Your cart is currently empty!
Tag: Frankrijk
-
Frankrijk. Terroristische dreiging beantwoorden met eenheid van onderuit
De schokkende koelbloedige slachtpartij bij Charlie Hebdo en de incidenten van de daaropvolgende dagen zorgen voor een enorme woede. Op de dag van het bloedbad kwam er meteen een veroordeling van het geweld door onze Franse zusterorganisatie die het had over een “laffe en barbaarse” aanval. Ook wij bevestigen onze veroordeling, net zoals we dit eerder deden bij terreuraanslagen zoals op 11 september 2001 in de VS.Editoriaal van The Socialist (licht aangepast voor een Belgisch publiek)
Zowel op 11 september 2001 als nu opnieuw met de aanslag bij Charlie Hebdo zien we dat aanslagen van Al Qaeda of door deze groepering geïnspireerde aanslagen in het westen steeds gericht zijn tegen gewone werkenden.
Doorheen Frankrijk was er een uitbarsting van protest tegen de ergste terreuraanslag in het land sinds meer dan een halve eeuw. Er waren acties in meer dan 30 steden en ook elders in de wereld waren er heel wat solidariteitsactie. Op 11 januari was e een grote betoging in Parijs.
Massale betogingen zijn belangrijk omdat terroristische aanslagen zoals deze enkel leiden tot verdeeldheid en polarisering. Het speelt in de kaarten van diegenen die de belangen van de werkende bevolking aanvallen. In Frankrijk heeft het establishment – wiens beleid mee de basis heeft gelegd voor terreur – snel ingegrepen om de leiding van de betogingen te nemen. Voor de betoging van zondag waren onder meer David Cameron, Angela Merkel, Netanyahu of nog Jan Jambon, Kris Peeters en Charles Michel van de partij.
Het extreemrechtse Front National probeert voordeel uit de situatie te halen door verder in te spelen op gevoelens van racisme en verzet tegen migranten. Doorheen Europa proberen anderen op dezelfde kar te springen. Zo verklaarde de rechtse populist Nigel Farage in Groot-Brittannië: “We hebben hier, en ik heb het ook in ander landen gezien, een grof multicultureel beleid. We hebben een vijfde kolonne in onze landen.”
Bondgenoten van terrorisme
De terroristen hebben een verschrikkelijke en tragische slag aan het personeel van Charlie Hebdo toegebracht. Maar hun poging om dit blad het zwijgen op te leggen is mislukt. Waar de cartoons van Charlie Hebdo voorheen door tienduizenden mensen bekeken werden, is de verspreiding na de aanslag veel groter. Het blad kondigde ook aan dat het zal verdergaan.
In plaats van de situatie van moslims in Frankrijk te verbeteren, hebben de terreurdaden het verergerd. De staatsrepressie in de gemeenschappen wordt opgevoerd en wellicht zal er een toename zijn van fysieke aanvallen door extreemrechtse groepen en individuen. Dit wordt nu al duidelijk. Het is duidelijk dat organisaties als Al Qaeda en ISIS die terreur in het westen aanmoedigen zeker niet de bedoeling hebben om een strijd tegen onderdrukking te voeren. Ze zijn zelf erg autoritair en reactionair en willen regimes vestigen die gebaseerd zijn op kapitalistische en feodale uitbuiting, censuur en verbodsregels.
Het is dringend om in Frankrijk te bouwen aan arbeiderseenheid over alle religies en wie niet religieus is heen. Dit moet gericht zijn op het organiseren van verzet tegen iedere aanval op democratische rechten, ook als dit gebeurt in naam van de strijd tegen de terreur. Maar er is ook verzet nodig tegen iedere poging om minderheden als zondebok weg te zetten. In Groot-Brittannië heeft het hoofd van de veiligheidsdiensten MI5 de aanslagen in Parijs al gebruikt om nieuwe machten voor de veiligheidsdiensten te vragen. De regering antwoordde dat alle nodige middelen zullen voorzien worden.
Dreiging neemt toe
Mark Rowley, de verantwoordelijke van de Britse antiterreurdienst, stelde: “Op dit ogenblik is er geen connectie met Groot-Brittannië.” Maar hij voegde eraan toe: “Het bedreigingsniveau blijft onveranderd en staat op ernstig voor Groot-Brittannië.” MI5-topman Andrew Parker schat dat er ongeveer 600 mensen vanuit Groot-Brittannië naar Syrië zijn getrokken om mee te strijden met ISIS of het met Al Qaeda verbonden Nusra Front. Zowat de helft van hen zijn teruggekeerd, velen raakten gedesillusioneerd in de Jihad maar niet allemaal. Aanslagen zoals die van 7 juli 2005 in Londen en nu in Parijs tonen het gevaar van terreurdaden, ook door individuen die totaal van de samenleving vervreemd zijn zonder in het buitenland te gaan vechten.
De media besteden veel aandacht aan het feit dat het bloedbad in Parijs niet werd aangericht door ongeorganiseerde individuen die alleen handelen, maar door wat een goed georganiseerde en getrainde groep blijkt te zijn die bovendien het bloedbad had gepland. Er zou steun van Al Qaeda geweest zijn, de aanvallers riepen alvast verwijzingen naar Al Qaeda tijdens hun aanslag. Het zou gaan om twee jonge Fransen van Noord-Afrikaanse afkomst, maar in Frankrijk opgegroeid.
Imperialistische interventies
Na de start van de door de VS geleide oorlogen in Afghanistan en Irak waarschuwden socialisten voor het gevaar van terreuraanslagen in het westen. Er was wereldwijd een enorme woede tegenover die oorlogen. Dat was zeker ook het geval in de moslimgemeenschappen. Er was een afkeer van die imperialistische interventies en de dood en vernieling die ermee gepaard gingen.
Er was ook woede tegenover het bloedbad van het Israëlische regime in Gaza en de weigering van de VS-regering om dit te veroordelen. De terreurdreiging wordt nu nog erger door de door de VS geleide luchtaanvallen op ISIS in Irak en Syrië. Deze aanvallen worden ook door het Franse imperialisme ondersteund. Dit heeft in zekere zin de positie van ISIS versterkt en het leidt tot een groter aantal doden op het terrein.
In Frankrijk is er ook de erfenis van de interventies in Noord-Afrika, waaronder de Algerijnse onafhankelijkheidsoorlog die in 1962 eindigde en waarin honderdduizenden doden vielen. In oktober 1961 werden 250 vreedzame Algerijnse betogers in het centrum van Parijs brutaal aangepakt door de Franse politie waarbij tot 250 doden vielen.
De woede tegenover het buitenlandse beleid van de westerse kapitalistische regering wordt nog aangevuld met een afkeer van het besparingsbeleid in het binnenland waarmee de ongelijkheid verder toeneemt. De rijken worden steeds rijker terwijl de overgrote meerderheid van de bevolking zijn levensstandaard ziet afnemen, een laag van de bevolking valt steeds meer buiten de boot als het op degelijke jobs en lonen aankomt.
Dit uit zich in Frankrijk onder meer in enorme armoede onder migranten en een concentratie van werkloosheid in de voorsteden waarbij de sociale problemen gepaard gaan met discriminatie. Frankrijk telt de grootste moslimbevolking van Europa, naar schatting gaat het om 9% van de bevolking. Er zijn onder meer zowat 4 miljoen migranten en hun afstammelingen uit Mahreb-landen.
De rellen in 2005 in Frankrijk waren een uitdrukking van de frustratie en de woede tegenover de armoede, politierepressie en racisme in de voorwijken. Die omstandigheden zijn vandaag nog niet veranderd. Komt daar nog bij dat veel jonge moslims doorheen Europa de gevolgen voelen van de stigmatisering van moslims en de anti-migrantenretoriek en bijhorend beleid van de rechterzijde, rechtse media en politici en dit in verschillende gradaties.
Vrije meningsuiting
Charlie Hebdo werd gezien als een links blad dat zich scherp uitsprak tegen religieuze leiders, prominenten politici en autoriteit in het algemeen. Het blad wil schokken en woede uitlokken met harde satire waarbij alles en iedereen onder vuur wordt genomen. Het blad was meermaals opzettelijk provocatief, onder meer toen de cartoons van Mohammed werden gepubliceerd.
Socialisten verzetten het recht van individuen om een religieuze overtuiging te volgen of om geen religie te volgen. Deze vrijheid moet mogelijk zijn zonder enige discriminatie of onderdrukking. Tegelijk verdedigen we het recht op vrije meningsuiting en publicatie, met inbegrip van het recht op kritiek en het gebruik van satire en humor. Dit is niet enkel om culturele redenen, maar omdat elke beperking op wat kan gezegd en gepubliceerd worden door de staatsinstellingen zal gebruikt worden tegen vakbondsmilitanten en socialisten waarbij onze mogelijkheden om in te gaan tegen de klassenuitbuiting worden beperkt.
Maar dit betekent niet dat we stellen dat er geen grenzen zijn. Weinig mensen zouden ervoor pleiten dat vrijbaan wordt gegeven aan materiaal dat bewust en opzettelijk opkomt voor pakweg racisme of seksisme.
Maar wie bepaalt wat aanvaardbaar is en wat niet? We kunnen geen vertrouwen stellen op censuurorganen van de regering of politici als die regeringen vandaag bijna volledig bestaan uit pro-kapitalistische en pro-besparingspolitici. De grenzen van wat aanvaardbaar is, moet democratisch bepaald worden. In een socialistische samenleving zou dit moeten gebeuren door regelmatig verkozen vertegenwoordigers van onderuit die permanent afzetbaar zijn.
Antwoord van arbeidersbeweging is cruciaal
Ingaan tegen het terrorisme van aanhangers van ISIS of Al Qaeda is niet de taak van ‘gematigde moslims’, zoals sommige rechtse commentatoren stellen. De kleine minderheid in de samenleving die heil ziet in terreurdaden kan van gelijk welke religieuze achtergrond komen of ook geen religieuze achtergrond hebben. Denk maar aan de aanslagen door extreemrechts zoals in Noorwegen in 2011 toen de extreemrechtse terrorist Anders Breivik 77 jongeren neerschoot.
De weg vooruit bestaat evenmin uit ‘eenheid’ tegen het terrorisme met figuren als François Hollande en Nicolas Sarkozy. Zoals Gauche Révolutionnaire in een pamflet stelde: “Deze aanslag zal door de heersende klassen en de kapitalisten gebruikt worden. Zowel Hollande, Sarkozy als Le Pen zullen ze voordoen als verdedigers van onze vrijheden, terwijl ze ingaan tegen onze strijd en vreemdelingen stigmatiseren.”
In plaats daarvan is er nood aan eenheid van onderuit, van de werkende bevolking. Massabewegingen van de arbeidersklasse die op een georganiseerde wijze opkomen voor een verbetering van onze levensstandaard en ingaan tegen de kapitalistische regeringen, kunnen het tij van de toenemende terreurdreiging keren.
Gauche Révolutionnaire concludeerde in het pamflet: “ De vakbonden, organisaties van de arbeidersbeweging en verenigingen moeten oproepen tot eigen herdenkingen voor de slachtoffers bij Charlie Hebdo en dit op hun eigen basis: voor de eenheid van de werkenden, jongeren en de overgrote meerderheid van de bevolking los van afkomst of geloofsovertuiging, voor vrije meningsuiting, tegen alle reactionairen en integristische terroristen, tegen het racistisch beleid en tegen het imperialisme dat sectaire verdeeldheid, onverdraagzaamheid en obscurantisme versterkt.
“Tegen het racisme en het beleid dat miljoenen mensen in ellende onderdompelt, is er nood aan een eengemaakte en massale mobilisatie. Het is op die basis dat wij deelnemen aan de ondersteuning van de journalisten en werknemers van Charlie Hebdo.”
Terrorisme is geen gevaar dat door de kapitalistische heersende klassen en regeringen zal uitgeschakeld worden. Zij hebben de voorwaarden voor terrorisme gecreëerd en zijn nu niet in staat om het gevaar ervan aan te pakken. Geen enkele toename van staatsrepressie zal de dreiging wegnemen.
De aanhoudende crisis van de wereldeconomie zorgt ervoor dat regeringen nog meer overgaan tot aanvallen op de meerderheid van de bevolking. Het leidt ook tot groeiende imperialistische verdeeldheid en gewapende conflicten. We moeten bouwen aan nieuwe massale arbeiderspartijen met een socialistisch programma dat een uitweg biedt uit dit nachtmerriescenario.
Het publiek bezit van de sleutelsectoren, een socialistische economische planning en democratische besluitvorming op alle niveaus van de samenleving zou de basis leggen voor een samenleving zonder oorlog, onderdrukking, uitbuiting en armoede en ook zonder terrorisme.
-
Charlie Hebdo. Slachtoffer van opbod tussen reactionaire krachten

Protest in Parijs De aanslag op Charlie Hebdo getuigt van een ongekende brutaliteit en leidde tot verontwaardiging en woede die zich niet tot Frankrijk beperkten. Er waren tientallen spontane bijeenkomsten in tal van steden in Frankrijk, België en elders. Het geweld van deze aanslag zorgde voor een schokgolf die nog niet volledig kan ingeschat worden, maar die wel niet zomaar zal verdwijnen.
Artikel door Jean (Luxemburg)
Elke aanval op onze vrije meningsuiting is een aanval op onze fundamentele rechten: individuele vrijheden, politieke rechten, syndicale rechten, … Die rechten bestaan niet enkel omwille van de wetten en de ‘democratische’ instellingen. Ze werden afgedwongen door mannen en vrouwen die ook nu nog elke dag de verdediging ervan opnemen. Het gaat om syndicalisten, militanten, maar ook journalisten en kunstenaars. De aanslag op Charlie Hebdo is ook een aanval tegen al deze mensen.
De vrije meningsuiting die we vandaag kennen is relatief omdat er natuurlijk geen echte vrijheid is indien rijke mediamagnaten 90% van de middelen om die mening te uiten op de ‘markt’ van de media controleren. Uiteraard maken ze daar gebruik van om hun ideologie op te leggen. Maar zelfs deze beperkte democratische rechten werden afgedwongen door strijd van de arbeidersbeweging. Het recht om ons te organiseren, het recht om collectieve acties te houden of nog het recht om onze mening naar voor te brengen.
We moeten ons mobiliseren om onze rechten te verdedigen tegen al wie ze in de kiem wil smoren. In deze strijd mogen we ons niet van vijand vergissen. En we moeten ook oppassen voor valse vrienden. Dit verdient enige uitleg.
Er worden al grote amalgamen naar voor gebracht vanuit rechtse en extreemrechtse kringen. Ze hebben het over “islamitische terroristen” en hebben het vervolgens over de “islamisering” van Frankrijk. Een volledige gemeenschap wordt gelijkgesteld met een handvol criminele fundamentalisten. Dat is wel heel kort door de bocht. Het is gemakkelijk omdat het terrein zorgvuldig voorbereid is door allerhande duistere schrijvers en denkers die eerder voor de zelfmoord van het denken en de afbouw van de menselijke waarden staan. Ook waren er nieuwsberichten die de islamofobie verder aanwakkerden, als teken voor de storm die zou komen.
Tegenover diegenen bij wie de anti-moslimretoriek ingang vindt, moeten we om te beginnen twee eenvoudige feiten in herinnering brengen.
1. Een overgrote meerderheid van de slachtoffers van terreur door islamfundamentalisten zijn zelf moslims;
2. Deze fundamentalisten hebben geen monopolie op terreur. De afgelopen decennia werden aanslagen op kranten vooral verricht door extreemrechts, van katholieke fundamentalisten tot tegenstanders van de Algerijnse onafhankelijkheid in Frankrijk. In 2011 vielen tientallen Noorse jongeren onder de kogels van een rechtse en islamofobe extremist. Er kunnen tal van dergelijke voorbeelden gegeven worden.Maar het komt er uiteraard niet op aan om een ranglijst van doden op te stellen. Het komt er nu op aan jongeren en werkenden te mobiliseren voor de vrije meningsuiting, tegen elke vorm van terreur, tegen racisme en tegen discriminatie. We mogen het terrein niet overlaten aan extreemrechts en andere rechtse reactionairen. Een zin in de eerste verklaring van onze Franse zusterorganisatie Gauche Révolutionnaire zou kunnen geïnterpreteerd worden alsof ze denkt dat de Republikeinse betogingen toebehoren aan rechts en extreemrechts. Dat was niet de bedoeling. Gauche Révolutionnaire kwam trouwens in Rouen tussen in de beweging met eigen pamfletten die zeer positief onthaald werden, maar staat er wel op om met eigen standpunten van de arbeidersbeweging tussen te komen en zich niet zomaar achter een ‘republikeinse eenheid’ te scharen.
Dat is belangrijk want de afgelopen maanden is er een duidelijk islamofoob klimaat ontwikkeld in Frankrijk, maar ook in Duitsland. Onze regeringen dragen daar een deel van de verantwoordelijkheid voor. We mogen ons niet laten verdelen.
Om dergelijke drama’s te vermijden moeten de vakbonden, organisaties van de arbeidersbeweging en verenigingen oproepen tot acties die hulde brengen aan de slachtoffers bij Charlie Hebdo en dit op hun eigen basis: voor de eenheid van werkenden, jongeren en de overgrote meerderheid van de bevolking los van afkomst of geloofsovertuiging, voor vrije meningsuiting, tegen alle reactionairen en terroristen, tegen racisme en tegen het imperialistische beleid dat leidt tot een versterking van sectaire verdeeldheid, onverdraagzaamheid en obscurantisme.
-
Dodelijke aanslag tegen Charlie Hebdo. Voor vrije meningsuiting! Tegen verdeeldheid!
De aanslag door zwaar gewapende mannen tegen Charlie Hebdo waarbij 12 mensen vermoord werden in de lokalen van de krant is een dramatische gebeurtenis. Wij veroordelen deze laffe en barbaarse aanslag ten stelligste.Eerste reactie door Gauche Révolutionnaire, onze Franse zusterorganisatie
Briljante tekenaars zoals Wolinski, Charb’, Tignous of Cabu hebben op tal van manieren gestreden tegen intolerantie, racisme, censuur, … Dat ze sterven door kogels van waanzinnige en onverdraagzame gekken is wraakroepend. Hetzelfde geldt voor de onschuldige ‘gewone’ werknemers van het blad die eveneens het leven lieten in deze aanslag.
Door zich tegen dit satirische en linkse blad te keren, hebben de reactionaire islamisten (die volgens de laatste informatie voor de aanslag verantwoordelijk waren) naar eigen zeggen een daad gesteld waarmee ze het geweld tegen moslims in Frankrijk beantwoorden. Dat is totaal verkeerd. We delen de benadering van Charlie Hebdo op verschillende vlakken niet. Zo koos Charlie Hebdo ervoor om de Mohamed-cartoons te publiceren. Dat leek ons misplaatst. Maar de vrijheid van meningsuiting is een recht dat we wel verdedigen. We weten immers dat dit recht gemakkelijk onder vuur van de heersende klassen komt te liggen.
Alleszins zal geen enkele moslim in Frankrijk opgelucht zijn door deze aanslag, integendeel. Zoals steeds bij reactionair blind geweld, zijn het gewone mensen die op straat mee een prijs hiervoor betalen. Deze terroristen beweerden een ‘godsdienst’ te verdedigen, maar ze zijn geen haar beter dan de reactionaire islamofoben. In feite versterken ze hand in hand onverdraagzaamheid en obscurantisme. Deze laffe terroristische daad versterkt reactionairen van allerhande slag bij het verdelen van de werkenden en de jongeren op religieuze of communautaire basis.
Deze aanslag zal door de heersende klassen en de kapitalisten gebruikt worden. Zowel Hollande, Sarkozy als Le Pen zullen ze voordoen als verdedigers van onze vrijheden, terwijl ze ingaan tegen onze strijd en vreemdelingen stigmatiseren.
Het klimaat van islamofobie wordt steeds sterker. Het zorgt ervoor dat sommige moslims in Frankrijk terecht aanvoelen dat ze onder vuur liggen. Wij verwerpen alle vormen van racisme, islamofobie, antisemitisme, seksisme, … En we komen op voor een solidaire en verdraagzame wereld.
Deze aanslag komt alle racisten en reactionairen goed uit om zich te versterken en om de repressie, onder meer met extra controles van de politie op migranten, verder op te voeren onder de bevolking van Mahrebijnse afkomst.
Wij nemen geen deel aan de ‘republikeinse’ betogingen met rechts en extreemrechts. Islamofobe intellectuelen, rechtse politici, politici die oorlog voeren in Afrika en het Midden-Oosten en hier evengoed sociale achteruitgang organiseren om de rijken en kapitalisten te dienen, versterken net het rotte klimaat en dit soort acties. Er is geen enkele nationale eenheid mogelijk met diegenen die willen inspelen op racisme en xenofobie. Er is integendeel nood aan een duidelijke stem van de arbeidersbeweging. De vakbonden, organisaties van de arbeidersbeweging en verenigingen moeten oproepen tot eigen herdenkingen voor de slachtoffers bij Charlie Hebdo en dit op hun eigen basis: voor de eenheid van de werkenden, jongeren en de overgrote meerderheid van de bevolking los van afkomst of geloofsovertuiging, voor vrije meningsuiting, tegen alle reactionairen en integristische terroristen, tegen het racistisch beleid en tegen het imperialisme dat sectaire verdeeldheid, onverdraagzaamheid en obscurantisme versterkt.
Tegen het racisme en het beleid dat miljoenen mensen in ellende onderdompelt, is er nood aan een eengemaakte en massale mobilisatie. Het is op die basis dat wij deelnemen aan de ondersteuning van de journalisten en werknemers van Charlie Hebdo.
-
De onzachte landing van het PS-model in Frankrijk
Artikel door Cécile (Brussel) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
Waar François Hollande zich tijdens de campagne voor de presidentsverkiezingen nog opwierp als een alternatief op het harde Europese besparingsbeleid, blijft er van dat imago of van zijn populariteit vandaag niet veel over.Door zijn regering te herschikken heeft premier Manuel Valls een nieuwe stap in de bocht naar rechts van de Franse PS gezet. Uiteraard ging de PS ook voor deze interne politieke crisis al over tot de uitvoering van een neoliberaal beleid. Maar er was een polarisering in de PS die steeds meer vast zit in haar eigen tegenstellingen. Valls liet zich de lof op de zomerschool van de werkgeversfederatie MEDEF welgevallen. Hij hield er een resoluut patronaal discours. Zo stelde hij dat “links en de bedrijfswereld doorgaans als tegengestelde krachten worden voorgesteld. We moeten daarvan af.” (1) Aan de andere kant van het debat was er Arnaud Montebourg, de voormalige minister van Economie die door Valls en Hollande aan de kant werd geschoven en die zich graag voordoet als de grote criticus van het besparingsbeleid. Het ‘vraaggericht’ beleid dat Montebourg voorstaat, met een verlaging van de belastingen voor de gezinnen en de bedrijven, is nochtans slechts een flauw afkooksel van een keynesiaanse politiek zonder langetermijnperspectief. (2)
Wie kan er profiteren van dit failliet van het PS-model, een failliet dat samengevat wordt door de nooit geziene val van de populariteit van de Franse president Hollande tot 13 à 17% in de peilingen? Als er één partij is die voordeel haalt uit het gebrek aan oplossingen van de sociaaldemocratie op de crisis van het kapitalisme, dan is het wel het extreemrechtse Front National. Het klopt niet als beweerd wordt dat de electorale groei van het FN en Marine Le Pen louter toe te schrijven is aan racisme, seksisme en andere reactionaire standpunten. Het feit dat de partij zich een anti-establishmentimago kan toemeten waarbij het gezien wordt als een partij die ingaat tegen het neoliberale kapitalisme, de globalisering, de macht van de financiële sector en andere pijlers van het wereldwijde neoliberalisme, maakt dat het FN hoge scores kan neerzetten (3). Het komt erop aan om duidelijk te maken dat het populisme van het FN slechts een imago is voor een politieke kracht die bijzonder asociaal, antisyndicaal en sterk patronaal is. De verantwoordelijkheid van de radicale linkerzijde is des te groter, niet alleen om een alternatief op het systeem aan te bieden maar ook om een verdere groei van extreemrechts te kunnen doorprikken.
De situatie in Frankrijk omvat alle economische, politieke en sociale tegenstellingen die eigen zijn aan de huidige context. De autoriteit van de gevestigde partijen is sterk ondermijnd, extreemrechts kan groeien terwijl het Front de Gauche wat uitgeblust lijkt. Heel wat werkenden die een hele reeks aanvallen op hun levensstandaard over zich kregen zonder dat daar een actieplan tegenover werd gesteld, staan open voor de retoriek van extreemrechts. Dat wordt nog versterkt door de toenemende ongelijkheid. De 40 grootste Franse bedrijven waren in het eerste kwartaal van 2014 alleen al goed voor 30 miljard euro winst (4). Tegelijkerijd blijft de werkloosheid toenemen.
De regering-Valls II wil de overheidsuitgaven beperken door te besparen op de openbare diensten, de tekorten op te voeren en te privatiseren. Dat leidt tot steeds meer verzet. Er is een toename van het aantal stakingsacties, betogingen en sociale bewegingen die zich verzetten tegen de aanvallen op de levensstandaard. De buschauffeurs van het bedrijf Montélibus van de groep Kéopolis hebben een stakingsaanzegging tot in december ingediend met verschillende acties in dat kader tot de eisen ingewilligd zijn (5).
Gauche Révolutionnaire, onze Franse zusterorganisatie, steunt het verzet en komt op voor een andere samenleving waarin een einde wordt gemaakt aan het besparingsbeleid en het patronale dictaat.
Noten
- http://www.lepoint.fr/economie/discours-de-valls-les-patrons-veulent-plus-qu-une-declaration-d-amour-27-08-2014-1857141_28.php
- http://www.gaucherevolutionnaire.fr/?p=1387
- http://dissidentvoice.org/2014/05/the-rise-of-the-european-right-reaction-to-the-neoliberal-right/
- http://www.lesechos.fr/finance-marches/marches-financiers/0203730581279-pres-de-30-milliards-deuros
- http://www.gaucherevolutionnaire.fr/?p=1392
-
Frankrijk. Waarom gewone werkenden niets van het Front National mogen verwachten
Artikel door Gauche Révolutionnaire, onze Franse zusterorganisatie
Bij de laatste verkiezingen haalde het Front National een opmerkelijke score in Frankrijk. Maar de grote overwinnaar van de verkiezingen was de onthouding, het aantal mensen dat niet stemde lag bijzonder hoog. Het FN kon de vruchten plukken van de woede tegenover de schandalen bij de rechtse UMP en de breed gedragen afkeer tegenover het beleid van de PS. Extreemrechts haalde vooral stemmen door standpunten in te nemen rond sociale kwesties en tegen de Europese Unie.
Deze zogenaamde sociale bocht is pure demagogie. Met de nieuwe strategie van Marine Le Pen proberen de kandidaten van deze partij vooral hun electorale respectabiliteit uit te spelen en de provocaties te mijden. Uiteindelijk zijn het carrièristen zoals de anderen. Hun verkozenen en professionele politici cumuluren tal van mandaten en komen doorgaans uit dezelfde sociaal bevoorrechte lagen (advocaten, mensen die van de centrale elitescholen komen,…) als wat bij de PS en UMP het geval is.
Het FN probeert te laten geloven dat het de werkenden verdedigt. Maar in Hayange wil de FN-burgemeester het uitdelen van syndicale pamfletten van het gemeentepersoneel verbieden. Een ander voorbeeld is de staking bij het spoor waar het FN stelde dat het de staking steunde. Plots zou het FN voorstander van openbare diensten zijn, terwijl de partij enkele jaren geleden nog voor de privatisering ervan was en in stellige woorden de stakingen van het spoorpersoneel veroordeelde. En ook de steun aan de recente spoorstaking moet met een korrel zout genomen worden. Een staking steunen zonder diegenen te steunen die ze organiseren… dat zijn de grenzen van de demagogie. Het gaat om een puur tactische opstelling om electorale steun op te bouwen met het oog op de volgende verkiezingen.
Als het FN zich tegen de vakbonden keert, is het omdat de partij compleet vijandig staat tegenover de krachten die de werkenden organiseren en zo een middel aanbieden om collectief naar buiten te komen. De voorstellen van het FN rond de lonen staan overigens niet zo ver af van wat de patroonsfederatie Medef, PS of UMP naar voor brengen. Zo wil het FN de lonen verhogen door de bijdragen aan de sociale zekerheid af te bouwen. Dat komt neer op de arbeiders hun eigen zogenaamde loonsverhoging te laten betalen zonder dat aan de winsten van de kapitalisten wordt geraakt maar wel door het verder leeghalen van de kas van de sociale zekerheid.
Het FN beperkt zich tot populisme, maar behoudt de basis en activiteit van een rechtse partij.
Polemieken die nuttig blijven
Het racistische karakter van het Front National blijft overeind en blijft tot afschuw leiden, zelfs onder de eigen kandidaten van het FN bij gemeenteraadsverkiezingen. De partij wordt nog steeds geleid door de familie-Le Pen. Vader Le Pen heeft zijn politiek project nooit verhuld en behield steeds banden met fascistische groepen. Hij werd multimiljonair door een erfenis van de bouwmagnaat Lambert, rijkdom die overigens werd gecreëerd door het werk van duizenden migranten in de bouwsector.
De laatste verklaringen van Jean-Marie Le Pen over het Ebolavirus in Afrika om de kwestie van migratie te regelen of van Marine Le Pen over de afschaffing van de dubbele nationaliteit nadat Franse supporters de Algerijnse voetbalploeg steunden, bevestigt de racistische fond van de partij. Het laatste element is overigens bijzonder ridicuul, is de Franse voetbalploeg steunen tegenwoordig een voorwaarde om de Franse nationaliteit te hebben?
Marine Le Pen gaf kritiek op haar vader omwille van de wijze waarop hij communiceerde, maar niet omwille van de kern van wat hij verklaarde. De partijleiding wil de harde kern niet verliezen maar probeert tegelijk in te spelen op een breed gedragen ongenoegen tegenover de rampzalige gevolgen van het asociale beleid van de opeenvolgende regeringen.
Als Le Pen trouwens kritiek heeft op het financiekapitaal en de bankiers, dan wordt uiteraard niet opgemerkt dat de familie-Le Pen zelf als renteniers kan leven van dividenden en andere financiële beleggingen. Het gaat zo ver dat het Rekenhof een onderzoek geopend is naar de vermogensgroei van Jean-Marie Le Pen tussen 2004 en 2009, hij ging er op vijf jaar tijd met een miljoen euro op vooruit.
Telkens het FN verkozen posities heeft, zijn er overigens financiële schandalen in hun gemeentebesturen (parallele financiën, verhoging van tarieven voor water, niet onderhouden van wegen of kantines,…) net zoals dit met andere politici het geval is.
Dezelfde schurken als de anderen
Het grootste verschil is dat het FN nog geen toegang heft tot de grote vetpotten, maar waar de partij toegang heft tot de macht wordt eenzelfde beleid als dat van de gevestigde politici gevoerd. Een van de eerste maatregelen van Joris Hébrard, de FN-burgemeester van Pontent in de Vaucluse, en zijn gemeenteraad was om de eigen vergoedingen met 44% op te trekken, waardoor hijzelf van 2.470 euro naar 3.227 euro gaat en de gemeenteraadsleden er elk 180 euro bijkrijgen. De maatregel werd door de prefectuur van de regio vernietigd omdat het inging tegen de regel dat dergelijke zaken op hoger niveau worden behandeld. Het gemeentepersoneel had ongetwijfeld niet afkerig gestaan tegenover een zelfde loonsverhoging, maar daar was er geen sprake van. De burgemeester die zo genereus was voorzichzelf en zijn politieke medestanders ging tegelijk over tot de afschaffing van gratis kantines voor schoolkinderen van werkloze ouders. De kinderen van ouders aan de rand van de samenleving zullen het ongetwijfeld appreciëren dat ze voortaan met lege maag school moeten lopen.
De FN-burgemeester van Fréjus, David Rachine, vond het opportuun om voor een audit van de gemeentelijke financiën beroep te doen op een bedrijf dat heel opportuun twee dagen voor de tweede ronde van de gemeenteraadsverkiezingen door een vriend van Rachine werd opgericht. Dat dit bedrijf geen ervaring had met het bestuderen van gemeentelijke financiën was geen bezwaar. Het is een manier om geld van de belastingbetalers uit te delen aan vrienden van het FN-bestuur, terwijl tegelijk arbeidsovereenkomsten door de gemeente niet verlengd worden omwille van financiële redenen. Op de middelen voor sportverenigingen wordt fors bespaard, de basketbalclub moet het met de helft minder middelen doen. De gemeentelijke sportvereniging moet het met 30% minder doen. De subsidies voor de schoolbus en de schoolkantine worden bij het begin van het schooljaar met 20% verlaagd. De drie sociale centra in de stad zien hun subsidies met 53% tot 62% afnemen.
Het aantal voorbeelden van asociaal beleid door FN-gemeenteraden stapelt zich op. Ook bij het FN wordt aan vriendjespolitiek gedaan ten koste van de meerderheid van de bevolking.
-
Frankrijk. Economische stagnatie en politieke instabiliteit
Door Leila Messaoudi, Gauche Révolutionnaire (Frankrijk)

Montebourg en Hollande De aanhoudende politieke en economische crisis heeft de regering van president Hollande in Frankrijk onder druk gezet. Hollande zag zich verplicht om de regering te herschikken. Dit zou verregaande gevolgen kunnen hebben, zowel in Frankrijk als de rest van Europa.
Er is ongenoegen in de Parti Socialiste zelf en onder de bondgenoten die zich van de regering beginnen te distantiëren. De rechterzijde, en vooral het extreemrechtse Front National van Marine Le Pen, dringt aan op nieuwe verkiezingen voor zowel het parlement als de president. De rechterzijde wil geen nieuwe door rechts gedomineerd parlement en regering die samen moet regeren met een zwakke PS-president.
De afgelopen week werden drie ‘linkse’ ministers (die in feite geen enkele bedreiging voor de regering vormden) uit de regering gezet. Onder hen ook Arnaud Montebourg. Om de ware aard van de regering van Hollande aan te tonen werd Montebourg als minister van economie vervangen door Emmanuel Macron, een voormalige investeringsbankier van Rotschild.
De regeringsherschikking zal op dit ogenblik wellicht nog niet leiden tot een splitsing in de Parti Socialiste met de vorming van een nieuwe linkerzijde buiten de PS. Momenteel lijkt Montebourg eerder zijn zinnen gezet te hebben op de functie van Hollande als partijleider en kandidaat voor de volgende presidentsverkiezingen in 2017. Het Front de Gauche veroordeelt de nieuwe regering maar reageert traag op de mogelijkheid om een nieuwe opmars te kennen als socialistische oppositie tegenover de regering.
Achtergrond
De Franse regering zit al zes maanden in een instabiele positie. De regering staat politiek erg zwak, zeker na de erg magere resultaten in de lokale en Europese verkiezingen. De PS en de Franse president Hollande staan onder druk. Minder dan 20% van de bevolking steunt de president en de regering. Zelfs Manuel Valls, die op 31 maart pas premier werd, verloor volgens de laatste peiling zeven procentpunten. Hij volgt de aanhoudende neergang van de populariteit van Hollande sinds hij twee jaar geleden tot president werd verkozen.
Hollande werd vooral verkozen om van Sarkozy af te zijn en niet zozeer op basis van zijn eigen economisch en sociaal programma. Gedurende een jaar voerde hij een beleid van besparingen en belastingverlagingen voor de grote bedrijven. Dit beleid werd in de verkiezingen afgestraft.
Economisch is Frankrijk er niet goed aan toe. De werkloosheid staat op recordhoogte en blijft boven de 10%. Sinds Hollande in mei 2012 als president werd verkozen, kwamen er 500.000 werklozen in het land bij en is het totaal opgelopen tot 3.424.000. De regering beloofde nieuwe groei, maar daar kwam niets van in huis.
Crisis versnelt
De slechte positie van de Europese economie heft de politieke crisis in de Franse regering versneld. Het gebrek aan groei en de aanhoudende deflatie zorgen voor een moeilijke situatie voor de regering en de bazen. Zij zullen de arbeidersklasse en jongeren nog meer moeten confronteren om hun winsten in stand te houden en hun greep op de macht te behouden.
Een aantal burgerlijke economen geeft kritiek op het besparingsbeleid als manier om de economie terug op gang te krijgen. Maar in Frankrijk dringen de grote patroons en multinationals op zo’n besparingsbeleid aan. Voor hen is het zowel economisch als ideologisch belangrijk. De vorige rechtse president Sarkozy maakte daar veel lawaai over, maar raakte niet ver in het effectief doorvoeren van besparingsmaatregelen.
Hollande en Valls moesten dan maar het vuile werk opknappen. Ze kondigden een nieuwe reeks ‘hervormingen’ aan om ontslag gemakkelijker te maken en de flexibiliteit op de arbeidsmarkt op te voeren met verschillende vormen van arbeidsovereenkomsten. Dit werd op het begin van de zomer al in gang gezet en werd nu geconcretiseerd met een wet die het ‘Verantwoordelijkheidspact’ wordt genoemd.
Eerder stelde Hollande zich voor als iemand die een synthese zou maken van zowel besparingen als het herlanceren van de groei door de bevolking een deel van de koek te geven. De aanwezigheid van de ‘linkse’ Montebourg en de neoliberale Valls in dezelfde regering was een uitdrukking van die doelstelling. Het was evenwel slechts een imago dat louter diende om verkozen te geraken en een onderscheid te maken met Sarkozy en diens rechtse UMP. Door voor Valls als premier te kiezen, opteert Hollande duidelijk voor de grote bedrijven zoals L’Oréal, Total en anderen die hun winsten op peil willen houden.
Montebourg zelf stelt zich min of meer voor als een neo-Keynesiaan. Maar als minister aarzelde hij niet om de kant van de grote bedrijven te kiezen. Onder zijn bewind werden Peugeot Aulnay en Good-Year Amiens gesloten. Een jaar geleden was hij de centrale gast op de zomerschool van de MEDEF, de Franse patroonsfederatie.
Verdeelheid in de regering en politieke crisis
De verdeeldheid tussen Valls en Montebourg werd zowel gezien als een economisch meningsverschil als een interne strijd binnen de PS. Hollande is sterk verzwakt nadat hij 20 jaar de PS heeft geleid vooraleer hij president werd. Binnen de PS en zeker bij een aantal parlementsleden zijn er meningsverschillen met de regering. De PS leidt een hele reeks lokale en regionale autoriteiten en is meer een verkiezingsmachine dan een partij. Velen die nu verkozen zijn, weten dat ze de volgende keer niet zullen verkozen geraken en dus is het mogelijk om zich meer openlijk tegen de regering uit te spreken. Totnutoe kwam het ongenoegen vooral tot uiting in onthoudingen in het parlement rond thema’s als de begroting. Zo’n onthouding zorgde ervoor dat de regering de meerderheid niet verloor terwijl tegelijk niet voor het beleid werd gestemd.
De komende weken zal duidelijk worden hoe ver de crisis in de PS gaat. Tegelijk kent echter ook de rechtse UMP een crisis met een mogelijke comeback van Sarkozy. De Franse arbeiders en jongeren bekijken deze discussie vanop afstand. Bredere lagen van de bevolking bekijken hen louter als politici die enkel bezig zijn met hun eigen positie.
Linkse figuren in de PS geven nu allemaal kritiek op Hollande en spreken over de komende verkiezingen van 2017. Maar de arbeiders en jongeren kunnen geen twee jaar wachten om de harde aanvallen te stoppen. In de zomer waren er geïsoleerde stakingen rond arbeidsvoorwaarden, tegen sluitingen en afdankingen.
De leiding van de belangrijkste vakbondsfederaties in het land, vooral de CGT, kijkt toe. Ze proberen hun centrale verantwoordelijkheid voor de verdediging van de arbeidersbelangen te vermijden. Maar de situatie zal ongetwijfeld erger worden, wat zal leiden tot strijdbewegingen. De Franse elite en de kapitalisten zijn daar erg bang van.
De CGT-leiding heeft een actiedag in oktober aangekondigd, maar het is nog niet duidelijk of er effectief campagne voor zal gevoerd worden. Een oproep voor een echte gezamenlijke stakingsdag in alle sectoren tegen het beleid van de regering en de grote bedrijven zou nu op de agenda moeten staan.
-
Jean-Marie Le Pen, de oude neofascistische vos verliest zijn haren maar niet zijn streken
Artikel overgenomen vanop blokbuster.beDe Europese fractievorming van Marine Le Pen zal er mogelijk niet gemakkelijker op worden nu één van haar Franse verkozenen in dat Europees Parlement opmerkelijke uitspraken deed. Het gaat om haar eigen vader die eens te meer vergoelijkend sprak over de misdaden van de nazi’s. Als reactie op kritieken van voormalig tenniskampioen Yannick Noah en de zanger Patrick Bruel stelde Le Pen in een interview dat voor de FN-website bedoeld was: “we zullen volgende keer een baksel voor hem maken”, waarmee werd verwezen naar de verbrandingsovens in de concentratiekampen van de nazi’s. Eerder raakte Le Pen in opspraak toen hij stelde dat het dodelijke ebola-virus een antwoord kan bieden op de migratie.
De 86-jarige Jean-Marie Le Pen mag dan wel niet meer aan het hoofd van het Front National staan, hij blijft wel genieten van een riant inkomen als Europarlementslid. In dat Europees Parlement probeert zijn dochter Marine een fractie te vormen met onder meer Geert Wilders uit Nederland. Er zijn nog twee extra partners nodig om tot een fractie te komen, hiervoor zijn immers verkozenen uit 7 landen vereist. Nu de Deense Volkspartij en de Finse Partij (opvolger van de Ware Finnen) net zoals wellicht het Duitse AfD in zee gaan met de Britse conservatieven en niet met de rechtse populisten van de UKIP zal de druk op diverse extreemrechtse formaties nog groter zijn. Het is immers niet zeker dat de fractie rond UKIP nog aan voldoende partners komt om een officiële fractie te vormen. Wilders liet al weten dat hij niet gediend was met de uitspraken van Jean-Marie Le Pen, het extreemrechtse SD uit Zweden liep eerder al over naar de fractie rond UKIP omwille van de druk wegens het aangebrande karakter van het Front National.
Met zijn uitspraken is Le Pen senior niet aan zijn proefstuk toe. Het is overigens opmerkelijk dat hij nu verwijst naar de verbrandingsovens. Eerder trok hij het bestaan van de gaskamers in twijfel. In 1987 bijvoorbeeld verklaarde hij: “Ik zeg niet dat de gaskamers niet bestaan hebben. Ik heb ze zelf niet gezien. Ik heb de vraag niet specifiek bestudeerd. Maar ik geloof dat het maar een detail is in de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog.” Tien jaar later herhaalde hij dit op een persconferentie van het Duitse Republikaner: “Als je een duizend pagina’s tellend boek rond de Tweede Wereldoorlog neemt, nemen de concentratiekampen er slechts twee pagina’s van in en de gaskamers 10 tot 15 regels. Dit noemt men een detail.” Dat hij zich bewust is van de Joodse afkomst van Patrick Bruel was eerder al duidelijk. Toen Patrick Bruel midden jaren 1990 verklaarde dat hij niet meer in Toulon wilde optreden omdat daar een burgemeester van het FN was verkozen, haalde Le Pen uit naar “de zanger Benguigui”, een verwijzing naar de Joodse naam van Bruel. Erg onschuldig is de nieuwe opmerking van Le Pen dus niet.
Niet alleen meent Le Pen senior dat de concentratiekampen een detail in de geschiedenis waren, ook de Duitse bezetting van Frankrijk vond hij “niet zo onmenselijk” en de Gestapo kwam enkel tussen om “bloedbaden te vermijden.” Le Pen is politiek opgegroeid in kringen van voormalige nazi-collaborateurs. Begin jaren 1950 stond hij aan het hoofd van de ordedienst van Jacques Isorno die onder meer actief was als advocaat van maarschalk Pétain die aan het hoofd stond van het collaborerende Vichy-regime in Frankrijk. In 1965 en 1968 werd Le Pen veroordeeld omdat hij een uitgeverij had die toespraken van Hitler uitgaf en verdeelde. Le Pen nam zelf deel aan militaire operaties in Indochina (het later Vietnam) en Algerije waar het Franse leger massaslachtingen aanrichtte. Over zijn eigen rol verklaarde Le Pen in 1962: “Ik heb gemarteld omdat het nodig was.” Le Pen vond dit nodig omdat een nederlaag een signaal zou zijn voor de “barbaren”. De onderdrukking van de Algerijnen was volgens hem deels “biologisch bepaald”.
Begin jaren 1970 werd het Front National opgezet door verschillende extreemrechtse groepen bijeen te brengen. De belangrijkste kracht daarin was de ‘Ordre Nouveau’ dat bekend stond als een erg gewelddadige groep. Begin jaren 1980 kon het FN de eerste electorale doorbraken maken, onder meer omdat de gevestigde partijen – zowel de sociaaldemocratie als de rechterzijde – dit mogelijk maakten in een poging om via een versterkte extreme rechterzijde de ontwikkeling van een radicaliserende linkerzijde te stoppen. In 1986 scoorde het FN 10% en tegen midden jaren 1990 vielen enkele gemeenten in het zuiden van Frankrijk in handen van het FN. In 2002 kende Jean-Marie Le Pen zijn electoraal hoogtepunt toen hij naar de tweede ronde van de Franse presidentsverkiezingen kon doorstoten. Hierna ging het bergaf, onder meer omdat de nadruk in de samenleving eerder lag op collectieve strijd tegen het neoliberale beleid. De illusie dat ‘deftig rechts’ in de vorm van Sarkozy een electoraal antwoord op het FN kon bieden, werd doorprikt. Het maakte de ideeën van het FN enkel meer aanvaardbaar. De ontgoocheling in het asociale beleid van Sarkozy maakte een electorale terugkeer van het ‘vernieuwde’ FN onder leiding van Marine Le Pen mogelijk.
Met die ‘vernieuwing’ heeft Jean-Marie Le Pen het overigens moeilijk. Hij stelde dat hij als “man van het volk” niet zo “kleinburgerlijk” is als zijn dochter. Dat Marine Le Pen het FN aanvaardbaar probeert te maken, heeft volgens vader Le Pen ook negatieve kantjes. “Zo verdwenen de vele moedige en dynamische militanten die zich laten opmerken omdat ze een kaal geschoren kop hebben,” verklaarde hij hierover.
Dat het Front National een aangebrande figuur als Jean-Marie Le Pen nog steeds naar het Europees Parlement stuurt en het filmpje met de schandalige uitspraak aanvankelijk zelf publiceerde om het pas na publieke kritiek te verwijderen, geeft aan dat de oude neofascisten die het FN uitgebouwd hebben nog steeds een belangrijke rol spelen in die partij. De pogingen van Marine Le Pen om de partij aanvaardbaarder te maken zijn vooral op de buitenwereld gericht. Intern blijven de oude krokodillen hun postjes innemen en blijft het goedpraten van de misdaden door de nazi’s aanvaardbaar.
Het FN trekt veel kiezers aan die ontgoocheld zijn in de gevestigde partijen. Als de arbeidersbeweging geen eigen offensieve alternatieven uitbouwt, is er ruimte voor extreemrechts. Het beste antwoord dat we de familie Le Pen en co kunnen bieden, is de uitbouw van een sterk antifascistisch verzet dat op de arbeidersbeweging geënt is waarbij de strijd tegen extreemrechts wordt gekoppeld aan een strijd tegen het besparingsbeleid en waarbij we dit zowel syndicaal als politiek degelijk organiseren op basis van een brede betrokkenheid en een radicaal programma van socialistische maatschappijverandering. Zo kunnen we ervoor zorgen dat Le Pen zelf een detail in de geschiedenis wordt.
[divider]
Meer over de geschiedenis van het FN: Archiefartikel van Blokbuster uit 2004
-
Franse consulaire verkiezingen. LSP op lijsten van Front de Gauche
Samen met de Europese verkiezingen zijn er ook consulaire verkiezingen in Frankrijk. Daar worden vertegenwoordigers van Fransen in het buitenland verkozen. Er zijn 81.000 Fransen in ons land stemgerechtigd. Het Front de Gauche dient in ons land een linkse lijst in onder de naam ‘L’humain d’abord’ (‘Eerst de mensen’).Deze slogan van het Front de Gauche uit Frankrijk bevestigt de noodzaak van een alternatief op de gevestigde partijen. De afkeer tegenover deze politici die eens verkozen vooral oog hebben voor de verdeling van de postjes is erg groot. De gevestigde partijen voeren een beleid in dienst van de bedrijven en grote werkgevers.
In Frankrijk werd François Hollande verkozen op basis van een afkeer tegenover Sarkozy en diens beleid in dienst van zijn superrijke vrienden. Het gevolg is dat de Franse PS nu een systeem in diepe crisis beheert zonder de oorzaken van die crisis in vraag te stellen of aan te pakken. Na de electorale opdoffer in de gemeenteraadsverkiezingen heeft de PS geen lessen getrokken, met Valls werd de rechterzijde van de PS naar voor geschoven om de asociale aanvallen verder op te voeren. In plaats van strijd te voeren tegen dit systeem en tegen de logica die de werkenden laat opdraaien voor deze crisis, worden extra harde besparingen voorbereid.
De PS slaagt er evenmin in om extreemrechts te bestrijden. Er wordt zelfs niet geaarzeld om elementen van de racistische retoriek van het FN over te nemen. Dat leidde eerder tot massale woede en jongerenprotest toen een scholiere van Roma-afkomst tijdens een schoolreis werd opgepakt om uitgewezen te worden.
De consulaire raadsleden die op 25 mei verkozen worden, vertegenwoordigen de Fransen die zich buiten Frankrijk gevestigd hebben bij de ambassades en consulaten. Ze verkiezen ook de senatoren die de Fransen in het buitenland vertegenwoordigen. Bij de vorige consulaire verkiezingen in 2012 steunde LSP de kandidatuur van Charlotte Balavoine, de kandidate van het Front de Gauche in de kiesomschrijving van de Benelux. Het is logisch dat we nu de lijst ‘L’humain d’abord’ ondersteunen en we hebben twee kandidaten op deze lijst: Laure Miège en Nicolas Menoux.
-
Frankrijk. Strijdbare linkse oppositie nodig!
Artikel op basis van analyses door Gauche Révolutionnaire, onze Franse zusterorganisatie
Bij de gemeenteraadsverkiezingen kregen president Hollande en de PS een serieuze klap. Het aantal kiezers dat niet kwam stemmen liep op tot een record van 38% in de tweede ronde, vooral onder jongeren en in de volkswijken werd niet gestemd. Samen met de Fransen die niet ingeschreven zijn voor de verkiezingen heeft meer dan de helft van de bevolking niet gestemd. De afkeer is dus erg groot, zelfs indien er nog wat hoop is dat het met Hollande toch niet zo erg is als met Sarkozy.
De regering reageerde op de electorale opdoffer met een herschikking van de regering. Valls, een vertegenwoordiger van een kleine rechtse stroming binnen de PS, werd de nieuwe premier. De eerste aankondiging van de regering ging over een “verantwoordelijkheidspact”, een monsterlijk besparingsplan ter waarde van 50 miljard euro met besparingen op alle overheidsuitgaven maar ook met 30 miljard euro aan lastenverlagingen voor de werkgevers. De 40 grootste Franse bedrijven maakten vorig jaar 48 miljard euro winst, maar daar willen Hollande en co de middelen niet gaan zoeken…
Een overwinning voor rechts?
De rechtse UMP verdedigt dezelfde patronale belangen als de PS, met soms nuances over het ritme en de vorm van de besparingen. De gemeenteraadsverkiezingen komen twee jaar na de verkiezing van Hollande als president, maar de officiële rechterzijde slaagde er niet in om een machtsniveau te heroveren (zowel het parlement, de senaat als de regio’s zijn in handen van de PS, net als de meeste grote steden). De partij van Sarkozy heeft de afstraffende stem tegen de regering niet naar zich kunnen toetrekken. De verschillende affaires en de algemene afkeer tegenover de gevestigde politici (met ook tal van juridische procedures tegen Sarkozy) en het ongenoegen tegenover het asociale beleid waar Sarkozy destijds voor stond en Hollande vandaag, maken dat zowel de PS als de officiële rechterzijde worden afgestraft.
Het extreemrechtse Front National heeft daar gebruik van kunnen maken en kreeg heel wat aandacht in de internationale media. Als we de verkiezingsresultaten van het FN vergelijken met die van 1995 (toen extreemrechts een meerderheid haalde in verschillende steden), is er amper vooruitgang. Er is een laag van kiezers die aangetrokken wordt door racistische of reactionaire ideeën, maar de meesten voelen zich vooral in de steek gelaten of zelfs verraden door de opeenvolgende gevallen van verraad door ‘links’. Nadat ze 20 tot 30 jaar aan hun lot zijn overgelaten en onder meer kampen met massale werkloosheid, is een stem voor het FN niet zo vreemd. Die partij blijft bijzonder gevaarlijk voor de werkende bevolking, maar we moeten begrijpen dat ze enkel groot kan worden en blijven door het verraad van de ‘linkse’ regeringen en de weigering van de krachten links van de PS om consequent te bouwen aan een verenigd front van verzet en linkse oppositie tegen de regering en het patronaat.
Welke linkse oppositie?
De lijsten die links van de PS opkwamen, haalden zeker geen slechte resultaten. Het Front de Gauche heeft waar het onafhankelijk van de PS opkwam het electorale potentieel van een linkse oppositie getoond. Maar algemeen genomen heeft het Front de Gauche en radicaal links zich niet kunnen opwerpen als een nationale kracht van linkse oppositie. Een van de belangrijke kwesties daarbij is de vraag of er al dan niet wordt gebroken met de PS en met diegenen die de regering van de PS ondersteunen.
De voorman van het Front de Gauche, Jean-Luc Mélenchon, had gelijk toen hij stelde dat het beter is dat het Front de Gauche en alle componenten ervan een duidelijke oppositie tegen de PS zouden voeren en dat dit het beste kan met linkse eenheidslijsten in heel het land. Hij richtte zich met dat standpunt tegen de erg diverse posities die door de PCF (Parti Communiste Français) werden ingenomen. Anderzijds ging Mélenchon in zijn voorstel van eenheidslijsten uit van samenwerking met EELV (Europe Ecologie – les Verts), een politieke formatie die voor haar posities grotendeels afhankelijk is van samenwerking met de PS en het asociale beleid waar de PS voor staat.
Het Front de Gauche en andere krachten hadden natuurlijk al de Europese verkiezingen in hun achterhoofd. Die verkiezingen laten toe om op nationaal vlak eenduidig naar voor te komen. Deelname aan het beleid staat bij deze verkiezingen immers niet op de agenda. Het is echter belangrijk dat de strijd zich niet beperkt tot het kader van de verkiezingen. Op 12 april was er een massale betoging onder de slogan van een “linkse revolte”. Het initiatief ging uit van Mélenchon, Besancenot (NPA) en de meeste krachten links van de PS. Het succes van de betoging moet een eerste stap zijn in de opbouw van een verenigde strijd tegen het beleid van Hollande en tegen het kapitalisme.
Er is nood aan een gemeenschappelijk actieplan met stakingen om een einde te maken aan de afdankingen en de aanvallen op de openbare diensten. Dit zou ervoor kunnen zorgen dat strijdbare syndicale delegaties niet langer geïsoleerd staan. Hiervoor is er nood aan een politiek programma dat in staat is om alle werkenden – jongeren, werklozen, gepensioneerden, mannen, vrouwen, Fransen en migranten – die de strijd willen aangaan te verenigen.
Een brede en democratisch georganiseerde oppositie kan een beslissende kracht worden in de komende jaren en kan de strijd vooruit stuwen om te komen tot een samenleving zonder uitbuiting en miserie, een socialistische samenleving!
[divider]
Meer info (in het Frans): www.gaucherevolutionnaire.fr
-
Franse regering afgestraft in lokale verkiezingen
Analyse door Gauche Révolutionnaire
De lokale verkiezingen in Frankrijk, met twee rondes op 23 en 30 maart, bevestigden de dieper wordende crisis voor de ‘socialistische’ regering van François Hollande. De regering betaalt een prijs voor de volledige capitulatie voor de belangen van de grote bedrijven.
Hollande werd vooral verkozen omdat hij Sarkozy niet was. De vroegere rechtse president werd weg gestemd, maar er was toch enige hoop onder de werkenden die Hollande verkozen. Bij verkiezingen sindsdien was er een record aantal mensen dat niet kwam stemmen, de participatiegraad lag op het laagste niveau in meer dan 20 jaar. Dat wijst erop dat de hoop is doorprikt en dat er een brede ontgoocheling is tegenover het volledige politieke establishment. Zeker onder jongeren is dat het geval. Bijna 40% van de stemgerechtigde jonge kiezers kwam niet opdagen, 36% in de eerste ronde en 38% in de tweede.
De werkloosheid liep in februari op tot een record van 3,3 miljoen. Daarenboven zijn er 4,9 miljoen deeltijds werkenden die eigenlijk meer uren willen. Vorig jaar kondigde de regering een besparingsoperatie van 15 miljard euro in de publieke sector aan. Bijna drie miljoen kinderen leven in armoede.
In de tweede ronde van de verkiezingen werd de regerende Parti Socialiste (PS) afgemaakt. De partij verloor de controle over 155 grote steden doorheen het land, ook al hield ze stand in Parijs. Ondanks de eigen crisis en de diepe verdeeldheid, kon de conservatieve UMP vooruitgang boeken. De partij won 140 steden over van de PS. De historische afslachting van de PS heeft geleid tot een diepe regeringscrisis. Premier Aryault nam ontslag en werd vervangen door Manuel Valls, de vroegere minister van Binnenlandse Zaken. Hollande zal nog verdere wijzigingen in de regering doorvoeren.
Het Front National (FN) van Marine Le Pen won een record aantal verkozenen met ook 14 burgemeesters. Dat is bijna drie keer zoveel als op het vorige hoogtepunt in de jaren 1990. Dit resultaat kan echter niet gezien worden als een massale steun voor het populistische en racistische beleid van het FN. Behalve de 7de sector van Marseille (met 150.000 inwoners), Hénin Beaumont en Hayange, haalde het FN geen grotere steden binnen. De partij won vooral in traditioneel ‘socialistische’ bolwerken. Het verraad van de vroegere sociaaldemocratische PS tegenover de werkende bevolking is dan ook een belangrijke reden voor het succes van het FN.
De gevestigde partijen zijn niet in staat om een antwoord te bieden op de crisis die het FN handig kan uitspelen. Als antwoord op de groei van het FN schuiven ze dan maar zelf naar rechts op om het “terrein te bezetten”. De aanstelling van Valls als premier is een uitdrukking van een dergelijke zet door de PS. Valls vertegenwoordigt slechts een kleine rechtse fractie binnen de PS en staat bekend voor soms aangebrande uitspraken en bijhorend beleid tegenover migranten. Zo verdedigde hij de maatregel om de jonge Roma scholiere Leonardo Dibrani met de politie tijdens een schoolreis op te pakken om ze uit te wijzen.
De opkomst van het FN weerspiegelt een vacuüm links van de regering en de afwezigheid van een massale linkse kracht die in staat is om het massale verzet tegen Hollande een duidelijk progressief en antikapitalistisch karakter te geven. De internationale media hadden er amper aandacht voor, maar het Front de Gauche (FdG) haalde uitstekende resultaten in die plaatsen waar het onafhankelijke linkse lijsten tegen de regering en de rechterzijde naar voor bracht. Dat is een bevestiging van het potentieel voor zo’n kracht. Deze linkse lijsten (soms met betrokkenheid van andere linkse organisaties zoals de NPA) haalden meer dan 2.000 gemeenteraadsleden in de eerste ronde en een gemiddelde van 11% van de stemmen in die plaatsen waar ze opkwamen.
Daar waar componenten van het Front de Gauche – vooral de PCF – in alliantie met de PS opkwam, leidde dit tot deelname in de vernedering en nederlaag. We zien het potentieel van een echt linkse oppositie tegen de gevestigde partijen, zeker waar deze oude partijen zoals met de PS het geval is in de regering zitten.
Zoals we eerder schreven na de eerste ronde van de verkiezingen:
“Hoe meer het FdG duidelijk opkwam voor een alternatief op de regering, hoe meer stemmen er werden behaald. Zoals we stelden was er nood aan lijsten van het FdG samen met andere linkse krachten die duidelijk zijn in hun verzet tegen de PS.
“We delen het standpunt van Mélenchon als hij stelde dat het beter was geweest indien het FdG en alle componenten ervan een duidelijke oppositie tegen de PS naar voor hadden gebracht met eengemaakte lijsten in het hele land. Dergelijke lijsten zouden minstens toegelaten hebben om tot een begin van links verzet tegen de regering van Hollande te komen. Wat Mélenchon echter niet zegt, is dat hij in heel wat steden samenwerkt met de EELV (dat de regering steunt). Het gaat om 90 steden waar dit gebeurde.
“In de komende maanden zal het ‘verantwoordelijkheidspact’, het besparingsplan van Hollande, worden doorgevoerd met tal van nieuwe aanvallen op de openbare diensten, lonen, sociale zekerheid en tegelijk nieuwe cadeaus voor de rijken en de bazen. Hollande voert hetzelfde beleid als Sarkozy, hij laat de werkenden betalen voor de crisis van het kapitalisme.
“Sommigen dachten dat een stem voor het FN volstond als een luidruchtig protest tegen het beleid van de PS en de harde economische en sociale situatie. Dat is uiteraard niet het geval. Het FN biedt geen enkele uitweg uit de kapitalistische uitbuiting, laat staan dat de partij opkomt voor het behoud van de openbare diensten. De protectionistische maatregelen en de voorgestelde discriminatie tegen sommige werkenden van buitenlandse afkomst, dienen enkel om de echte schuldigen, de kapitalisten, uit de wind te zetten.
“De goede resultaten voor sommige lijsten links van de PS tonen de mogelijkheden en geven aan dat de situatie rijp is voor de opbouw van een linkse oppositie tegen Hollande en alle pro-kapitalistische partijen. Een dergelijke brede en democratische oppositie die alle werkenden, jongeren, werklozen, gepensioneerden, mannen en vrouwen, Fransen en anderen, samenbrengt, kan de strijd aangaan tegen het beleid dat de belangen van de bankiers, grote patroons en aandeelhouders dient.
“Op 12 april is er een grote betoging voorzien onder de slogan van een ‘linkse revolte’. Dit gebeurt op initiatief van Mélenchon, Besancenot en de meeste krachten links van de PS. Dit kan een belangrijke stap zijn in de richting van een eengemaakte strijd tegen het beleid van Hollande en tegen het kapitalisme.”
[divider]
Nawoord. Gisteren betoogden er 100.000 mensen in Parijs in een linkse betoging tegen de regering en tegen het besparingsbeleid. Het succes van deze betoging toont het potentieel van een linkse oppositie.