Your cart is currently empty!
Tag: veiligheid
-
Veiligheidsbeleid sinds de aanslagen. Wie zich nu veiliger voelt, maakt zich illusies
Er staat een fout in bovenstaande titel, namelijk het woord “veiligheidsbeleid”. Daarvan is in België immers nauwelijks sprake. Militairen op straat veranderen daar niets aan.
door Anja Deschoemacker
De talloze doden die ieder jaar vallen in het verkeer en het feit dat luchtvervuiling nog meer slachtoffers maakt dan het verkeer, hebben de regering er nog steeds niet toe aangezet om over te schakelen van het subsidiëren van autoverkeer naar een beleid dat openbaar vervoer centraal stelt. Ondanks talloze eerdere incidenten in de Belgische kerncentrales, met als laatste uitschuiver het feit dat hackers blijkbaar gemakkelijk in de computersystemen binnenraken, vindt de regering niet dat er meer nodig is dan een symbolische tik op de vingers van Electrabel.
In feite is al het andere “veiligheidsbeleid” teruggeschroefd ten voordele van dat ene stukje veiligheidsbeleid waarvoor de regering zich op de borst klopt: terrorismebestrijding. En zelfs daar doet ze dat onterecht!
Bart Brinckman, journalist in De Standaard, schreef op 12 november over de “hiaten in de veiligheidscultuur” het volgende: “Ruwweg dichtte de regering die gaten op drie manieren. Er kwam meer geld voor de diverse diensten, wetgevend werk gaf de bestrijding van terrorisme en extremisme meer slagkracht en ten slotte kalmeerden enkele placebomaatregelen de publieke opinie: para’s op straat, metaaldetectoren op festivals, extra controles op de luchthaven.”
De laatst opgesomde maatregelen zijn effectief placebomaatregelen: ze zouden geen van allen de aanslagen in Zaventem en Maalbeek hebben gestopt. Je moet al een blinde optimist zijn om te geloven dat het voorgaande lijstje de reële “hiaten in de veiligheidscultuur” heeft gedicht.
“Meer geld voor de diverse diensten”? Er komen nieuwe aanwervingen bij de politie, dat is beloofd. Maar aan de cipiers zijn jarenlang nieuwe aanwervingen beloofd die er vervolgens niet kwamen. Uiteindelijk moesten ze “op een andere manier leren werken.” De discussie over het uitbesteden van politiewerk aan privé-firma’s is binnen de regering dan ook volop aan de gang. De militairen werden voor hun vele uren overwerk van de laatste maanden beloond met onder meer een verhoging van de pensioenleeftijd, met een massale deelname aan een opgemerkte betoging ten gevolg. Alle openbare diensten, ook diegene die met veiligheid te maken hebben, zijn al dertig jaar systematisch ondergefinancierd en blijven ook vandaag kampen met aanhoudende besparingen. De maatregelen van de regering zijn in het beste geval een druppel op een hete plaat.
“Wetgevend werk” dat meer slagkracht gaf aan “de bestrijding van terrorisme en extremisme”? De veiligheidsdiensten zien een aantal oude beperkingen in hun mogelijkheden opzij gezet, dat is waar. Maar zal dat ook terrorisme en extremisme tegengaan? Veel minder zeker. Bart Brinckman is nog vriendelijk als hij stelt dat de regering ook op preventie – op “buurtwerkers, leerkrachten, ouders, sportcoaches of de arbeidsbemiddelaar” – moet inzetten. In realiteit heeft ze op al die groepen niet alleen niet méér ingezet, ze heeft integendeel bespaard en blijft dat ook doen! Met bovendien een aanhoudende betrokkenheid bij oorlogen zoals die in Syrië blijft de voedingsbodem voor terrorisme en extremisme bestaan.
Op nog een ander vlak heeft de huidige regering – en dan zeker figuren als Jambon en Francken – de veiligheid van ons allen in gevaar gebracht. In plaats van jongeren uit migrantengemeenschappen kansen te bieden in onze samenleving, worden ze meer dan ooit geviseerd en gestigmatiseerd. En ditmaal niet vanuit de “eeuwige oppositiepartij” Vlaams Belang, maar vanuit de regering zelf. Hun antwoord op een reactie op aangevoelde uitsluiting uit de westerse samenleving is enkel… nog meer uitsluiting. Dat noemen ze dweilen met de kraan open.
