namelijk een enorme transfer van rijkdom van de gemeenschap naar de privé organiseren door middel van privatiseringen, verlagingen van ‘patronale lasten’, extra subsidies voor bedrijven, …

    Voor de regeringsploeg van Charles Michel was deze benadering achterhaald. Ze vond de tijd gekomen om een conservatieve contrarevolutie in te zetten in België.

    Harde besparingen door thatcheriaanse regering

    Deze regering van de rijken stelt uitdrukkelijk dat ze de macht van de politiek – voor zover het een harde neoliberale politiek is, voor Griekenland denken de rechtse politici er anders over – over de samenleving wil bevestigen door de macht en invloed van de vakbonden aan te pakken. De regeringsverklaring werd nog opgesmukt met verwijzingen naar ‘sociaal overleg’, maar in werkelijkheid is er een weinig flexibele weigering om ook maar de minste marge te laten voor ernstige onderhandelingen tussen de zogenaamde ‘sociale partners’. Terwijl de vorige regeringen probeerden om de vakbondsleiding in de mate van het mogelijke mee in bad te trekken bij het doorvoeren van sociale achteruitgang, kiezen Michel en co voor een hardere aanpak. De regering neemt beslissingen, de sociale partners mogen slechts onderhandelen over de toepassing ervan of over elementen in de marge.

    De regeringsvoorstellen werden door de vakbonden en andere sociale organisaties al gauw afgedaan als een ‘horrorcatalogus’. De indexering van onze lonen, middelen voor openbare diensten, stakingsrecht, pensioenrechten, … Geen enkele sociale verworvenheid wordt gespaard. Tegelijk worden aanvallen ingezet op de zwaksten, onder meer met een openlijker racistisch beleid ten aanzien van migranten. Het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) verklaarde tevreden te zijn met eindelijk een “ambitieus regeerakkoord.” Zoals het spreekwoord zegt: toon me je vrienden en ik zal zeggen wie je bent.

    De bezorgdheid die al in de zomer van 2014 werd gewekt, bleek al gauw terecht te zijn. Er kwamen harde maatregelen tegen werklozen, een verhoging van de pensioenleeftijd naar 67 jaar, een indexsprong, een strikte loonstop, besparingen op zowat alle domeinen, … En daar bovenop waren er de dagelijkse provocaties door verkozenen van de regeringspartijen, vooral vanuit N-VA. Op 15 december, de dag van de algemene staking, stelde Edward Gardner, verantwoordelijke van het Internationaal Monetair Fonds voor België, dat de regering “op de goede weg” was. Hij verwees vooral naar de pensioenhervorming en de indexsprong.

    Massaal verzet

    Reagan en Thatcher waren behoedzaam en gingen eerst de confrontatie met een specifieke sector aan vooraleer ze een algemeen offensief tegen de volledige klasse inzetten. Nadat Michel, De Wever en co steeds herhaalden dat de vakbonden niets meer voorstellen in ons land, zijn ze het blijkbaar zelf gaan geloven. Ze dachten dat het mogelijk was om iedereen tegelijk aan te pakken. Het antwoord liet niet lang op zich wachten.

    Alle specialisten zijn het erover eens, dit zagen we nooit eerder in de naoorlogse periode. De drie vakbonden (ABVV, ACV en het liberale ACLVB) kondigden meteen na een eerste militantenbijeenkomst in gemeenschappelijk front een ambitieus actieplan aan met vijf afspraken in zowel het noorden als het zuiden van het land.

    Er werd begonnen met een nationale betoging in Brussel op 6 november. Dat werd de grootste vakbondsbetoging sinds die van 31 mei 1986 tegen het Sint-Annaplan. Er waren meer dan 120.000 betogers, wellicht eerder 150.000. Naast de vakbondsleden waren er ook veel jongeren (zowel studenten als scholieren) en was er een opmerkelijke aanwezigheid vanuit de culturele sector. Er waren zelfs een aantal kleine zelfstandigen. De betoging toonde de kracht van ons aantal. Met een dergelijke mobilisatie was er een goede aanzet voor de regionale stakingsdagen. De gevestigde media en het establishment probeerden de betoging te herleiden tot geweld in de marge van de betoging.

