Tag: Catalonië

  • Neen aan de vervolging van rapper Pablo Hasel

    Pablo Hasel is een linkse rapper die al negen maanden in de gevangenis zit nadat hij anti-monarchistische teksten deelde en over terrorisme sprak. Er is een campagne gestart om hem vrij te krijgen. In de Spaanse staat zijn er grote protestacties tegen de vervolging van Pablo Hasel.

    Door Rob MacDonald (Socialisme Revolucionari, ISA in Catalonië)

    Naarmate de crises van het kapitalisme zich verdiepen, neemt ook de repressie door de staat toe. De opsluiting van Pablo Hasel is de laatste aanval van de Spaanse staat op de fundamentele vrijheden die hij geacht wordt te beschermen. We moeten hierop reageren door te mobiliseren en ons te organiseren, maar ook door te begrijpen dat we moeten strijden voor het einde van het kapitalistische systeem als de enige manier om artistieke, economische en sociale vrijheid te verzekeren.

    Pablo’s strijd gaat terug tot 2011, sindsdien is hij voortdurend lastiggevallen en werd hij regelmatig gearresteerd vanwege zijn opvattingen. Deze laatste aanval, die resulteert in een gevangenisstraf, volgt op zijn arrestatie in 2018, samen met de rapper Valtonyc, voor het delen van teksten en opmerkingen op sociale media tegen de monarchie en wegens het spreken over terrorisme. Pablo is een uitdagende rapper, die zijn mening blijft verkondigen en weigert het zwijgen opgelegd te worden.

    Deze onderdrukking van het vrije woord heeft een lange lijst slachtoffers in de Spaanse staat: van de songteksten van Valtonyc, Pablo Hasél en César Strawberry tot de tweets van Cassandra, toneelstukken en onlangs nog het ontslag bij de publieke omroep TVE van de scenarioschrijver Bernat Berrachina wegens een grap over de monarchie.

    Maar de repressie gaat verder en is gericht tegen de strijd van de arbeidersklasse. Tijdens de economische crisis die in 2008-9 begon, vroegen aanklagers plotseling tot 8 jaar gevangenisstraf voor degenen die deelnamen aan stakersposten. Vervolgens zag de hele wereld in oktober 2017 de brute aanval op vreedzame kiezers in Catalonië en de repressie tegen de onafhankelijkheidsstrijd in het algemeen.

    De “Ley Mordaza” – de ‘knevelwet’ – die in 2015 werd goedgekeurd, is gebruikt om journalisten te vervolgen voor het informeren over de repressie door de politie, en om het recht om te protesteren en te demonstreren te onderdrukken. Het werd gebruikt om feministische activisten te vervolgen voor deelname aan stakersposten tijdens de feministische stakingen in 2018-2019.

    Al deze aanvallen, vaak over relatief kleine incidenten, tonen de bereidheid van de kapitalistische staat om elke politieke strijd te beknotten die wordt gezien als een bedreiging voor de sociale orde die zij verdedigt. De autoriteiten willen ons in angst laten leven en de Francoïstische controlemethoden, die het regime na 1975 behield, in ere herstellen. Als we ons daar niet met al onze energie tegen verzetten, zullen ze reageren met meer en meer repressie totdat we monddood zijn gemaakt.

    Het is absoluut hypocriet dat de overheid stemmen tegen de monarchie het zwijgen wil opleggen, terwijl niets wordt gedaan aan de diepgewortelde corruptie van dit feodale overblijfsel, of aan de vertegenwoordigers van het regime die zich schuldig maken aan grove schendingen van de mensenrechten. Kritische artiesten worden naar de gevangenis gestuurd voor hun teksten, terwijl de corrupte voormalige koning in luxueuze ballingschap leeft. Deze hypocrisie komt ook tot uiting in het stilzwijgen van de EU over dergelijke flagrante aanvallen op de vrijheid van meningsuiting, dezelfde EU die er niet voor terugschrikt lidstaten te vermanen omdat ze zich niet aan haar neoliberale regelgeving houden.

    Vrijheid van kunst en de strijd om de samenleving te veranderen

    De kapitalistische cultuur is doordrenkt van seksisme, de verheerlijking van geld en de cultus van het individualisme. De reclame maakt dagelijks gebruik van creatieve methoden om de winst te verhogen, zonder rekening te houden met de behoeften van de mens of het milieu. De cultuur van het kapitalisme is in wezen een middel om de winsten van de superrijken te vergroten.

    We moeten protesteren en argumenteren tegen deze negatieve culturele mainstream, we moeten ons ook richten op het opbouwen van een alternatieve cultuur. We moeten de arbeidersklassecultuur versterken en spreken over eenheid, collectieve strijd en diversiteit.

    We moeten niet vertrouwen op de kapitalistische staat om te kiezen wat goed en slecht, mooi en lelijk is. Uiteindelijk bestaat deze staat om het sociale en economische systeem te verdedigen dat de hoofdoorzaak is van de problemen waarmee we te maken hebben.

    Kunst en cultuur worden vernietigd door de economische crisis die gepaard gaat met de Covid-pandemie. Al voor deze crisis wisten kunstenaars heel goed hoe onzeker het is om in deze sector te werken, zonder contracten, middelen of werkplekken. Vaak wordt van ons verwacht dat we gratis werken, alleen omdat ons werk voortkomt uit onze passie. Deze uitbuiting was al extreem, maar na deze laatste economische crisis vechten we nu voor het recht om te creëren. De strijd voor kunst en cultuur is de strijd om mens te zijn, vrij van de beperkingen van het winstsysteem.

    We moeten niet alleen de vrijheid van meningsuiting verdedigen, we moeten verder gaan en het recht verdedigen om creatief te zijn, om zinvol werk te hebben en omstandigheden die ieder mens de waardigheid bieden om een vruchtbaar leven te leiden. Om dit te bereiken hebben we een volledige en democratische herverdeling van de rijkdom in de samenleving nodig. We moeten de strijd voor een socialistische samenleving op de agenda zetten.

    Behoefte aan revolutionaire muziek

    Tijdens het protest in Lleida op 10 februari stelde Pablo Hasel terecht de zelfgenoegzaamheid van de regering van PSOE en Unidas Podemos aan de kaak met betrekking tot deze laatste aanval en hij verdedigde de noodzaak van een volksbeweging om de samenleving te veranderen. De zogenaamd linkse regering heeft zich beperkt tot enkele vage beloften over de hervorming van de wet die artiesten momenteel kan straffen voor hun teksten. Hoewel we niet verbaasd hoeven te zijn over de passiviteit van de PSOE in deze kwestie, aangezien haar leiders al lang geleden de kant van de status quo kozen, roept het wel de vraag op hoe we ons moeten organiseren om de maatschappij te veranderen.

    Zoals Pablo het formuleerde: “Ze voeren repressie uit. Repressie is geen individuele kwestie, het is een collectieve zaak. Als ze achter iemand als mij aangaan, is dat om de rest bang te maken. We moeten de boodschap overbrengen, op het internet maar ook op straat, het bewustzijn vergroten om een beweging te ontwikkelen die leidt tot massale afwijzing, kortom tot revolutionaire actie. We moeten solidariteit organiseren om vrijheid van meningsuiting te ontwikkelen. Alle vorige verworvenheden werden afgedwongen door revolutionaire actie… we hebben niet alleen een solidariteitsorganisatie nodig, maar een organisatie die strijd voert en verenigt voor alle rechten en vrijheden die we niet hebben, wat samengaat met het aanpakken van de wortel van het probleem.”

    “Met organisatie en strijd op straat kunnen we verbeteringen bereiken. We kunnen veel bekomen, maar geen oplossing. We kunnen deze staat niet hervormen. We hebben diepgaande veranderingen nodig, door deze staat te vernietigen en een volksrepubliek af te dwingen waarin de arbeidersklasse de macht heeft en de rechten en vrijheden kan garanderen die ons vandaag met geweld worden ontzegd, en we kunnen bereiken wat we allemaal willen, namelijk een degelijk leven…”

    Wij zijn het erover eens dat er een beweging met een openlijk revolutionair karakter nodig is, een beweging die zal worden gesmeed in de massale strijd op straat, op de werkplek en op school. Er zijn veel kwesties waarin we op gemeenschappelijke gronden kunnen samenwerken, één van de meest kritieke is de eenheid tegen staatsrepressie. De dringende taak is om werkenden en jongeren uit verschillende sectoren te verenigen in een niet-sektarische en democratische beweging om een antikapitalistisch, revolutionair socialistisch programma en actie te ontwikkelen die tegemoet komt aan de behoeften van de strijd.

    • Mobiliseer, agiteer en organiseer om Pablo Hasel en alle andere slachtoffers van de staatscensuur vrij te krijgen!

    • Verdedig de artistieke vrijheid van meningsuiting door te bouwen aan eenheid in de beweging om het kapitalistische systeem te bestrijden!

  • Catalonië in opstand na de zware straffen voor politieke gevangenen

    Catalaans protest in Brussel

    Op maandag 14 oktober kondigde het Hooggerechtshof de veroordeling aan van negen politici die een institutionele rol speelden in het Catalaanse referendum van 1 oktober 2017. De straffen lopen op tot 13 jaar gevangenis. Het leidde meteen tot een spontane massabeweging. De eerste week van de mobilisatie begon met de bezetting van de luchthaven van Barcelona door meer dan 10.000 mensen. Deze actie was direct geïnspireerd door de beweging in Hong Kong. Er volgde op vrijdag 18 oktober een hoogtepunt met een algemene staking die Catalonië verlamde. De beweging hervat de massale strijd die begon rond het referendum over zelfbeschikking op 1 oktober 2017 en de daaropvolgende algemene staking tegen repressie op 3 oktober.

    Artikel door Carlos (Brussel) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    De betogingen voor zelfbeschikking en amnestie voor de politieke gevangenen zijn massaal. Ze botsen op een indrukwekkende macht van zowel de Catalaanse als de nationale politiediensten. Die vallen de betogers aan en zetten middelen in zoals rubberkogels.

