Your cart is currently empty!
Tag: 14 euro per uur
-
Minimum €14/u: een feministische eis!

Foto: Liesbeth Het minimumloon in België bedraagt amper 9,65 euro bruto per uur. Een job is geen garantie op een waardig leven. Maar liefst 230.000 werkenden – of 5% van de beroepsbevolking – worden als arm beschouwd en 15% verdient minder dan 2.300 euro bruto per maand (ongeveer 1.400 euro netto). De vele besparingen op onze leef- en werkomstandigheden maken het allemaal nog erger. Op vrouwen hebben de besparingen nog meer effect. Alles wordt duurder, maar onze lonen volgen niet!
Artikel door Celia (Brussel) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
Loon van vrouwen: een aanvullend loon?
De loonkloof tussen mannen en vrouwen in België bedraagt 21% op jaarbasis. Dit verschil is voornamelijk te wijten aan de oververtegenwoordiging van vrouwen in deeltijds werk. In de private sector werkt 41,6% van de vrouwelijke werknemers deeltijds, tegenover 7% van de mannen. Volgens een onderzoek van ‘Monde selon les femmes’ (1) kiest slechts 8% van de vrouwen bewust voor deeltijds werk.
Het gebrek aan plaatsen in de kinderopvang, de opvang van kinderen voor en na school, het ontbreken van voldoende hulp voor oudere of zieke familieleden, zorgen ervoor dat deeltijds werken vaak de enige optie is. Wanneer een van beide partners in een gezin de arbeidstijd noodgedwongen moet verminderen, is het vaak de partner met het laagste loon. Dat is in de meeste gevallen nog steeds de vrouw. Zo komen we aan 23% van de vrouwelijke werkenden die ‘vrijwillig’ deeltijds werken.
Maar liefst 83% van de vacatures voor deeltijdse betrekkingen in ons land komt uit sectoren waarin vooral vrouwen werken. Deeltijds werk betekent vooral een deeltijds loon. Het loon van vrouwen wordt nog vaak gezien als een aanvulling op het gezinsinkomen in plaats van als een volledig loon. Bovendien nemen vrouwen gemiddeld een groter deel van het huishoudelijk werk op zich: dat is vaak een onbetaalde tweede dagtaak.
Jonge vrouwen mislopen heel wat jobs of promoties omdat ze zwanger zijn of aan kinderen denken. Tijdens het zwangerschapsverlof krijgt de overgrote meerderheid van de vrouwen slechts 70% van hun loon. In die periode is er overigens een explosieve toename van huiselijk geweld. (2) Al deze elementen maken dat een grote meerderheid van de vrouwen geen volledige loopbaan kent met gevolgen voor het pensioen: bijna de helft van de vrouwen heeft een pensioen dat lager is dan 1.000 euro per maand! (3)
Meer algemeen dragen lagere lonen bij tot minder aandacht voor de rol van vrouwen in de samenleving, wat dagelijks seksisme aanwakkert. Meer dan 70% van de werkenden in de groep van de 10% laagste lonen zijn vrouwen! Kijk bijvoorbeeld naar het onderwijs: bij de laagste betaalde functies vind je meer vrouwen. Het gaat onder meer om kleuter- en lager onderwijs. Hoe hoger op de ladder, hoe meer loon en hoe meer mannelijke personeelsleden.
Zoals eerder gezegd maken de besparingsmaatregelen van de opeenvolgende regeringen de situatie erger. Er is een uitbreiding van onzekere contracten met stelsels als flexi-jobs, meer interimwerk, dienstencheques, … Daarnaast kregen we de voorbije jaren een indexsprong, aanvallen op de pensioenen, afbouw van de zorgsector en openbare diensten, waardoor een deel van de zorg voor kinderen, ouderen of mensen met een handicap op de rug van het gezin en vaak de vrouw terechtkomt. Lagere lonen maken vrouwen afhankelijk van hun partner, waardoor het moeilijker is om uit een gewelddadige relatie te stappen en de stap om klacht in te dienen wegens pesterijen of geweld op het werk moeilijker te nemen is.
Strijd tegen seksisme vereist strijd voor financiële onafhankelijkheid
Het ABVV voert campagne voor een hoger minimumloon van 14 euro per uur, of 2.300 euro bruto per maand. Het is belangrijk om deze eis actief te ondersteunen: de eis populariseren, de petitie gebruiken, op de werkvloer een actieplan opstellen, … Met campagne ROSA (Reageer tegen Onderdrukking, Seksisme en Asociaal beleid) leggen we veel nadruk op deze eis. Een degelijk loon is immers noodzakelijk in onder meer de strijd tegen geweld op vrouwen.
Een hoger minimumloon moet natuurlijk gepaard gaan met andere maatregelen, zoals een verhoging van de werkloosheidsuitkering tot boven de armoedegrens en kinderbijslag die de reële kosten voor het opvoeden van een kind dekt. Daarnaast moet het recht op een uitkering geïndividualiseerd worden: het bedrag mag niet afhankelijk zijn van de partner met wie je samenwoont. Een pensioen van minstens 1.500 euro netto per maand met een verlaging van de pensioenleeftijd moet het mogelijk maken om echt wat rust te kennen. Om het werk werkbaar te maken, is arbeidsduurvermindering zonder loonverlies en met bijkomende aanwervingen nodig. Wie vandaag deeltijds werkt, zou hierdoor een volwaardig loon kunnen genieten. Er is ook dringend behoefte aan massale publieke investeringen in openbare diensten: gratis en voldoende kinderopvang, echt gratis en kwalitatief hoogstaand onderwijs, toegankelijke ouderenzorg, betaalbare gezondheidszorg, …
Van propaganda naar overwinningen
We hebben nood aan opbouwende campagnes van onderaf, liefst in gemeenschappelijk vakbondsfront om zoveel mogelijk mensen te bereiken. Personeelsvergaderingen, werkonderbrekingen, betogingen, stakingen: onze acties zijn steeds sterker als er meer collega’s betrokken zijn. Het is essentieel dat vrouwelijke werkenden zich organiseren en deelnemen aan de sociale verkiezingen, zeker in de meest precaire sectoren waar er vaak nog weinig vakbondsstructuren bestaan.
Overwinningen zijn belangrijk als voorbeeld voor andere werkenden. In de VS, waar sociale afspraken doorgaans per stad of regio worden gemaakt, voerde onze zusterorganisatie Socialist Alternative campagne voor een hoger minimumloon van 15 dollar per uur in Seattle. Deze eis werd in mei 2014 effectief afgedwongen, waarna hetzelfde gebeurde in tal van andere steden. Een overwinning was mogelijk op basis van een grootschalige campagne met mobilisaties waarin het socialistische raadslid Kshama Sawant een actieve rol speelde. De campagne 15 Now bouwde 11 actiecomités op in verschillende delen van de stad, voerde campagne op straat, hield betogingen en nam deel aan publieke debatten. Met deze actiecomités en democratische algemene vergaderingen was het voor de activisten mogelijk om hun strijd zelf in handen te nemen. Socialist Alternative toonde bovendien aan hoe een verkozen positie kan gebruikt worden om een beweging op te bouwen en te versterken.