    Vervolgens was er de tweede fase met drie regionale stakingsdagen op 24 november, 1 december en 8 december. Het enthousiasme was groot in heel het land. In Gent werd de haven voor het eerst in de geschiedenis volledig platgelegd. Met de regionale stakingen werd verder opgebouwd naar het hoogtepunt in de derde fase van het actieplan. De nationale algemene staking van 15 december was een groot succes, niet in het minst door de generale repetitie tijdens de regionale stakingen. Sinds het begin van de economische crisis kende geen enkel ander Europees land een dergelijk goed voorbereide algemene staking.

    2015: het nieuwe jaar gestart met onbeslistheid

    Er is geen twijfel over mogelijk, de regering kreeg enkele rake klappen. Meteen werden ook al diegenen die met de rechtse partijen beweerden dat de vakbonden en massaprotesten iets uit verleden waren van antwoord gediend. Moest er meteen een tweede actieplan aangekondigd zijn naar het model van het eerste actieplan maar met ambitieuzere doelstellingen in de opbouw naar een algemene 48-urenstaking, zonodig verlengbaar tot een staking van onbeperkte duur, dan zou de regering het niet overleefd hebben. Maar de ordewoorden lieten op zich wachten gedurende heel de maand januari en vervolgens in februari.

    Zelfs de gevestigde media konden het succes van het actieplan niet wegmoffelen en er kwamen berichten over spanningen binnen de regering. De positie van CD&V werd steeds moeilijker onder druk van de Vlaamse vleugel van de christelijke arbeidersbeweging. Bredere lagen begonnen zich te organiseren, onder meer in Hart boven Hard. Bij elke sociale strijd was er een optimistische sfeer, dat zagen we onder meer tijdens de succesvolle actiedag tegen het transatlantische verdrag TTIP op 19 december. Met de nieuwe Griekse wind van de linkse verkiezingsoverwinning van Syriza nam het potentieel voor verzet nog toe. Maar de vakbondsleidingen lieten zich vangen aan onderhandelingen die slechts erg magere resultaten opleverden. Het maakte duidelijk dat zelfs een verzwakte regering geen enkele kans onbenut laat om onze levensstandaard aan te pakken.

    Er kwamen uiteindelijk acties in gemeenschappelijk vakbondsfront eind maart en begin april. Maar het ontbrak aan een actieplan of een concreet perspectief voor de strijd. Toch namen meer dan 30.000 mensen deel aan de vakbondsbetogingen in de week voor de Paasvakantie en op de Grote Parade van Hart boven Hard waren er 20.000 mensen die regen en wind trotseerden. Samen met de staking van ACOD in de openbare sector op 22 april tonen deze acties aan dat de woede niet verdwenen is en dat het potentieel om dit in actief verzet om te zetten nog steeds aanwezig is.

    Het sociaal verzet heeft een momentum laten voorbijgaan. De regering kon daar handig gebruik van maken en werd daarbij geholpen door de terreurdreiging. De regering-Michel kon overeind krabbelen, maar de steun voor deze regering blijft erg fragiel. In november plaatste de kwartaalpeiling van LaLibre, RTBF en Dedicated de steun aan de regering op amper 20%. Tegen maart 2015 was dit gestegen, maar met 25% blijft het erg laag. In Vlaanderen is enkel een meerderheid van de N-VA-kiezers (56%) tevreden met het regeringsbeleid, bij Open Vld is dat 46% en bij CD&V zelfs maar 36%. De regering ging in maart over tot een erg voorzichtige begrotingscontrole om niet meer olie op het vuur te gooien en het sociaal verzet niet opnieuw zelf op gang te duwen.

    Aanvallen zullen doorgaan

    Dit betekent echter niet dat het besparingsbeleid nu zachter zal worden. De regering weet hoe ze op zwakheden langs onze kant kan inspelen. Dat zal gebruikt worden om met een groter zelfvertrouwen verder te gaan in het offensief tegen onze levensstandaard.

    Naar aanleiding van de ‘verjaardag’ van zes maanden regering-Michel, stelde de politicoloog Pascal Delwit (ULB) op Bel RTL dat de twee grote dossiers van de regering (de pensioenhervorming en de indexsprong) erdoor geraakt zijn en dat dit “het voordeel heeft dat het achter de rug is voor de regering waarbij het ook moeilijker wordt voor de vakbonden. Het is natuurlijk beter om onpopulaire maatregelen ver van verkiezingen door te voeren.” Delwit vergist zich. Zelfs met een indexsprong en zelfs met een verhoging van de pensioenleeftijd naar 67 jaar, hebben de Belgische kapitalisten een achterstand op hun Europese collega’s. De logica van de wet van de jungle, excuus van de ‘concurrentie’, zal hen dwingen steeds verder te gaan in een echte race to the bottom. Daarbij zet iedere vorm van zwakheid aan tot agressie en nieuwe aanvallen.