-
Rechts beleid bedreigt onze veiligheid
Veiligheid. Het is het enige thema waarover onze rechtse politici vandaag nog met overgave spreken. Het is in naam van de veiligheid dat we ons moeten neerleggen bij de permanente aanwezigheid van para’s in ons straatbeeld, bij een steeds openlijker ranzig racistisch discours en bij een hele reeks asociale maatregelen die het veiligheidsgevoel moeten vergroten, maar in werkelijkheid de veiligheid van ons allemaal verder ondergraven. Sinds de aanslagen van 22 maart wordt de ‘oorlog tegen terreur’ in verhoogde versnelling gevoerd. Maar die oorlog viseert steeds meer de gehele werkende bevolking.Artikel door Jarmo (Antwerpen) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
De aanslagen in Zaventem en de privatisering van de luchthaven
Het ontslag van minister van Mobiliteit Jacqueline Galant (MR) toont aan dat de manier waarop er het afgelopen decennium met onze veiligheid werd omgesprongen, op zijn zachtst gezegd, laks kan genoemd worden.
Hoewel de incompetentie van deze minister sinds het begin van de rechtse regering al ettelijke malen werd aangetoond, gaat het toch te ver om te stellen dat enkel zij de verantwoordelijkheid zou dragen voor de gebeurtenissen. Rapporten van de Europese Commissie die dateren van juli 2011 en april 2015, waren al vernietigend voor de veiligheidsmaatregelen en -procedures op Brussels Airport. Ondanks de dringende toon van de rapporten, werden ze door de regering straal genegeerd.
De regering maakte na de aanslagen in Parijs wel 400 miljoen euro vrij voor extra veiligheidsmaatregelen. Er werd niet geïnvesteerd in extra maatregelen op en rond de luchthaven. Minister Galant wilde 25 miljoen gebruiken voor Belgocontrol, een dienst die niets met veiligheid te maken heeft maar ook onder een tekort gebukt gaat. Dat er tekorten waren op vlak van inspecteurs was nochtans bekend: op 15 december 2014 werd het al aangeklaagd door Laurent Ledoux van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit. Hij bevestigt het tekort vandaag opnieuw: “We beschikken maar over zes inspecteurs op de luchthaven, dat is manifest te weinig om de veiligheid op alle zes de luchthavens van dit land te garanderen.”
Op dewereldmorgen.be konden we het verhaal lezen van Y., een Antwerpse student uit Borgerhout die via het interimkantoor Actief aan de slag ging als jobstudent bij het veiligheidsbedrijf G4S op de luchthaven. Hij kreeg toegang tot bijna alle delen van de luchthaven en stond mee in voor het controleren van de bagage. Enkele weken later kreeg hij te horen dat hij niet terug moest komen, omdat de directie van G4S geen vertrouwen had in zijn identiteit. Dit alles gebeurde zonder enige screening of enige vorm van politioneel onderzoek. Stel dat Y. wel degelijk een terrorist geweest was, dan had hij dus weken de tijd gehad om een aanslag uit te voeren. Hij had immers een ‘bezoekersbadge’ gekregen en kon zich zomaar toegang verschaffen tot een willekeurig vliegtuig.
De reden waarom veiligheidspersoneel zonder screening wordt aangenomen, is eenvoudig: flexibilisering van de arbeid. Steeds meer wordt met interimcontracten gewerkt en dan is het onmogelijk om een procedure van vijf weken te doorlopen die tot een effectieve personeelsbadge leidt. In een geprivatiseerde luchthaven is niet de veiligheid prioritair, maar wel in hoeverre de uitbuitingsgraad van het veiligheidspersoneel opgedreven kan worden.