Aan deze kant van de Atlantische Oceaan werd een jaar geleden in het Schotse Glasgow een overwinning geboekt na 12 jaar strijd. Ongeveer 8500 personeelsleden van de gemeente gingen 48 uur in staking om gelijke lonen te eisen. Het ging voornamelijk om vrouwelijk personeel dat al jaren gebukt ging onder loonverschillen. Op basis van strijd werden gelijke lonen en een compensatie van 567 miljoen euro afgedwongen. Dit was enkel mogelijk na een goed voorbereid actieplan dat opbouwde naar een 48-urenstaking met honderden piketten (aan basisscholen, kinderopvang, schoonmaakdepots, gemeentediensten, …) en een betoging met 10.000 mensen, waaronder veel vrouwen maar ook mannelijke collega’s. Zonder solidariteit onder alle collega’s en dus ook tussen vrouwen en mannen, was dit niet mogelijk geweest. Zo besloten 600 afvalophalers om de staking uit solidariteit te ondersteunen. Solidariteit en eenheid in strijd zijn essentieel om overwinningen te boeken.
Ook in België zijn overwinningen mogelijk
Laten we samen mobiliseren naar de nationale betoging tegen geweld op vrouwen van 24 november. We kunnen de komende weken de discussie aangaan over onze eisen en methoden om overwinningen te boeken. Met ROSA benadrukken we de noodzaak van strijd voor financiële onafhankelijkheid. Dat is nodig om een obstakel voor het verlaten van een gewelddadige partner weg te nemen. Het is niet alleen een strijd van vrouwen, maar van vrouwen en mannen samen tegen onderdrukking, onzekerheid en het daaruit voortkomende geweld. De betoging van 24 november is ook belangrijk om de eis van een hoger minimumloon onder de aandacht te brengen.
Afspraak op 24 november om 13u30 aan Brussel-Centraal. Neem deel aan het strijdbare blok van ROSA dat de strijd tegen seksisme koppelt aan die tegen het systeem.
Noten
- Le Monde selon les femmes, « Pourquoi les politiques d’austérité touchent davantage les femmes ? » in Recherche &Plaidoyer, Brussel, 2016.
- http://www.femmesprevoyantes.be/wp-content/uploads/2017/09/Analyse2012-grossesse-et-violences.pdf
- http://www.fgtb.be/documents/20702/312330/Gazette+p%C3%A9nibilit%C3%A9/d6fb961a-bcd6-490b-a4b3-470ceabd5252
-
Hoger minimumloon leidt niet tot banenverlies. Een tegenargument voor 14€/u weerlegd
Eén van de vaste argumenten tegen een hoger minimumloon is dat het banenverlies zou betekenen. Arbeid is al zo duur, klinkt het, en dan willen jullie de kost nog optrekken! Het zijn heus niet alleen werkgevers en hun politici die hiermee komen aandraven. Professor Ive Marx stelt bijvoorbeeld dat er voor de strijd tegen armoede “meer mensen aan het werk” moeten en niet minder. “Want dat is wat je krijgt als je arbeid nog duurder maakt.” (De Standaard 26 februari 2019) De professor is duidelijk geen marxist: hij omschrijft de eis van 14 euro per uur, of 2.300 euro per maand, als een “werkelijk waanzinnig idee.”
Het argument van banenverlies wordt vooral gebruikt voor kleine zelfstandigen of voor de horeca. De winstmarges zijn er beperkter en veel zelfstandigen vechten om te overleven. Dat komt niet omdat personeel teveel verdient, maar omdat ze ofwel weg geconcurreerd worden door grotere bedrijven ofwel omdat dalende koopkracht leidt tot minder uitgaven. Welke uitgaven laten we eerst vallen op het einde van de maand? Een etentje op restaurant, een bezoek aan een nagelstudio of andere luxe waarmee we onszelf verwennen. En dan hebben we het nog niet over de mensen voor wie dergelijke uitgaven sowieso al onhaalbaar zijn.
Het voordeel van de campagne voor een verhoging van het minimumloon tot 14 euro per uur is dat er recente voorbeelden zijn. Die weerleggen het theoretische argument dat een hoger minimumloon banen kost. In april 2015 was Seattle de eerste grote Amerikaanse stad waar het minimumloon tot 15 dollar per uur werd opgetrokken. De campagne van Socialist Alternative en gemeenteraadslid Kshama Sawant was daar niet vreemd aan. De bazen schreeuwden moord en brand toen het minimumloon steeg. Ondertussen zijn we enkele jaren verder en is het mogelijk om na te gaan wat de gevolgen van deze verhoging van het minimumloon waren.
Een groep onderzoekers van de University of Washington onderzocht de effecten op de lonen, het aantal banen en de prijzen van producten zoals groenten en fruit. Sinds 2015 nam het aantal banen in restaurants en cafés in de regio Seattle toe van 134.000 tot 158.000. Vooral laagbetaalde werkenden gingen er fors op vooruit. In 2016 kwamen er in de stad Seattle 2,5% jobs bij en steeg het gemiddelde loon met 3,5%. Beide cijfers lagen hoger dan het nationale gemiddelde. Een commentator op de zakelijke website Bloomberg.com merkte op: “We kunnen niet genoeg benadrukken hoe fout de aanvankelijke analyses van de loonsverhoging waren. (…) Het probleem ontstaat als deze mensen geconfronteerd worden met feiten die hun ideologische overtuiging tegenspreken. Dan kan je ofwel je ideologie herdenken ofwel de feiten negeren. De meesten kiezen voor dat laatste.”
De fout in de redenering dat hogere lonen tot banenverlies leiden, ligt onder meer in het feit dat geen rekening wordt gehouden met economische groei en dat hogere lonen mogelijkheden bieden om producten te verkopen aan werkenden die meer verdienen. Gewone werkenden sluizen hun extra inkomsten niet door naar belastingparadijzen, maar spenderen het aan dagelijkse uitgaven of een extraatje. Dit stimuleert de lokale economie, in de eerste plaats de kleine zelfstandigen.
Er zijn overigens heel wat economen die pleiten voor hogere minimumlonen. In 1994 reeds was er een studie van de Amerikaanse economen Alan Krueger en David Card waarin verdedigd werd dat hogere minimumlonen jobs opleveren. In 2014 was er een oproep van 600 Amerikaanse economen, waaronder Nobelprijswinnaars als Thomas Schelling, Robert Solow en Joseph Stiglitz, om het federale minimumloon op te trekken met het oog op economische groei en dalende werkloosheid.
In eigen land gaat de liberale econoom Paul De Grauwe in tegen het argument van de loonhandicap. “Het klopt dat de loonkosten per uur in België bij de hoogste in Europa zijn. Maar je moet niet alleen kijken naar het loon, ook naar de productiviteit. Dan zie je dat we vandaag ongeveer op hetzelfde niveau staan als onze buurlanden en geen achterstand meer hebben. Werkgevers blijven graag hameren op die zogenaamde loonhandicap, maar eigenlijk is dat codetaal voor: ‘We willen meer winst maken.’”
Daar gaat het inderdaad om: welk aandeel van de geproduceerde waarde gaat naar de werkenden en welk aandeel naar de bazen. Momenteel gaan de bazen met het grootste stuk van de taart lopen. Gemiddeld creëren we met een uur werken 48,4 euro, wat boven de gemiddelde in onze buurlanden ligt.