    De tax shift in voorbereiding wordt gegarandeerd een nieuwe aanval. Als de regering erin zou slagen de minimumdienst door te voeren, dan zal dit het stakingsrecht ernstig beperken en een voorbode kunnen zijn voor een algemene aanval aanval op de syndicale rechten. Er wordt ook gesproken over verplichte tewerkstelling van werklozen en tal van andere aanvallen.

    Hoe verder?

    De maatregelen die de regering erdoor kreeg, blijven nog beperkt in vergelijking met die van de regeringen Martens in de jaren 1980. Ook deze regeringen begonnen met eerste aanvallen die steeds verder opgevoerd werden, tot ze door de arbeidersbeweging gestopt werden. Toen trok het ABVV alleen een strijdbeweging en duurde het jaren vooraleer de ACV-leiding zich daarbij aansloot. Het was de tijd van de geheime akkoorden in Poupehan, een afgelegen dorp waar Wilfried Martens (CVP) de asociale maatregelen besprak met de gouverneur van de Nationale Bank (ook van de CVP), zijn eigen kabinetschef Fons Verplaetse, bankier Hubert Detremmerie en ACV-topman Jef Houthuys. Die laatste steunde Wilfried Martens discreet en zei aan zijn vriend: “Wilfried, zeg me wat moet passeren bij de vakbond, ik zal daar wel voor zorgen.”

    Vandaag ligt de situatie anders. Het eerste actieplan gebeurde in gemeenschappelijk vakbondsfront, zelfs indien het ACV nadien onderhandelde over een akkoord dat de loonmatiging in stand houdt. Dat akkoord kreeg een historisch beperkte steun in de organen van het ACV, in de algemene raad van de vakbond werd het met amper 52% voorstemmen goedgekeurd. Als de onthoudingen worden meegerekend, kwam de ACV-leiding slechts aan een meerderheid van 49% met 45% tegenstemmen en 6% onthoudingen. Dat kwam na een intensieve propagandacampagne binnen het ACV. Voor de staking van de openbare diensten van 22 april zag ACV-Transcom zich verplicht om te verklaren dat het de acties bij het spoor zou dekken met een vergoeding. En dit is nog maar het begin, de regering heeft nog maar de kaap van de eerste zes maanden genomen.

    Jammer genoeg heeft het ABVV geen ernstige informatie- en mobilisatiecampagne opgestart voor een nieuw actieplan. Er was angst om alleen in actie te gaan. Nochtans zou het ABVV in dat geval minstens delen van het ACV kunnen meetrekken, niet om naar het ABVV over te stappen maar wel om samen in actie te gaan en zo de druk op de twijfelende vakbondsleiders op te voeren.

    Geen terugkeer naar de rust van voorheen, maar wel een periode van sociale strijd

    Sinds de val van de Berlijnse Muur en de ineenstorting van de stalinistische karikatuur van het socialisme is er een zeker gevoel van onmacht in het bewustzijn van de werkenden geslopen. Dit had heel wat gevolgen op het vlak van sociale achteruitgang. Met de terugkeer van de crisis in 2008 is de arbeidersklasse terug wakker geschoten. Het eerste actieplan bevestigde het bestaan en de enorme kracht van de arbeidersbeweging. Die beweging blijft de motor van maatschappijverandering. Eens de arbeidersklasse in actie komt, kan ze bovendien bredere lagen meetrekken. De beweging in het najaar van 2014 toont wat mogelijk is met duidelijke ordewoorden en een actieplan waarbij elke volgende stap voortbouwt op de vorige acties. Het hervestigde het vertrouwen van werkenden in de kracht van hun beweging.

    Er is een zekere ontgoocheling en frustratie onder de beste militanten en hun basis. Het klopt dat er meer mogelijk was. Na 15 december ging een belangrijke kans om de regering te doen vallen verloren. De houding van de vakbonden in de eerste maanden van dit jaar toonde de gebreken, zowel politiek als syndicaal, van de huidige vakbondsleiders. Dit doorbreekt mogelijke illusies in de leidingen op basis van het eerste actieplan. Het maakt ook duidelijk dat we ons van onderuit moeten organiseren, zowel op syndicaal als politiek vlak.