BAC (Brussels Airport Company), het privébedrijf dat de luchthaven sinds de privatisering in 2004 uitbaat, heeft er geen enkel economisch belang bij om van de veiligheid van passagiers en personeel een prioriteit te maken. Daarom wordt liever met flexibele en precaire interimcontracten gewerkt dan met echt personeel, dat echt gescreend kan worden en aan echte arbeidsvoorwaarden tewerkgesteld wordt. Bovendien zouden extra veiligheidsmaatregelen ook tot langere wachttijden leiden… en dus tot minder tijd om te shoppen in de tax-free zones van de luchthaven. Het is uit die tax-free zones dat BAC een aanzienlijk deel van haar winsten haalt.
Dat Jacqueline Galant eindelijk ontslag heeft genomen, is uiteraard niet meer dan terecht. Maar als neoliberale politica was ze slechts op de verkeerde plaats op het verkeerde moment. De verantwoordelijkheid voor de erbarmelijke toestand van de veiligheidsprocedures op Brussels Airport ligt bij de neoliberale regeringen van de afgelopen decennia. Ook minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) gaat in geen enkel opzicht vrijuit.
Racistisch discours
Diezelfde Jan Jambon heeft de mond nog het meest vol van zogenaamde veiligheid. Hij weigert de vermarkting van de veiligheidsbescherming als mogelijke oorzaak van het probleem te zien. Integendeel – hij verbrandt zich nog liever aan schokkende uitspraken in het kader van een racistisch discours. Het idee dat ‘een significant deel van de moslimgemeenschap’ gedanst had bij het nieuws van de aanslagen op 22 maart, bleek achteraf uit de lucht gegrepen. Toch blijft Jambon erbij dat dit de werkelijke kern van het probleem is in onze samenleving en de echte oorzaak van de veiligheidsproblematiek. Daarmee probeert hij de verantwoordelijkheid voor de situatie bij enkele individuen te leggen in plaats van bij een falend neoliberaal beleid. Deze retoriek is erop gericht delen van de bevolking tegen elkaar op te zetten in een cultuur van angst en wantrouwen, om de echte verantwoordelijken voor de problematiek – de bazen van de privé-ondernemingen en hun politieke lakeien – uit de wind te zetten.
Daarvoor worden de grove middelen niet geschuwd. Blote leugens als ‘een significant deel van de moslimgemeenschap’ worden niet alleen verkondigd, maar tot in den treure herhaald. Nochtans toont onderzoek aan dat terreurgroepen als IS bij welgeteld 0,3% van de Molenbeekse moslims op enig begrip kunnen rekenen. Moslims zijn wereldwijd de grootste groep slachtoffers van islamistische terreur – en ook hier in Europa behoren ze telkens weer tot de slachtoffers. Dan is het logisch dat ook in deze gemeenschappen IS geen steun kan vinden.
Enkele individuen ten prooi aan radicalisering en salafisme
De 0,3% moslims die IS wél steunen, behoren tot de meest gediscrimineerde en onderdrukte lagen van de bevolking. Het zijn jongeren die opgroeien in een van de armste gemeenten van België, met een gemiddeld inkomen van 9000 euro per jaar. Vaak is een leven van kleine misdaad en autodiefstal dan veel aantrekkelijker dan de magere mogelijkheden tot zelfontwikkeling die de neoliberale samenleving biedt. Het is opvallend dat het uit die lagen is dat Syriëstrijders en plegers van aanslagen gerecruteerd worden. Hun frustratie en blinde haat tegenover deze samenleving komt niet voort uit deze of gene koranvers, maar uit een leven van gemiste halve kansen en half gedwongen misdaad.
Het spreekt voor zich dat de Belgische betrokkenheid bij het bombarderen van verschillende bevolkingsgroepen in het Midden-Oosten daarbij enkel als olie op het vuur kan dienen. Bovendien worden de broeihaarden van geweld in die regio door de opeenvolgende militaire interventies vanuit het Westen enkel verder aangewakkerd. Het mag duidelijk zijn dat enkel een eengemaakt verzet van alle slachtoffers van terrorisme én neoliberale besparingen, een perspectief op beterschap kan bieden.
Veiligheid: te belangrijk om aan onze politici over te laten
Hoewel het woord veiligheid in elke discussie vandaag te horen valt, is het vaak voor de politici die het het meest frequent uitspreken, in werkelijkheid geen grote prioriteit. De ontwikkelingen op Brussels Airport en de gevolgen van de privatisering maken dat pijnlijk duidelijk. Ook het rechtse discours van individuele schuld en culturele ‘genetica’ creëren een nog onveiliger klimaat.