De kapitalisten doen er alles aan om het sociaal draagvlak voor sociale hervormingen, zoals een hoger minimumloon, te ondermijnen. Dat doen ze niet omdat hogere lonen onbetaalbaar zijn, maar wel omdat het tegen hun winstbelangen ingaat. De bazen zullen alle middelen inzetten om die winsten te verdedigen. Elke verbetering van onze levens- en werkomstandigheden die we afdwingen, wordt nadien opnieuw betwist en bij de eerste gelegenheid afgebouwd. Onder het kapitalisme is elke hervorming in ons voordeel slechts tijdelijk. Strijd voor concrete verbeteringen toont dan ook het failliet van dit systeem aan, en de noodzaak van socialistische maatschappijverandering.
-
Argumenten voor minimum 14 euro per uur
Bij het campagnevoeren voor een hoger minimumloon van 14 euro per uur of 2.300 euro per maand gebruiken we een pamflet met enkele argumenten op een rijtje gezet.1/ HOEVEEL BEDRAAGT HET MINIMUMLOON VANDAAG IN BELGIË?
In België bedraagt het minimumloon 9,679€/u bruto of 1.593,81€/maand bruto. Dit bedrag is onvoldoende om het hoofd te bieden aan de stijgende kosten voor levensonderhoud en de dagelijkse uitgaven: woning, energie, vervoer, medische kosten, voeding, communicatie, ontspanning, cultuur, … Op dit moment verdient bijna 15% van de voltijds werkenden minder dan 14€/u bruto of 2.300€/maand bruto. 19% of bijna 1 op 5 van de Belgen had in 2018 moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. Dit zijn zeker niet alleen studenten of tieners maar ook gezinshoofden die op het einde van hun loon nog wat maand over hebben.
2/ WERD HET MINIMUMLOON IN DE VS NIET VERHOOGD?
In de VS werd de voorbije jaren inderdaad het minimumloon in verschillende steden en deelstaten verhoogd naar $15. Jarenlange campagne, actie, stakingen en politieke strijd waren daarvoor noodzakelijk. Wij halen onze inspiratie uit de 15 Now campagne die o.a. in Seattle en Minneapolis een bepalende rol speelde in de overwinning. Een goede wissel- en samenwerking tussen de campagne van de vakbonden en een grassroots campagne aan de basis, met een actieve mobilisatie is het beste recept voor succes.
3/ BLIJF JE NIET MAAR EVEN IN DEZE LAAGBETAALDE JOBS EN STIJGT DAARNA JE LOON NIET OF MAAK JE PROMOTIE?
In veel laagbetaalde jobs zijn de promotiekansen zeer beperkt ondanks de beloftes en mooie praatjes. In België bestaan inderdaad nog vaak barema’s, hierdoor stijgt je loon op bepaalde intervallen in je carrière. Meestal is dit enkel voor bedienden en ambtenaren, waardoor arbeiders uit de boot vallen en ze vaak jaren of zelfs hun volledige carrière op hetzelfde loon blijven. Ook voor bedienden is dit geen wondermiddel. Zo heb je pas na 20 jaar dienst in de handelssector (grootwarenhuizen) 14€/u bruto, weinigen houden het 20 jaar uit.
4/ GAAT HET OPTREKKEN VAN HET MINUMLOON GEEN JOBS KOSTEN?
Bedrijven zullen hier zeker mee dreigen, maar veel van de laagbetaalde jobs als dienstencheques, warenhuispersoneel, horecamedewerkers, … kan je niet of moeilijk delokaliseren. De meeste jobs waarbij dit makkelijk kan zijn al verdwenen naar landen waar de lonen een pak lager liggen. Waar bedrijven dit toch proberen moeten we hiertegen het verzet organiseren, we mogen niet meegaan in de wereldwijde race to the bottom maar vechten voor betere loon- en arbeidsvoorwaarden overal. Iedereen die werkt moet een loon hebben waarmee je een waardig leven kan leiden.
5/ DE KLEINE ZELFSTANDIGEN IN BIJVOORBEELD DE HORECA GAAN DIT TOCH NIET KUNNEN BETALEN?
Werkenden geven bijna alles wat ze verdienen uit. Met krediet soms zelfs meer dan wat ze verdienen. Een hoger minimumloon zou er vooral voor zorgen dat nodige uitgaven niet meer uitgesteld worden en dat werkenden gelukkiger, productiever, minder vaak ziek zijn, … Het betekent ook dat er ook meer geld uitgegeven wordt bij lokale zelfstandigen. Kleine zelfstandigen worstelen dikwijls met dezelfde problemen als gewone werkenden, te dure energieprijzen, hoge huurprijzen, … De oplossing daarvoor bestaat nu uit hun medewerkers aan een armoedeloon laten werken. Die zelfstandigen die echt in de problemen komen moeten in een overgangsfase kunnen rekenen op overheidssteun. Dit is veel nuttiger dan de vele miljarden die worden cadeau gedaan aan de grote bedrijven en multinationals.
6/ GAAT DE STIJGING VAN HET MINIMUMLOON NIET VOOR INFLATIE ZORGEN?
Dit is een doembeeld dat al bestaat van het moment dat de minimumlonen zijn ingevoerd en telkens een verhoging werd geëist, nog nooit bleek het waar. Werkenden en de bazen/aandeelhouders hebben tegengestelde belangen. De toegevoegde waarde die werknemers in België creëren bedraagt gemiddeld 51,5 euro per uur. Deze waarde wordt verdeeld tussen lonen en winsten. In het kapitalistisme wil een kleine groep haar winsten steeds maximaliseren. We hebben een krachtsverhouding in het voordeel van de werkenden nodig om dit om te keren.
7/ GAAN BEDRIJVEN DIT NIET AAN DE CONSUMENTEN AANREKENEN?
Bedrijven zullen zeker proberen hun winst veilig te stellen door de rekening door te schuiven, de prijs van hun product laten stijgen of de kwaliteit laten dalen, al zullen ze hierin beperkt worden door de concurrentie met andere bedrijven. Ook op de werknemers zullen ze proberen de kosten te verhalen via verhoging van de werkdruk en dus een productiviteitsstijging. Kapitalisten zullen elke delokalisatie, elk jobverlies en elke prijsstijging aangrijpen om het sociaal draagvlak voor zo’n maatregel te ondermijnen. Onze strijd stopt daarom niet bij de eis voor een minimumloon van €14.
8/ HOE KUNNEN WE DE 14€/U BRUTO OF 2.300€/MAAND BRUTO BEKOMEN?
Door het gewoon te vragen of goede argumenten te hebben hebben we van de kapitalisten nog niets gekregen. Iedere verworvenheid zoals betaalde vakantie, pensioen, ziektedagen, stemrecht, … is er slechts gekomen wanneer werkenden zich organiseerden zowel in vakbonden als partijen en het gevecht aangingen met de heersende kapitalistische klasse. Ook voor het minimumloon van 14€/u bruto of 2.300€/maand bruto zullen we dit moeten doen. De campagne en petitie die het ABVV startte toont dat er een brede steun is voor de campagne, nu komt het er op aan deze om te zetten in een kracht die dingen kan veranderen.
9/ WAT DOET DE CAMPAGNE “MINIMUM €14” HIERVOOR?
We willen de campagne “Fight for €14” die het ABVV startte ondersteunen via campagnes en acties die we voeren op straat, bij bedrijven waar geen vakbond is, in wijken,… om zo de strijd voor een minimumloon van €14/u bruto vooruit te helpen. Enkel als een zo groot mogelijke groep werkenden en hun gezinnen deze strijd voeren kunnen we overwinningen halen.
10/ KUNNEN DE KAPITALISTEN ZICH DIT VEROORLOVEN?
Ja uiteraard, zeker als we de winsten van de laatste periode bekijken. Maar het is wel zo dat ze er telkens alles aan zullen doen om als de aandacht verslapt de lonen naar beneden te drukken en nieuwe categorieën van lage lonen uit te vinden. Om blijvende menswaardige lonen te hebben zullen we de maatschappij moeten veranderen door socialistische omvorming ervan. Onze strijd voor €14/u bruto willen we aangrijpen om de nood aan socialistische omvorming breed te populariseren.
-
Vijf redenen waarom het minimumloon naar 14 euro per uur moet!
Iedereen zou het leuk vinden als zijn loon stijgt. Als je ziet hoe hard en flexibel velen werken, is het duidelijk dat we een degelijk loon verdienen. Het is niet meer van deze tijd dat veel werkenden minder dan 14 euro per uur (of 2.300 euro per maand) verdienen. De campagne Fight For €14 komt op voor een hoger minimumloon. Enkele belangrijke argumenten op een rijtje.door Thomas
1/ De huur wacht niet
Tussen 2005 en 2018 is de gemiddelde huurprijs voor een eengezinswoning in Vlaanderen met 100 euro gestegen (1). In grote steden, de as Antwerpen – Brussel en de Brusselse rand zijn de huurprijzen het hoogst: tot +34% boven het gemiddelde (2). Dit maakt dat je als huurder in Vlaanderen gemiddeld 47% van je loon aan wonen uitgeeft (3). Dit is een zeer groot deel en zeker bij de laagste inkomens loopt dit percentage nog hoger op. Nochtans is een dak boven ons hoofd een basisrecht waar iedereen zou moeten kunnen van genieten en zeker als je werkt. Toch werkenden raken in de problemen. Er zijn steeds meer verhalen over werkenden die in een caravan leven of in hun auto, omdat ze de huur en alle bijkomende kosten als energie en water niet kunnen betalen. Een minimumloon van 14 euro per uur voor een gezin met twee werkenden en twee kinderen zou betekenen dat het aandeel voor huur onder de 20% kan dalen.
2/ Alles wordt duurder
Sinds het begin van de financiële crisis in 2008 zijn onze lonen bijna niet meer gestegen. Er was een indexsprong die ervoor zorgde dat onze koopkracht de afgelopen drie jaar met 2,3% afnam (4). Met 100 euro kan je vandaag een pak minder doen dan drie jaar geleden. Op scholen valt het naar het einde van de maand op: dan zijn er vaker lege brooddozen. Nodige doktersbezoeken worden uitgesteld. Tot 20% van de gezinnen in ons land haalt het einde van de maand niet met hun inkomen! (5) Het is van 2008 geleden dat de minimumlonen meer stegen dan de index.
3/ Gelijkheid tussen mannen en vrouwen
Vrouwen zijn oververtegenwoordigd in laagbetaalde jobs. Dit verklaart waarom de loonkloof in België nog steeds 22% bedraagt (6). Sectoren met een groot aandeel vrouwen zijn deze met de laagste minimumlonen, omdat het loon van de vrouw vooral vroeger gezien werd als een aanvulling op dat van de echtgenoot. Dat dateert van de tijd dat je kon rondkomen met één of anderhalf loon per maand. Dit is echter al even verleden tijd. Toch stegen de lonen in deze nog steeds vrouwelijke sectoren niet sneller en vaak zelfs trager dan in andere sectoren. Het zorgt ervoor dat vrouwen vaker (deeltijds) thuisblijven en minder kunnen inzetten op hun carrière. Om voor kinderen te zorgen, is het vaak de partner met het laagste loon die thuisblijft. Dit leidt dan weer tot een pensioenkloof van 25% (7). Hierdoor zijn vrouwen vaak financieel afhankelijk van hun echtgenoot, waardoor ze niet zomaar uit een slechte of zelfs een gewelddadige relatie kunnen stappen. Met een minimumloon van 14 euro per uur zouden slecht betaalde, voornamelijk vrouwelijke, sectoren een broodnodige inhaalbeweging doen.
4/ De kapitalisten gaan met een nog groter deel van de waarde lopen
Het zijn de werkenden die de meerwaarde creëren die dagelijks in onze bedrijven geproduceerd wordt. Zonder ons draait geen machine, rijdt geen auto en werkt geen technologie. Toch krijgen we slechts een klein deel van de door ons geproduceerde waarde en gaat een zeer select gezelschap van aandeelhouders met een groeiend deel van de geproduceerde waarde lopen. Onze productiviteit nam de afgelopen decennia sterk toe. We betalen daar als werkenden een prijs voor met stress en burn-out. De productiviteitsstijging ging bijna volledig naar de aandeelhouders. Per gewerkt uur brengen we in België 51,5 euro op. Daarvan gaat 37,5 euro naar loonkost (8). Er is dus marge voor loonsverhogingen! Moest het minimumloon in de VS de productiviteit gevolgd hebben, dan was het in 2016 18,85 dollar per uur geweest (9).
5/ Ook zelfstandigen worden er beter van
Als we sommige bazen of politiekers horen, dan zorgen wij als werkenden niet voor jobs en is elke euro die naar ons loon gaat eigenlijk verloren. Dat klopt natuurlijk niet: iedere euro loon wordt doorgaans snel terug uitgegeven. Het zijn de grote kapitalisten die niet investeren en geld oppotten, liefst in belastingparadijzen. Werkenden die amper rondkomen, geven alles wat ze verdienen uit. Met krediet soms zelfs meer dan dat. Een hoger minimumloon zou er vooral voor zorgen dat nodige uitgaven niet meer uitgesteld worden en dat werkenden gelukkiger, productiever, minder vaak ziek zijn. Dat betekent dat er ook meer geld uitgegeven wordt bij zelfstandigen. (10)
[divider]
Noten
- https://www.statistiekvlaanderen.be/gemiddelde-huurprijs-private-woningmarkt
- https://www.standaard.be/cnt/dmf20170328_02805480
- https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2017/01/18/huurder_moet_bijnadehelftvaninkomenaanwonenspenderen-1-2863135/
- https://www.ilo.org/global/publications/books/WCMS_650553/lang–en/index.htm
- https://www.standaard.be/cnt/dmf20131126_00857740
- https://igvm-iefh.belgium.be/nl/activiteiten/arbeid/loonkloof/stand_van_zaken_in_belgie
- De Nieuwe Werker N°4 2 maart 2018
- http://www.abvv.be/-/sociaal-economische-barometer-2018
- https://www.epi.org/publication/the-federal-minimum-wage-has-been-eroded-by-decades-of-inaction/
- https://www.nelp.org/publication/12-minimum-wage-broad-benefits-workers-small-businesses-across-missouri/
-
Fight for €14: van propaganda naar overwinningen
Op 14 mei waren er overal in België acties om de strijd voor een minimumloon in de aandacht te brengen. Voordien waren de acties vaak ludiek, wat goed was om het thema te populariseren zowel binnen het ABVV als in de publieke opinie. Maar in mei waren het militantenconcentraties of betogingen zodat meer delegees en militanten konden deelnemen. Eens te meer werd het potentieel van de campagne getoond.
door Thomas (Gent)
De vraag blijft echter hoe we verder gaan met deze campagne. Is het slechts een campagne om punten te scoren tegen de bazen en hun rechtse partijen, of gaan we werkelijk voor overwinningen waarbij we 14 euro per uur of 2.300 euro per maand afdwingen? De steun in de publieke opinie is hier makkelijk voor te winnen. Delegaties die al met de petitie werkten, vonden bijna niemand die niet wil tekenen of de campagne steunen. Bij een klein vleesverwerkend bedrijf, Pluma Ter Beke, is er zelfs een eerste overwinning. Dat is niet toevallig in de voedingsindustrie waar er in december en februari al een sterke deelname aan de actiedagen was.
Wij denken dat we de 14 euro per uur of 2.300 euro bruto per maand kunnen winnen, maar we zullen er wel voor moeten vechten. Goede argumenten en passieve steun van de publieke opinie zijn een startpunt, maar volstaan niet. Politici palaveren veel over draagvlak, maar daar wordt geen rekening mee gehouden als het om onze arbeidsvoorwaarden gaat. Zo willen 75% van de Belgen dat de verhoging van de pensioenleeftijd naar 67 jaar wordt teruggetrokken. Toch zal geen enkele traditionele partij dat draagvlak snel gebruiken. Meer nog: N-VA en de werkgeversfederatie VBO pleitten voor de verkiezingen al voor een verdere verhoging!
We zullen de acties moeten opbouwen en dit in de eerste plaats in bedrijven waar er al sterke delegaties zijn. Zij kunnen nagaan waar er in hun bedrijf (of bij onderaannemers) werknemers zijn die minder verdienen dan 14 euro per uur of 2.300 euro per maand. Ze kunnen die informatie met een campagne bekendmaken aan het personeel en op die basis de eis van een hoger minimumloon concretiseren. Dat is bijvoorbeeld wat er aan de UGent gebeurt. Aan de UGent zijn er 101 personeelsleden die minder dan 14 euro per uur verdienen, waarvan 65,35% vrouwen. Een minimumloon van 14 euro per uur zou de UGent 425.000 euro per jaar kosten, op een totale begroting van 700 miljoen euro.
Helaas zullen we snel merken dat de bazen of directies niet zomaar bereid zijn om toe te geven. Ze zullen het argument van de onbetaalbaarheid of het gebrek aan middelen bovenhalen. Er zal met andere woorden druk nodig zijn om te tonen dat het ons menens is. Een zo groot mogelijke steun en betrokkenheid van alle werkenden zal hiervoor nodig zijn. We moeten dus de tijd nemen om het met iedereen te bespreken. Voorbeelden zoals dat van Pluma Ter Beke kunnen een precedent vormen dat de strijd elders versterkt en duidelijk maakt dat we gaan voor overwinningen.
Veel werkenden die vandaag minder dan 14 euro per uur of 2.300 euro per maand verdienen werken in sectoren of werkplaatsen waar vakbonden zwak of onbestaande zijn. Met de campagne ‘Fight for €14’ kunnen we ook daar stappen zetten, bijvoorbeeld in gefranchiseerde winkels, callcenters, KMO’s, … We kunnen acties buiten aan deze bedrijven houden waarmee we meteen tonen dat de vakbonden ook voor deze werkenden opkomen. Het kan het zelfvertrouwen opbouwen om actiegroepen op te zetten die kunnen uitgroeien tot syndicale delegaties.
Momenteel wordt de campagne ‘Fight for €14’ door het ABVV gevoerd. Heel wat ACV-delegees en militanten zijn echter ook voorstander van een campagne voor een hoger minimumloon, zeker in die sectoren waar de laagste lonen minder dan 14 euro per uur of 2.300 euro per maand bedragen. Het zal belangrijk zijn dat we deze militanten en leden in de strijd betrekken en ons niet laten verdelen. Voor de sectoronderhandelingen in de chemie bijvoorbeeld is er een gemeenschappelijke eisenbundel waarin de 14 euro per uur is opgenomen.
Via deze campagne kunnen we de angst van kamp doen keren. De voorbije periode hebben we ons vooral verdedigd tegen aanvallen op onze loon- en arbeidsvoorwaarden. De bazen zaten in de zetel van deze rechtse regering. Een overwinning rond het minimumloon zou het zelfvertrouwen van de werkenden versterken, wat natuurlijk ook een impact zou hebben op strijd voor eisen zoals het minimumpensioen van 1.500 euro netto, verbod op onvrijwillige deeltijdse arbeid, arbeidsduurvermindering zonder loonverlies en met compenserende aanwervingen, … Enkel op deze manier kan de werkende klasse de sociale afbraak stoppen en reële vooruitgang afdwingen.
-
ABVV houdt nationale actiedag voor hoger minimumloon
Met betogingen in Luik, Antwerpen en Waver alsook militantenconcentraties in Gent en Brussel voerde het ABVV vandaag actie voor een hoger minimumloon. Een deftig minimumloon zou minstens 14 euro per uur moeten bedragen. Dat komt overeen met 2300 euro bruto per maand. De huidige minimumlonen zijn een pak lager: net onder de 10 euro per uur. De werkgevers en de regering zijn niet bereid om de laagste lonen op te trekken: er zat slechts een verhoging van 0,10 cent per uur in het laatste IPA (Interprofessioneel Akkoord).
De campagne voor 14 euro per uur is bijzonder belangrijk. Solidariteit opbouwen, gebeurt door actief de verdediging van de zwaksten op te nemen, in dit geval de werkenden met de laagste lonen. Na jaren van loonmatiging en opvoeren van flexibele jobs aan erg lage lonen, wordt het tijd dat de laagste lonen opgetrokken worden. Relatief gezien, in verhouding tot het mediaan loon, behoort het Belgische minimumloon tot de laatste van Europa.

Gent 
Gent Fight for €14 is een campagne met veel potentieel. Het initiatief gaat uit van het ABVV, wat helaas door sommigen binnen ACV gebruikt wordt om er zich van af te zetten en zelfs te demobiliseren. Een jaar voor de sociale verkiezingen wordt de eigen profilering soms hoger ingeschat dan wat ons verbindt in de strijd voor hogere lonen. De strijd voor hogere minimumlonen is nochtans niet aan één specifieke syndicale strekking verbonden: vakbonden staan sterker als werkenden met een laag loon sterker staan.

Waver In de VS werden een aantal overwinningen geboekt in de strijd voor 15 dollar per uur – onder meer in de stad Seattle waar onze zusterorganisatie Socialist Alternative met haar verkozene Kshama Sawant een rol in deze strijd speelde. Dat gebeurde door de beweging van onderuit op te bouwen met een zo groot mogelijke betrokkenheid, over vakbondsgrenzen heen.
De actiedag vandaag bracht alles samen duizenden vakbondsmilitanten op straat. Er zijn veel mogelijkheden met campagnes voor 14 euro per uur. We kunnen met de petitie op straat gaan, op de werkvloer rondgaan, lokale campagnes opzetten om na te gaan wie het met minder dan 14 euro per uur moet doen om daar actie rond te voeren, … Dat is wat bijvoorbeeld aan de UGent wordt gedaan (zie dit artikel). Het concretiseren van de strijd en het opbouwen van een bredere steun ervoor op de werkvloer en in de samenleving in het algemeen, zijn uitdagingen waar we voor staan. Zo kunnen we gaan van propaganda naar overwinningen. Lees hier ons artikel over de strijd voor 14.
- 21 mei: meeting van LSP Gent over de strijd voor 14 euro per uur. 19u30 ABVV-gebouw. Meer info
[divider]
AntwerpenOp de mars voor koopkracht in Antwerpen waren er ongeveer 2.000 aanwezigen. Hieronder enkele foto’s door Liesbeth:
[embed-google-photos-album https://photos.app.goo.gl/5QcaajEz88E2nk8z6]
[divider]
BrusselHet ABVV hield in Brussel een militantenbijeenkomst op het Muntplein in het kader van de actiedag voor een hoger minimumloon van 14 euro per uur.
Verslagje en foto’s door Nico
Er waren enkele honderden militanten van verschillende ABVV-centrales. Na het IPA (Interprofessioneel Akkoord) van begin dit jaar en de verwerping ervan door het ABVV, was het belangrijk om de mobilisaties door te zetten en campagnes te voeren voor meer koopkracht. De afgelopen maanden zagen we al het enthousiasme en de brede steun voor de eis van een hoger minimumloon van 14 euro per uur. Dit blijkt op de markten, in de wijken, op de werkplaatsen en in de syndicale delegaties. De actiedag van 14 mei was een kans om de kwestie van koopkracht en sociale ongelijkheid centraal op de agenda te zetten in aanloop naar de verkiezingen van 26 mei.
De jongeren toonden de voorbije maanden hoe een thema op de agenda kan gezet worden: hun acties maken dat klimaat een belangrijk thema is. Dit gebeurde door massale mobilisaties van scholieren in heel het land en door collectieve acties met nationale en lokale betogingen in het kader van scholierenstakingen.
De militantenconcentratie in Brussel liet toe om de eisen van het ABVV naar voren te brengen. Maar het was ook een kans om de aanwezige militanten op te roepen om naar de bedrijven terug te keren met een duidelijkheid over de volgende stap in de campagne. De woede is groot, er is veel potentieel voor een actievere campagne in elke delegatie. De druk opvoeren rond dit thema zodat het prominent aanwezig is in de verkiezingscampagne, maar ook erna, kan door onze campagne ernstig op te bouwen, geduldig maar ambitieus. De militantenbijeenkomst had kunnen gebruikt worden om in toespraken en pamfletten uit te leggen hoe we de mobilisatie zullen verderzetten om tot overwinningen te komen.
In de regio Brussel voert het personeel van de Lokale en Regionale Besturen als maandenlang in gemeenschappelijk vakbondsfront actie rond eisen voor meer collega’s en meer loon. Het actieplan in de sector is indrukwekkend met personeelsvergaderingen, betogingen, acties aan gemeenteraden, stakingsdagen, … Er is een eisenplatform opgesteld dat beantwoord aan de problemen van het personeel in de sector. Dergelijk initiatief kan een inspiratie zijn in de discussies over hoe we de campagne voor 14 euro per uur kunnen opbouwen.
Leden van LSP, waaronder syndicale militanten, gebruiken de petitie van het ABVV. We maken van de gelegenheid gebruik om onze voorstellen te bespreken in de strijd voor 14 euro, koopkracht, personeelstekort, … Ga met ons hierover in discussie om samen de strijd te versterken.
[embed-google-photos-album https://photos.app.goo.gl/XeHnzKCvAgrhgSCE6]
-
Fight for €14! Hogere minimumlonen zijn nodig én betaalbaar

Foto vanop 14euros.be De campagne “Fight for €14” van het ABVV is een uitstekende zaak voor de arbeidersbeweging. De leefomstandigheden van heel wat mensen in ons land zijn immers weinig benijdenswaardig. Ondertussen leven 1,8 miljoen inwoners van ons land in armoede. Onder hen heel wat jongeren: 1 kind op 7 groeit op onder de armoedegrens. Een job is bovendien al lang geen zekerheid meer op een menswaardig leven: 230.000 werknemers en zelfstandigen, oftewel 5% van de actieven, zijn arm.
Artikel door een ABVV-delegee in de Antwerpse chemiesector
Een minimumloon van 14 euro per uur (arbeider), of 2.300 euro bruto per maand (bediende), zou een belangrijke opstap richting een kwaliteitsvol leven betekenen voor velen. Momenteel ligt dat minimumloon op 9,65 euro per uur, relatief gezien één van de laagste ondergrenzen in West-Europa. In heel wat sectoren werden sectorale minima afgesproken via CAO’s, maar die liggen door de band nauwelijks hoger dan het nationale minimum.
Zo’n 15% van de werknemers verdient maandelijks minder dan 2.300 euro bruto. Voor hen zou het realiseren van de €14-eis onmiddellijk een wereld van verschil maken. Daar komt nog bij dat een fors hoger minimumloon een opwaartse druk uitoefent op alle lonen in ons land.
“€14/uur? Onbetaalbaar,” beweren patroons en hun politieke lakeien. Niets is echter minder waar! In 2017 maakten de 5.000 grootste Belgische bedrijven 24,2 miljard euro nettowinst, of 5% meer dan het jaar voordien. In 2016 werd door Belgische bedrijven 129 miljard euro versluisd naar belastingparadijzen. Allemaal bedragen die door hen verzameld werden omdat zíj zich het leeuwendeel van de vruchten van ónze arbeid toe-eigenen. “Fight for €14” is gerechtvaardigd én betaalbaar!
Het programma uitbreiden om tegemoet te komen aan de noden
Hoewel het minimumloon het speerpunt van de campagne is, is het net zo belangrijk om al wie van een uitkering leeft niet in de kou te laten staan. 1.500 euro netto minimumpensioen, minimaal 1.200 euro (werkloosheids)uitkering en behoud van 80% van het loon bij langdurige ziekte zijn noodzakelijke eisen die het programma vervolledigen om de strijd tegen armoede ten volle te voeren.
Door automatisering en robotisering kunnen honderdduizenden jobs in België bedreigd worden. De patroons zullen niet terugdeinzen om tot ontslagrondes over te gaan om hun winsten te vergroten. Onder andere de werknemers in de bankensector kunnen daar van meespreken. Een 30-uren werkweek, met behoud van loon en compenserende aanwervingen zou de groei van een werklozenleger tegengaan, én de technologische vooruitgang inzetten om het leven van de werkenden en hun gezinnen kwalitatiever te maken.
Het traditioneel sociaal overleg biedt geen uitweg
Het ABVV hoopte via het sociaal overleg in het kader van het Interprofessioneel Akkoord (IPA) tot een doorbraak te komen op vlak van de minimumlonen. Die kwam er niet. Meer dan een verhoging van €0,1/u zat er niet in. Voor de werkgevers en de regering is de maximalisatie van de winsten immers prioriteit nummer 1 t.e.m. 100. Een opbouwend actieplan rond de €14/u-eis zou de krachtsverhouding tussen arbeid en kapitaal kunnen wijzigen, maar daarvoor was er te veel aarzeling bij de vakbondsleidingen. Na de succesvolle staking van 13 februari werd een vervolg van de strijd – toch zeker langs Vlaamse kant – nooit ernstig overwogen door de top van de vakbonden.
De kwestie van de schrijnend lage minimumlonen in ons land werd dan maar over de verkiezingen getild. In een werkgroep, kaderend binnen het nationaal sociaal overleg, zou er na 26 mei verder onderhandeld worden. Of er veel uit de bus zal komen, valt te betwijfelen. De werkgevers dringen aan op een daling van de sociale bijdragen (werknemersbijdragen én die van de werkgevers) en de bedrijfsvoorheffing voor de laagste lonen. De traditionele politieke partijen hebben daar wel oren naar. Sp.a en Groen! steunen de “Fight for €14” campagne in woorden, maar gezond boerenverstand zegt ons dat er na de verkiezingen ook door hen vooral naar de insteek van het patronaat zal geluisterd worden. Een daling van de (para)fiscale bijdragen – oftewel het “uitgesteld loon” – doet het nettoloon stijgen, maar ondermijnt de financiering van de sociale zekerheid en openbare dienstverlening. Kortom, dan betalen we de loonsverhoging zelf, als gemeenschap.
Daar komt nog bij dat de ACV-leiding afkerig staat tegenover de “Fight for €14” campagne. Ze zegt het niet openlijk, maar de campagne wordt bij de groene top als een profilering van het ABVV gezien. Hoewel we begrip opbrengen voor de gevoeligheden, hopen we dat de geesten bij de ACV-leiding rijpen en er in de toekomst rond de tafel kan gezeten worden. Dit is nodig in het belang van de vele tienduizenden die moeten krabben om het einde van de maand te halen. En met begrip vanwege het ABVV dat het ACV ook haar organisatie continu wil versterken.
Van propaganda naar overwinningen
“Fight for €14” heeft vandaag voornamelijk een propagandistisch karakter. De verschillende centrales van het ABVV organiseren bijvoorbeeld elke 14-de van de maand acties op publieke plaatsen in het land. De begeleidende petitie is een handig hulpmiddel om mensen aan te spreken en om steun te vragen. Ook LSP voert campagne met deze petitie. De site “www.14euros.be” werd gelanceerd, alsook een geanimeerde facebookpagina. Allemaal positieve elementen die gehoor geven aan het 14 euro minimumloon. Zeker in verkiezingstijden zijn dit belangrijke initiatieven.
Een campagne heeft echter op een bepaald moment ook overwinningen nodig. Een eerste veldslag(je) werd al gewonnen bij het vleesverwerkend bedrijf “Pluma Ter Beke” in Wommelgem. Tijdens het sociaal overleg op het bedrijf werden in het kader van een nieuwe functieclassificatie de laagste lonen opgetrokken tot 14,05 euro per uur. Deze overwinning kan uiteraard dienen als trendsetter.
Nieuwe kansen zullen zich aandienen tijdens de onderhandelingen over sectorale CAO’s in navolging van het nationale IPA. Zeker in sectoren waar de lonen traditioneel laag liggen, kan “Fight for €14” een ruim en mobiliserend gehoor vinden. Het valt evenwel sterk te betwijfelen of er fundamentele stappen richting €14 komen louter op basis van onderhandelingen met de werkgevers van de verschillende sectoren. Strijd zal nodig zijn om de krachtsverhouding in ons voordeel te doen overhellen. De nationale “Mars voor Koopkracht en Sociale Rechtvaardigheid” van het ABVV op dinsdag 14 mei kan het startschot geven om de strijdbijl op te nemen in de sectoren.
Van onderuit opbouwen, zoals in de VS
Het ABVV haalde de mosterd voor de €14/u campagne in de Verenigde Staten. Daar startte zes jaar geleden een beweging voor een $15/u minimumloon, een campagne die aanvankelijk vooral navolging kreeg bij arbeiders uit de fastfoodindustrie. Acties van de werknemers zelf op hun werkplaats, inclusief “spontane” stakingen, leidden tot lokale overwinningen en een snelle uitbreiding.
Minder geweten is dat dat de Amerikaanse zusterorganisatie van LSP in de VS, Socialist Alternative (SA), een belangrijke motor van de beweging is, en dat van bij het begin. Zo bouwde SA de “$15 Now” campagne uit in Seattle, een stad qua grootte vergelijkbaar met Antwerpen. Via haar gemeenteraadslid en spreekbuis Kshama Sawant, geruggesteund door een massieve “grassroots beweging”, kon het de traditionele politici dermate onder druk zetten dat een minimumloon van 15 dollar werd afgedwongen in de stad.
Sociale akkoorden komen uiteraard anders tot stand in België dan in de VS. Minimumlonen in ons land worden doorgaans afgesproken per sector, en niet per stad of staat/provincie. Maar dat neemt niet weg dat we lessen kunnen trekken uit de dynamiek van de beweging in de Verenigde Staten. Zo waren lokale overwinningen, per werkplaats/bedrijf, cruciaal om de beweging het noodzakelijke zelfvertrouwen te bezorgen.
We denken dat dit ook in ons land een noodzakelijke voorwaarde is om van “Fight for €14” een succes te maken. De petitie kan een instrument zijn om in contact te komen met werknemers in bedrijven waar lage lonen de norm zijn. Dat zijn immers vaak bedrijven met weinig tot geen vakbondsvertegenwoordiging. Interimkantoren kunnen een “doelwit” vormen voor sensibiliseringsacties. Net als “symboolbedrijven” uit de logistieke sector, horeca, dienstencheques, voedingsnijverheid enz. Aangezien het vaak jongeren zijn die werken voor een laag loon kunnen de jongerenwerkingen van de vakbonden er mee hun schouders onder zetten.
Het kapitalisme draait om winst; socialisme om de noden van iedereen
“Fight for €14” heeft het potentieel om brede lagen van de werkenden te betrekken in strijd voor een verbetering van werk- en leefomstandigheden. Een beweging opgebouwd van onderuit kan de continue neoliberale aanvallen op onze verworvenheden ernstige nederlagen toebrengen. Daarnaast zou het een belangrijke groep van jongeren via ervaringen in de strijd bewustmaken van de uitbuitingsmechanismen van het kapitalisme. Een maatschappij waar we als bevolking zélf de controle uitoefenen over de sleutelsectoren van de economie, in plaats van een handvol superrijke aandeelhouders, zou ons pas echt de instrumenten bezorgen om de vruchten van onze arbeid in te zetten voor de behoeften van iedereen, en niet voor de winsten van enkelen.
www.14euros.be
-
Campagne gestart voor 14 euro per uur aan de UGent
Aan de UGent werken heel wat personeelsleden aan een loon dat lager is dan 14 euro per uur.door Tim Joosen, ACOD-afgevaardigde
Het gaat vooral om personeel in ondersteunende en technische diensten zoals maaltijdvoorziening, kinderopvang, chauffeurs en techniekers, maar is ook wat administratief personeel dat onder dit uurloon zit. Zo moet een toonbankbediende in de restaurants van de universiteit al 12 jaar anciënniteit hebben om aan 14 euro per uur te komen, een vakgroepsecretaris komt er pas na zes jaar aan. Zelfs een beginnende bediende op bachelorniveau verdient minder dan 14 euro per uur.
ACOD UGent heeft een overzicht gevraagd van de aantallen personeelsleden die minder dan 14 euro per uur verdienen, ook uitgesplitst naar geslacht. De vakbond vermoedt dat het om honderden collega’s gaat, in meerderheid vrouwen. De rector wees op de beperkte financiering door de Vlaamse regering en stelde dat hogere lonen zonder extra middelen tot jobverlies zouden leiden. Dat is een vreemde reactie. Toen de onderwijsbonden op 20 maart staakten voor meer middelen, ook in het hoger onderwijs, stelde dezelfde rector dat die acties voorbarig waren. Uit het antwoord op de vraag naar degelijke minimumlonen blijkt dat de reactie van de rector op 20 maart voorbarig was.
Voor ACOD UGent is het onaanvaardbaar dat collega’s die cruciale taken verrichten minder dan 14 euro per uur verdienen. Er is een lokale versie van de campagne ‘Fight for 14’ opgezet. We zullen acties voeren om het personeel te sensibiliseren en een beweging op te bouwen om een minimumloon van 14 euro af te dwingen. Een eerste actiemoment is de nationale actiedag van 14 mei. We maken daar een eerste stakingsdag van rond de eis om aan de UGent het minimumloon tot 14 euro per uur op te trekken.
-
Verhoog het minimumloon: 14 euro per uur!
De werkdruk neemt toe maar de lonen volgen niet. Onze arbeid creëert meer rijkdom, maar de armoede blijft uitbreiden. Er loopt iets grondig fout en daar kunnen we enkel verandering in brengen door georganiseerd en offensief op te komen voor alternatieven. Een hoger minimumloon van 14 euro per uur (of 2.300 euro per maand) is daar een essentieel onderdeel van, naast hogere minimale pensioenen (1500 euro), hogere minimale uitkeringen (1200 euro), uitbouw van openbare diensten en collectieve arbeidsduurvermindering. Verhoog het minimumloon!Vlaams minister van armoedebestrijding Liesbeth Homans (N-VA) verklaarde enkele jaren terug dat ze mocht afgerekend worden op de belofte van een halvering van de kinderarmoede. Sinds het aantreden van deze Vlaamse regering was er echter een toename. Nu groeit één kind op zeven in armoede op. Homans probeerde nog om verdeeldheid te zaaien door naar vluchtelingen te wijzen, zelfs indien dit niet uit de cijfers bleek. Kinderen met een niet-Belgische moeder leven in 33,5% van de gevallen in armoede, bij kinderen met een Belgische moeder is dat 6,1%. In beide groepen neemt de armoede toe. Het vat het besparingsbeleid op alle niveaus samen: steeds meer mensen vallen uit de boot. Dit komt door verschillende redenen: de lonen volgen de stijgende productiviteit niet, het aantal laagbetaalde onzeker jobs neemt toe, zorg en openbare diensten worden kapot bespaard, … Voor de grote aandeelhouders verhoogt dat de ‘efficiëntie’, lees: hun winsten. Zij organiseren onze ellende.
Werk hebben volstaat steeds minder om niet in de problemen te komen. Werkenden verloren tussen 2010 en 2017 maar liefst 1,1% aan reëel inkomen in ons land. In slechts zeven andere EU-lidstaten gingen werkenden harder achteruit. Het aantal mensen dat medische zorgen uitstelde omwille van financiële redenen verdubbelde tussen 2005 en 2015. Er zijn steeds meer mensen die noodgedwongen deeltijds werken aan lage lonen. Vorig jaar in april liep de emmer over voor het personeel van Lidl. Er werd gestaakt tegen de hoge werkdruk. Een werknemer van Lidl vertelde ons toen: “We hebben een deeltijds contract omdat de directie geen voltijdse contracten wil geven. Ze doet dit om de flexibiliteit op te voeren: de ene week werken we meer, de andere mindere. De werkdruk is onhoudbaar en wat krijgen wij daarvoor? Na enkele jaren in het bedrijf kom ik amper aan 12 euro per uur. Dat is hoe eigenaar en grote baas Dieter Schwarz een van de rijkste mensen ter wereld is geworden.”
Het minimumloon in België behoort tot de laagste in WestEuropa in vergelijking met het mediaanloon. Het minimum vandaag is minder dan 10 euro per uur. Met een deeltijds contract kom je amper of zelfs niet aan de armoedegrens van 1.139 euro voor een alleenstaande. Bovendien bouw je onvoldoende pensioenrechten op om gerust te zijn voor je oude dag. Ja maar hogere lonen zijn onbetaalbaar, zeggen de werkgevers en hun politici. Hogere winsten voor de grote bedrijven zijn nooit onbetaalbaar. Vorig jaar deelden de grootste bedrijven (in de Bel20) maar liefst 10 miljard euro aan dividenden uit aan de aandeelhouders.
De laagste lonen moeten omhoog. De vakbondscampagne Fight For 14 stelt terecht voor om het minimumloon op te trekken tot 14 euro per uur. Het is mogelijk om een hoger minimumloon af te dwingen. Dat werd in de VS aangetoond: in heel wat steden en regio’s werd een minimumloon van 15 dollar per uur bekomen. Dit gebeurde niet door het lief te vragen, maar door er actief strijd voor te voeren. Seattle was de eerste grote Amerikaanse stad waar de 15 dollar werd ingevoerd. De intensieve campagne daar werd aangevoerd door Kshama Sawant en Socialist Alternative, onze Amerikaanse zusterorganisatie. Laten we het Amerikaanse voorbeeld volgen en offensief opkomen voor minimaal 14 euro per uur!
-
14 maart – Equal Pay Day: voor een minimumloon van 14 euro per uur!

Mars tegen seksisme vorige week in Gent. Foto: Jean-Marie Het loonverschil tussen mannen en vrouwen is nog steeds een realiteit in België. Een vrouw verdient gemiddeld 8% per uur minder dan een man. De loonkloof stijgt tot 21% als naar het jaarloon wordt gekeken.
Er zijn doorgaans meer vrouwen actief in laagbetaalde sectoren waar deeltijds werk legio is: zorg, schoonmaak, horeca, handel, … Het groter aantal vrouwen dat deeltijds werkt, verklaart waarom de loonkloof op jaarbasis zoveel groter is. Maar liefst 43,9% van de vrouwen werkt deeltijds, tegenover 9,6% van de mannen. Het loon van vrouwen wordt nog vaak gezien als een extra gezinsinkomen en niet als een volledig salaris.
Dit maakt dat vrouwen vaak financieel afhankelijk zijn van hun partner waarbij er geen echt alternatief is in geval van een gewelddadige relatie. De regering wil precaire jobs verder uitbreiden (flexi-jobs, interim, dienstencheques, …) en de rechtse partijen pleiten al voor verdere indexsprongen en aanvallen op de pensioenen. Dit alles maakt het allemaal nog erger. De rechtse partijen en de bazen willen hun offensief doorzetten. Door de val van de regering konden ze de aanval op de loonbarema’s niet meer in deze legislatuur doordrukken. Deze aanval moet meer individuele loononderhandelingen mogelijk maken. Mobilisatie blijft nodig om te vermijden dat dit na de verkiezingen wel op de agenda komt.
Als er nog steeds een loonkloof is, komt dit niet omdat mannen teveel verdienen. Het komt omdat een kleine minderheid van de bevolking zich het grootste deel van de rijkdom toe-eigent. Zo hadden de CEO’s van de Bel20-bedrijven op 8 januari al evenveel verdiend als hun werknemers gemiddeld op een heel jaar! In zo’n samenleving is gelijkheid – waaronder gelijkheid tussen mannen en vrouwen – onmogelijk.
De campagne “Fight for 14” van het ABVV is belangrijk in de strijd tegen specifieke onderdrukking van vrouwen. Samen met jongeren en migranten zijn het vooral vrouwen die de laagste lonen krijgen. In die context is 14 maart – de Equal Pay Day – van bijzonder belang. Dat is immers de dag waarop vrouwelijke werkenden eindelijk evenveel verdiend hebben als mannen in het jaar voordien. Met campagne ROSA nemen we deel aan acties op Equal Pay Day waarbij de eis van een minimumloon van 14 euro per uur (of 2.300 euro per maand) centraal staat. Deze strijd kan niet los gezien worden van die voor degelijke jobs en een collectieve arbeidsduurvermindering om een einde te maken aan de flexibele deeltijdse uurroosters met slechts een deeltijds loon.