    Het actieplan in het najaar kwam niet toevallig tot stand. De objectieve situatie heeft tot deze acties geleid en niet de wil van de vakbondsleiders. De objectieve omstandigheden leiden tot nieuwe aanvallen op de levensstandaard van de 99% armsten om de winsten van de 1% verder op te krikken. Deze aanvallen gebeuren in golven waarvan er nog ergere kunnen komen. Dit zal onvermijdelijk leiden tot nieuwe massale strijd, los van de vraag wat de vakbondsleiders op het oog hebben. Langs de kant van de werkenden zullen er ook golven van strijd zijn tegen de muur van de reactie en dit tot die muur zal breken.

    Daartoe moeten we gebruik maken van elke mogelijkheid die zich stelt. In rustigere periodes moeten we de tijd nemen om lessen te trekken uit de vorige periode om sterker te staan in strijd die komt. Het is dan ook belangrijk dat de arbeidersbeweging over een breed eigen politiek verlengstuk beschikt. Er is nood aan een brede strijdpartij die werkenden, ook van verschillende bestaande stromingen links van de sociaaldemocratie en de groenen, kan verenigen met respect voor elkaars eigenheid. Zoniet blijven we slechts op halve kracht strijden omdat een van onze handen vastgebonden is op onze rug.

  • Tegen besparingen. Niet alleen strijd, ook alternatief nodig

    Artikel door Els Deschoemacker uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    dls344Een half jaar na de vorming van Michel I is het tijd voor een evaluatie van de regering en van de strijd ertegen. Dit mogen we niet overlaten aan de burgerlijke media. Die zullen in het beste geval de regering en de tegenbeweging evalueren aan de hand van wat nodig is om de continuïteit van het Belgische kapitalisme te vrijwaren. Onze krant en onze partij evalueren deze regering en het sociaal verzet vanuit een andere invalshoek. Wat kan ze bijdragen aan het welzijn van de meerderheid in deze maatschappij, de werkende klasse?

    Deze regering wordt terecht de regering van de rijkste 1% genoemd. Ze zal dit uiteraard ontkennen, maar als we objectief kijken naar wie inlevert, druipt het er af. Ook de tax shift zal in dat licht beoordeeld worden. De betogers van het eerste uur, al op straat nog voor de regering goed en wel gevormd was, waren woedend omdat men de besparingen altijd bij dezelfden zoekt. De media en de politici leidden dit gevoel af naar een tax shift. Als de vermogens dan toch belast moeten worden, laat ons dat dan gebruiken om de lasten op arbeid te doen dalen, denken ze. Zo kan men de competitiviteit van het kapitalisme en dus van het vermogende deel van de Belgische bevolking vrijwaren. De mantra dat belastingen op arbeid te hoog zijn, wordt nagenoeg door iedereen nagepraat, helaas ook de vakbondsleidingen. Het kadert in de wedloop tussen de Europese landen en internationale handelsblokken om arbeid, direct en indirect loon, zo goedkoop mogelijk te maken, onder meer ten koste van de openbare diensten en de sociale zekerheid.

    De idee achter de traditie van 1 mei als dag van strijd is opnieuw actueel. De internationale arbeidersbeweging wilde destijds een zo goed mogelijke sociale bescherming afdwingen om de gevolgen van de periodieke crisissen van het kapitalisme voor het gros van de bevolking te verlichten. Ondanks beperkingen was de sociaaldemocratie met haar sterke achterban bij de brede arbeidersbeweging een belangrijk instrument in die strijd. Vandaag verschillen de sociaaldemocratische partijen nog nauwelijks van de burgerlijke partijen. Dat hebben ze aan zichzelf te danken. Ze hebben de logica van de vrije markt, van het kapitalistische systeem, helemaal overgenomen en meteen elk mogelijk antwoord op de sociale afbraak die ermee gepaard gaat, overboord gegooid. De ‘socialistische’ parlementaire oppositie vandaag is vooral ongeloofwaardig, want zoals Di Rupo zelf verklaarde: “70 procent van de maatregelen [van deze regering] waren al beslist door de vorige regering”.

    Strijd tegen deze regering en het hele besparingsbeleid kan slechts slagen mits een ernstig alternatief. Overal in Europa boeken nieuwe linkse partijen vooruitgang. De ene is wat minder nieuw dan de andere, maar het gaat steevast om radicalere versies dan de sociaaldemocratie. Essentieel in de steun die ze krijgen, is het afwijzen van het besparingsbeleid en de belofte om een einde te maken aan het gunstbeleid voor de klasse van rijken die overal mee wegkomt. Beloftes maken is een zaak, ze realiseren een andere. Het Griekse Syriza kan ervan meespreken. Het Griekse en het Europese kapitalisme deinzen voor niets terug om de linkse regering op de knieën te dwingen.