    Er vielen heel wat gewonden, waaronder enkele mensen die hun zicht deels verloren. In Madrid ging de politie eveneens brutaal tekeer tegen betogingen uit solidariteit met de Catalaanse beweging. Gewelddadige extreemrechtse groeperingen maken van de situatie gebruik om de straat op te gaan en de beweging te provoceren.

    De rol van politieke partijen

    De reacties van de linkse partijen laten te wensen over. Pablo Iglesias (Podemos) zegt dat beide kanten in de fout gaan en roept op tot “verzoening.” Hij weigert standpunt in te nemen tegen het repressief staatsapparaat geleid door de sociaaldemocratische PSOE van premier Sanchez. Die laatste verklaarde dat de veroordelingen “volledig moeten uitgevoerd worden.” De rechtse nemen een opruiend standpunt in: ze zeggen dat de uitspraken niet streng genoeg zijn. Al deze verklaringen zijn ingegeven door electorale berekeningen: op 10 november zijn er opnieuw parlementsverkiezingen in de hele Spaanse staat.

    De arbeidersklasse heeft een fundamentele rol te spelen in de beweging, die ook sociale eisen moet opnemen als antwoord op de sociale noodsituatie die achter de strijd voor zelfbeschikking zit. De algemene staking van 18 oktober was georganiseerd door alternatieve vakbonden of bonden die voor onafhankelijkheid zijn. De staking was een groot succes, ook al weigerden de grote vakbondsfederaties CCOO en UGT om te steunen. Veel winkels, openbare diensten, de gezondheidszorg en het onderwijs lagen plat. Ook in de industrie werd hard gestaakt. Zo legden 9.800 arbeiders bij Seat het werk neer en was er een werkonderbreking van 12 uur door de dokwerkers van Barcelona uit protest tegen de aanvallen op de democratische rechten.

    De Catalaanse samenleving komt in actie en gaat veel verder dan wat de Catalaanse nationalistische partijen willen op het gebied van democratische vrijheden en het betwisten van het “regime van 78”, zoals het bewind na de val van dictator Franco genoemd wordt. De Catalaanse nationalisten voeren besparingen door en keren zich tegen de werkenden en hun gezinnen. De beweging op straat moet een stoutmoedige campagne voeren om de algemene staking verder te ontwikkelen met een zo groot mogelijke deelname, ook van leden van CCOO en UGT, desnoods tegen de leiding van die vakbonden in.

    De beweging moet democratische structuren uitbouwen met comités in de wijken, op de campussen, scholen en werkplaatsen. Er is democratische controle van onderuit op de beweging nodig en deze moet eisen verdedigen gericht op de belangen van de volledige werkende klasse. Enkel op die manier kan de beweging een efficiënte krachtsverhouding uitbouwen met inbegrip van solidariteit van de werkenden in heel de Spaanse staat.

    Socialismo Revolutionario, onze zusterafdeling, vecht tegen het kapitalisme en tegen het regime dat verdergaat op de erfenis van Franco. We verdedigen zo volledig mogelijke democratische rechten, waaronder het recht op zelfbeschikking en de vestiging van een Catlaanse socialistische republiek als onderdeel van een vrijwillige confederatie van volkeren in de Spaanse staat en het Iberisch schiereiland en een Europese socialistische confederatie.

  • Algemene staking in Catalonië vandaag!

    Voor de democratische opbouw van de beweging van onderaf om nieuwe grotere stakingen te organiseren!

    Door John Hird & Rob MacDonald, Socialismo Revolucionario (CWI in de Spaanse staat)

    De wraakactie van de Spaanse staat tegen het Catalaanse volk omdat het zijn recht op een referendum over de onafhankelijkheid durfde uit te oefenen door lange gevangenisstraffen uit te delen aan de politieke leiders die de stemming van 1 oktober 2017 organiseerden, heeft geleid tot een tsunami van protesten die de massabeweging van 2017 en 2018 in omvang en revolutionaire kracht kan overtreffen.

    MAANDAG: Op de dag dat de uitspraak bekend werd, bezetten duizenden de luchthaven van El Prat, ondanks de brute repressie door de oproerpolitie. Studenten verlieten hun klassen en overal in Catalonië werden pleinen bezet.

    DINSDAG: Spontane demonstraties en de staat beval de politie om hard op te treden tegen jongeren, arbeiders en gepensioneerden. Waarschijnlijk waren er in de eerste twee dagen tot 100.000 mensen op straat. Schandalig genoeg verloor een jongeman een oog nadat hij door een rubberen kogel was geraakt.

    WOENSDAG: Op de derde dag van de demonstraties zijn er nationale politiecordons in Barcelona en laagvliegende helikopters. De barricades zijn in brand gestoken en er zijn talrijke klachten tegen jongeren ingediend. Wegen worden geblokkeerd en de politie blijft rubberen kogels afvuren, terwijl voor het eerst in Barcelona een waterkanon werd ingezet. De hogesnelheidstrein AVE werd vijf uur lang opgehouden tussen Barcelona en Figueres nadat een kabel was doorgeknipt.

    DONDERDAG: Quim Torra, premier van Catalonië, kondigde aan dat de Catalaanse regering voor het einde van de huidige legislatuur nog een referendum zou proberen te organiseren. De aankondiging heeft de Spaanse pers in een razernij gestort.

    De 72 uur durende studentenstaking van de Sindicato de Estudiantes begon haar tweede dag en culmineerde in een demonstratie van 200.000 studenten.

    Een kind werd omvergeworpen en gewond door een te hard rijdende politieauto in Tarragona en de staatstroepen bleven traangas en wapenstokken gebruiken bij talrijke demonstraties. Dit geweld leidde tot veel gewonden. Ook organiseerden ongeveer 200 Spaanse fascisten een tegenbetoging die resulteerde in fysieke aanvallen tegen pro-onafhankelijkheidsdemonstranten.

    De beweging vindt plaats in heel Catalonië. In elke stad nemen grote demonstraties pleinen in beslag om op te roepen tot de vrijlating van negen demonstranten die dinsdag zijn gearresteerd. In Girona heeft de politie een demonstratie brutaal aangevallen door zonder enig onderscheid de matrakken in te zetten.

    Gran Via, een van de belangrijkste straten in het centrum van Barcelona, werd door demonstranten bezet. Ook de Avenida Diagonal werd geblokkeerd met brandende barricades. Zelfs de lokale politie gaf toe dat de CDR (Comités ter verdediging van de Republiek) 22.000 demonstranten in Gran Via had gemobiliseerd. Demonstranten droegen een wc-rol omdat ‘er veel rotzooi op te ruimen is’.

    Vijf demonstraties of zuilen marcheren vanuit alle uithoeken van Catalonië, waardoor het hele land wordt betrokken terwijl ze op weg zijn naar Barcelona in aanloop naar de algemene staking van vandaag.

    De invloed van de demonstranten in Hongkong

    Het is duidelijk dat de beweging in Catalonië veel van de tactieken van de demonstranten in Hongkong heeft overgenomen. De vloeiende, flexibele en snel bewegende demonstraties komen uit het draaiboek van Hongkong, net als de poging om de luchthaven El Prat te sluiten. Ook Quim Torra trok parallellen tussen de bewegingen in Catalonië en Hongkong in een interview in september.

    Het is waar dat de politie in Hongkong en de Spaanse staat beide brutale methoden gebruiken om het kapitalistische systeem te verdedigen en de democratische rechten met voeten te treden. De strijd tegen deze onderdrukking is internationaal en solidariteit tussen mensen in de strijd in de hele wereld is van vitaal belang.

    Bovendien is het veelzeggend dat veel van de mensen die nu de straat op gaan, jong en vaak zeer jong zijn. De meesten van hen hebben niet deelgenomen aan de massabewegingen van 2011-2012 en sommigen van hen hebben zelfs niet deelgenomen aan de gebeurtenissen rond het referendum van 2017. Dit is een generatie die is opgegroeid in tijden van bezuinigingen en onzekerheid, waardoor zij een radicalere kijk op het kapitalisme en zijn politieke vertegenwoordigers hebben dan hun voorgangers in de Indignados. Ze hebben geen illusies in de officiële leiders van ‘links’.

    Er mag echter ook geen illusie bestaan dat instellingen als de VN en de EU het geweld van de Chinese dictatuur en de Spaanse staat zullen veroordelen. Afgelopen maandag heeft de EU haar standpunt duidelijk gemaakt toen de commissie zei dat zij de Spaanse constitutionele orde volledig respecteert, “met inbegrip van besluiten van de Spaanse rechterlijke macht.”

    Net als in Hongkong is het duidelijk dat innovatieve straattactieken van jongeren, bepleit door #TsunamiDemocratico (de overkoepelende naam voor de protesten tot nu toe), gekoppeld moeten worden aan een actieplan om de kracht van de arbeidersklasse te gebruiken met behulp van ons krachtigste wapen, de algemene staking, te beginnen met een zo sterk mogelijke staking op 18 oktober. Er moeten serieuze stappen worden ondernomen om solidariteitsacties op te zetten in alle uithoeken van de Spaanse staat, samen met internationale solidariteit buiten de Spaanse grenzen.

    In Madrid heeft een demonstratie plaatsgevonden ter ondersteuning van de Catalaanse beweging en uit protest tegen de uitspraak. De politie viel op brute wijze demonstranten aan. De Spaanse premier Pedro Sanchez, van PSOE (de zogenaamde “socialistische” partij) speelde de rol van Spaans ‘staatsman’ en ontmoette de leiders van de belangrijkste politieke partijen. Rivera, leider van de rechtse Burgerpartij (Ciudadanos), riep onvermijdelijk op tot de onmiddellijke implementatie van het beruchte artikel 155 van de grondwet, wat in feite de schorsing van de Catalaanse regering en de democratische rechten betekent.

    De Spaanse regering is, met de hulp van alle media, een campagne gestart om de beweging te delegitimeren door deze af te doen als gewelddadig. Zij gaan eraan voorbij dat duizenden protesteerden tegen een politieke uitspraak en keken enkel naar de defensieve reactie van de demonstranten op het willekeurig politiegeweld. Daarbij werden onder meer rubberen kogels en waterkanonnen ingezet.

    Giftige campagne voor de parlementsverkiezingen

    Er kunnen geen illusies zijn in PSOE. De overgangsregering van Pedro Sanchez stuurt duizenden extra agenten naar Catalonië en de premier coördineert zelf de mediacampagne om de demonstranten af te doen als “gewelddadige oproerkraaiers.”

    De algemene verkiezingen van 10 november wordt een giftige strijd tussen PSOE, PP, Ciudadanos en Vox om zich te profileren als de meest vaderlandslievende verdedigers van één Spaanse staat. Links rond PODEMOS en Izquierda Unida hebben een gouden kans om aan de juiste kant van de geschiedenis te staan en het democratische recht van het Catalaanse volk te steunen om over zijn eigen toekomst te beslissen, en om de sociale en economische kwesties aan de orde te stellen die aan de grondslag liggen van het streven naar onafhankelijkheid. Helaas staan de Catalaanse massa’s links van deze officiële ‘linkse’ leiders.

    Pablo Iglesias gaat door in zijn zielige rol van nuttige ‘linkse’ idioot voor de Spaanse kapitalisten. Maandag zei hij dat de gerechtelijke uitspraak moet aanvaard worden, zelfs indien men deze niet leuk vindt. Na zijn ontmoeting met Sanchez heeft Iglesias woensdag de regering volledige medewerking aangeboden om te helpen de situatie “te ontmijnen” en heeft opgeroepen tot “dialoog”.

    Welke dialoog is er mogelijk met een regering en een staatsmachine die politici tien jaar lang opsluit voor het organiseren van een referendum en die nationale politieversterkingen naar Catalonië stuurt? Ze hebben al 2.000 extra politieagenten naar Catalonië gestuurd, waaronder 200 van vier ‘speciale’ oproerpolitieteams. De politie had dinsdag al meer dan 100 mensen gewond.

    De Spaanse staat begrijpt duidelijk wat er op het spel staat – het potentieel voor een revolutionaire explosie – en is bereid om de Catalaanse kwestie met geweld op straat op te lossen en dit zijn de mensen met wie Iglesias wil gaan samen zitten! In werkelijkheid is de Spaanse staat bang voor de massabeweging en de straat. Ze proberen alle mogelijke openbare evenementen waar protesten zouden kunnen uitbreken, aan banden te leggen. In het voetbal stelde de voorzitter van La Liga, de fanatieke Real Madrid aanhanger en ultra-Spaanse nationalist die ooit lid was van de fascistische Fuerza Nueva, Javier Tebas voor om “Spanje te verdedigen” en de wedstrijd Barça vs Real Madrid van 26 oktober in Madrid te laten doorgaan. FC Barcelona heeft het vriendelijke aanbod correct geweigerd, maar La Liga stond er vervolgens op dat de wedstrijd in december gespeeld wordt omdat ze bang zijn voor protest tegen de Spaanse staat in Camp Nou (Barcelona stadion) volgende week.

    De tactiek van alle grote partijen van de Spaanse staat is om het rookgordijn van ‘geweld’ te gebruiken om de aandacht af te leiden van de fundamentele kwestie van de terechte woede over het ontzeggen van het recht van het Catalaanse volk om te beslissen over de toekomst van Catalonië. PSOE zei in een officiële verklaring: “het geweld wordt georganiseerd door extremistische groeperingen op straat.”

    De Spaanse staat bereidt zich voor om alle middelen te gebruiken om de protesten te stoppen. De woordvoerder van de Catalaanse regering, Meritxell Budó, zei dat de regering sympathie heeft voor de demonstranten, maar verplicht is om “de orde te handhaven.”  De Catalaanse regionale politie, de Mossos d’Esquadra, werkt met de Spaanse politie samen en heeft bij de demonstraties van woensdag gebruik gemaakt van waterkanonnen.

    Keer op keer hebben de Catalaanse regeringspartijen laten zien dat ze proberen de mensen van de straat te krijgen zodat zij, de ‘professionele politici’, met Spanje kunnen onderhandelen. De ervaring van de massa’s met de rol van de leiders van de kapitalistische pro-onafhankelijkheidsleiders de afgelopen jaren, ook door hun rol in het doorvoeren van harde besparingen, leidt tot een terecht wantrouwen in de leiders van ERC en JxCat. De publieke sector en de lerarenvakbonden hebben de door de Catalaanse regering opgelegde bezuinigingen bestreden. De centrale les van de laatste 2 jaar is dat alleen een massale, revolutionaire strijd van onderaf, gebaseerd op de kracht van de arbeidersklasse, de uitkomst van het referendum van oktober 2017 kan implementeren en een Socialistische Republiek in Catalonië kan afdwingen.

    De volgende stappen – opbouwende strijd, stakingen, acties en het opbouwen van de eenheid van de arbeiders met vergaderingen van onderaf.

    Het is van vitaal belang dat de georganiseerde arbeidersklasse haar stempel drukt op de gebeurtenissen om een duidelijke en krachtige uitdrukking te geven aan de woede. CSC-Intersindical, Intersindical Alternativa de Catalunya (IAC) en het CGT steunen de algemene staking van 18 oktober (18O). De beweging moet een gedurfde campagne voeren om de grootste betrokkenheid van werkenden te bereiken, ook de werkenden die lid zijn van de grotere vakbondsfederaties CCOO en UGT.

    Het is van groot belang dat twee zware bataljons van de Catalaanse arbeidersklasse zich nu in de strijd storten. 9.800 arbeiders in de automobielsector hebben ingestemd met een staking op 18O en de leider van de dokwerkersbond in de haven van Barcelona kondigde aan dat de arbeiders 12 uur lang zullen staken uit protest tegen de schending van de democratische rechten door het vonnis.

    18O is een enorme stap voorwaarts voor de beweging.  De werkende klasse en de jongeren moeten een manier vinden om hun eigen lot in handen te krijgen.

    SR (CWI in de Spaanse staat) ijveren samen met andere krachten voor massabijeenkomsten in de scholen, universiteiten, op de werkvloer en in de buurten. Er is dringend behoefte aan lokale democratische comités – nieuw leven ingeblazen CDR’s, dit keer uitgebreid naar werkplekken en democratisch gecoördineerd op regionaal en nationaal niveau – om richting te geven aan de beweging. De leiding van de beweging is te belangrijk om over te laten aan professionele kapitalistische politici, die in het verleden helaas lieten zien dat zij liever hebben dat mensen niet op straat komen. Democratisch georganiseerde lokale comités moeten in heel Catalonië met elkaar worden verbonden om de strijd serieus te ontwikkelen en de echte leiding van de beweging te worden. Dit is ook een van de belangrijkste lessen die we trokken uit de ‘Indignados’-beweging van 2011 en de klassenstrijd in de daaropvolgende jaren. We hebben macht op straat, op de werkplek en in democratische vergaderingen om over onze eigen toekomst te beslissen. Zonder democratische structuren kan deze macht echter niet volledig tot uiting komen.

    Wij pleiten voor een uitbreiding van de strijd op basis van een actieplan op straat en op de werkvloer, met bezettingen en een reeks van regelmatige en opbouwende algemene stakingen. Gecoördineerde plannen voor zelfverdediging tegen het geweld van de politie en fascistische groeperingen zijn ook noodzakelijk.

    De leiders van de belangrijkste Spaanse vakbonden, CCOO en UGT, vormen in dit stadium een belemmering voor de opbouw van de stakingen. Dit betekent dat we van onderaf moeten bouwen en die vakbonden tot actie moeten aanzetten of de leiding ervan opzij moeten zetten via democratische vergaderingen en comités die werkenden van alle vakbonden samenbrengen.

    De beweging moet bespreken voor welk soort onafhankelijkheid we opkomen. Het heeft weinig zin om de onafhankelijkheid af te dwingen als de volgende dag wordt doorgegaan met besparingen. De werkenden en jongeren van Catalonië verzetten zich tegen de onderdrukking door de Spaanse staat en voor het recht om over hun toekomst te beslissen. Wij verdedigen een vrij Catalonië tegen repressie van de staat, maar ook tegen alle economische en sociale onderdrukking, het einde van het regime en het kapitalistische systeem dat het in stand houdt. Het overtuigen van alle Catalaanse werkenden rond deze eisen en het inspireren van werkenden in de hele Spaanse staat om tegen dezelfde vijanden te strijden is van vitaal belang om te kunnen winnen.

    Laat er geen misverstand over bestaan dat deze beweging revolutionair potentieel heeft, en om dat te laten slagen moeten we politieke organisaties opbouwen die in staat zijn om de beweging naar een revolutionaire overwinning te brengen. SR is dat nog niet, maar we roepen op tot samenwerking van krachten die voor revolutionair socialisme staan. Samen moeten we in de beweging opkomen voor socialistische maatschappijverandering in Catalonië en de hele wereld.

    • Voor het opzetten van volksvergaderingen vanaf de basis om de beweging te leiden!
    • Voor het einde van de bezuinigingen, de aanvallen op de pensioenen en voor een radicaal socialistisch programma!
    • Organiseer solidariteitsacties in de hele Spaanse staat en internationaal!
    • Bevrijd de Catalaanse politieke gevangenen!
    • Verdedig de democratische rechten!
    • Voor het recht op zelfbeschikking!
    • Voor een Catalaanse socialistische republiek!
    • Voor een vrije en vrijwillige confederatie van de volkeren van de Spaanse staat en het Iberisch schiereiland, als onderdeel van een socialistische confederatie van Europa!
  • Ook in Brussel solidariteit met de massabeweging in Catalonië

    Maandag en dinsdag waren er in Brussel solidariteitsacties met de massabeweging in Catalonië. Er waren respectievelijk 150 en 250 deelnemers. Dinsdag nam LSP deel aan de betoging voor de Europese Commissie en de Spaanse ambassade.

    Door Boris

    Er is duidelijk veel woede en strijdbaarheid na de bekendmaking van de schandalige veroordelingen van de Catalaanse politieke gevangenen. Onze aanwezigheid werd goed ontvangen. Veel mensen bedankten ons voor onze solidariteit en zeiden dat ze de aanwezigheid van N-VA op deze acties niet graag zien, omdat ze die partij als vreemd aan hun beweging ervaren. In tegenstelling tot N-VA verdedigt LSP niet de belangen van de kapitalisten, maar die van de werkende klasse.

    De sympathie van een deel van de formele leiding van de Catalaanse onafhankelijkheidsbeweging voor de N-VA ondermijnt het begrip bij de werkenden in ons land voor het progressieve karakter van de massastrijd in Catalonië voor democratische rechten en het recht om over hun toekomst te beslissen. De werkenden en jongeren moeten hun solidariteit betuigen met de studenten- en scholierenstaking van 72 uur die vandaag start en met de oproep tot algemene staking op vrijdag in Catalonië.

    Het is overigens duidelijk dat dergelijke actiemethoden niet die van de rechterzijde zijn. Terwijl de Catalaanse jongeren zich klaarmaakten om de klassen te verlaten uit protest tegen de aanval op democratische rechten, riep Vlaams minister-president Jambon in Gent de klimaatactivisten op om niet meer te protesteren tijdens de schooluren. De staking is een actiemethode van de arbeidersbeweging. Daarom dat N-VA er een probleem mee heeft.

    De Catalaanse beweging in België moet zich ook hier tot de arbeidersbeweging richten voor steun. Ze mag zich niet laten sussen door valse hoop om steun te krijgen van de Europese Unie, die de onderdrukking van het Catalaanse volk steunt.

    [embed-google-photos-album https://photos.app.goo.gl/Awk8NiSCFFK5zZyY9]

  • Catalonië: Draconische gevangenisstraffen voor pro-onafhankelijkheidsleiders


    Algemene staking nu!

    Eerste reactie door Socialismo Revolucionario (CWI in Spaanse staat) zoals gisteren gepubliceerd – er komt in de loop van deze week een uitgebreider artikel. 

    De Spaanse staat heeft de leiders van de Catalaanse onafhankelijkheidsbeweging veroordeeld tot lange gevangenisstraffen voor “opruiing” en de “misdaad” van het organiseren van een democratisch referendum over Catalaanse onafhankelijkheid. Zeven pro-onafhankelijkheidsleiders en politici werden veroordeeld tot gevangenisstraffen van 10 tot 12 jaar elk, met 2 extra straffen tot 9 jaar, en 3 andere tot 1 jaar en 8 maanden gevangenisstraf elk!

    Dit is een zeer ernstige gebeurtenis, die zich midden in een algemene verkiezingscampagne in de hele Spaanse staat afspeelt en die bijna ongekend is in de recente geschiedenis van West-Europa. De conservatieve PP-leider, Pablo Casados, roept nu al op tot een effectief verbod op Catalaanse onafhankelijkheidspartijen en andere antidemocratische, Spaans-nationalistische maatregelen.

    De enige mogelijke reactie van de Catalaanse jeugd en arbeidersklasse is het organiseren van een algemene staking ter verdediging van de democratische rechten en het recht van het Catalaanse volk om over zijn eigen toekomst te beslissen.

    Een nieuwe fase in de onafhankelijkheidsbeweging is bereikt en er is geen weg meer terug. De linkerzijde, de arbeidersbeweging en de sociale bewegingen moeten zich moeten verenigen en zich verzetten tegen het antidemocratische regime. Dit is niet het moment om te spreken over ‘respect voor de wet’, maar van een arbeiders- en volksopstand tegen het kapitalistische en Franquistische systeem.

    De aanval op de democratische rechten van Catalonië is een aanval op de hele arbeidersklasse van de Spaanse staat en er moet een duidelijk antwoord komen: een algemene staking in Catalonië en een oproep aan alle organisaties van de arbeidersklasse van de Spaanse staat om solidariteit te betuigen – in actie, niet alleen in woorden.

    De leider van de politievakbond bij de Mossos d’Esquadra (Catalaanse regionale politie) verklaarde dat “de politie zeer alert is.” De studenten hebben de klaslokalen al verlaten en blokkeren enkele hoofdwegen. De politie controleert tickets bij de ingang van de luchthaven omdat ze bang zijn voor een beweging die lijkt op die van Hongkong. Een driedaagse studentenstaking is uitgeroepen voor woensdag.

    Helaas is het standpunt van Pablo Iglesias abstract en utopisch en vertegenwoordigt het een andere ernstige en historische fout: “Iedereen zal de wet moeten respecteren en het vonnis moeten aanvaarden.” Hij voegt eraan toe dat het van nu af aan “tijd is om de mouwen op te stropen en te werken aan het herbouwen van bruggen tussen een verdeelde Catalaanse samenleving en een deel van de Catalaanse samenleving en de Spaanse samenleving.” Hij heeft het over zoeken naar “de weg naar verzoening.”

    Hoe kan er ‘verzoening’ zijn met rechtse politieke partijen die mensen opsluiten vanwege hun ideeën? De Spaanse staat probeert het Catalaanse volk en iedereen die het recht op zelfbeschikking en onafhankelijkheid verdedigt te criminaliseren. Dit is onaanvaardbaar en links en de vakbonden moeten zich tegen dit onrecht verzetten. Er kan geen respect zijn voor een rechtssysteem dat het volk onderdrukt.

    Links moet een heel duidelijk beeld hebben van wat er in Catalonië op het spel staat. Antidemocratische en  maatregelen uit de tijd van Franco worden nu al genomen tegen de jeugd van Altsasu en zullen in toekomstige gevechten tegen de hele arbeidersklasse worden gebruikt, tenzij er meteen een duidelijk antwoord komt.

    Het is de Franco-staat die voor de rechter moet worden gebracht. Politieke gevangenen moeten vrijkomen, het recht op zelfbeschikking moet verdedigd worden. Daartoe moeten we ons voorbereiden op een strijd die op straat zal gevoerd worden.

    • Steun de 72 uur durende studentenstaking!
    • Voor een algemene staking in Catalonië!
    • Organiseer solidariteitsacties in de hele Spaanse staat en internationaal!
    • Bevrijd de Catalaanse politieke gevangenen!
    • Verdedig democratische rechten!
    • Voor het recht op zelfbeschikking!
    • Voor een Catalaanse socialistische republiek!
    • Voor een vrije en vrijwillige confederatie van de volkeren van de Spaanse staat en het Iberisch schiereiland, als onderdeel van een socialistische confederatie van Europa!
  • Catalonië: sterke jongerenstaking op 1 oktober

    Er was een oproep voor een studentenstaking in Catalonië door Universitats x la Republica (Universiteiten voor de Republiek), de Sindicat d’Estudiants (Studentenvakbond, SE) en de SEPC (nationalistische studentenvakbond). De staking was bijzonder succesvol: klassen en auditoria liepen leeg, meer dan 150.000 jongeren betoogden in verschillende steden.

    Verslag door Esquerra Revolucionaria (CWI in Catalonië)

    De betoging in Barcelona telde meer dan 100.000 scholieren en studenten. Daarmee werden alle belangrijke wegen in de stad geblokkeerd en werd het eindpunt, het Sant Jaume plein, meermaals gevuld met betogers. Daarnaast waren er duizenden betogers in Tarragona, Girona en Lleida. Dit was een krachtvertoon van de jongeren in de strijd voor een Catalaanse republiek, voor de vrijlating van politieke gevangenen, de terugkeer van de politieke ballingen en het einde van de Franquistische staatsrepressie.

    De acties vielen samen met de verjaardag van de historische 1 oktober 2017. Op die dag versloegen de Catalanen de repressie van het regime van Madrid. Ze stemden voor een Catalaanse republiek. Dit jaar waren er opnieuw grote acties met honderdduizenden aanwezigen in Barcelona. Er was een sfeer van enthousiasme en strijdbaarheid. De betogers zongen en riepen slogans voor de vrijlating van de politieke gevangenen, tegen de politierepressie en de eis voor een algemene staking om de strijd voor een republiek te voeren weerklonk op het protest. Er waren ook slogans tegen de monarchie en tegen het kapitalisme. Er waren opmerkelijke delegaties van leerkrachten. Daarnaast was er veel sympathie van werkenden.

    Wij hadden een geluidssysteem waarmee we het beleid van lege gebaren van de Spaanse PSOE-regering aanklaagden. De regering heeft de politieke gevangenen naar Catalonië overgebracht, maar ze blijven dus gevangen zitten. Het recht op zelfbeschikking van de Catalaanse bevolking wordt evenmin erkend. We bekritiseerden ook de Catalaanse regering en de leiders van PdeCAT en ERC (onafhankelijkheidsgezinde partijen) voor de brutale repressie door de Mossos d’Esquadra (Catalaanse politie) tegen betogers die protesteerden tegen een fascistische bijeenkomst die hulde bracht aan de militaire politie die meer dan 1.000 mensen verwondde omdat ze hun stemrecht uitoefenden.

    Deze kritiek samen met de eis van het ontslag van de Catalaanse minister van Binnenlandse Zaken, Miquel Buch, die het politiegeweld verdedigde, vond een enthousiast gehoor. Slogans als ‘Buch ontslag’ en ‘de straten zullen altijd van ons zijn’ weerklonken. Er was ook woede tegen de manipulatie door de media, die bewust het politiegeweld en fascistische aanvallen onder de mat vegen.

    Het jongerenprotest was onderdeel van een historische dag van strijd. Die dag begon ’s ochtends vroeg met acties van de Comités ter verdediging van de republiek (CDR’s) waarbij wegen en spoorlijnen geblokkeerd werden. ’s Avonds volgden grote massabetogingen.

    Deze actiedagen bevestigen dat de werkenden en jongeren de strijd zelf tot op het einde moeten voeren. De leiders van PdeCAT en ERC proberen een rem te zetten op de beweging en deze van zijn revolutionair karakter te ontdoen. Ze proberen achter de rug van de beweging te onderhandelen, afstand te nemen van de strijd voor een republiek en ze willen het kapitalistische besparingsbeleid behouden. Deze actiedag toonde dat een groot deel van de bevolking een einde wil aan de corrupte monarchie en het regime, maar ook aan het besparingsbeleid. We komen op voor een socialistische republiek van werkenden en jongeren waarbij een einde wordt gemaakt aan sociale problemen zoals armoede, besparingen, werkloosheid, uithuiszettingen, repressie, seksisme en de corruptie van het systeem.

    Enkele foto’s en video’s:
    1 d'Octubre · Manifestacions Vaga Estudiantil contra la repressió

  • Jongeren in Catalonië voeren actie tegen repressie

    Donderdag bleven heel wat scholen en campussen in Catalonië leeg. Er was immers een scholieren- en studentenstaking waarvoor de oproep van Sindicat d’Estudiants (Studentenvakbond) kwam. De jongeren kwamen eens te meer op straat om te protesteren tegen de repressie van de conservatieve nationale regering van de Partido Popular (PP). Het reactionaire blok kreeg een duidelijke boodschap te horen: de jongeren eisen democratie en vrijheid voor de jongeren en de werkenden van Catalonië, ze leggen zich niet neer bij ondemocratische aanvallen die onze rechten afbouwen.

    In Barcelona waren er meer dan 10.000 jonge betogers, in andere Catalaanse steden waren er honderden betogers. De centrale eisen waren de vrijlating van politieke gevangenen, het stopzetten van artikel 155 waarmee de regering van Madrid het bewind over Catalonië heeft overgenomen, het stopzetten van de criminalisering en vervolging van de Comités ter Verdediging van de Republiek (CDR) en van al wie opkomt tegen het antidemocratische offensief.

    De PP en zijn bondgenoten zijn erop uit om een volledige bevolking te vernederen en om een duidelijke boodschap te geven aan de jongeren en werkenden van Catalonië en de rest van de Spaanse staat. Vandaag worden mensen vervolgd en opgesloten omdat ze voor onafhankelijkheid opkomen, maar ze beginnen dit ook te doen tegen wie corruptie aanklaagt, de onrechtvaardigheden van de PP-regering of de monarchie. Vandaag zijn het de onafhankelijkheidsbeweging, rappers, tweeters, Baskische jongeren en anderen die het slachtoffer zijn van politierepressie, morgen zullen deze methoden ook gebruikt worden tegen de organisatoren van jongerenprotest, mobilisaties zoals de feministische staking van 8 maart, de pensioenbeweging of het protest tegen uithuiszettingen. We kunnen dit niet aanvaarden. Op 26 april maakten de jongeren dit duidelijk, eerder op de maand waren er een miljoen betogers in Barcelona. Dergelijke mobilisatie toont hoe we onderdrukking kunnen beantwoorden.

    De Sindicato de Estudiantes mobiliseerde in de rest van de Spaanse staat steun  voor de Catalaanse kameraden. Er waren protestacties in Baskenland en elders waren er meetings en korte onderbrekingen van de lessen. Zowel in Catalonië als daarbuiten is onze belangrijkste vijand dezelfde: de PP en het reactionaire blok van artikel 155. Zij vallen ons aan, besparen op onze levensstandaard en ontzeggen ons een degelijk leven. Ons protest is een doorn in hun ogen, vandaar de repressie.

    We bedanken het CWI dat internationaal solidariteitsacties hield. Zo waren er acties aan ambassades en consulaten in Londen, Berlijn, Dublin, Edinburgh, Krakow, Wenen, Quebec, Hong Kong en tal van andere steden. Dit hielp ons de strijd op te bouwen.

    Als we organiseren en de strijd aangaan staan we sterk. Dit bleek vorig jaar op de dag van het referendum (1 oktober), de historische algemene staking van 3 oktober maar ook nog op 15 april toen we met meer dan een miljoen in Barcelona betoogden. Er is geen enkele repressie die een gemobiliseerde bevolking kan stoppen. De boodschap van de jongeren in Catalonië op 26 april moet overgenomen worden in een algemene staking van alle werkenden en jongeren. Dat is hoe onze ouders en grootouders democratische rechten afdwongen in de jaren 1970 en het is ook hoe we dat vandaag zullen doen.

     

  • Catalaanse verkiezingen: nederlaag voor de rechtse regering van de PP

    Foto: Mario

    De schorsing van de Catalaanse autonomie met artikel 155 van de Spaanse Grondwet, het gevangenzetten en de ballingschap van Catalaanse ministers, de repressie, het opdrijven van Spaans nationalisme en een angstcampagne (vooral met de verhuis van sociale zetels van meer dan 3.000 bedrijven uit Catalonië), volstonden niet voor een overwinning van de partijen van het blok van artikel 155 (de conservatieve PP, het liberale Ciudadanos en de sociaaldemocratische PSOE) in de verkiezingen van 21 december.

    Artikel door Boris (Brussel) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    JxCat (Samen voor Catalonië, de lijst van Carles Puigdemont), ERC (Linkse Republikeinen in Catalonië) en de CUP (Kandidatuur van Volkseenheid) behielden hun meerderheid in het parlement. Honderdduizenden mensen die niet van de rechtse Catalaanse PdeCAT van Puigdemont moeten weten, hebben toch voor zijn lijst JxCat met tal van personaliteiten uit de Catalaanse beweging gestemd. Ze zagen daarin een signaal tegen de Spaanse staat.

    De media, het koningshuis, de gevestigde partijen in de Spaanse staat, de Spaanse en de Catalaanse burgerij deden er alles aan om hun nederlaag te verbergen achter de overwinning van Ciudadanos. Die rechts-populistische partij werd de grootste in Catalonië. De conservatieve PP van premier Rajoy,  gezien als de uitdrukking van nationale onderdrukking en de erfgenaam van het Franquisme, maar ook als uithangbord van besparingen en corruptie, werd van de kaart geveegd. De PP verloor meer dan de helft van zijn kiezers en houdt onvoldoende zetels over om een fractie te vormen in het Catalaans parlement.

    Ciudadanos staat voor een beleid in dienst van de grote bedrijven. De partij voerde een campagne waarbij het de gehechtheid aan Spanje koppelde aan de vrees voor kapitaalvlucht, delokalisatie van jobs en economische chaos door onafhankelijkheid. Het falen van de linkerzijde om in de nationale bevrijdingsbeweging in Catalonië tussen te komen met een klassenprogramma liet ruimte aan Ciudadanos om niet alleen onder reactionair rechts stemmen te halen, maar ook in arbeiderswijken in de rode gordel rond Barcelona en Tarragona, waar bij de laatste nationale verkiezingen nog massaal voor het linkse En Comú Podem (de eenheidslijst rond Ada Colau en Podemos) werd gestemd.

    Het repressieve karakter van de Spaanse staat heeft miljoenen mensen doen breken met het gevestigde regime in Madrid. Het heeft de strijd voor een Catalaanse republiek versterkt, een strijd die door velen gezien wordt als een middel om de levensvoorwaarden te verbeteren en om tot echte sociale verandering te komen. De leiding van Podemos heeft zich buiten de massabeweging gezet door het referendum van 1 oktober als niet legitiem af te doen. De CUP speelde een belangrijke rol in de verdediging van het referendum, maar betaalde een prijs voor de weigering om met Catalaans rechts te breken. De linkse partij weigert dit omdat het de nationale kwestie laat voorgaan op de sociale kwestie.

    Energieke acties van de massa’s, zoals tijdens het referendum van 1 oktober en de algemene staking van 3 oktober, kunnen leiden tot het vrijlaten van de politieke gevangenen en het stopzetten van artikel 155. Het kan de verdere strijd voor een republiek mogelijk maken. Linkse partijen en sociale bewegingen die het recht op zelfbeschikking verdedigen, moeten terug overgaan tot straatmobilisatie waarbij ze zich met een socialistisch programma richten op de arbeidersbeweging.

  • Catalaanse verkiezingen: historische nederlaag voor Spaanse nationalistische reactie

    De Catalaanse verkiezingen van 21 december waren een zware nederlaag voor het Spaans-nationalistische “blok van artikel 155” en vooral voor de belangrijkste kracht van dit blok: de conservatieve Partido Popular (PP). De gevestigde media proberen de omvang van deze nederlaag te minimaliseren door te spreken over de ‘overwinning’ van het rechtse Ciudadanos. Maar de realiteit ziet er anders uit. Zelfs indien we enkel de stemmen van Junts per Catalunya (JuntsxCat, de lijst geleid door de Catalaanse president Puigdemont) en ERC samen nemen, halen ze 800.000 stemmen meer dan Ciudadadanos.

    Verklaring door Esquerra Revolucionaria (onze Catalaanse zusterorganisatie)

    Dit resultaat is des te belangrijker als we rekening houden met het feit dat de verkiezingscampagne vol onregelmatigheden zat, bedreigingen en wanhopige pogingen van de Spaanse en Catalaanse heersende klassen om te verhinderen dat de massale steun voor een Catalaanse republiek tot uiting zou komen.

    Sinds het uitroepen van de verkiezingen heeft de PP-regering er alles aan gedaan om de stemmen voor een Catalaanse republiek te demobiliseren. Er werd zelfs gesteld dat een overwinning van deze partijen enkel zou leiden tot het behoud van artikel 155 en meer repressie. Er zijn nieuwe gerechtelijke procedures opgestart tegen de leiders die deelnamen aan het referendum van 1 oktober, zoals Marta Rovira, Artur Mas, Ana Gabriel en anderen. De angstcampagne van de Spaanse en Catalaanse kapitalisten sinds 1 en 3 oktober (met de terugtrekking van Catalaanse bedrijven, dreigingen rond economische ineenstorting en zelfs apocalyptische retoriek over doden en een burgeroorlog) is doorgezet en werd in de dagen voor de verkiezingen opgevoerd. JuntsxCat en ERC waren bovendien verplicht om hun campagnes te voeren zonder aanwezigheid van de centrale kandidaten die in de gevangenis of in ballingschap zitten.

    Dit alles heeft miljoenen Catalanen niet tegengehouden om ervoor op te komen dat hun democratische wil wordt toegepast. We zagen dit al op 1 oktober tegen de achtergrond van brutale repressie. Het verkiezingsresultaat nu is geen uitdrukking van een bocht naar rechts, zoals het voorgesteld wordt door Pablo Iglesias en andere leiders van Unidos Podemos. Het is een uitdrukking van een nieuwe indrukwekkende mobilisatie van dezelfde massa’s die de matrakken en rubberkogels op 1 oktober trotseerden. Meer dan 2 miljoen mensen hebben opnieuw luid en duidelijk gezegd dat ze niet zullen zwijgen uit angst of uit parlementair cretinisme, maar dat ze het repressief regime van 1978 willen breken en niet zullen toelaten dat hun strijd voor een Catalaanse republiek die zorgt voor echte verandering en sociale verbetering gestopt wordt.

    PP: de grote verliezer

    Soraya Sainz de Santamaría, de Spaanse vicepresident die de rol van gezant in het door toepassing van artikel 155 veroverde gebied van Catalonië opneemt, verklaarde enkele dagen voor de verkiezingen dat de onafhankelijkheidsbeweging onthoofd was. Maar in deze verkiezingen was het de Partido Popular die onthoofd en gebroken werd. De PP is de erfgenaam van het Franquisme en kampioen inzake repressie en censuur. De PP verloor sinds 2015 bijna de helft van zijn kiezers en gaat van 11 naar 3 zetels, waardoor het zelfs geen parlementaire fractie kan vormen.

    De Spaanse en Catalaanse kapitalisten waren zich bewust dat er een massale afwijzing van de PP is in Catalonië. Er werd geen geld en propaganda geschuwd om de stem van meer verwarde en achtergebleven lagen in de Catalaanse samenleving, diegenen die het meest geraakt werden door de angstcampagne, in de richting te duwen van Ciudadanos onder leiding van Ines Arrimadas. Het plan om zo een meerderheid voor de republiek af te blokken en een regering te vormen die gecontroleerd wordt door een reactionair monarchistisch blok. Dit plan is mislukt. Ciudadanos haalde 300.000 nieuwe stemmen, maar die kwamen vooral van directe rivalen zoals de traditionele kiezers van de sociaaldemocratische partij PSC. Deze kiezers verkozen Ciudadanos (dat nog geen regeerervaring heeft) boven de belofte van een “vernieuwing” van de PSC die steeds meer gediscrediteerd is. Er trokken ook 165.000 PP-kiezers naar Ciudadanos.

    De campagne van Ciudadanos werd gekenmerkt door de afwezigheid van een concreet programma (het eigenlijke programma is dat van de grote bedrijven, hetzelfde als wat de PP in de praktijk brengt). Arrimadas kwam steevast met demagogische verklaringen, riep op om aandacht te hebben voor sociale problemen in plaats van voor het onafhankelijkheidsproces en ze gebruikte de dreiging van het vertrek van bedrijven en kapitaal om een nachtmerriescenario te schetsen voor het geval de onafhankelijkheid zou uitgeroepen worden. Dit werd opgesmukt met leugens die moesten inspelen op de gevoelens van brede lagen van de Catalaanse bevolking die oorspronkelijk uit andere delen van de Spaanse staat komen. Deze demagogische campagne liet Ciudadanos toe om stemmen te halen van delen van de rechterzijde en extreemrechts, maar ook van een laag werkenden uit de industriële buurten in de “rode gordel” van Barcelona en Tarragona. Die buurten zijn hard geraakt door de crisis en er was een jarenlang een demobilisatie door het beleid van de leiders van de grote vakbonden (CCOO en UGT) die niets ondernomen hebben en door ontgoocheling in de afwezigheid van een sterk links alternatief.

    De grote fouten van Podemos en Catalunya en Comu

    Het is ongelofelijk dat de leiders van Catalunya en Comu (de verkiezingslijst ondersteund door Podemos en IU) en Unidos Podemos weigerden om de strijd tegen het reactionaire monarchistische blok en artikel 155 centraal te stellen in hun campagne, waarbij het resultaat van het referendum van 1 oktober gekoppeld werd aan mobilisaties voor sociale eisen. In plaats daarvan plaatsen ze de reactionairen die activisten en politici opgesloten hebben wegens hun ideeën op dezelfde hoogte als de leiders van de massabeweging die de monarchie en het regime van 1978 op de meest directe wijze sinds 40 jaar bedreigd heeft. Ze weigerden zelfs om zich duidelijk uit te spreken tegen het bestaan van politieke gevangenen of om hun vrijlating te eisen. De retoriek van de leiding van Unidos Podemos en Catalunya en Comu herhaalde de valse argumenten van de rechterzijde zoals Ciudadanos, zo werd gezegd dat het referendum niet legitiem was of nog dat de strijd voor de republiek verantwoordelijk is voor de dreiging van fascisme. Sommige leiders zoals Monedero hebben zelfs artikel 155 gerechtvaardigd. Dit heeft de reactie versterkt en het maakte het voor Ciudadanos makkelijker om toegang te krijgen tot een laag van kiezers die gedemoraliseerd was en geraakt door de angstcampagne.

    De realiteit ziet er anders uit dan wat Alberto Garzon en Pablo Iglesias zeggen. Het repressieve karakter van het regime van 1978 maakt dat miljoenen mensen ermee willen breken en voor een Catalaanse republiek opkomen als eerste stap op de problemen op te lossen. Als Unidos Podemos en Catalunya en Comu de strijd voor een Catalaanse republiek hadden gesteund en verbonden met de strijd tegen de PP-corruptie en in verdediging van een socialistisch programma, dan was het mogelijk geweest om een einde te maken aan de regering-Rajoy en om een beslissende slag toe te brengen tegen het gediscrediteerde systeem, wat de weg zou openen voor de strijd voor een republiek in de rest van de Spaanse staat.

    Voor een verenigd front van de strijdbare linkerzijde in de strijd voor een arbeidersrepubliek

    Een van de resultaten die veel linkse activisten wellicht verbaasd heeft, was het feit dat JuntsxCat meer stemmen haalde dan de ERC en dat de CUP stemmen en zetels verloor. Het zou verkeerd zijn om de stemmen voor JuntsxCat te zien als politieke steun voor de rechtse PdeCat. Honderdduizenden jongeren, mensen uit de middenklasse en zelfs arbeiders die in het verleden tegen PdeCat (en de voorloper ervan) in actie kwamen, stemden voor JuntsxCat omdat ze Puigdemont zagen als iemand die tegen de staat inging en zich uitsprak tegen de repressie waarbij hij een strijd vanuit ballingschap organiseert. Velen zagen de lijst JuntsxCat als verbonden met de belangrijkste sociale beweging die voor onafhankelijkheid is, de ANC. De campagne was duidelijker in de verwerping van de repressie dan wat het geval was bij ERC-leiders als Forcadell, Rovira en Junqueras die stelden dat ze artikel 155 en de grondwet zouden aanvaarden. Bij de dreiging van een meerderheid voor de partijen die artikel 155 steunen, besloten veel kiezers om hun stem bij ERC en JuntsxCat te concentreren om een meerderheid voor de pro-onafhankelijkheidspartijen te garanderen.

    Het resultaat van de CUP toont ook aan dat het niet volstaat om enkel op verkiezingsmeetings te verklaren dat de republiek een sociale inhoud moet krijgen. Zoals we eerder uitlegden, hebben de kameraden van de CUP een belangrijke rol gespeeld in het referendum van1 oktober en in de strijd om het resultaat ervan te erkennen met de CDR comités (Comités in verdediging van de republiek) en op straat in het verzet tegen de repressie van PP, Ciudadanos en PSOE. Maar de CUP betaalt een prijs voor de fouten van de leiders die besloten om de PdeCat in de regering te steunen, voor besparingen te stemmen en doorgaans gewoon de andere pro-onafhankelijkheidspartijen achterna te lopen. Die koers werd ook op straat gevold in de weigering om een onafhankelijke strategie van strijd te ontwikkelen die hen zou losmaken van de PdeCAT en de strijd kan opnemen voor een arbeidersrepubliek in Catalonië. Onder druk van de basis werd een duidelijker bocht naar links genomen (zoals met de weigering om een verkiezingskartel met PdeCat te vormen), maar dit kwam te laat.

    Het scenario na de verkiezingen is een nachtmerrie voor de Spaanse en Catalaanse burgerij die dreigen met meer repressie en in de praktijk het resultaat van de verkiezingen niet erkennen. Ze behouden de dreiging om Puigdemont en andere ballingen te arresteren en de huidige politieke gevangenen blijven ook gewoon zitten. Artikel 155 is nog niet opgeheven. We moeten terug op straat komen en mobiliseren. De kracht hiervan werd op 11 november nog aangetoond. We hadden de straten nooit mogen verlaten. We moeten massaal mobiliseren en ondertussen eisen dat de ERC en JuntsxCat de strijd voor een Catalaanse republiek doorzetten en een reële sociale inhoud geven om de volledige Catalaanse arbeidersklasse over te winnen en om te vermijden dat de heersende klasse de werkenden kan verdelen met de demagogie van Arrimadas en Ciudadanos.

    De belangrijkste conclusie die uit deze verkiezingen kan getrokken worden, is dat de heersende klasse niet in staat was om de revolutionaire crisis te stoppen die begon met de overwinning van de massa’s tegen de repressie op 1 en 3 oktober. Dit verklaart waarom hun begrafenisgezichten op de verkiezingsavond, ondanks alle propaganda over Ciudadanos. Zelfs de Catalaanse leider Albiol moest de nederlaag erkennen toen hij stelde: “ze moeten hun overwinning snel vieren, want het zal maar vijf minuten duren.” Het reactionaire blok heeft een nederlaag geleden. De vraag is nu hoe de linkerzijde de strijd op straat zal organiseren voor een Catalaanse republiek die beantwoord aan de noden van de bevolking.

    Som Alternative (de fromatie rond Alberto Dante Fachin die uit Podemos werd geduwd wegens zijn steun aan de beweging) en de CUP kunnen een belangrijke rol hierin spelen. Een verenigd antikapitalistisch front van de linkerzijde is nodig met een oproep aan de basis van Catalunya en Comu om te breken met de politiek van de leiding in deze campagne en een programma te verdedigen dat de strijd voor nationale bevrijding verbindt met socialistische maatschappijverandering.

    Voor een arbeidersrepubliek Catalonië!

  • Massale revolte tegen nationale en sociale onderdrukking in Catalonië

    Foto: Mario

    De afgelopen maanden waren er massale mobilisaties in Catalonië voor het recht om zelf te beslissen, voor de verdediging van het referendum over onafhankelijkheid en een Catalaanse republiek, en daarna tegen het autoritaire en repressieve tegenoffensief van de Spaanse regering. De gebeurtenissen namen enorme proporties aan en ontwikkelden aan grote snelheid. Wat in Catalonië gebeurt, heeft gevolgen voor de hele Europese Unie. In dit dossier schetst Marissa van LSP-Brussel de context van de sociale en politieke crisis rond de nationale kwestie in Catalonië en gaat ze in op enkele elementen die onderbelicht blijven in de gevestigde media.

    Sociale en nationale kwestie zijn met elkaar verbonden

    2010. De economische crisis treft de werkenden en jongeren in Catalonië en heel Spanje al enige tijd. Dit is ook het jaar dat de CiU (Convergentie en Unie, waarvan een vleugel vervolgens de liberale onafhankelijkheidspartij PDeCAT gaat vormen: de Democratische Europese Catalaanse Partij van Carles Puigdemont) opnieuw aan de macht komt in de regionale regering van Catalonië. Eerder was de partij van 1980 tot 2003 aan de macht. De regering onder leiding van Artur Mas voert een beleid dat gelijkaardig is aan dat van de conservatieve Partido Popular (PP) in de rest van de Spaanse staat: op de sociale budgetten werd 17% bespaard tussen 2010 en 2015, in het onderwijs verdwenen 15% van de middelen en in de zorg 14%. De middelen voor huisvesting werden helemaal gekortwiekt: er werd 60% wegbespaard.

    De mobilisaties tegen de besparingen waren erg groot in Catalonië. Ze behoorden tot de sterkste van heel de Spaanse staat. Tijdens de algemene staking van 2012 lagen de volledige industrie en het openbaar vervoer in Catalonië plat. Er ontstonden een reeks actiegroepen en platformen ter verdediging van de openbare diensten. Het is in Catalonië dat het PAH, Platform van slachtoffers van hypotheekkredieten (tegen uithuiszettingen), ontstaat. De woordvoerder van PAH was Ada Colau, de huidige burgemeester van Barcelona. In juni 2011 werd het Catalaans parlement omsingeld door de beweging van Indignados. Het protest tegen de stemming van een nieuwe besparingsbegroting maakte dat Artur Mas enkel met een helikopter naar het parlement kon.

    Het besparingsbeleid wordt ook op nationaal vlak doorgevoerd door de PP-regering. De stelling dat de PP een fabriekje voor onafhankelijkheidsgezinden is, werd een populair gezegde. Samen met het harde besparingsbeleid voerde de PP ook een offensief tegen democratische rechten van historische nationaliteiten, zoals Baskenland, Galicië en vooral Catalonië. Er waren permanent provocaties via de media, het leger, de politie en het gerechtelijk stelsel. Het overstijgt het niveau van de anecdotes: de opeenstapeling van provocaties bepaalt mee het politieke klimaat in Catalonië.

    Om haar electorale basis te consolideren heeft de PP in het bijzonder ingespeeld op de taalkwestie. Dit heeft geleid tot meer verdeeldheid en spanningen. Zo was een van de centrale doelstellingen van de onderwijshervorming het “verspaansen van de Catalaanse leerlingen.” In 2013 probeerde de PP-regering op de Balearen (een van de autonome regio’s van de Spaanse staat waar Catalaans wordt gesproken) niet alleen om lesuren in het Catalaans af te schaffen, maar werd het anti-Catalanisme ook gebruikt tegen een staking van onbepaalde duur van de leerkrachten in het openbaar onderwijs. Nog op de Balearen kwam er een wet tegen de aanwezigheid van Catalaanse vlaggen aan publieke gebouwen. Boetes voor dergelijke vlaggen kunnen oplopen tot 10.000 euro.

    Tijdens de mobilisaties tegen het besparingsbeleid, barstte de nationale kwestie in 2012 uit met een massale betoging op de nationale feestdag van Catalonië. Volgens de politie waren er op die 11de september tussen 1,5 en 2 miljoen betogers. In de peilingen was er toen een opmerkelijke toename van het aantal voorstanders van onafhankelijkheid. Het is pas na deze massale betoging dat de voorloper van de PDeCAT beslist om de eis van onafhankelijkheid op te nemen en om zich aan het hoofd van de beweging te plaatsen. Het was in wezen een vlucht vooruit om het eigen vel te redden op een ogenblik dat het besparingsbeleid de populaire steun sterk had ondermijnd.

    De werkenden en jongeren zijn dit besparingsbeleid zeker nog niet vergeten. Catalonië is goed voor ongeveer 20% van het BBP en de export van de Spaanse staat, maar deze rijkdom komt niet iedereen ten goede… Het gemiddeld gezinsinkomen in Catalonië is sinds het begin van de crisis met 20% afgenomen. De werkloosheidsgraad bedraagt 13,7%. Dat is minder dan het Spaanse gemiddelde van 17,2%, maar het blijft heel veel in vergelijking met het Europese gemiddelde. Catalonië is de regio met de hoogste graad van kinderarmoede, het hoogste inschrijvingsgeld voor het hoger onderwijs en het grootste aantal uithuiszettingen wegens wanbetaling van huur of hypotheek.

    Enkel massabeweging kan het recht op zelfbeschikking verdedigen

    Delen van de werkende bevolking waren terughoudend om aan te sluiten bij de mobilisaties voor het recht op zelfbeschikking omwille van de leidinggevende positie van de PDeCAT daarin. Dit veranderde echter met het referendum van 1 oktober 2017. De spanningen liepen in de dagen ervoor al op. Met de beslissing van het Grondwettelijk Hof en het repressief optreden van de politie en de Guardia Civil (rijkswacht) werd geprobeerd om het referendum volledig te stoppen. Wie zich afvroeg of er sprake is van nationale onderdrukking in Catalonië kreeg er een wel erg concreet voorbeeld van te zien: inbeslagname van propaganda, huiszoekingen in drukkerijen, arrestatie van jongeren die affiches voor een ja-stem ophingen, dreiging van strafrechtelijke sancties tegen een honderdtal burgemeesters, arrestatie van 14 hooggeplaatste verantwoordelijken van de Catalaanse regering, voogdijschap over de financiën van de regionale regering.

    Ondanks de dreigementen toonde de bevolking een indrukwekkende moed bij de verdediging van het recht om te stemmen. Er werden Comités voor de Verdediging van het Referendum opgezet om de scholen waar gestemd zou worden te bezetten en te beschermen tegen politie-interventies. Om de inbeslagnames tegen te gaan, verstopten mensen stembussen bij hen thuis. De dokwerkers hielden een algemene personeelsvergadering waarop ze beslisten om de ferry’s met duizenden politieagenten en leden van de Guardia Civil niet te behandelen in de haven van Barcelona. De brandweer kondigde de bevolking te zullen  verdedigen tegen de politierepressie. Landbouwers deden hetzelfde met hun tractoren. Straatverkopers zonder papieren stelden voor om stembiljetten te drukken, als ‘illegalen’ konden ze daar moeilijk voor vervolgd worden.

    Op de dag van het referendum waren er uitzonderlijk sterke mobilisaties. Ondanks het brutale politiegeweld hielden de mensen de scholen open, werden stembussen verdedigd en werden aanvallen door de politie afgeblokt waarbij vreedzaam werd geprotesteerd tegen de matrakken. Op 1 oktober werd de echte krachtsverhouding tussen de massabeweging en de repressieve macht van de staat duidelijk. De massabeweging verdedigde het recht om te beslissen op basis van de eigen krachten. Meer dan 2,2 miljoen mensen namen deel aan het referendum, ondanks de aanwezigheid van tienduizenden agenten en rijkswachters. De opkomst lag zelfs hoger dan bij de Europese verkiezingen van 2014! Het aantal stemmen voor een Catalaanse republiek liep op tot 90%. Meer mensen stemden nu voor onafhankelijkheid dan er mensen voor het bestaande Catalaanse autonome statuut stemden in 2006. De legitimiteit van de stemming kan dus moeilijk betwist worden. Wat volgde maakte echter duidelijk dat “democratie” niet werkt als het ingaat tegen wat de heersende klasse wil. In het Griekse referendum in 2015 stemde 61% tegen het besparingsprogramma van de trojka (Europese Commissie, Europese Centrale Bank en Internationaal Monetair Fonds). De Griekse regering legde dit mandaat van de bevolking echter naast zich neer.

    Los van de cijfers was het vooral indrukwekkend om te zien hoe de werkenden en jongeren op basis van massamobilisatie in staat waren om hun democratische rechten te verdedigen. Dat is wat we op 1 oktober zagen. Het ging om veel meer dan het recht op zelfbeschikking. Werkenden en jongeren die niet voor onafhankelijkheid zijn of die twijfelden om in actie te gaan, trokken toen op straat om de rechten van de bevolking tegen de repressie te verdedigen. Het ging om een kwalitatieve verandering in de Catalaanse klassenstrijd. Dit werd nog scherper gesteld met de historische algemene staking van 3 oktober. De mogelijkheid om tot een Catalaanse republiek te komen via een revolutionaire massamobilisatie en de beslissende rol van de arbeidersbeweging zorgden voor een algemene paniek bij de PP en de heersende klasse. Het aanvankelijke doel van de PP was een vernedering van Catalonië om een voorbeeld te stellen, net zoals de trojka in 2015 Griekenland wilde afstraffen omdat de bevolking een regering verkoos die beloofde om te breken met het besparingsbeleid.

    De terugkeer van de Franquistische erfenis

    De PP en de heersende klasse hebben niet lang gewacht met hun antwoord. Enkele dagen na de algemene staking van 3 oktober was er in Barcelona een betoging van extreemrechtse lagen in de bevolking, ondersteund door de PP, Ciudadanos (een rechts-liberale partij) en verschillende fascistische groeperingen. Er waren ongeveer 350.000 aanwezigen, een pak minder dan op 1 en 3 oktober. Bovendien kwamen veel rechtse betogers van buiten Catalonië. De leiders van de PSOE (Spaanse sociaaldemocratie) en de PSC (Catalaanse sociaaldemocratie) namen deel aan deze reactionaire betoging die een uitdrukkelijke steunbetuiging was voor het politiegeweld tegen de democratische en nationale rechten van de Catalaanse bevolking.

    Het reactionaire blok van Mariano Rajoy, de PP-premier in de Spaanse staat, gebruikte alle mogelijke middelen om een nooit geziene intimidatiecampagne op te zetten. De Catalaanse burgerij verhoogde de druk met de verhuis van meer dan 2.000 hoofdzetels van bedrijven uit Catalonië. Deze verhuis werd mee mogelijk gemaakt door een vereenvoudiging van de toepasselijke nationale wetgeving. Maar ondanks dit alles slaagde Spaans-nationalistische reactie er niet in om de steun van de meerderheid van de bevolking, laat staan van de werkenden, te krijgen.

    De beslissing om leiders van twee onafhankelijkheidsbewegingen, ANC en Omnium, gevangen te zetten wegens hun deelname aan een spontane mobilisatie tegen de repressie nog voor het referendum, was de opstap naar een repressieve escalatie. Deze gevangenzetting is een directe aanval op de vrije meningsuiting, het recht om te betogen en het recht op organisatie. Deze aanval kan hierna gebruikt worden tegen elke vakbondsleider, elke jongerenbeweging of elke sociale beweging tegen de uithuiszettingen of tegen andere vormen van sociale onrechtvaardigheid.

    Op 21 oktober besloot Rajoy om zijn ultieme wapen in te zetten: artikel 155 van de Grondwet. In werkelijkheid gaat het om een antidemocratische staatsgreep waarmee de autonomie en de regering van Catalonië aan de kant geschoven worden. Een rechter besliste om acht Catalaanse ministers naar de gevangenis te verwijzen, ook dat was een belangrijke aanval. De strategie van Rajoy geniet de steun van het koningshuis en van Ciudadanos, maar ook van de PSOE-leiders. Kortom van het regime van 1978, het overgangsregime dat na de dictatuur van Franco werd ingesteld. Vandaag proberen ze het conflict te kanaliseren in vervroegde Catalaanse verkiezingen op 21 december. Rajoy hoopt daarmee een democratischer imago te geven aan de repressie. De methoden en het tot hiertoe gebruikte geweld sluiten op directe wijze aan bij het collectieve geheugen over de Franquistische methoden.

    Het staat buiten kijf dat er nog heel wat overblijfselen van de dictatuur van Franco bestaan. Na de dood van Franco was er onder miljoenen arbeiders en jongeren een roep naar een socialistisch alternatief en ontstond de mogelijkheid van een revolutionaire strijd voor een samenleving waarin de kapitalistische klasse niet langer nodig was. De Franquistische ministers werden ‘democraten’ en sloten een akkoord met de toenmalige linkse leiders van de PCE (Communistische Partij) en de PSOE. De PCE verried het revolutionair potentieel in ruil voor democratische hervormingen waarbij de burgerij de macht kon behouden. Het ging om een achterkamerakkoord zonder actieve deelname van de massa’s. Het akkoord hield tegelijk in dat de Franquisten geen rekenschap moesten afleggen voor hun rol. De Grondwet van 1978 was de wettelijke uitdrukking van het akkoord.

    Die Grondwet erkende democratische vrijheden en rechten die voorheen reeds afgedwongen waren door massamobilisaties.  In ruil voor die rechten kwamen er een ‘parlementaire monarchie’ met een door Franco aangestelde koning en een amnestiewet waardoor de misdaden van het Franquisme onbestraft bleven. Er kwam geen zuivering van het staatsapparaat: zowel in het gerechtelijk apparaat, de politie als het leger bleven de oude Franquisten op post. Het recht op zelfbeschikking van Catalonië, Baskenland en Galicië werd genegeerd. De Grondwet schreef zich in de oude slogan van de dictatuur in: een eengemaakt groot Spanje. Er werden bovendien uitzonderingsmaatregelen voorzien, zoals artikel 155 van de Grondwet, om staatsgeweld mogelijk te maken indien een element van het regime van 1978 in vraag gesteld wordt.

    De rol van marxisten in de nationale kwestie

    Het akkoord van 1978 kreeg het al zwaar te verduren door de beweging van Indignado’s in 2011. Dat was een brede beweging die de autoriteit van de politieke vertegenwoordigers en hun instellingen betwistte. Van bij het ontstaan van Podemos in 2014 pleitte deze nieuwe politieke formatie doorgaans voor een breuk met het regime van 1978. Dit zorgde voor heel wat enthousiasme bij de parlementsverkiezingen. Voor het eerst verdedigde een linkse partij het recht op zelfbeschikking in het verkiezingsprogramma. Bij de nationale parlementsverkiezingen was Podemos de grootste partij in zowel Catalonië als Baskenland. Nu wordt dit punt uit het partijprogramma met de praktijk geconfronteerd.

    Podemos verdedigde de organisatie van een wettelijk referendum, wat betekent dat er een Spaanse regering, met Podemos, moet komen die de Grondwet verandert zodat een referendum met garanties mogelijk wordt. Voor Podemos is het dus aan de Spanjaarden om te beslissen of de Catalanen al dan niet het recht op zelfbeschikking hebben. Podemos koos er dus niet voor om zich op de massabeweging te beroepen om het recht op te eisen. In de praktijk zet Podemos het toepassen van artikel 155 op gelijke voet met de onafhankelijkheidsverklaring van de Catalaanse republiek. Jammer genoeg zal een dergelijke benadering de chauvinistische Spaanse campagne niet afremmen. Het laat ruimte voor een injectie van haat en verdeeldheid. Binnen Podemos is er heel wat onenigheid over deze kwestie. In Catalonië was er al een afsplitsing rond de vroegere algemeen-secretaris Albano Dante Fachin, die een correcter standpunt inneemt en een reëel recht op zelfbeschikking verdedigt.

    Een van de weinige linkse organisaties die concrete initiatieven nam om de beweging te organiseren, was de CUP (Candidatura d’Unitat Popular). Leden van die partij speelden een belangrijke rol in de Comités ter Verdediging van het Referendum, nadien omgevormd tot Comités ter Verdediging van de Republiek. Ze waren ook betrokken bij de organisatie van de staking van 8 november voor de vrijlating van politieke gevangenen en tegen artikel 155. Wij denken echter dat de CUP een fout maakt door de nationale kwestie voorrang te geven op de sociale kwestie. Dit leidt tot gevaarlijke situaties. Zo heeft de CUP in het verleden in naam van de onafhankelijkheid steun gegeven aan de rechtse PDeCAT en aan besparingsbegrotingen van Puigdemont. Toen Puigdemont op een meeting in Brussel zijn vrienden van de N-VA bedankte, ondermijnde hij overigens de mogelijke solidariteit van werkenden in België met de beweging in Catalonië.

    De verdediging van de Catalaanse republiek vereist de opbouw van eigen beslissingsorganen, naar het voorbeeld van de Comités ter Verdediging van de Republiek. Om daar zoveel mogelijk werkenden en jongeren bij te betrekken, moet een sociale inhoud aan de republiek gegeven worden. De Catalaanse republiek moet synoniem staan voor een verbetering van de levensvoorwaarden van de meerderheid van de bevolking door de uithuiszettingen te stoppen en massaal te investeren in kwaliteitsvolle en betaalbare huisvesting, openbare diensten, degelijke jobs voor iedereen, …

    De zusterorganisatie van LSP in Catalonië (Esquerra Revolucionaria) en de Spaanse staat (Izquierda Revolucionaria) verdedigt terecht het recht van de Catalaanse bevolking om over haar eigen toekomst te beslissen. Onze zusterorganisatie pleit voor een socialistische Catalaanse republiek die de dreiging van vertrekkende bedrijven beantwoordt met de nationalisatie van de banken en de sleutelsectoren van de economie onder democratische controle van de gemeenschap. Met de jongerenorganisatie Sindicat d’Estudiants werd actief gebouwd aan de beweging met acties en voorstellen om vooruit te gaan en isolement te vermijden.

    Brede lagen van de bevolking zijn bereid om op straat te komen. Dat zagen we nog met de betoging van 11 november waarop meer dan een miljoen mensen aanwezig waren. Esquerra Revolucionaria roept de linkse organisaties, zoals CUP, Podem, Catalunya en Comú en Som Alternativa (het initiatief van Fachin) op om een eenheidsfront te vormen gebaseerd op de Comités ter Verdediging van de Republiek en om samen een actieplan op te stellen voor een aangehouden massamobilisatie. Actieve mobilisatie is het beste antwoord op het reactionaire blok tijdens de verkiezingen van 21 december.

    Marxisten staan niet onverschillig tegenover nationale onderdrukking. We verdedigen het recht op zelfbeschikking, tot en met het recht op onafhankelijkheid. Het opzetten van nieuwe kapitalistische staten – met een eigen politie, leger, burgerij en meer grenzen – is echter geen oplossing voor de problemen van de werkenden en jongeren. Ons programma is dan ook dat van een socialistische Catalaanse republiek en een vrijwillige confederatie van socialistische republieken van volkeren en naties die vandaag de Spaanse staat vormen.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop