Your cart is currently empty!
Tag: arm en rijk
-
Miljardairs naar de ruimte: schaamteloze prestigeprojecten terwijl er enorme tekorten zijn

Het is jammer dat Jeff Bezos maar drie minuten in de ruimte zal zijn. Als hij een paar uur zou blijven, zou hij erachter komen dat astronauten de enige mensen zijn met slechtere toiletvoorzieningen dan Amazon-personeelsleden. Uit woede over de enorme ongelijkheid en de arbeidsomstandigheden van Amazon-personeel hebben 158.000 mensen een petitie ondertekend met de tekst ‘Sta niet toe dat Jeff Bezos terugkeert naar de aarde’ nadat hij op 20 juli in een baan om de aarde werd gelanceerd.
Door Manus Lenihan (Socialist Party – ISA in Ierland)
Is privé-initiatief van kapitalisten superieur?
In 1957 werd de eerste satelliet, de Spoetnik, gelanceerd vanuit de Sovjet-Unie. In 1961 volgde de eerste mens in de ruimte, Yuri Gagarin. Dit was een ongelooflijke prestatie voor een staat die slechts 20 jaar daarvoor door de Nazi’s was bezet, waarbij 27 miljoen mensen het leven hadden gelaten, en die dertig jaar daarvoor een half-middeleeuws land was met massaal analfabetisme.
Ondanks de monsterlijke heerschappij en dictatuur van een bureaucratische elite was de Sovjet-Unie een economie waarin de kapitalistische eigendomsverhoudingen waren afgeschaft en die gebaseerd was op staatseigendom en planning van haar belangrijkste grondstoffen. De economische besluitvorming was niet gebaseerd op de belangen van private winst. Tientallen jaren voordat Bezos en de zijnen de ruimte in vlogen, was de Spoetnik een indicatie van de potentiële superioriteit van een economie gebaseerd op planning in plaats van de chaos van het ‘vrije’ marktsysteem. Voor individuele kapitalisten zou het sturen van mensen naar de ruimte op korte termijn geen winst opleveren, vandaar dat zij niet in een dergelijk project investeren.
Zelfs in de Verenigde Staten, het land van het ‘vrije ondernemerschap’ en de rijkste kapitalistische economie ter wereld, was de verkenning van de ruimte alleen mogelijk met geld van de overheid. Maar deze oude door de staat geleide ruimtevaartprojecten zijn dinosaurussen. Meedogenloos ruimtevaartkapitalisme zou nu de weg vooruit zijn. Het winstoogmerk zou ons naar de sterren drijven. Vorig jaar stuurde Elon Musk een raket van de ene met overheidsgeld gefinancierde instelling (Kennedy Space Centre) naar de andere (het internationale ruimtestation). De private sector heeft een halve eeuw nodig gehad om de publieke sector in te halen en heeft dan nog steeds de publieke sector als hefboom nodig…
Verspilling van het systeem
Ondertussen strijden Richard Branson en Jeff Bezos om de eerste miljardair in de ruimte te worden. Branson haalde alles uit de kast om op 11 juli met een goedkopere en minder indrukwekkende vlucht de ruimte in te gaan, net voor de geplande lancering van Bezos. Bezos tweette zijn felicitaties, maar was waarschijnlijk ziedend van woede.
In 1969, het jaar van de eerste maanlanding, plaatste Gil Scott-Heron de enorme rijkdom die werd besteed aan de ruimtewedloop tegenover de sloppenwijk waarin zwarte mensen leefden:
A rat done bit my sister Nell.
(with Whitey on the Moon)
Her face and arms began to swell.
(and Whitey’s on the Moon)
I can’t pay no doctor bill.
(but Whitey’s on the Moon)
Ten years from now I’ll be paying still.
(while Whitey’s on the Moon)
Gil Scott-Heron kreeg het verwijt dat hij wel erg bitter was. Achteraf gezien bleek hij nog optimistisch. Tweeënvijftig jaar later kunnen mensen nog steeds hun medische rekeningen niet betalen. Ondertussen gaan de superrijken naar de ruimte.
De nieuwe ‘ruimtewedloop’ is zo verkwistend en dom dat zelfs Gil Scott-Heron er geen woorden voor zou hebben. In de jaren ’60 kon je tenminste beweren dat het de wetenschap en het welzijn van de mensheid bevorderde. Er was veel oprechte inspiratie en idealisme, het toonde de technologische mogelijkheden die de mensheid bezat.
Maar de huidige ‘ruimtewedloop’ is een PR-oefening. Het gebeurt zodat miljardairs kunnen poseren voor foto’s in ruimtepakken als astronauten in films, met één oog op hun retweets en het andere oog op hun beurswaardering. In de nieuwsberichten ligt de nadruk op ‘opschepperij’, niet op de laatste grens of het lot van de mensheid.
De hype van Virgin
Richard Branson’s methode is om het merk Virgin op elk product te plakken, zodat mensen het kopen uit naamsbekendheid. Hij bouwt die naamsbekendheid op door te bluffen en stunts uit te halen – zoals 80 kilometer de lucht in vliegen zodat hij kan doen alsof hij één of andere ruimteverkenner is. Het idee is dat de klant zal zeggen: ‘Wat is dit, Virgin-merk cryptocurrency? Oh ja, Virgin. Degenen die de ruimte in gingen.’ Dit is zestig jaar na Yuri Gagarin, niet zo hoog als hem en niet zo lang.
Er is een praktisch doel voor de ruimtewedloop van de miljardairs. Maar het is niet voor de wetenschap of de mensheid. Het gaat om het creëren van een nieuwe toeristische markt waarvan het belangrijkste verkoopargument is dat 99% van de mensheid het zich niet kan veroorloven. Virgin Galactic (wat een grandioze naam) heeft al 600 tickets verkocht voor 200.000 dollar per stuk en Bezos veilde een stoel in zijn vaartuig voor 28 miljoen dollar.
Bezos zei over zijn vlucht: “Als je de aarde vanuit de ruimte ziet, verandert dat je. Het verandert je relatie met deze planeet, met de mensheid. Het is één aarde.” De komende jaren zullen steeds meer rijke mensen de ruimte in gaan, en als ze terugkomen op aarde zullen ze zich bezighouden met allerlei vervelende clichématige verklaringen. Als Bezos echt eens nederigheid wil kennen, moet hij maar eens een fles of plastic zak gebruiken om zijn gevoeg te doen omdat er aan de band geen tijd is om echt naar het toilet te gaan. Dan zal hij een ervaring met zijn personeelsleden delen.
Sommigen klagen dat de miljardairs ons achterlaten en naar de ruimte gaan in plaats van de problemen hier op aarde op te lossen. Dat is niet volledig correct. Ten eerste profiteren de rijken van de meeste problemen en kunnen ze zich uit andere problemen kopen, dus het is duidelijk dat ze die niet gaan oplossen. Ten tweede, het vergt ongelooflijk veel werk hier op aarde om één persoon in de ruimte in leven te houden. Op aarde zouden ze straatarm zijn zonder de arbeid van duizenden arbeiders. In de ruimte zouden ze niet arm zijn, ze zouden dood zijn. Dus ze kunnen ons niet ‘achterlaten’. Ten derde, ze zijn niet echt bezig met het opzetten van kolonies op Mars. Ze zweven gewoon rond in een baan om de aarde voor een paar minuten. Zelfs met al hun rijkdom, is dat het beste wat ze kunnen doen.
Een vervagende autoriteit
Prestigeprojecten zijn verbonden met de psyche van onze heersende klasse, een manier om hun vervagende autoriteit te versterken en te heersen over de rest van ons gewone stervelingen. Dit is vooral nodig in een periode van voortdurende crisis, veroorzaakt door hun kapitalistisch systeem, of het nu gaat om economische, ecologische of sociale crisis. Laten we niet vergeten dat dit een systeem is dat miljardairs naar de ruimte kan sturen terwijl 785 miljoen mensen geen toegang hebben tot schoon water.
Er moet een einde komen aan de heerschappij van deze miljardairs en aan het kapitalisme. We hebben een socialistische wereld nodig, waarin technologie kan worden gebruikt, door middel van publiek eigendom en democratische planning door de werkende massa’s, om ons leven helemaal te veranderen, terwijl we onze prachtige planeet genezen en in stand houden.
-
Bel20-managers: €2,64 miljoen/jaar. Essentiële werkenden strijden voor €14/u

De topmanagers van Bel20-bedrijven verdienden vorig jaar gemiddeld 2,64 miljoen euro. Dat is 220.000 euro per maand, een bedrag waarvoor een gemiddelde werkende een appartement kan kopen om 20 jaar af te betalen. Toch zijn de topmanagers niet opgezet: voor het eerst sinds jaren gingen ze er niet vooruit. Gemiddeld ging hun jaarloon er met 0,2% op achteruit. In de VS gingen de topmanagers van de grootste 322 beursgenoteerde bedrijven er wel op vooruit: hun mediaaninkomen steeg met 7% in 2020 tot 13,7 miljoen dollar.
Bij UCB verdiende de CEO 126 keer zoveel als de minst betaalde werknemer. UCB-topman Jean-Christophe Tellier was goed voor een jaarloon van 6,8 miljoen euro. Hij ging er met 19,3% op vooruit. Daarmee nam hij het tweede hoogste jaarloon naar huis. Enkel de CEO van Argenx gaat hem voor met 7,1 miljoen euro. John Porter van Telenet sluit de top drie met 6 miljoen euro. De grootste verliezer in de lijst is Carlo Britto van ABInBev die 68% moest inleveren om nog 1,3 miljoen euro over te houden. De topmanager uit de Bel20 met het ‘laagste’ jaarloon verdiende 678.200 euro, ook nog steeds 56.000 euro per maand.
Terwijl er voor de ‘concurrentiepositie’ van onze lonen steeds naar beneden wordt gekeken, geldt voor topmanagers het omgekeerde. Wij zouden ‘te duur’ zijn en ons loon is een ‘kost’ die zo laag mogelijk gehouden moet worden, terwijl hun jaarlonen pas ‘competitief’ zijn als ze zo hoog mogelijk zijn. Het resultaat is een oplopende loonspanning: het verschil tussen de hoogste en laagste lonen. Socialisten willen meer gelijkheid. Dat betekent niet dat iedereen exact hetzelfde moet verdienen. Een maximale loonspanning van één op vier zou echter toch moeten volstaan. Als een gewone werkende een normaal loon heeft, dan kan iemand met een erg stresserende job en veel verantwoordelijkheden maximaal vier keer dit normale loon verdienen. Een ‘normaal’ loon zou uiteraard minstens 14 euro per uur moeten bedragen. Met een maximale loonspanning van één op vier zou een topmanager in dat geval aan een maximaal jaarloon van net geen 130.000 euro komen (indien het normale loon ook een 13e maand omvat). Dat is 1/20e van het gemiddelde jaarinkomen van een topmanager vandaag.
Een maximale loonspanning is voor de topmanagers uiteraard niet aanvaardbaar. Zelfs de verplichting om de loonspanningsratio te publiceren, vindt de zakenkrant De Tijd “populistisch” en een getuige van “afgunstcultuur.” De krant schreef nog: “Topvoetballers mogen veel verdienen. Heel veel. Maar als een topmanager aardig wat opstrijkt, wordt hij als een graaier neergezet, ook als hij fraaie resultaten aflevert.” Helaas is topsport inderdaad voor een groot deel overgenomen door commerciële belangen en winstmotieven die maken dat er onwaarschijnlijke toplonen zijn voor enkelingen, terwijl veel andere sporters niet vergoed worden en het met barslechte infrastructuur moeten stellen. Het is uiteraard geen toeval dat de spreekbuis van de topmanagers opnieuw uitkijkt naar andere groepen in de samenleving die ‘aardig wat opstrijken’.
Als gewone werkenden dergelijke vergelijkingen maken, wordt het door dezelfde topmanagers eveneens als “populistisch” bestempeld. Schoonmakers, winkelbedienden in supermarkten, zorgpersoneel … die meer loon en betere arbeidsvoorwaarden eisen voor de fraaie resultaten die ze het afgelopen jaar hebben neergezet, zijn volgens de managers en hun kranten onverantwoord. Het voorbije jaar van ernstige gezondheidscrisis heeft nochtans duidelijk gemaakt dat voorheen als minderwaardig bestempelde jobs eigenlijk essentieel zijn om de samenleving recht te houden. Het waren niet de topmanagers voor wie een jaar geleden geapplaudisseerd werd…
Na al het fraai werk dat gewone werkenden de afgelopen maanden geleverd hebben, zou het optrekken van het minimumloon tot 14 euro per uur toch normaal moeten zijn? Dat is geen kwestie van afgunst en evenmin van populisme. Het gaat zelfs niet over ‘aardig iets opstrijken’, maar om het recht op een inkomen waarmee een normaal leven mogelijk is.
-
Wie zal de crisis betalen?

Neen, we zitten niet allemaal in hetzelfde bootje… (Foto: Pixabay) De gezondheidscrisis gaat samen met een economische crisis. Duizenden jobs zijn bedreigd en honderdduizenden mensen verloren inkomen als gevolg van de crisis. De sociale zekerheid draait op volle toeren. De regeringen voorzien steun aan bedrijven. Maar wie zal de rekening gepresenteerd krijgen?
Artikel door Geert Cool uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
Als het van de bazen en hun politiekers afhangt, is het antwoord op die vraag eenvoudig. Diegenen die betaald hebben voor de vorige crisis, de financiële crisis van 2008-09, moeten er nu maar opnieuw voor opdraaien. Je kan toch niet aan de grote bedrijven vragen dat ze net op dit ogenblik meer bijdragen aan de gemeenschap? Om deze boodschap wat minder scherp te stellen, wordt desnoods gezegd dat we allemaal in hetzelfde bootje zitten en het allemaal met wat minder zullen moeten doen. Dat is neoliberale propaganda die niet strookt met de werkelijkheid: we zitten niet in hetzelfde bootje en na de vorige crisis ging de meerderheid van de bevolking erop achteruit terwijl de rijksten wel nog steeds rijker werden.
Na de vorige crisis lieten de opeenvolgende regeringen, in het bijzonder de rechtse regering-Michel, de werkenden en hun gezinnen een zware prijs betalen. We kregen een verhoging van de pensioenleeftijd, een indexsprong, verdere besparingen op sociale bescherming en openbare diensten … Na een gezondheidscrisis waarin de werkenden tonen wie alles doet draaien, zal een herhaling hiervan moeilijk liggen. Tenzij we de publieke opinie in slaap laten wiegen natuurlijk. Het establishment is daar al volop mee bezig. Zo hoorden we een econoom pleiten voor een taks op ouderen of zagen we op VRT en VTM een ‘groot debat’ met enkel rechtse politici en naast medische experts enkel patronale woordvoerders.
De enorme ongelijkheid maakt dat er een brede steun is voor het idee om de rijksten meer te doen betalen. Toch kreeg een voorstel van de PVDA voor een coronataks op de superrijken in het parlement enkel de steun van de PS. SP.a en Groen onthielden zich omdat het voorstel zogezegd ‘te snel’ was opgemaakt. Rechts stemde tegen. Op de VRT lieten ze Tom Van Grieken (Vlaams Belang) 1 mei toelichten, maar de poging van extreemrechts om zich ‘sociaal’ voor te doen reikt niet verder dan retoriek gericht op verdeeldheid. In dit parlement zal een voorstel voor een vermogensbelasting het niet halen zonder voldoende druk vanuit de samenleving. Dat vereist een campagne die de passieve steun voor een vermogensbelasting omzet in een actieve strijd om het ook effectief af te dwingen.
Wij zijn voorstander van een miljonairstaks, een vermogensbelasting op de superrijken. De rechterzijde wierp ook nu in het debat op dat dit tot kapitaalvlucht zou leiden. Origineel is dat argument niet, maar het klopt dat de superrijken hun voorrechten niet zomaar zullen afstaan. Ze hebben een legertje fiscale specialisten ter beschikking om grote vermogens door te schuiven naar die plaats waar er het minst aan de gemeenschap moet bijgedragen worden. In 2019 vertrok vanuit ons land maar liefst 172,3 miljard euro naar allerhande belastingparadijzen. We mogen niet naïef zijn: de kapitalisten zullen er alles aan doen om niet te moeten bijdragen.
Een miljonairstaks zou zeer welkom zijn, maar vereist volledige opheffing van het bankgeheim, een sluitend vermogenskadaster en de mogelijkheid om te onteigenen. Gezien hun gewicht in de maatschappij zou het absurd zijn daar niet meteen de nationalisatie van de financiële sector en de grote bedrijven onder democratische controle en beheer van de werkende bevolking aan te koppelen. Dan pas zou een miljonairstaks zijn reële betekenis krijgen: niet als illusie voor een sociaal beheerd kapitalisme, maar als overgangsmaatregel in het kader van de socialistische omvorming van de maatschappij.
Een vermogensbelasting kan de curve van de ongelijkheid afvlakken. Maar zolang het kapitalistische virus de wereld in zijn greep houdt, zal de tendens tot toenemende ongelijkheid steeds weer opduiken. Er is een vaccin nodig: maatschappijverandering. Om dat vaccin te ontwikkelen, moeten we alle beschikbare strijdlust en organisatietalenten van de arbeidersklasse bijeenbrengen op basis van een socialistisch programma.
Neen, we zitten niet allemaal in hetzelfde bootje…
- Jeff Bezos, de rijkste man ter wereld, heeft niet te klagen over de Corona-crisis. Zijn bedrijf Amazon doet het uitstekend nu er meer pakjes besteld worden. Dit heeft niet geleid tot loonsverhogingen voor het Amazon-personeel. De grote baas hield alles voor zich: Bezos werd 25 miljard dollar rijker en zag zijn vermogen aangroeien tot 138,5 miljard dollar. En dan is 14 euro per uur als minimaal basisloon niet betaalbaar in de distributiesector?
- In 2019 werd een record bedrag aan militaire uitgaven gedaan. Het ging om maar liefst 1917 miljard dollar, dat is bijna een verdubbeling op 30 jaar tijd. Aan gezondheidszorg wordt slechts vier keer meer uitgegeven. Deze militaire uitgaven komen neer op 249 dollar per persoon. Hoeveel ziekenhuizen kan je bouwen met 1917 miljard dollar? Hoeveel sociale bescherming kan ontwikkeld worden? Het kapitalisme investeert liever in oorlog en vernieling, dan in vooruitgang van de meerderheid van de bevolking.
- De rijken werden ook in ons land rijker. Tussen 2014 en 2017 zagen enkel de 20% rijksten hun vermogen aandikken, al de rest ging erop achteruit. Vooral jongeren, huurders, laaggeschoolden en werklozen verloren terrein. De achteruitgang van die groepen was telkens sterker dan het Europese gemiddelde. In de Covid-19 crisis zal deze tendens niet ombuigen: terwijl de superrijken zichzelf konden isoleren op hun luxe-yacht of in een ruime villa met bijhorende tuin, stonden de armsten in steeds langere rijen aan de voedselbanken aan te schuiven. Bij de voedselbanken steeg het aantal hulpzoekenden met 42%.
-
Allemaal in dezelfde boot? Ongelijkheid neemt verder toe!

Foto: Jean-Marie Vermogensbelasting om de curve af te vlakken. Socialistische maatschappijverandering als vaccin
De huidige pandemie dreigt snel te escaleren tot een wereldwijde crisis. Terwijl het virus de wereld in zijn greep houdt, toont de rampzalige aanpak van onze overheid een aantal structurele zwakheden. De aanpak toont aan hoe slecht kapitalistische samenlevingen omgaan met een noodsituatie van deze omvang en intensiteit. Er wordt gezegd dat we allemaal in hetzelfde schuitje zitten. Dat klopt niet. Dat was niet het geval voor deze crisis en dat is door Covid-19 niet veranderd, integendeel. Zoals voorheen staat het politieke establishment niet aan de kant van de arbeiders. Progressieve Kamerleden hebben weinig macht tegenover de monopoliekapitalisten met hun lobby’s die de echte agenda dicteren en de wetgeving krijgen die ze willen.
Door Wim (Limburg)
De bedrijven in ons land hebben in het aanslagjaar 2019 voor 172,3 miljard euro aan betalingen naar de beruchtste belastingparadijzen gedaan. De 20% rijkste gezinnen hebben tussen 2014 en 2017 hun vermogen zien stijgen. Daardoor hadden zij 64% van het totaal netto vermogen in dit land, tegenover slechts 59% in 2014. De 80% anderen gingen er in dezelfde periode op achteruit. Wie ging er het meest op achteruit? Jongeren tussen 16 en 34 jaar (-38%), huurders (-31%), laaggeschoolden (-40%) en werklozen (-53%). Conclusie: terwijl de rijken rijker werden, vallen steeds meer mensen uit de boot. Al deze groepen gingen er veel sterker op achteruit dan het Europees gemiddelde.

De cijfers van de Nationale Bank: de netto rijkdom van de armste 20% tot en met de rijkste 20% gezinnen (in duizenden euro’s). Eerst het resultaat in 2014, erna in 2017. Enkel de 20% rijksten gaan erop vooruit… Ondernemingen die hinder ondervinden ingevolge de verspreiding van het coronavirus, kunnen in tegenstelling tot de rest van de bevolking steunmaatregelen vragen aan de FOD Financiën. Deze steunmaatregelen moeten financiële ademruimte geven en de schuldenaars toelaten om hun tijdelijke financiële moeilijkheden te overbruggen.
Maar welke ademruimte krijgt de rest van de Belgen? Sinds de uitbraak van het virus gaan er steeds meer mensen om hulp aankloppen bij de OCMW’s en de voedselbanken. De voedselbanken zagen een stijging van 42% aan nieuwe klanten. In Gent was er een verdubbeling van het aantal voedselpakketten op een jaar tijd. Mensen in armoede hebben ook moeilijker toegang tot zorg en dienstverlening. Probeer je kinderen maar eens online onderwijs te laten volgen als je amper toegang hebt tot een computer en internet (en als minister Weyts na weken van lockdown eindelijk met ‘gratis’ laptops komt waarvoor een grote waarborg moet betaald worden!) De laptops laten bovendien lang op zich laten wachten. Tijdens een acute crisis zoals nu dreigen ze totaal in sociaal isolement te verzeilen en essentiële hulp mis te lopen.
Buiten meer middelen voor de voedselbanken is een opheffing van acute maatregelen met grote impact zoals uithuiszettingen, afsluitingen van nutsvoorzieningen en beslagleggingen nodig om te vermijden dat mensen in nog moeilijker omstandigheden terecht komen. Dit mag niet beperkt worden tot erg tijdelijke maatregelen. Leefgeld en uitkeringen moeten ook toereikend zijn om levensmiddelen aan te schaffen.
De ongelijkheid neemt toe. Heel veel mensen steunen het idee om daar verandering in te brengen, bijvoorbeeld met een vermogensbelasting die de superrijken meer doet bijdragen aan de gemeenschap. LSP is voorstander van zo’n rijkentaks. De superrijken zullen echter niet zomaar toelaten dat aan hun rijkdom wordt geraakt: er moet een beweging opgebouwd worden om dit af te dwingen. Ongelijkheid is een essentieel kenmerk van het kapitalisme. Om tot meer gelijkheid te komen, is dus strijd tegen heel het systeem nodig. De curve kunnen we afvlakken met een door strijd afgedwongen vermogensbelasting op de superrijken, maar het vaccin tegen de toenemende ongelijkheid bestaat uit maatschappijverandering.
-
Bang van revolutie… Superrijken kopen bunkers in Nieuw-Zeeland
Bloomberg bracht recent een artikel dat op het eerste gezicht leest als een vervolg op The Walking Dead. Zie dit artikel. Het verhaal speelt zich af aan de rand van de planeet aarde, op een eiland dat Nieuw-Zeeland heet. De hoofdrolspelers zijn de 1% rijksten. Het verhaal is dat de wereld op een ramp afstevent. Er dreigen wereldoorlog, natuurrampen en wie weet zelfs een aanval door zombies waarbij miljarden mensen omkomen. De superrijken zijn voorbereid omdat ze bunkers gebouwd hadden op de meest vreedzame en afgelegen plaats ter wereld: Nieuw-Zeeland.
Door Toiya Shester, Socialist Alternative
Dit is echter geen filmscenario. Het is realiteit. Een klein aantal kapitalisten koopt grond in Nieuw-Zeeland om er ondergrondse bunkers te bouwen. Die verschillen in omvang en prijs per persoon, sommige zijn bijzonder groot en kunnen tot 300 mensen opvangen. Sommige bunkers kosten 8 miljoen dollar per persoon.
De mensen die deze bunkers bouwen weten dat mensen genoeg hebben van ongelijkheid, werkloosheid en het ontbreken van een gelijke verdeling van middelen. Ze bereiden zich voor op de komende sociale onrust door nu al schuilplaatsen te bouwen die ook van nut kunnen zijn bij natuurrampen. Het risico op dergelijke rampen is onder het kapitalisme immers fors toegenomen.
De Nieuw-Zeelandse regering probeert de aankoop van grond door voornamelijk Amerikaanse superrijken tegen te gaan. Daarmee wordt de oorspronkelijke bevolking immers verdrongen. Er zijn initiatieven voor een wet die buitenlanders verbiedt om grond te kopen.
Een bijzonder klein aantal mensen heeft een enorme rijkdom verzameld op basis van uitbuiting. Dit leidt tot de problemen die ze nu proberen te ontlopen. Deze rijkdom kan ook anders gebruikt worden: om de problemen op te lossen. De menselijke beschaving staat op een punt waar het mogelijk is om ernstig voorbereid te zijn op natuurrampen of epidemieën. Er zitten nu meer dan 30.000 mensen in opvang als gevolg van de orkaan Florence. Dat is vreselijk, maar met de klimaatveranderingen kan het nog erger worden. Het huidige systeem is niet in staat om het hoofd te bieden aan massale vluchtelingenstromen of de aftakeling van infrastructuur. De bouw van deze bunkers is een wansmakelijk voorbeeld van hoe miljardairs extravagante uitgaven doen. Het bevestigt de noodzaak om de superrijken te belasten zodat er middelen zijn voor de noden van de bevolking, met inbegrip van noodhulp onder democratische controle en de heropbouw van onze infrastructuur op basis van hernieuwbare energie. Het bevestigt de noodzaak om een einde te maken aan de heerschappij van de superrijken.
-
In plaats van te besparen op sociale zekerheid: Haal het geld waar het zit!
Het kapitalisme anno 2016 in cijfers: de 62 rijkste mensen bezitten evenveel als de helft van de wereldbevolking; 7600 miljard dollar zit verborgen op offshore bankrekeningen; van de 201 grootste bedrijven zijn er 188 actief in belastingparadijzen; die belastingparadijzen zorgen ervoor dat ontwikkelingslanden elk jaar minstens 170 miljard dollar aan inkomsten verliezen. Dat is de toestand van de wereld vandaag, volgens een nieuw rapport van Oxfam. En wat stelt Bart De Wever, schaduwpremier van de Belgische federale regering, dan voor? Nog meer op sociale zekerheid besparen.Artikel door Jarmo (Antwerpen) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
Dat België op deze globale situatie geen uitzondering is, weten we al langer dan vandaag. Grote Belgische bedrijven zijn bijzonder actief op offshore bankrekeningen en in belastingparadijzen. Geen enkele Belgische regering heeft daar de afgelopen decennia iets tegenover gesteld. Via notionele interestaftrek en andere gratuite cadeaus aan het patronaat, werd ook in België een ‘investeringsklimaat’ geschapen waarbij de allerrijksten nagenoeg geen belastingen betalen en wij voor hun winsten opdraaien door in te boeten op ons inkomen, onze sociale zekerheid en onze openbare diensten, gaande van onderwijs tot publieke zwembaden.Recent nog sloot de Belgische regering met 35 stinkend rijke multinationals een aantal deals – de zogenoemde excess profit rulings – die hen vrijstelden van belastingen. Dezelfde federale regering die de mond vol heeft van besparen en er niet voor terugdeinst om onze meest elementaire benodigdheden kapot te bezuinigen, schenkt vrijwillig haar grootste inkomstenbronnen weg aan dat deel van de bevolking dat barst van het geld. Zelfs voor de Europese Commissie (niet bepaald een links-socialistische denktank) was dat een brug te ver. Zij verklaarde de deals illegaal en verplicht België de misgelopen inkomsten terug te vorderen. Wanneer een werknemer of kleine zelfstandige belastingen moet terugbetalen, is er maar één optie: snel betalen. Voor een multinational gelden andere regels: minister van Financiën Van Overtveldt (N-VA) gaat in beroep tegen de beslissing van de Europese Commissie.
REGERING ZET DE STRIJD VOORT – AAN ONS OM HETZELFDE TE DOEN
Bart De Wever, voorzitter van de N-VA, laat er bij het begin van een nieuw kalenderjaar geen twijfel over bestaan: de oorlog tegen de werkende en werkloze bevolking van dit land moet tot het bittere einde doorgevoerd worden. Hij roept alle regeringspartijen op om hun verantwoordelijkheid daarbij op te nemen. Er moet méér bespaard worden. Wie denkt dat het Oxfam-rapport en de illegale belastingdeals De Wever tot inkeer hebben gebracht, dwaalt natuurlijk. Volgens De Wever is de sociale zekerheid de enige inkomstenbron die de regering nog rest.
De inschatting dat deze regering de belangen van de kleine zelfstandigen of kleine ondernemers dient, is compleet fout. Ook zij worden, samen met de arbeidersklasse, verpletterd in de heilige kruistocht ter verdediging van elke eurocent van de miljardenwinsten die het grootkapitaal maakt. Daar heeft deze regering werkelijk alles voor over. Ook het stakingsrecht – het enige wapen waarover de werkende bevolking in dit land beschikt – moet op de schop. De reden? Sterkere vakbonden zorgen er ook volgens IMF-onderzoekers voor dat de ongelijkheid wordt afgeremd. Afremmen kan niet voor De Wever die zelfs uithaalt naar zijn coalitiepartners die volgens hem niet enthousiast genoeg besparen: “Ik hoop voor 2016 dat iedereen nu op de trappers gaat staan, en niet voortdurend probeert om op de bagagedrager te gaan zitten.”
De val van deze regering en eender welke andere besparingsregering die erop zou kunnen volgen, is noodzakelijk om onze levensstandaard te verdedigen. Dit zal niet vanop de bagagedrager van De Wever en co bereikt worden, maar door onze strijd te organiseren zoals tijdens het actieplan eind 2014. Nog jaren van harde besparingen uitzitten, mag geen optie zijn. Voer samen met LSP strijd voor een socialistisch alternatief op de kapitalistische barbarij!
-
62 rijksten even rijk als armste 3,5 miljard. Een ander systeem is nodig
In de aanloop naar het Wereld Economisch Forum in Davos, een bijeenkomst van de financiële en economische elite, publiceert Oxfam traditiegetrouw een rapport over de kloof tussen arm en rijk. In 2014 werd vastgesteld dat de 85 rijksten even rijk waren als de helft van de wereldbevolking, vorig jaar dat de 1% rijksten meer bezaten dan de 99% anderen. Dit jaar is het meest opvallende cijfer dat van de 62 rijksten die even rijk zijn als de armste helft van de wereldbevolking.
De rijkdom van de armste helft van de wereldbevolking is er tussen 2010 en 2015 met maar liefst 41% op achteruit gegaan. De 62 rijksten zagen hun vermogen in dezelfde periode met 500 miljard dollar toenemen tot een duizelingwekkende 1.760 miljard dollar, het ging om een stijging met 44%. Waar er in 2010 nog 388 superrijken nodig waren om de rijkdom van de armste helft van de wereldbevolking te evenaren, is dit nu al afgenomen tot 62. Sinds de eeuwwisseling waren de 1% rijksten goed voor de helft van de totale toename van rijkdom. Anders gezegd: de scherpe concentratie van rijkdom in handen van slechts enkelen zet zich versneld door.

Grafiek van Oxfam Op topbijeenkomsten zoals het Wereld Economisch Forum betuigen wereldleiders gemakkelijk lippendienst aan de strijd tegen ongelijkheid, maar maatregelen kunnen ze uiteraard niet voorstellen. Of er een element van slechte wil meespeelt, weten we niet en is ook niet van doorslaggevend belang. De groeiende ongelijkheid zit immers ingebakken in het kapitalistische systeem. Zelfs met een stevige portie goede wil, kan de ongelijkheid niet aangepakt worden zonder ook het systeem zelf te bestrijden. (zie ons dossier: van waar komt ongelijkheid?)
Dat er van het Wereld Economisch Forum niets moet verwacht worden, blijkt uit de vaststelling van Oxfam dat negen op de tien bedrijven die partner van het WEF zijn in minstens één belastingparadijs aanwezig zijn. Belastingontduiking, al dan niet legaal, door grote bedrijven zou de ontwikkelende landen minstens 100 miljard dollar per jaar kosten.
Oxfam merkt terecht op: “In een wereld waar een op de negen kinderen elke avond met honger naar bed gaan, kunnen we de rijksten niet blijven een steeds groter deel van de koek geven.” Oxfam stelt maatregelen voor, zoals strijd tegen belastingontduiking, investeringen in openbare diensten en hogere lonen voor de laagst betaalde werkenden. Wij zijn daar ook voorstander van.
Om het te realiseren, moeten we echter het volledige systeem bestrijden. Zoals we opmerkten in ons dossier over ongelijkheid: “Ongelijkheid is inherent aan het kapitalisme. Het is geen foutje van het systeem, maar een systeem dat fout is. Uiteindelijk staan de belangen van een kleine elite centraal. Belangen die ze door haar bezit van de sleutelsectoren van de economie en de bijhorende politieke macht ook kan behartigen.”
Wij komen op voor een socialistisch alternatief, een systeem waarin democratisch wordt beslist over wat en hoe er wordt geproduceerd en waarin bijgevolg de sleutelsectoren van de economie in handen van de gemeenschap zijn. De studie van Oxfam bevestigt dat er voldoende middelen zijn om iedereen een degelijk leven aan te bieden – de superrijken zouden 7.600 miljard dollar in belastingparadijzen geparkeerd hebben. Waarop wachten om de strijd voor een ander systeem aan te gaan? De elite zal de macht niet vrijwillig uit handen geven, we moeten ons organiseren en botsen daarbij op alle verdegingsmethoden van de elite. Maar zoals de studie van Oxfam ook bevestigt, hebben wij de kracht van ons aantal. Doe mee met LSP!
-
Debat over basisinkomen. Hoe iedereen een leefbaar inkomen garanderen?

In Seattle voerden de linkse socialisten een offensieve campagne voor een hoger minimumloon. Dit leverde resultaat op, het minimumloon van 15 dollar per uur werd effectief afgedwongen. Zowat 15% van de Belgen leeft in armoede, veel jongeren worden veroordeeld tot nepjobs (eigenlijk tot neplonen voor echte jobs), … Tegelijk waren er nog nooit zoveel miljonairs in ons land. De vraag naar een herverdeling van de rijkdom werpt zich dan ook op en leidt tot discussies over verschillende voorstellen. Zo is er heel wat steun voor een onvoorwaardelijk basisinkomen.
Artikel uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
Het klinkt interessant: elke maand een vast bedrag betalen aan iedereen, of die nu werkt of niet. Als het bedrag dan nog eens een pak boven de huidige armoedegrens ligt, zou het voor veel gepensioneerden, alleenstaande ouders, interimmers of werklozen een serieuze stap vooruit zijn. Maar er zitten ook adders onder het gras.
Ten eerste moeten we ons afvragen hoeveel dit basisinkomen zou bedragen en wie daarover beslist. Vandaag worden beslissingen genomen vanuit de noden van de grote bedrijven. Dat is de reden waarom de ongelijkheid zo sterk toeneemt. Een rechtse voorstander van een basisinkomen, zoals de voormalige minister-president van de Duitse deelstaat Thüringen, stelt voor om het inkomen op 420 euro vast te leggen. Niet bepaald een leefbaar inkomen dus. Maar zelfs een hoger bedrag wordt snel ondermijnd door stijgende prijzen. Door de lonen van werkenden schijnbaar deels los te koppelen van hun arbeid, wordt bovendien het sterkste argument voor loonsverhogingen (het opeisen van ons deel van wat we geproduceerd hebben) ondermijnd. De neoliberale mythe van de onbetaalbaarheid zal dan luider dan ooit klinken.
Dat leidt tot de tweede vraag, die van de financiering van het stelsel. Toen het voorstel van een basisinkomen destijds door huidig Vld-politicus en rijke ondernemer Roland Duchâtelet in ons land naar voor werd gebracht, werden bijvoorbeeld hogere BTW-tarieven naar voor geschoven. Natuurlijk zijn er ook voorstellen om de middelen bij de rijken te zoeken, bijvoorbeeld met een vermogensbelasting. Dat vereist een krachtsverhouding. Op het eerste gezicht kan een universeel basisinkomen de eenheid tussen werkenden en werklozen versterken, iedereen vertrekt immers van dezelfde basis. Maar de maatregel verandert niets aan de fundamentele reden voor de werkloosheid, met name het tekort aan jobs. Terwijl sommigen zich kapot werken, zoeken anderen vruchteloos naar werk. Een basisinkomen zou voeding geven aan de argumentatie dat werklozen zelf voor hun situatie gekozen hebben en zich wentelen in hun hangmatten. Het zou geen opstap naar eenheid in strijd zijn.
Een derde probleem is het gevolg voor de loonvorming van werkenden. Een basisinkomen kan aangewend worden om komaf te maken met de arbeids- en loonsvoorwaarden van alle werkenden. Door een deel van het inkomen niet langer als loon betaald door de werkgever te beschouwen, wordt een enorme loonsubsidie ingevoerd waarvan de financiering onder het kapitalisme steeds een strijdtoneel zal zijn (zie hierboven). Werkgevers zullen bovendien steeds proberen om het loon boven het basisinkomen te beperken, net zoals ze nu onze lonen naar beneden drukken met indexsprongen, steeds meer flexibiliteit en bijhorende productiviteit. Het basisinkomen zal daarbij als argument ingeroepen worden tegen loonsverhogingen en dit terwijl het bedrag van het basisinkomen zelf onderdeel is van strijd tussen de werkenden en hun gezinnen aan de ene kant en de kapitalisten aan de andere. Het maskeert het uitgangspunt van het kapitalistisch productieproces, met name dat alle waarde het resultaat is van onze arbeid.
Het idee van een basisinkomen heeft de verdienste dat de discussie over een leefbaar inkomen wordt gevoerd. Onder het huidige systeem heeft de kleine laag van superrijken geen enkel belang bij een leefbaar inkomen voor de meerderheid van de bevolking. Ongelijkheid zit ingebakken in dit systeem en kan niet met kunstgrepen uitgeschakeld worden. Zonder publiek bezit van de productiemiddelen kan de gemeenschap geen controle uitoefenen op de aanwending van de bestaande middelen en rijkdom.
Betekent dit dat we dan maar moeten wachten op een ander systeem om tot een leefbaar inkomen te komen? Zeker niet. Er zijn heel wat eisen voor een onmiddellijke vooruitgang van onze levensstandaard. Socialisten komen op voor een kortere werkweek om het beschikbare werk te verdelen, een 30-urenweek zonder loonverlies en met verlaging van de werkdruk. We komen op voor loonsverhogingen en pleiten voor een algemeen minimumloon van 15 euro per uur. Het minimumpensioen met omhoog tot 1500 euro per maand, werkloosheidsuitkeringen moeten minstens 1200 euro per maand bedragen.
Met deze eisen kunnen we een leefbaar inkomen voor iedereen afdwingen zonder de oorzaken voor ongelijkheid te maskeren. Het is bovendien een programma gebaseerd op de positie van de werkenden in het productieproces. Dat is noodzakelijk omdat de arbeidersbeweging de kracht is die in staat is om fundamentele verandering te bekomen door strijd tegen diegenen die een groeiende groep van de bevolking veroordelen tot ellende en armoede.
-
De linkse socialisten en vermogensbelasting
Kaaimantaks, vermogenswinstbelasting, speculantentaks, rijkentaks, miljonairstaks
dossier door Eric Byl
Overal, ook in België, staat de bereidheid om steeds minder te ontvangen voor meer inspanningen op een dieptepunt. Het levert immers geen beterschap op en het establishment blijft steeds weer buiten schot. Geen wonder dat 85% gewonnen is voor een belasting op grote vermogens. Maar hoe reëel is dat? Voor welke valstrikken moeten we opletten? Onder welke voorwaarden kunnen we een vermogensbelasting steunen?
De poging om ons verzet tegen de regeringsmaatregelen te herleiden tot een pleidooi voor vermogenstaks, hoort thuis in tekstboeken voor spindoctors. Een vermogensbelasting is welkom, maar het was niet waarvoor we de voorbije maanden staakten en betoogden. Dat was tegen de indexsprong en de loonblokkering, de ontmanteling van de openbare diensten, het uitkleden van de sociale zekerheid, het aantasten van het stakingsrecht, de verhoging van de (brug-)pensioenleeftijd, het verpauperen van werklozen, gepensioneerden, zieken en gehandicapten. Dat de grote vermogens ontsnappen, was wel een belangrijke bron van irritatie.
Het was de CD&V die kwam aandraven met een tax-shift in ruil voor sociale vrede. Sindsdien hebben de media ons er zodanig mee bestookt, dat we uit het oog zouden verliezen waar het ons om te doen was. Ze misbruiken een tekortkoming in het discours van vakbondsleiders en linkse partijen. Die vertalen het terechte ongenoegen over de toenemende ongelijkheid naar een aanklacht tegen de onevenwichtige spreiding van de besparingen en zijn dubbelzinnig of ze die mits wat meer evenwicht wel zouden aanvaarden. Voor velen is het echter nu al pompen of verzuipen en is het harde werk enkel draaglijk mits een degelijk loon.
Afschrikmiddel wordt pasmunt
Kapitaalbezitters, bedrijfsleiders en hun politici huiveren doorgaans voor vermogensbelasting. De gemeenschap moet zo goedkoop mogelijk geschikte arbeidskrachten en de nodige infrastructuur aanleveren, zorgen dat de orde bewaard blijft en voor de rest discreet zijn: geen regelneverij, geen controle op respectabele burgers, geen wetten die het vrije ondernemerschap belemmeren. Wie de creativiteit van ondernemerschap belast, vraagt erom dat ze aangewend wordt om lasten te ontwijken of te ontduiken, luidt het, dat is geen misdaad, maar een normale reflex.
Geld creëert veel mogelijkheden en dus hebben kapitalisten het aanpassingsvermogen van kameleons. De patroons en de regering beseffen dat het debat over vermogensbelasting door het actieplan van de vakbonden onomkombaar geworden is. Als het dan toch moet, nemen we beter het voortouw, denken ze. “Meer dan een symbool wordt het niet”, want “als het een paar miljard euro moet opbrengen, zal het niet enkel van de rijken komen”, waarschuwt Open VLD-voorzitster Rutten (DM 10.1.2015), maar “van u, van uw ouders en iedereen die in zijn leven gewerkt en gespaard heeft”. Rutten wil ons afschrikken, maar we houden haar orakel maar beter in gedachten. Di Rupo trok de roerende voorheffing op naar 25%. Dat was ook een ‘vermogensbelasting’, maar die trof vooral kleine spaarders.
Te ingewikkeld voor de praktijk?
Tegenstanders werpen op dat er in België geen vermogensregister bestaat en dit opstellen jaren vergt. In “De dreigende catastrofe en hoe ze bestrijden” (1917) verwijst Lenin naar een vergelijkbaar argument. Het ging toen over de nationalisatie van het bankwezen, “te ingewikkeld en onuitvoerbaar” voor de toenmalige kapitalisten. Een leugen uit eigenbelang, riposteerde Lenin. Als we Luc Coene van de Nationale Bank, liberaal van signatuur, mogen geloven, is ook het opstellen van een vermogenskadaster snel geklaard als het moet. (http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/economie/1.2186919)
De afwezigheid van een kadaster verhindert ons trouwens niet om een zicht te krijgen op de vermogensverdeling. De meest recente studie (mei 2014) van Sarah Kuypers en Ive Marx, schat het totaal vermogen op 2.300 miljard euro, iets meer dan de helft vastgoed. De 5% rijkste gezinnen zouden 32% bezitten van het totaal vermogen, evenveel als de 75% armste. Het rijkste procent zou goed zijn voor 12,37% van het vermogen, meer dan de armste 50%. Na herberekening besloot Philip Vermeulen van de Europese Centrale Bank dat de 1% rijksten zelfs 17% bezitten.
Kamikazetaks
Wat houdt onze politici dan nog tegen? Zelfs de Kaaiman- of doorkijktaks, bedoeld om offshore-structuren te doen bijdragen, werd naar de Griekse kalender verwezen. Voor 2015 zou het niets opleveren en voor 2016 120 miljoen, minder dan wat de Vlaamse regering wil innen door de verhoging van het inschrijvingsgeld voor hoger onderwijs. (http://www.dekamer.be/doc/PCRI/pdf/54/ip022x.pdf). Maar dat er iets moet komen, bevestigde een peiling van Knack en VTM in het najaar: 85% van de Vlamingen wenst een belasting op vermogens boven de 1 miljoen euro, 91% van de CD&V-kiezers, maar ook 78% van die van Open VLD en N-VA. De leugen van De Wever dat vermogens hier al zwaar belast zouden zijn, heeft niet gepakt.
Begin dit jaar werd de Franse rijkentaks afgevoerd. Aanvankelijk had het patronaat zich daartegen verzet, maar na de verkiezing van Hollande (2012), koos het een andere strategie: de taks ontmijnen. Enkel grote ondernemers moesten hem nog betalen en enkel op het stuk loon boven de 1 miljoen euro. De opbrengst verschrompelde tot 420 miljoen euro waardoor het niet langer de moeite loonde. Achter de voorstellen voor een vermogenswinstbelasting – dat is geen belasting op het vermogen zelf maar enkel op het rendement ervan – of de opening van het VBO voor een speculantentaks, moeten we evenmin meer zoeken dan een poging om een eventuele vermogensbelasting bij voorbaat te ondermijnen.
Geloofwaardigheid
Na 26 jaar machtsdeelname kwam de PS begin 2015 vanuit de oppositie met een voorstel van vermogensbelasting. Persoonlijke vermogens vanaf 1,25 miljoen euro wil ze onderwerpen aan een tarief van 0,4% oplopend tot 1,5% voor alles boven de 5 miljoen. Jaarlijks zou dat 600 tot 700 miljoen euro opbrengen. Zelfs in de veronderstelling dat ze daar vanuit de oppositie harder voor vecht dan destijds in de regering, blijven dit apennootjes in vergelijking met de besparingen die de regering Di Rupo ons deed slikken.
Dan is de ‘miljonairstaks’ van de PVDA – 1% op fortuinen boven 1 miljoen euro, 2% vanaf 2 miljoen en 3% vanaf 3 miljoen – met een verhoopte opbrengst van 8,7 miljard euro/jaar al stukken evenwichtiger. Op basis van de bestaande vermogensbelasting in Frankrijk beweert de PVDA dat kapitaalvlucht in haar voorstel beperkt zou blijven. Maar die Franse belasting bracht nooit meer op dan 4,4 miljard euro in het beste jaar, de helft van wat de PVDA wil ophalen met haar miljonairstaks en dat in een economie die 5,5 keer zo groot is. Er zullen de komende jaren wel meer bedrijven vertrekken. Stel dat één, wellicht meerdere ervan dat al dan niet terecht wijten aan de miljonairstaks. Wat zou er dan gebeuren? Patroons en politici zouden er bij de bevolking de gedachte inhameren dat links wel goed is voor het sociale, maar slecht voor de economie.
Daar niet stoppen
Verwerpt LSP een miljonairstaks? Helemaal niet, maar het is onverantwoord om niet meteen te wijzen op de beperkingen en de gevaren om onze omgeving voor te bereiden. In “Het Overgangsprogramma” (1938) schrijft Trotski: “de hele wereld was getuige van de onmacht van president Roosevelt [tijdens de New Deal als antwoord op de crisis van ’29-’33 – EB] en van de eerste minister Leon Blum [van de volksfrontregeringen in Frankrijk ’36-’38 – EB] tegenover het complot van de ‘zestig’ of ‘tweehonderd families’.” Denkt de PVDA dat de huidige ‘families’ de miljonairstaks zomaar zullen slikken? Zelfs toen de kapitalisten in Rusland al van de macht verdreven waren en de grondslagen van de geplande economie gelegd, bleef het aartsmoeilijk om hun maneuvers en sabotage te omzeilen. (zie daarvoor E.H. Carr and R.W. Davies ‘Foundations of a planned economy 1926-1929’).
De voorbije jaren keerden bedrijven gemiddeld 50% van de winst uit aan aandeelhouders. In 2013 hielden ze bovendien voor 240 miljard aan liquiditeiten aan. Er is niet eens een miljonairstaks nodig om de boycot van het patronaat op gang te trekken. De gemeenschap heeft nochtans dringend middelen nodig om te voorzien in investeringen in schoolgebouwen, spoorwegen, ziekenhuizen, bejaardenzorg, sociale huisvesting, energieneutrale publieke gebouwen, bescherming van het milieu, … Een miljonairstaks zou daarbij zeer welkom zijn, maar vereist volledige opheffing van het bankgeheim, een sluitend vermogenskadaster en de mogelijkheid om te onteigenen. Gezien hun gewicht in de maatschappij zou het absurd zijn daar niet meteen de nationalisatie van de financiële sector en de grote bedrijven onder democratische controle en beheer van de werkende bevolking aan te koppelen. Dan pas zou een miljonairstaks zijn reële betekenis krijgen: niet als illusie voor een sociaal beheerd kapitalisme, maar als overgangsmaatregel in het kader van de socialistische omvorming van de maatschappij.
-
Bonanza van dividenden en bonussen voor hen, besparingen voor ons
2014 was een uitstekend jaar voor de grote bedrijven. Terwijl onze lonen in de diepvries worden gestoken met een indexsprong er bovenop en alle openbare diensten verder worden uitgekleed – het is immers crisis – maken de grote bedrijven grote winsten die ze uitkeren aan de aandeelhouders en topmanagers. De winsten investeren in nieuwe productie en bijhorende tewerkstelling doen ze niet. Terwijl ze zichzelf dividenden en bonussen toekennen, hebben ze voor ons een permanent besparingsbeleid in petto.Eerder raakte al bekend dat de duizend meest winstgevende bedrijven in ons land in 2013 de helft van hun winst als dividend uitkeerden aan de aandeelhouders. Het ging om 24 miljard euro. Deze bedrijven betaalden gemiddeld 6,7% vennootschapsbelasting, goed voor 3 miljard. De gemeenschap liep hierdoor 13 miljard euro mis (in vergelijking met het officiële tarief van 33,99%). De aandeelhouders zullen er niet om malen, zij wonnen voor het zoveelste jaar op rij de eurobillions. In 2014 boekte de Bel20 een winst van 12%, dat is iets minder dan de twee voorgaande jaren. Maar inclusief de netto dividenden was er een rendement van 15%.
Niet alleen de aandeelhouders worden in de watten gelegd. Ook de topmanagers deden gouden zaken. Zo behaalden de topmanagers van AB Inbev vorig jaar 53,7 miljoen euro winst met hun aandelenopties. Een jaar eerder ging het om 50 miljoen euro. Bij de andere Bel20-bedrijven gaat het samen om 12 miljoen euro. Een deel van de bonussen voor de toplui wordt op deze manier betaald, het is immers fiscaal gunstig. Een onderzoek van de Vlerick Business School gaf aan dat 68% van de onderzochte Belgische bedrijven aandelenopties als beloning toekennen, tegenover 14% in het buitenland. Legale belastingontduiking heet dat.
Ook buitenlandse kaderleden in ons land genieten van een fiscaal gunstregime, zo raakte de afgelopen kerstvakantie bekend. Er zijn 20.809 expats in ons land die van het regime gebruik maken. Een groot deel van de kosten die de werkgever voor de expats betaalt, onder meer inzake huisvesting, gebeurt belastingvrij. Bovendien wordt de expat als niet-inwoner beschouwd en wordt hij enkel belast op inkomsten die hier gerealiseerd worden, bijvoorbeeld enkel op de dagen die hij in ons land werkt. Volgens het Rekenhof leverde dit systeem de erkende expats in 2003 een gezamenlijk belastingvoordeel van 1,14 miljard euro op.
Ja, voor grote aandeelhouders en topmanagers zijn er altijd wel uitwegen om minder belastingen te betalen dan gewone stervelingen. In deze kringen gelden ook geen loonstops of indexsprongen. De enige sprong die ze kennen is de grote sprong voorwaarts naar nog meer bonussen en belastingvrije voordelen.
Tegen de achtergrond van harde besparingen die onze levensstandaard kelderen, is het niet verwonderlijk dat er een brede steun is voor maatregelen die ook de rijksten doen betalen. Dat zullen die rijken niet zomaar doen, zo gaf Bill Gates aan de Franse econoom Piketty toe dat hij niet meer belastingen wil betalen. De erg voorzichtige Franse poging tot rijkentaks werd al terug afgevoerd.
De rijksten worden steeds rijker en gaan onverbiddelijk in tegen iedere poging om dat te stoppen. Zelfs om een breed gesteunde maatregel als een vermogensbelasting in te voeren, moeten we resoluut breken met de dictatoriale macht van de grote aandeelhouders. Een monopolie op buitenlandse handel onder democratische arbeiderscontrole is de enige manier om kapitaalvlucht te stoppen. Zonder controle op de banken en zonder controle op de productiemiddelen ontbreekt het ons aan doeltreffende middelen om effectief tot een rechtvaardige fiscaliteit te komen.
Hun hebzucht bedreigt onze levensstandaard. Alleen onze strijd kan dat vermijden. Op naar een tweede ronde van het verzet tegen het asociale beleid van de rechtse regering!