    De weigering van het kapitaal om zelfs maar de ergste nood te lenigen voor de verarmde bevolking, uit schrik voor ‘besmetting’, bewijst dat er tegen het kapitalisme geen andere remedie bestaat dan het voeren van een echte socialistische politiek, met als inzet de controle over de economische en financiële hefbomen. De boodschap van 1 mei vandaag moet daarom de strijd voor elke hervorming opnieuw koppelen aan de nood om de maatschappij fundamenteel te veranderen!

  • Werkgevers zullen niet stoppen en eisen nu ook taxshift op

    nieuwactieplanDe eerste aanslagen op onze levensstandaard zijn nog niet verwerkt, de indexsprong moet nog toegepast worden, de aanval op de openbare diensten is pas ingezet en de besparingen op lokaal en regionaal niveau worden nu pas stilaan concreet. De N-VA van De Wever probeert al victorie te kraaien en roept de regering tot een succes uit omwille van de indexsprong, de verhoging van de pensioenleeftijd en straks ook de taxshift. Maar de werkgevers staan als hongerige hyena’s al klaar om verder in te happen op onze levensstandaard. Ze zullen De Wever niet op zijn lauweren laten rusten, de aanslag op onze levensstandaard moet steeds verder gaan.

    Aanvankelijk werd het idee van een taxshift als syndicale eis naar voor geschoven, als vage omschrijving voor een verschuiving van de belastingen naar kapitaal en grote vermogens. De vaagheid van de eis werd aangegrepen door de neoliberalen en de werkgevers om er hun eigen invulling aan te geven. Wat hen betreft, moet een taxshift een nieuw cadeau van enkele miljarden voor de werkgevers opleveren. Dat de ACV-leiding, tegen de eigen basis in, de strijd lijkt te beperken tot een taxshift, maakt het voor neoliberalen en werkgevers gemakkelijker om hun programma op te leggen.

    VBO-topman Pieter Timmermans was duidelijk in een interview met De Tijd.(1) Hij heeft een eigen plan voor een taxshift, waarbij hij bovenop een lastenverlaging van 1 miljard euro en de indexsprong nog eens tot 3 miljard extra wil. Telkens weer wijst hij erop dat onze lonen te hoog zouden zijn. Dat de Vlaamse industrie tussen 2000 en 2014 de helft meer is gaan produceren met een beperktere tewerkstelling, wordt uiteraard nooit in rekenschap genomen.(2) De opbrengst van de productiviteitsstijging wordt geïncasseerd door de grote aandeelhouders, de maatschappelijke kost ervan met onder meer een groeiend aantal burnouts en stress is voor de gemeenschap. De winstgevendheid van de grote bedrijven is evenmin een punt. Neen, op de winsthonger van de werkgevers staan geen grenzen.

    Meer koopkracht is voor de VBO-topman uit den boze. “Is dat nu echt het meest dringende als we jobs willen creëren?”, vraagt hij zich af om er meteen aan toe te voegen dat ons land ook “kampioen van de hoge nettolonen” zou zijn. Timmermans vreest bovendien dat het economische effect van een loonsverhoging beperkt zou zijn. “Slechts de helft van wat mensen meer krijgen, gaat naar consumptie en komt ten goede aan onze economie. De andere helft wordt opgepot of vloeit naar het buitenland.” Dat komt van een vertegenwoordiger van de werkgevers, van de bedrijfswereld die 240 miljard euro cash oppot en weigert te investeren. Het gaat hierbij ook om bedrijfskapitaal, maar aldus B-information dat het cijfer bekend maakte ook om een “flink deel van liquiditeiten die als overschot beschouwd kan worden.” (3) Investeringen dalen, dividenden voor de aandeelhouders nemen toe. Wat zal er met de extra miljarden gebeuren die Timmermans eist voor de bedrijven? Zullen die geïnvesteerd worden in jobs zoals hij aankondigt, of zal het opgepot worden en naar de aandeelhouders vloeien?

    Wie de vraag stelt naar garanties voor de creatie van jobs bij de vele cadeaus aan het patronaat krijgt steevast het deksel op de neus. ‘We leven nu eenmaal niet in een planeconomie’, verklaarden diverse ministers daarover in het najaar. Het sprookje van de inleveringen in ruil voor extra jobs, moeten we dus maar blindelings geloven?