Om een begin te maken aan een veiligere leefomgeving, zullen we het verzet van onderuit moeten versterken. Dat verzet zal zich moeten richten tegen de repressieve maatregelen waarmee we vandaag te maken krijgen, maar ook tegen het neoliberale beleid dat ten grondslag ligt aan de huidige malaise. Enkel zo’n verzet kan een perspectief op een andere samenleving bieden, waarin veiligheid wel belangrijker is dan de winsten op korte termijn van een rijke elite: een socialistische samenleving.
[divider]
Van zes politiezones naar één korps robocops?
Vanuit de hoek van de gevestigde politici blijft de retoriek beperkt tot meer repressie en geharrewar over bureaucratische structuren. Vlaamse en Franstalige politici maken ruzie over het aantal politiezones in Brussel, alsof daar de essentie ligt.
Het spreekt voor zich dat een eengemaakte politiezone de communicatie zou vergemakkelijken en de verschillen tussen ‘rijke’ en ‘arme’ politiezones zou verkleinen. Maar dat is niet het doel van diegenen die één grote gecentraliseerde zone met meer robocops naar Antwerps model willen waarbij de weinige vormen van politieke controle door de gemeentebesturen volledig wegvallen. Het falende politie-optreden toen hooligans een solidariteitswake aan de Beurs verstoorden of de provocatieve arrestatie van tientallen antiracisten en jongeren uit Molenbeek een week later, wierpen ook nu al de vraag op wie de politie eigenlijk controleert.
Als de aanslagen in Zaventem één ding hebben aangetoond, dan dit: louter meer politie en meer para’s op straat biedt geen enkele extra bescherming tegen terreurdaden.
-
Terrorisme bestrijden door samen te werken met repressieve regimes zal niet lukken

Eerder dit jaar werd in Brussel geprotesteerd tegen de repressie van het Marokkaanse regime tegen een strijd van stagiair-leerkrachten. Het neoliberale rechtse bewind in Marokko wil hun statuut en loon drastisch naar beneden herzien, protest hiertegen werd de kop ingedrukt. Verslag van de actie. De verdedigers van het huidige systeem delen een diepgaand geloof in de vrije markt, vrije handel en vrije concurrentie als methoden om tot vrede en vrijheid te komen. De coalitie die Irak in 2003 binnenviel, bracht dergelijke retoriek naar voor. Ook vandaag denken sommigen dat de ontwikkeling van Islamitische Staat en andere vormen van terreurdreiging hiermee kunnen bestreden worden. Dit is een verkeerde veronderstelling.
Artikel door Alain (Namen) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’ (geschreven voor de aanslagen van 22 maart)
Hoe denkt de regering-Michel het terrorisme te bestrijden?Begin maart trokken premier Michel, minister van Binnenlandse Zaken Jambon en staatssecretaris voor Asiel en Migratie Francken naar Marokko om er te onderhandelen over een akkoord gericht op een grotere militaire en gerechtelijke samenwerking tussen beide landen. Minister Jambon (N-VA) had zich eerder al laten ontvallen dat hij Marokkaanse agenten in België wilde inzetten en Belgische agenten naar Marokko wilde sturen om ervaring op te doen die nadien kan gebruikt worden in steden als Antwerpen en Brussel, maar ook in Verviers of Vilvoorde.
Daarmee gaat de regering verder op het standpunt dat de problemen in de steden met een groot aantal migranten vooral van culturele aard zijn. Dit stigmatiseert een volledige bevolkingsgroep en het draagt bij tot een toename van racisme. Unia, het vroegere Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding, merkte op dat er vorig jaar 78% meer klachten wegens racisme en discriminatie waren, met vooral een sterke toename van islamofobie. Het beleid van de rechtse partijen draagt daartoe bij.
Waarden en normen
Welke ervaringen kunnen de Marokkaanse veiligheidsdiensten aan hun Belgische collega’s meegeven inzake repressie? Na de golf van opstanden tegen dictaturen in Tunesië en Egypte, kende Marokko in 2011 eveneens een strijdbeweging, de Beweging van 20 februari. In 2012 werden 70 mensen opgepakt wegens hun rol in de acties. Marokkaanse mensenrechtenorganisaties klaagden deze repressie aan. Recenter was er de bloedige onderdrukking van protest door stagiair-leerkrachten en hun sympathisanten. Al wie ingaat tegen de machthebbers in Marokko wordt als een gevaar gezien en als dusdanig behandeld.
Marokko organiseert de repressie door iedereen van nabij te volgen en te bespioneren, ook wie in het buitenland woont en zelfs wie een dubbele nationaliteit heeft. De Belgische overheid wil van de Marokkaanse repressie gebruik maken om eigen burgers te controleren. Daarmee versterkt België de repressieve benadering en worden de vrijheden van een aantal Belgen beperkt op basis van hun Marokkaanse afkomst.
Minister Jambon was ook vol lof voor methoden die ingaan tegen de privacy, zoals een database van alle vingerafdrukken. Hij beseft dat dit in België moeilijker ligt, maar in Marokko kan het wel want daar “hebben ze geen privacycommissie,” liet hij optekenen. “Ik weet dat er juridische bezwaren zijn. Maar de voordelen zijn ook legio.” En nog: “Mensen die niets verkeerd doen, moeten toch geen schrik hebben dat hun vingerafdrukken in een systeem zitten?” Het doet denken aan Big Brother. Dezelfde argumentatie wordt overigens niet toegepast als over een vermogenkadaster wordt gesproken. Het bespieden van alle burgers en afbouwen van de privacy biedt volgens de rechtse politici van Marokko tot België heel wat voordelen.
De vernielingen door de imperialistische oorlogen en het falen van de revolutionaire strijd in 2011 om niet alleen enkele dictators maar het volledige dictatoriale systeem aan de kant te schuiven, maken het mogelijk dat IS kan ontwikkelen. Dit zal niet gestopt worden met meer spionage en repressie. Het onderdrukken van protest in eigen land is net de slechtste maatregel tegen terrorisme. Het ondermijnt immers de mogelijkheid om het breed gedragen ongenoegen om te zetten in een strijd tegen elke vorm van onderdrukking. Het versterkt de frustraties waar IS op inspeelt. De enige manier om onze veiligheid te verdedigen bestaat uit internationale solidariteit met elke collectieve strijd van onderdrukten tegen uitbuiting, repressie en oorlog.
-
Voor onze veiligheid kunnen we niet vertrouwen op neoliberale politici

Het leger wordt ingezet in Antwerpen. Foto: MediActivista “Ons normale leven zal er nog lang anders uitzien.” Met deze mededeling bereidt premier Michel in een interview in Het Nieuwsblad (12 december) de geesten voor op het semi-permanente karakter van een aantal van de crisismaatregelen die tijdens de “lockdown” van november werden genomen. Eind januari patrouilleren er nog steeds militairen op straat, in stations, op drukke plaatsen.
Artikel door Bart Vandersteene uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
De verschrikkelijke aanslagen in Parijs waarbij de gewone bevolking werd geviseerd – op een concert, op restaurant, bij een sportevenement, … kortom op plaatsen waar iedereen zich wel eens bevindt – hebben bij velen een diepe indruk nagelaten. Volgens een peiling van RTBF en La Libre zijn 63% van de Belgen redelijk of zeer ongerust over de terreur. Maar liefst 50% beweert z’n gedrag te zullen aanpassen.
Er gaat bijna geen dag voorbij zonder dat de wereld wordt opgeschrikt door een nieuwe terreurdaad. Van Indonesië over Irak, Burkina Faso, Syrië, Nigeria tot Turkije. Daarnaast brengen de media ons dagelijks nieuws over de jacht op een terroristennetwerk in België. Eind vorig jaar besliste de regering 400 miljoen extra ter beschikking te stellen van de veiligheidsdiensten. Intussen zijn er vanuit alle mogelijke ministeries aanspraken gemaakt op dat geld: voor de lokale politie, de rechtbanken, de federale politie, bescherming van de kerncentrales, leger, staatsveiligheid, … “Als we de sommen van alle verlanglijstjes zouden optellen, spreken we wellicht over miljarden euro’s,” heet het in De Standaard (20/01/16). Geen enkele minister wil overkomen als “zwak”.
Op hetzelfde ogenblik is beslist dat het Belgische leger aan militaire operaties in Syrië zal deelnemen, onder meer met luchtbombardementen. Er worden veertig F35 gevechtsvliegtuigen voor minimum 3,5 miljard euro aangekocht. Dat de oorlogspolitiek in het Midden-Oosten bijdraagt aan de voedingsbodem waarop terrorisme kan groeien en een belangrijke oorzaak van het vluchtelingenprobleem is, wordt gemakshalve aan de kant geschoven. Deze maatregelen zullen geen veiligheid brengen.
Wij willen echte veiligheid, voor iedereen!
Vandaag hebben politici, de top van de veiligheidsdiensten en de burgerlijke media het monopolie op communicatie en standpunten over veiligheid. Het is een discours van militarisering en oorlogstaal, imminente terreurdreiging, het stigmatiseren van vluchtelingen en migranten, kortom een klassieke verdeel-en-heersretoriek die bevolkingsgroepen tegen elkaar uitspeelt. De sociale tegenstellingen, de besparingsdrift, de excessieve winsten en managerslonen, de gevolgen van een alsmaar brutaler kapitalistisch systeem, dit alles wordt naar de achtergrond verwezen voor de terreurdreiging.
We leven in een wereld waar er onveiligheid heerst voor de meerderheid van de bevolking; onveiligheid in al haar aspecten. Ondanks de enorme toename aan rijkdom in de samenleving is het leven voor velen onzekerder en onveiliger geworden. De neoliberale samenleving heeft komaf gemaakt met een aantal zekerheden uit het verleden. Dit is geen tijdelijk fenomeen dat het neoliberalisme vanzelf zal corrigeren. Het is het resultaat van een politiek waarbij de machtsverhouding werd gewijzigd ten voordele van de kapitalistische klasse, in het nadeel van de werkende klasse.
Regelmatig wordt gezegd dat links de discussie over veiligheid niet aan rechts mag overlaten. De conclusie van de gevestigde linkerzijde is dan meestal om de rechtse voorstellen na te praten. Louis Tobback, SP.a burgemeester en oud-minister van Binnenlandse Zaken stelde in een interview in Knack op 2 december: “Inderdaad. Er is geen andere optie dan law and order. (…) De Wever wil meer en zwaarbewapende politie, en net zoals David Cameron en Margaret Thatcher destijds wil hij dat versterkte veiligheidsapparaat betalen uit de sociale zekerheid. Wij vragen óók een sterkere politie, maar wij willen ze financieren uit de opbrengsten van een vermogensbelasting.”
Law-and-order is het enige antwoord van neoliberale politici, ook van de groenen en sociaaldemocraten. Enkel de wijze waarop dit beleid gefinancierd wordt, zou nog een verschil tussen links en rechts aangeven. Besparingen op collectieve diensten, degelijk onderwijs, werk voor allen, sociale bescherming, … ontnemen de mogelijkheid om iedereen zekerheid en veiligheid te garanderen. Geen enkel politieapparaat is opgewassen tegen een samenleving die steeds harder wordt. Proportioneel gezien kennen de Verenigde Staten het grootste aantal gevangenen, maar het heeft van de VS geen veilig land gemaakt, integendeel.
Afbouw van de welvaartsstaat leidt tot verharding van samenleving
Wat creëert stabiliteit in het leven van een individu, een gezin, een gemeenschap? Een betaalbaar en kwaliteitsvol dak boven het hoofd. Een vast inkomen via een aangename job met voldoening en waardering. Een sociale zekerheid die ervoor zorgt dat een tegenslag je toekomst niet op de helling zet. Een gezondheidszorg die betaalbaar en kwaliteitsvol is voor iedereen. Aantrekkelijk onderwijs met voldoende, gemotiveerde leerkrachten. Openbare diensten die ervoor zorgen dat iedereen toegang heeft tot mobiliteit, sociaal contact, voorzieningen, ontspanning en bescherming. Tijd en ruimte voor maatschappelijke participatie die noodzakelijk is voor een democratische samenleving. Dat zijn allemaal voorwaarden om een maatschappij te creëren waar elk individu zonder angst voor de toekomst volop kan ontwikkelen en participeren. Daar waar tekorten zijn, niet genoeg werk voor iedereen, wachtlijsten voor allerhande diensten of sociale woningen, klassenjustitie, geprivatiseerde diensten in plaats van publieke, vuilbakscholen, … in zo’n samenleving worden sociale relaties op de proef gesteld en kan de verdeel-en heerspolitiek van racisme, seksisme, religieus fanatisme bloeien. Er ontstaat immers strijd om die tekorten.
Deze ontwikkeling kan gekeerd worden. Meer en meer wordt het neoliberale beleid in vraag gesteld, zowel in het kieshokje als op straat. Maar zoals verschillende strijdbewegingen in eigen land en bijvoorbeeld in Griekenland al aantoonden, is de intentie om het tij te keren niet voldoende. Er is een programma en strategie nodig die even scherp is als deze van onze tegenstanders. Een eisenprogramma waarvoor met een even grote vastberadenheid wordt gestreden als de resolute manier waarop de kapitalisten hun belangen verdedigen.
Linkse socialisten pleiten voor een collectieve politieke benadering
Enkel de arbeidersbeweging en haar sociale en politieke organisaties dragen het potentieel in zich om de noodzakelijke eenheid te organiseren, solidariteit van onderop te kunnen opbouwen en met een eisenpakket de stem van de meerderheid te vertegenwoordigen in het veiligheidsdebat.
De vakbonden zouden een massale ledenwervingscampagne onder vluchtelingen kunnen organiseren. Zo worden ze geïntegreerd in de sociale strijd en vermijden we dat ze uitgebuit worden en zo ook bijdragen tot de neerwaartse druk op de lonen. Er zijn voorbeelden in ons land. In Antwerpen is een groep vluchtelingen actief bij Tamil Solidariteit. Vluchtelingen van Tamil-origine werken er met de actieve steun van LSP samen met andere vluchtelingen uit Azië in de strijd voor hun rechten, tegen racisme, maar ook met en binnen de Belgische vakbonden. Niranjan is één van de voortrekkers en zei in de Linkse Socialist “Met Tamil Solidariteit proberen we het lot van Tamils bekend te maken, maar we willen ons niet beperken tot onze gemeenschap. Zo betoogden we begin juli in Antwerpen samen met mensen van Koerdische, Kasjmiri, Pakistaanse, … afkomst tegen de vervolging van Rohingya in Birma. Die bevolkingsgroep is het slachtoffer van een genocide die amper bekend is en waar niets tegen wordt gedaan. Onze beste bondgenoot in de strijd tegen onderdrukking en onrechtvaardigheid vinden we bij andere slachtoffers van onderdrukking, in de eerste plaats bij de arbeidersbeweging. Tamil Solidariteit probeert mee de vakbond uit te bouwen. Hier samen opkomen voor een degelijke levensstandaard legt ook de basis voor een sterkere internationale solidariteit.”
Vakbonden die opkomen voor de zwakste groepen creëren eenheid tegen verdeel-en-heers. Een ketting is maar zo sterk als haar zwakste schakel. Dit geldt ook voor de arbeidersbeweging. De mate waarin de arbeidersbeweging de belangen verdedigt van de meest uitgebuite en de zwakst georganiseerde delen van haar klasse bepaalt haar algemene sterkte om de belangen van de klasse in al haar aspecten te verdedigen.
De kapitalisten hebben de laatste 25 jaar de wereld kunnen kneden volgens hun belangen. Een onzekere en onveilige toekomst met dramatische toestanden is het resultaat. De beste manier om op te komen voor veiligheid voor iedereen is door het debat open te trekken en weg te leiden van de valse “law and order”-retoriek. We zullen pas in een veilige omgeving kunnen wonen en werken, wanneer iedereen, waar ook ter wereld echt kan delen in de enorme rijkdommen die aanwezig zijn. Enkel als iedereen een job en een degelijke woning, onderwijs en gezondheidszorg – een reële toekomst – heeft, en wanneer oorlog tot het verleden behoort, zal veiligheid mogelijk worden.