    Het VBO wil 3 miljard extra, onder meer door te schuiven in de BTW-tarieven. Kortom, de gewone bevolking moet ervoor opdraaien. “Een omelet bakken zonder eieren te breken is onmogelijk”, heet het dan. Een vermogenswinstbelasting daarentegen is uit den boze, “dat gaan we nooit laten passeren.” Kortom, het patronaat neemt een bijzonder agressieve houding in. De regering heeft al veel gedaan voor de werkgevers, maar het zal nooit genoeg zijn. Timmermans: “Deze regering is op de goede weg. Ze moet volhouden en niet vervallen in een steekvlambeleid waarbij symbolen als een vermogenswinstbelasting worden ingevoerd.”

    Elke zwakte langs onze kant zal de agressie van de overkant versterken. De werkgevers voeren een klassenoorlog waarbij onze levensstandaard onder vuur ligt. Ze zullen niet stoppen bij de eerste aanvallen, maar zien deze slechts als opstap naar de volgende. De werkgevers zullen de rechtse regering steeds verder drijven. Tenzij wij dit stoppen. Dit zal niet gebeuren met eindeloos gepalaver in onderhandelingen die niets opleveren, het zal niet gebeuren met ludieke acties of met juridische stappen waarbij we het initiatief uit handen geven. De enige keer dat de regering de afgelopen maanden aan het wankelen raakte en er overal gespeculeerd werd over de houdbaarheidsdatum ervan, was tijdens het eerste actieplan. Een tweede actieplan waarbij bredere lagen van de bevolking worden meegetrokken in de opbouw naar stakingsacties, blijft mogelijk. Het potentieel en de woede is er nog steeds, zelfs indien de vakbondsleidingen er de afgelopen maanden niets of weinig mee deden en daardoor ontgoocheling organiseerden en verdeeldheid benadrukten. De roep naar eenheid van onderuit en naar een actieplan, met de ervaring van het eerste actieplan nog vers in het geheugen, blijft overeind.

    In dit actieplan zullen we ook onze eisen duidelijk moeten omschrijven. Vage eisen zoals een ‘taxshift’ volstaan niet, als wij geen invulling geven aan dergelijke termen dan staat het patronaat klaar om het voor ons te doen en het straks voor te stellen alsof wij actie voerden om de werkgevers extra cadeaus te bezorgen. We zullen moeten strijden tegen de aanvallen op onze levensstandaard, maar om deze strijd succesvol te kunnen voeren, moeten we ook ons eigen alternatief uitwerken.

    In de pamfletten die LSP doorheen de acties verspreidde, gaven we onze aanzet daartoe met onder meer volgende eisen:

    • Volledig herstel van de index, vrije loononderhandelingen en een minimumloon van 15€ bruto/uur!
    • Geen ondermijning van de arbeidscontracten door onderaanneming, interim of andere precaire banen!
    • Handen af van het statuut van de openbare ambtenaren, geen afbouw van de openbare diensten, geen privatisering en liberalisering, insourcing in plaats van outsourcing!
    • Handen af van ons pensioen. Herstel brugpensioen, vervroegd pensioen en eindeloopbaansystemen met ADV!
    • Optrekken van de pensioenen tot minimum 75% van het laatst verdiende loon met een minimum van 1500€ per maand!
    • Stop jacht op werklozen, geen degressiviteit, geen gemeenschapsdienst, maar volledige tewerkstelling door een veralgemeende arbeidsduurverkorting tot 32u/week zonder loonverlies!
    • 85% van de Vlamingen is voor een belasting op vermogens boven een miljoen euro. Wij steunen dat en wensen er de nationalisatie onder democratische controle van de financiële sector aan te koppelen om kapitaalvlucht uit te sluiten.
    • Nationalisatie van de sleutelsectoren van de economie onder democratische controle door de gemeenschap!
    • De chaotische markteconomie en het private winstbejag bieden geen enkele garantie op een job. Voor een democratisch opgestelde en door de gemeenschap gecontroleerde planeconomie in een modern en democratisch socialisme!

    [divider]

    Verwijzingen

    1. http://www.tijd.be/nieuws/archief/Zijn_hogere_nettolonen_echt_meest_dringende.9626501-1615.art
    2. http://www.standaard.be/cnt/dmf20150423_01645829
    3. http://trends.knack.be/economie/bedrijven/belgische-bedrijven-zitten-op-240-miljard-euro-cash/article-normal-508221.html

     

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop