Your cart is currently empty!
Tag: Soedan
-
Soedan: neen aan het bewind van de generaals!

Foto: Wikimedia Commons Na 30 jaar dictatuur in Soedan hebben historische massaprotesten president Omar Al-Bashir ten val gebracht in een ‘paleiscoup’ door de generaals. Er werd een ‘militaire overgangsraad’ gevestigd met Defensieminister Ahmed Awad Ibn Auf die als nieuwe president werd aangesteld. Hij is deel van het oude regime en wordt als generaal gezocht door het Internationaal Strafhof voor genocide in Darfoer. Het protest hield echter aan. De betogers riepen: “Revolutionairen, we zetten onze weg verder!”
Door een correspondent van het CWI
Na één dag moest Auf al aftreden. Hij werd vervangen door een zogenaamd ‘minder controversiële’ generaal Abdel-Fattah Burhan. De massa’s eisen het volledige einde van de militaire controle en zijn hiermee niet tevreden. Op drie dagen tijd hebben de massa’s evenveel ‘leiders’ van het oude regime verdreven. En het protest gaat nog steeds door. Duizenden betogers dansen en zingen: ‘Vrijheid’. Ze willen een “nieuw Soedan,” maar de vragen zijn natuurlijk hoe dat kan, welk nieuw Soedan we willen en welke krachten dit kunnen bereiken?
Nieuwe golf van opstanden en revoluties?
In een groot deel van Afrika wordt naar de beweging in Soedan uitgekeken. Een week geleden was er ook al de val van Bouteflika in Algerije. Regimes in de regio vrezen een nieuwe ‘Arabische lente’, een nieuwe golf van opstanden en revoluties.
Dit is een kritiek moment in de ontwikkelende revolutie in Soedan. Discussie over de richting ervan is van vitaal belang. Burhan stelt zich voor als één van de generaals die de demonstranten ging ontmoeten om naar hun standpunten te luisteren. De militairen hopen de illusie te wekken dat ze een ‘dialoog’ met de betogers willen. Maar de demonstranten weten dat het regime zichzelf op deze wijze probeert te redden. Ze verklaren dat ze zullen blijven protesteren tot er een ‘burgerregering’ is.
De eerste interactie tussen betogers en militairen, was met laaggeplaatste ambtenaren en soldaten die de betogers kwamen beschermen tegen de wreedheid van de nationale inlichtingen- en veiligheidsdiensten. Op geen enkel moment hadden de massa’s de illusie dat militaire controle over het land het beste resultaat zou zijn.
Het regime is in paniek en verdeeld, maar het is ook vastbesloten om de macht te behouden. De aangekondigde noodtoestand van drie maanden en overgangsperiode van twee jaar zijn een poging om tijd te winnen. Het regime weet dat de massa’s niet eeuwig op de pleinen kunnen blijven.
Op de staatstelevisie verklaarde een hogere legerofficier: “Onze belangrijkste verantwoordelijkheid is het handhaven van de openbare orde” en “We zullen niet tolerant zijn voor gelijk welke misstap in elke hoek van het land.” Er bestaat nog steeds een ernstig gevaar voor een brute onderdrukking van de beweging.
Potentieel ligt de macht momenteel bij de massa’s op straat. Maar een massabeweging op straat alleen zal de macht niet overnemen. Als de arbeiders en jongeren geen volgende stappen zetten om de macht te grijpen en te consolideren, dan zullen ze die verliezen.
Werkenden en arme mensen in Soedan zagen hun werk- en leefomstandigheden de afgelopen maanden fors verslechteren. Met een inflatie van ongeveer 70% staan honderden mensen in de rij voor brandstof en voedsel. In de steden hebben mensen te lijden onder overbevolking, slechte huisvesting, geweld en criminaliteit. Mensen zeggen: “De regeringen hebben ons geld gestolen en zijn vervolgens weggelopen.”
Op 19 december begonnen de massaprotest toen van de ene op de andere dag de broodprijzen verdrievoudigden. Het begon in Atbara, waar de Soedanese vakbeweging historisch gezien ontstond, maar het verspreidde zich in de dagen erna naar andere gebieden, waaronder de hoofdstad Khartoem.
Schoolkinderen protesteerden tegen de gestegen kosten van schoolmaaltijden. De betogers staken de kantoren van de regerende Nationale Congrespartij en van lokale overheden in brand en vielen de kantoren van de veiligheidsdiensten aan. Naar verluidt werden in sommige gebieden pro-regime imams uit moskeeën verwijderd.
Dokters en medisch personeel begonnen op 27 december een totale staking, later gevolgd door journalisten. De protesten escaleerden op 6 april, toen, als reactie op een oproep tot algemene staking, duizenden mensen buiten het ministerie van Defensie in Khartoem een zitactie begonnen.
Al snel kwam de massabeweging op krachten. Het is deze kracht die maakt dat we nu eisen realiseren die in het verleden ondenkbaar waren, waaronder de vrijlating van politieke gevangenen nadat betogers naar de gevangenissen marcheerden.
De arbeiders en de jongeren toonden heldhaftige moed tegenover een meedogenloos regime dat bekend staat voor arrestaties, martelingen en moorden; in een land waar wie staakt zijn job verliest. Jongeren hebben de sluiting van sociale media omzeild en hun enorm verzet laten zien. Een vereniging van Soedanese artsen stelde dat 26 mensen zijn overleden en meer dan 150 gewonden vielen sinds het begin van de sit-in, bovenop de vele doden de afgelopen maanden. Het is een teken van het revolutionaire potentieel dat er onder de doden ook soldaten zijn die omkwamen toen ze betogers beschermden tegen aanvallen.
De betogers zijn zich zeer bewust van de ‘Arabische Lente’ in 2011 en zeggen bewust dat deze beweging niet dezelfde is – met andere woorden: ze zijn er zich van bewust dat na die golf van revoluties elementen van de oude regimes aan de macht kwamen of bleven. Dat willen ze niet in Soedan.
Het is dan ook belangrijk om de lessen te leren. De zogenaamde ‘Arabische Lente’ heeft er in 2011 niet toe geleid dat de arbeiders en armen de macht overnamen. Dit kwam door het ontbreken van een onafhankelijke massapartij van de arbeidersklasse met een revolutionaire leiding, die vecht voor de volgende stappen om de macht te grijpen met een onafhankelijk programma van de arbeidersklasse.
De belangrijkste oppositiegroep in Soedan is de Soedanese Beroepsvereniging (SPA), waarbij de vakbonden, de Vrouwenbond en andere groepen betrokken zijn. De SPA heeft blijk gegeven van dapper verzet. Zelfs het stellen van fundamentele democratische eisen en het verklaren dat zij zich zullen blijven inzetten totdat zij winnen, is buitengewoon moedig. De SPA stelt: “Onze inspanningen om het regime weg te krijgen, worden voortgezet tot de erfenis van de tirannie is geliquideerd en de leiders van het regime voor het gerecht zijn gebracht.”
Om dit te bereiken zal echter meer nodig zijn dan de huidige “Verklaring van vrijheid en verandering.” Deze verklaring is op 1 januari door de SPA opgesteld en werd ondertekend door een lange lijst van organisaties en protestgroeperingen, waaronder pro-kapitalistische partijen. De verklaring roept op tot de vervanging van Bashir door een nationale overgangsregering die vier jaar aan de macht moet blijven. Deze regering moet bestaan uit “mensen met de nodige kwalificaties op basis van competentie en goede reputatie, waarbij de verschillende Soedanese groepen vertegenwoordigd worden en er een consensus van de meerderheid is.” Deze regering moet aanblijven tot er “een degelijke democratische structuur is gevestigd en er verkiezingen gehouden worden.”
Eisen
Hoewel er veel goede eisen in de verklaring staan – zoals het beëindigen van burgeroorlogen en economische ineenstorting, stopzetting van discriminatie en onderdrukking van vrouwen, en het waarborgen van gezondheidszorg, onderwijs, huisvesting en sociaal en ecologisch welzijn – wordt geen onderscheid gemaakt tussen de verschillende klassenbelangen. Het is belangrijk om een klassenstandpunt in te nemen: oproepen voor democratische verkiezingen zal op zich niet volstaan om de gestelde eisen te realiseren.
Wie zal zich verkiesbaar stellen en voor welk beleid? Het gevaar blijft dat de regerende partij van Bashir, de Nationale Congrespartij, zich hergroepeert om weer aan de macht te komen als de gelegenheid zich stelt. Er mogen geen illusies zijn in pro-kapitalistische partijen en leiders. Zij zeggen dat ze democratie willen, maar zullen niet verder gaan. Elke nieuwe kapitalistische regering zal op dezelfde druk botsen als het regime van Bashir. Het zou er uiteindelijk slechts op neerkomen dat de ene groep uitbuiters door een andere wordt vervangen.
Soedan kampt met een grote economische crisis. De onmiddellijke aanleiding voor deze opstand was de afschaffing van de overheidssubsidies op meel, wat leidde tot een verdrievoudiging van de broodprijzen. Dit was op dictaat van het IMF. Soedan heeft 55 miljard dollar aan buitenlandse schulden. Er zal druk worden uitgeoefend om 8 miljard dollar aan uitstaande schulden aan het IMF terug te betalen. Zolang de nieuwe regering niet bereid is om in te gaan tegen de kapitalistische machten en zolang de belangrijkste onderdelen van de economie in handen van de profiteurs blijven, zal een kapitalistische regering uiteindelijk een besparingsbeleid voeren.
Wat zou zo’n regering doen tegen de paramilitairen die het land terroriseren en met burgeroorlog dreigen? Wat zal ze doen met de religieuze verdeeldheid in het land, met sektarische groepen die worden gesteund door regionale machten? Wat zal ze doen aan het conflict over de verdeling van de olierijkdommen van Zuid-Soedan?
Het is geen toeval dat de Amerikaanse regering meteen verklaarde dat de Soedanese regering “zich terughoudend moet opstellen en ruimte moet laten voor burgerparticipatie aan de regering.” Een woordvoerder van de Amerikaanse regering stelde: “Het Soedanese volk moet bepalen wie hen leidt … en het Soedanese volk is duidelijk geweest in de eis van een door burgers geleide overgang.” Ook de EU en het Verenigd Koninkrijk hebben er bij het leger op aangedrongen om een ‘snelle’ machtsoverdracht aan een burgerlijk bestuur uit te voeren.
De westerse mogendheden willen graag een meegaand regime dat de schulden terugbetaalt, een verdere ontwikkeling van de revolutie verhindert en de kans op opstanden in de hele regio verkleint. Werkenden zouden snel merken dat een nieuwe kapitalistische regering protest voor lagere prijzen of degelijke jobs en lonen repressief onderdrukt – zoals dit ook in Tunesië en Egypte het geval was.
De enige manier om de arbeidersklasse en de armen in het land te verenigen en de hoop op een fatsoenlijke levensstandaard, jobs en huizen, echte democratie, vrijheid van godsdienst, … te realiseren, is door met de werkenden, jongeren en armen zelf de controle in handen te nemen. Arbeidersorganisaties moeten dringend een massale arbeiderspartij oprichten en strijden voor een regering gebaseerd op de arbeidersklasse.
De protesten en sit-ins in het centrum van Khartoem waren krachtig, maar nu moeten de vakbonden oproepen tot een staking om de strijd naar de werkplekken te brengen en de vraag te stellen wie de fabrieken, de productiemiddelen, controleert. Het is van essentieel belang om te strijden voor de wederopbouw van de vakbonden en om regimegezinde leiders, op welk niveau dan ook, af te zetten.
In sommige gebieden, zoals Atbera, zijn er actiecomités opgericht. Er zijn eerste stappen gezet op vlak van organisatie, met comités voor het voeden van mensen, voor de veiligheid, voor de controle op het verkeer en er is zelfs een ziekenhuis opgezet. Maar dat moet meer georganiseerd worden, op politieke basis.
Deze comités moeten lokale vakbonden, werkenden en andere krachten van de revolutie omvatten, met het oog op de voortzetting van de revolutie tot alle eisen gerealiseerd zijn. Comités die lokaal, op staatsniveau en nationaal gecoördineerd worden, kunnen de basis vormen voor een alternatieve staatsstructuur die de macht van het leger overneemt.
Programma
Het programma is essentieel. Om betaalbare voedsel- en brandstofprijzen, loonsverhogingen en een kortere werkweek af te dwingen, is het noodzakelijk om te strijden voor nationalisatie van de grote industrieën en het land van de grootgrondbezitters, onder democratische controle en beheer van de arbeidersklasse.
Een socialistisch plan zou investeren in werkgelegenheid, degelijke huisvesting, gezondheidszorg en onderwijs. Een arbeidersregering zou beroep kunnen doen op massabewegingen in de regio om dezelfde weg op te gaan en economisch samen te werken, ook met Zuid-Soedan. Wij pleiten voor het opzetten van een democratisch socialistisch Soedan, omdat dit de enige manier is om het nieuwe Soedan tot stand te brengen dat de betogers willen.
Een democratische staat van werkenden en armen zou in staat zijn om religieuze en nationale rechten te waarborgen en de oude onderdrukkers te vervolgen. De militaire overgangsraad kondigde al aan dat ze al-Bashir niet naar het Internationaal Strafhof stuurt, maar in Soedan wil berechten. Dat komt omdat ze allemaal schuldig zijn aan dezelfde oorlogsmisdaden. Een democratisch rechtssysteem dat door en in het belang van de werkenden en armen in Soedan wordt beheerd, zou in staat zijn oorlogsmisdadigers te berechten en gerechtigheid te realiseren.
-
Soedan: sluimerende woede leidt tot uitbarsting op straat
Soedan werd vanaf 19 december dooreengeschud door grote protestacties tegen de regering. De omvang en de duur van dit protest zijn ongezien. In de diaspora waren er acties voor ambassades om solidariteit te betuigen met deze heldhaftige strijd. De meeste media in de buurlanden van Soedan zwegen over deze nieuwe fase in de opborrelende Soedanese revolutie. Ze vrezen dat de val van de dictatuur van Omar al-Bashir kan leiden tot een nieuwe golf van opstanden in de regio.
Analyse door Serge Jordan en Sabah Ahmed
De directe aanleiding voor deze uitbarsting van woede was het afschaffen van de overheidssubsidies voor bloem, waardoor de broodprijs de hoogte inschoot. Het is de zoveelste stap in een reeks asociale maatregelen van het regime van al-Bashir. Deze maatregelen werden doorgevoerd om de ‘aanbevelingen’ van het IMF te volgen. De regering is boven de kredietlimiet bij het IMF gegaan en om de schulden af te betalen, moeten de dictaten van het IMF gevolgd worden. Dit betekent dat de Soedanese werkenden en armen nog meer besparingen opgelegd krijgen.
De eerste betoging vond plaats in Atbara, historisch een bastion van protest tegen de regering en de geboorteplaats van de Soedanese vakbeweging. Atbara bevindt zich in de noordoostelijke staat ‘Rivier Nijl.’ Het regime vreesde dat de verhoging van de broodprijs in de hoofdstad Khartoum politiek te riskant was en besloot daarom de maatregel eerst in de noordoostelijke staat door te voeren. De broodprijs verdrievoudigde op één dag. De tactiek van de regering mislukte: de prijsverhoging leidde tot de grootste protesten in dit deel van Soedan sinds jaren.
Nadat de regering aankondigde dat de prijs voor schoolmaaltijden zou verdubbelen, protesteerden scholieren in Atbara. Ze werden door honderden andere betogers vervoegd en trokken naar het stadscentrum. Daar werd het centraal kantoor van de heersende partij (National Congress Party, NCP) en het gebouw van de lokale regering in brand gestoken. Bij de beruchte veiligheidsdiensten NISS werden heel wat vernielingen aangericht. Het protest ging de hele avond door en sloeg over naar andere steden in dezelfde staat, alsook naar Port Sudan, de hoofdstad van de deelstaat ‘Rode Zee.’ De slogans waren tegen het regime en de slechter wordende levensvoorwaarden gericht. De noodtoestand en een avondklok werden afgekondigd in Atbara. Alle scholen in de stad gingen dicht.
Op de tweede dag gingen er ondanks de noodtoestand betogingen door in zowat alle steden van de staat ‘Rivier Nijl.’ Het protest sloeg ook over naar Al-Gadarif in het uiterste oosten van het land, waar zes betogers vermoord werden door veiligheidsdiensten waaronder scherpschutters. Er waren eerste protestacties in Al-Obeid, de hoofdstad van de staat Noord Kurdufan, en in Dongola in het noorden, waar betogers regeringsgebouwen platbrandden. Er waren verder acties in de hoofdstad Khartoum. Het grootste protest daar was op het Jacksonplein, het belangrijkste knooppunt voor openbaar vervoer in Khartoum. De betogers verjaagden de politie.
Op 21 december, na het vrijdaggebed, kenden de protestacties een verdere uitbreiding. In de staat ‘Witte Nijl’ werden kantoren van de heersende partij en de lokale overheid in brand gestoken. Op dat ogenblik was de avondklok al afgekondigd in vijf staten. In een poging om de protestbeweging te stoppen, verbood de regering alle sociale media, werd het internet afgesloten en schorste de minister van Onderwijs alle lessen in middelbare scholen en hoger onderwijs. De volgende dag zouden er ook in het westen van het land protestacties ontwikkelen, onder meer in Noord Darfoer en Zuid Darfoer.
Van bij het begin kozen het regime en de veiligheidsdiensten voor harde repressie. Ze schrokken van de vastberadenheid van de betogers, in het bijzonder de vrouwen en jongeren. Een aanhanger van het CWI die in Khartoum woont, omschreef de nachtelijke gebeurtenissen als “stedelijke guerrillastrijd” in de voorwijken met jonge betogers die vuur maakten en Molotovcocktails gebruikten om de politie en de zwaar bewapende veiligheidsdiensten van de NISS in de val te lokken en uit te putten. Er vielen reeds minstens 37 doden en honderden gewonden. Heel wat betogers werden opgepakt en gemarteld. Dit bloedbad houdt de mensen echter niet tegen om te blijven protesteren. Er worden slogans geroepen als: “Kogels doden ons niet, onderwerping wel.” Het is een uitdrukking van een breed gedragen gevoel onder de Soedanese bevolking dat de situatie zo slecht geworden is dat er niets erger is dan niets doen, zelfs als dit betekent dat je leven op het spel wordt gezet. Een Soedanese vrouw verklaarde aan de BBC: “Als je nu naar buiten gaat en omkomt of als je binnenblijft en van de honger sterft… Wel, laten we dan protesteren!” Deze sfeer verklaart waarom de repressie tot hiertoe enkel geleid heeft tot een versterking en radicalisering van de beweging.
Economische puinhoop, regime in paniek
Het afschaffen van de subsidie voor bloem was de spreekwoordelijke druppel die de emmer deed overlopen. De inflatie loopt al op tot bijna 70% (volgens de regeringscijfers, sommige economen stellen dat de reële inflatie dubbel zo hoog is). De waarde van het Soedanese pond is ingestort. Het einde van de economische sancties van de VS in oktober 2017 heeft niet geleid tot een verbetering van het leven van de gewone Soedanees. Nu de sancties weg zijn, staat de regering naakt voor de eigen bevolking: er is niemand anders meer om de schuld op af te schuiven.
De meeste mensen hebben moeite om zich basisproducten te veroorloven. Er zijn bovendien tekorten, onder meer inzake brood en brandstof, in heel wat regio’s waaronder Khartoum. Mensen slapen wachten soms twee dagen in hun auto om te kunnen tanken. Er zijn wachtrijen om brood te kopen of om cash geld van de bank te halen. In de hoofdstad zijn er geen jobs, maar toch trekken mensen uit andere delen van het land naar daar in de hoop werk en een beter leven te vinden. De stad is overbevolkt, er is een gebrek aan betaalbare huisvesting, geweld en misdaad scheren hoge toppen.
Al deze factoren dragen bij tot een algemene woede. Het protest had bovendien ook al snel een politieke impact, van bij het begin was er een expliciet protest tegen het regime. Slogans om het regime van het gehate en repressieve bewind van al-Bashir omver te werpen, zijn erg populair en weerklinken zelfs in voetbalstadia. In de straten leeft het gevoel dat deze beweging het einde van het regime kan betekenen. In sommige gemeenten werden imams die opriepen tot gehoorzaamheid aan de autoriteiten afgezet. In al-Nuhud en al-Gadarif bestormden betogers de opslagplaatsen van de Zakat-kamers om het voedsel op te eisen. Deze vastberadenheid en het verwerpen van angst geven aan dat er zich een revolutionaire situatie begint te ontwikkelen.
Bij de heersende lagen is er een gevoel van hulpeloosheid, twijfel en paniek. De beweging is immers ook doorgebroken in de bastions van de NCP, wat erop wijst dat de kern van de steun voor het regime ingestort is. Een lokale waarnemer verklaarde: “De schok van de voorbije dagen is dat de mensen waarop de regering steeds beroep gedaan heeft om steun te vinden, de beschermers van het noordelijk Soedanees chauvinisme, vandaag op straat komen voor het einde van dit regime.”
Al-Bashir zwenkt tussen verschillende posities: enerzijds doet hij op verzoenende toon een oproep aan de veiligheidsdiensten om het recht op protest te respecteren en belooft hij economische hervormingen, maar anderzijds doet hij de betogers af als verraders, huurlingen en buitenlandse agenten. Op dinsdag 25 december trok een mars naar het presidentieel paleis met de eis dat al-Bashir aftreedt. Deze mars was georganiseerd door een hele reeks vakbonden en oppositiepartijen in Khartoum. Het was de grootste soortgelijke betoging in jaren met duizenden betogers die slogans riepen als: “De mensen willen het regime omverwerpen”, “Vrijheid, vrede, rechtvaardigheid en revolutie.” De veiligheidsdiensten gingen over tot brutaal geweld met traangas, rubberkogels, massale arrestaties en er werd zelfs met scherp geschoten. Al-Bashir was duidelijk bang: hij had de hoofdstad net voor de betoging verlaten.
Andere delen van de staatsmachine vertoonden tekenen van zwakte, verdeeldheid en angst. “Ik zag hen nooit op deze manier panikeren,” stelde een activist aan de New York Times. Onder de soldaten is er weinig animo om tegen de beweging in te gaan. Beelden van smartphones tonen hoe elementen van het Soedanese leger met betogers verbroederden in Atbara en al-Gadarif, betogers werden zelfs beschermd tegen de dodelijke repressie van politie, NISS en de milities van het regime. Ook de politie ging meermaals aan de kant staan.
De militaire leiding kwam na enkele dagen met een publieke verklaring waarin de steun aan het regime werd bevestigd, maar daarbij werd al-Bashir opmerkelijk genoeg niet bij naam genoemd alsof het leger alle opties open wil houden voor verschillende scenario’s. Nadien verschenen beelden van de centrale leider van de “Rapid Support Force”, een brutale paramilitaire groep die de regering steunde, waarop hij aan duizenden troepen zei dat ze “solidair” moeten zijn met het Soedanese volk omdat de regering verantwoordelijk was voor de inflatie die tot het protest heeft geleid. Op 27 december nam de minister van Volksgezondheid in de Noordelijke staat ontslag, het eerste ontslag van een hooggeplaatste figuur sinds het uitbreken van het protest.
Stakingsacties
Op 24 december begonnen Soedanese dokters en medisch personeel een staking van onbepaalde duur. Ze riepen andere beroepsgroepen op om hen te volgen in een nationale staking uit solidariteit met de beweging. Op 27 december volgden de journalisten deze oproep met een driedaagse staking uit protest tegen “het geweld van de regering tegen de betogers,” maar ook tegen de regelmatige inbeslagnames van kranten door de veiligheidsdiensten en tegen de arrestaties van journalisten die over het protest berichten.
Een aantal verenigingen van vrije beroepen (dokters, apothekers, …) roepen op tot een algemene staking, maar deze is nog niet ontwikkeld. De officiële vakbonden worden strikt gecontroleerd door de regering en blijven bijgevolg zwijgen over de dringende kwesties waarmee de massabeweging geconfronteerd wordt. De sociale woede is echter erg groot. De stakingen van enkele sectoren en de banden met de jongeren kunnen de meest onderdrukte lagen van de arbeidersklasse tot protest aanzetten.
Soedan kent een lange geschiedenis van arbeidersstrijd. Als de Soedanese arbeidersklasse zich verenigt in protest met massastakingen en protestacties, dan kan dit het einde van het bewind van al-Bashir betekenen, net zoals het in het verleden een einde maakte aan de militaire regimes van Abboud en Nimeiri. Het komt er nu op aan om regimegezinde vakbondsvertegenwoordigers af te zetten en te vervangen door echte vertegenwoordigers van de werkenden, waarbij onafhankelijke comités op de werkvloer worden opgezet als onderdeel van de opbouw van onafhankelijke vakbonden. De activisten moeten niet wachten tot er een datum voor een algemene staking wordt afgekondigd om een massale campagne te starten waarbij studenten, jongeren, arme boeren, werklozen en kleine handelaars worden opgeroepen om deel te nemen aan een protestbeweging om het huidige regime ten val te brengen.
In bepaalde plaatsen, zoals in Atbara, zijn er wijkcomités opgezet. Dat is belangrijk: het kan de strijd op lokaal vlak helpen structureren, het kan mensen bijeenbrengen om alle praktische en politieke kwesties te bespreken. Als dit uitgebreid wordt tot alle wijken, werkplaatsen en onder de gewone soldaten, dan kan het verzet tegen het regime en haar repressie gecoördineerd worden, kan de orde gecontroleerd worden en kan de basis gelegd worden voor een alternatieve machtsstructuur gebaseerd op wat de revolutionaire bevolking wil. Zo kan de macht van het corrupte en repressieve regime van al-Bashir overgenomen worden en kan vermeden worden dat de huidige strijd politiek gekaapt wordt.
De massa’s hebben steeds hun vastberadenheid getoond, maar er is tegelijk een gebrek aan leiding. De meeste politieke partijen en oppositiekrachten hebben geen duidelijk programma over hoe de beweging vooruit kan gaan. De meesten zijn eigenlijk bang van een massabeweging van de werkenden en armen, omdat dit het kapitalistische systeem dat zij verdedigen bedreigt. Sommigen, zoals de National Umma Party, hebben in het verleden regelmatig allianties gesloten met het regime.
De oproep van de Soedanese Communistische Partij om de “beweging te verenigen en samen te werken om deze te coördineren” is een nuttige stap voor zover het nadruk legt op het versterken van de bestaande massabeweging. Maar de oproep is gericht aan “alle oppositiepartijen” waarbij geen onderscheid wordt gemaakt tussen die politieke oppositie die al-Bashir weg wil en diegenen van wie de belangen objectief regelrecht tegenover die van de krachten in de huidige beweging staan.
De omverwerping van het regime moet leiden tot een radicale verandering van de samenleving en niet tot een kosmetische oppervlakkige verandering waarbij alle onderdrukkende structuren en de brutale economische uitbuiting van de massa’s intact blijven. Zoals wij in 2014 reeds schreven: “Het zinkende schip van de NCP zet zowel het imperialisme als deden van de heersende klasse ertoe aan om plannen te maken voor de toekomst. Ze hopen dat ze de beweging van de Soedanese bevolking kunnen beperken door het NCP-regime te vervangen door een nieuwe regering die de verderzetting van het kapitalisme garandeert. Dat is waarom we als socialisten gekant zijn tegen het idee van een soort ‘consensusregering’. Dat betekent immers dat er geen fundamentele sociale verandering komt, de kapitalistische vertegenwoordigers in zo’n regering zouden er nooit mee instemmen om met het kapitalisme te breken. Het kapitalisme is immers de basis van hun macht.”
Vandaag moeten we gelijkaardige waarschuwingen brengen. De organisatoren van de mars op 25 december eisen terecht het ontslag van al-Bashir, maar ze koppelden dit aan een petitie voor een “overgangsregering van technocraten met een mandaat dat gegeven wordt door alle delen van de Soedanese bevolking.” Revolutionaire ervaringen uit het verleden hebben helaas aangetoond wat er van zo’n “technocratische regering” kan verwacht worden: het verwijderen van een gediscrediteerd kopstuk van het regime, die vervangen wordt door iemand anders, maar waarbij de fundamenten van de oude staatsmachine en van de economische macht van de plunderende kapitalistische elite gewoon behouden blijven.
Zo’n ‘technocratische’ formule, een militaire staatsgreep, het recycleren van oude politieke gezichten, het inzetten van ‘frisse’ gezichten van de pro-kapitalistische oppositie, of varianten op deze antwoorden, zullen geen oplossing bieden voor de fundamentele problemen waarmee de Soedanese massa’s geconfronteerd worden. De revolutionaire beweging kan enkel vertrouwen stellen op de eigen strijd en organisatie. Het komt erop aan om een onafhankelijke linkse kracht op te bouwen, zodat er een sterk politiek instrument is om de belangen van de werkenden, vrouwen, kleine boeren en alle armen in strijd te verdedigen en om deze lagen bijeen te brengen in een revolutionaire regering: een regering met een programma om de rijkdom van de corrupte heersende elite af te nemen, de centrale industriële sectoren en grote landbouwbedrijven te nationaliseren en de basis te leggen voor een democratische socialistische planning van de productie waarin de noden van de meerderheid van de bevolking centraal staan.
-
ULB. Solidariteitsactie en debat tegen de repressie in Soedan

Donderdag voerden leden van de Actief Linkse Studenten en de Coördinatie van mensen-zonder-papieren campagne aan de ULB tegen de repressie waarmee de sociale mobilisaties in Soedan te kampen hebben.Sinds 8 januari zijn er acties van armen en werkenden in Soedan die protesteren tegen de begroting voor 2018. In die begroting staan er heel wat besparingsmaatregelen, zoals de afschaffing van allerhande subsidies voor voedsel en brandstof. Het regime reageerde zoals het dat gewoon is bij protest en afwijkende meningen: de betogers werden opgepakt en met hen ook een aantal kritische journalisten. Een maand na het begin van de acties toonden we aan de ULB onze solidariteit met de strijd in Soedan tegen de besparingen en voor een betere toekomst.
Een internationale solidariteitscampagne droeg bij tot de vrijlating van Mohamed Satti, een activist van 21 jaar die verbonden is met het Committee for a Workers’ International (de internationale organisatie waartoe LSP behoort) en die twee weken werd vastgehouden door het regime. Na een intensieve campagne is hij vrijgelaten, maar de strijd gaat door: voor de vrijlating van alle politieke gevangenen, voor de val van het dictatoriale regime en voor een samenleving zonder de corrupte kapitalistische elite die het nu voor het zeggen heeft!
De repressie in Soedan kreeg redelijk wat aandacht in België omdat de federale regering hier samenwerkt met het Soedanese regime in het kader van het brutale asielbeleid.
Na de actie voor de Soedanese ambassade was er op initiatief van ALS een debat aan de ULB. De discussie was verrijkend. De aanwezigheid en bijdragen van militanten van de Coördinatie van Mensen-zonder-papieren droegen daar in sterke mate toe bij. De noodzaak om alle strijd tegen het regeringsbeleid te verenigen en een begrip van hoe de regering het asielbeleid gebruikt om ons te verdelen, zijn twee elementen die sterk naar voor kwamen in de discussie.
De sprekers benadrukten ook dat we moeten ingaan tegen de huidige samenleving, het kapitalisme. Waarom laten we toe dat 82% van de geproduceerde rijkdom naar de 1% rijksten gaat terwijl de rest van de mensen erop achteruit gaan? Voor mensen in de meest onzekere situaties, zoals mensen-zonder-papieren, betekent dit een leven van illegaliteit, extreme uitbuiting en harde repressie. We moeten de productiemiddelen uit kapitalistische handen halen zodat we de geproduceerde rijkdom kunnen inzetten voor de volledige mensheid en niet enkel de superrijken. Dat is een belangrijke conclusie voor de sociale strijd hier in België, maar evengoed in Soedan en elders.
De Actief Linkse Studenten en de Coördinatie van mensen-zonder-papieren zullen de komende dagen campagne voeren om de betoging van 25 februari bekend te maken. We besloten om samen hiervoor campagne te voeren op de campus.
-
Groeiend protest tegen Soedanese dictatuur
Er is al veel gezegd en geschreven over Soedan, maar doorgaans wordt niet ingegaan op de redenen van de ellende in het land en evenmin op het groeiende verzet daartegen. De afgelopen weken waren er verschillende protestacties tegen de begroting waarmee de regering van al-Bashir de bevolking hard raakt.Artikel door Thomas (Antwerpen) uit maandblad ‘de Linkse Socialist’
De begroting voor 2018 werd pas eind vorig jaar op tafel gelegd. De inhoud ervan was weinig verrassend en rampzalig voor de meerderheid van de bevolking. Broodnodige subsidies voor energie en basisproducten worden afgebouwd. Ondanks het einde van de oorlog wordt er 20 miljard Soedanese pond uitgetrokken voor leger en veiligheid, terwijl er slechts 8 miljard is voor onderwijs en zorg. In een land waar de bevolking om vooruitgang smeekt, is dat wraakroepend.
Er was de hoop dat de afbouw van de economische sancties door de VS en het einde van de oorlog voor verbetering zouden zorgen, maar dat is niet het geval. Vanaf 2012 worden de subsidies voor brandstof afgebouwd. Dit wordt nu versterkt verdergezet om aan de eisen van het IMF te voldoen. Om de kas te vullen, wordt de gewone bevolking aan willekeurige boetes onderworpen. Zo worden kledingvoorschriften voor meisjes ingeroepen om boetes wegens ‘openbare ordeverstoring’ op te leggen. Het probleem is omvangrijk: in de regio rond de hoofdstad Khartoum alleen waren er vorig jaar 40.000 boetes wegens ‘openbare ordeverstoring.’
De regering probeert de internationale positie van het land te verbeteren door te schipperen tussen de grootmachten. Zo trok al-Bashir naar Moskou en ontving hij de Turkse president Erdogan die het gebruik van een havenstad aan de Rode Zee beloofd kreeg. Tegelijk versterkt het de spanningen met Egypte en Saoedi-Arabië. De brutale Saoedische rol in de oorlog in Jemen zorgde eerder al voor onrust in Soedan.
President Al-Bashir wil in eigen land zijn heerschappij bevestigen met een derde termijn in 2020, zelfs indien hiervoor de grondwet moet gewijzigd worden. Het enorme repressie-apparaat wordt ingezet om elke oppositie en verzet de kop in te drukken. De protestacties die begin dit jaar ondanks de moeilijke omstandigheden plaatsvonden, hebben al geleid tot verschillende doden. Dissidenten en vakbondsactivisten werden dagenlang vastgehouden zonder enige vorm van proces. Kranten die kritisch waren over de begroting werden uit de handel genomen.
Het is met dit regime dat Theo Francken wil samenwerken om Soedanese vluchtelingen hier te identificeren om ze terug te sturen. Wij staan daarentegen voor samenwerking met de werkenden en hun gezinnen die de strijd tegen de dictatuur van al-Bashir aangaan. We hebben een kleine zusterorganisatie in Soedan die opkomt voor onafhankelijke strijd van de werkenden en armen voor socialistische verandering. Een goede organisatie van het verzet en een programma voor echte verandering zijn noodzakelijk. Onze solidariteit met de strijd in Soedan kan dat mee versterken.
-
Soedan: Mohamed Satti vrijgelaten. Internationale solidariteit levert resultaat op!

Strijd gaat door: voor vrijlating van alle politieke gevangenen!Donderdagavond werd onze Soedanese kameraad Mohammed Satti (Hamudi) vrijgelaten. Hij werd meer dan twee weken vastgehouden door de overheid na deelname aan een protestactie tegen de regering in de hoofdstad Khartoum. Hamudi werd rond 21u30 lokale tijd door de politie bij hem thuis afgezet.
Ongetwijfeld is de vrijlating van Hamudi het resultaat van de internationale solidariteitscampagne die de druk op de Soedanese autoriteiten hoog hield. Afdelingen van het CWI hielden doorheen de wereld acties en er was een groeiende solidariteit. De groeiende aandacht voor de zaak van Hamudi zorgden ervoor dat het voor de Soedanese regering een risico werd om hem langer vast te houden.
Wij zijn bijzonder blij met deze overwinning op het Soedanese regime. We bedanken al wie voor de vrijlating van Hamudi is opgekomen. Maar er zitten nog steeds enkele tientallen activisten in de gevangenis. De omstandigheden in de gevangenis zijn vreselijk. Ook deze activisten moeten vrijkomen! Afgelopen woensdag waren er opnieuw protestacties tegen de prijsverhogingen. Er waren acties in Khartoum, Wad Medani, Zalingei en andere steden. Daarbij werden opnieuw betogers opgepakt.
Er is duidelijk nood aan een blijvende beweging die niet alleen ingaat tegen de overheidsrepressie in Soedan, maar die ook in staat is om de kapitalistische dictatuur van Omar al-Bashir omver te werpen. Wij komen op voor de vrijlating van alle politieke gevangenen die het Soedanese regime bestrijden en we zullen campagne blijven voeren om de strijd van de Soedanese bevolking voor een vrij, democratisch en socialistisch Soedan te ondersteunen.
-
Actie “Laat Mohamed Satti vrij” en “Stop de repressie in Soedan”
Op donderdag 8 februari is er een actie voor de ambassade van Soedan om 18u gevolgd door een debat aan de ULB om 19u, met sprekers van de Actief Linkse Studenten, Amnesty International ULB en de Coördinatie van mensen-zonder-papieren.
Op donderdag 8 februari is er een actie voor de ambassade van Soedan, in de buurt van de ULB, om te protesteren tegen de brutale repressie van de Soedanese regering tegen sociaal protest. De Actief Linkse Studenten hebben banden met activisten ter plaatse. Onze Soedanese kameraad Mohamed Satti (Hamudi) zit nu al twee weken vast in Khartoum en we hebben nog steeds geen nieuws over een mogelijke vrijlating.
Hamudi werd opgepakt tijdens de protestdag van 17 januari. Toen werden bijna 200 betogers opgepakt. Hun familieleden en advocaten mogen hen niet ontmoeten en de veiligheidsdiensten leggen geen enkel bewijs voor van een veroordeling, van de plaats waar ze opgesloten zijn of van de voorwaarden waaronder ze gevangen zitten. Er zijn sterke vermoedens dat ze gemarteld worden. De Soedanese journalist Amal Habani was eveneens opgepakt en raakte ernstig gewond nadat hij gemarteld werd met een elektrische matrak.

We protesteerden vorige week ook al aan de Soedanese ambassade. De aanleiding voor het protest was de verdubbeling van de broodprijs en het brutale bewind van al-Bashir die de graanimport volledig toevertrouwde aan de private sector in het kader van een besparingsbeleid. Die maatregel vond plaats tegen de achtergrond van extreme ellende: in bepaalde regio’s loopt de armoedegraad op tot 75%. Bovendien zijn er grote tekorten op vlak van gezondheidszorg, onderwijs of toegang tot drinkbaar water.
De regering-Trump heeft de sancties tegen Soedan opgeheven, Frankrijk heeft de Soedanese minister van Buitenlandse Zaken in Parijs uitgenodigd en Groot-Brittannië organiseert een handels- en investeringsforum met Soedan. In België werkt de regering samen met de Soedanese dictatuur. Het is met dit regime dat Francken wil samenwerken om Soedanese vluchtelingen te identificeren en terug te sturen, waarbij zelfs de subsidiaire bescherming (zoals vastgelegd in de Conventie van Genève) niet wordt nageleefd. Die bescherming houdt in dat er niet mag teruggestuurd worden indien er risico is op onmenselijke behandeling in het land van afkomst. De regering-Michel gebruikt de mensen-zonder-papieren en de vluchtelingen als zondebokken die verantwoordelijk zouden zijn voor de tekorten in de sociale zekerheid. De regering probeert ons tegen elkaar op te zetten door racisme in de hand te werken, terwijl het regeringsbeleid zelf verantwoordelijk is voor de afbouw van onze sociale zekerheid.
De Actief Linkse Studenten aan de ULB en Amnesty International aan de ULB willen hun solidariteit betuigen met de jongeren en werkenden die ingaan tegen armoede en geweld in Soedan. We voeren een actie aan de ambassade van Soedan, vlakbij de ULB. We spreken af om 18u aan de Foyer van de ULB om samen naar de ambassade te gaan (Rooseveltlaan 124) en daar de vrijlating van Mohamed Satti en alle politieke gevangenen in Soedan te eisen.
We vragen om solidariteitsberichten en/of solidariteitsfoto’s te sturen naar mut@isoc.sd en info@sudan.gov.sd met een kopie aan egaulb@gmail.com.
De actie zal gevolgd worden door een debat aan de ULB over het asielbeleid van Francken en de mobilisatie naar de nationale betoging tegen het repressieve asielbeleid op 25 februari. Er zullen sprekers zijn van de Coördinatie van Mensen-zonder-papieren, ALS en Amnesty International ULB.
-
Soedan: lid van onze zusterorganisatie opgepakt. Solidariteit gevraagd!
CWI-sympathisant Mohamed Diaeldin Mohamed Satti, 21 jaar en bekend als ‘Hamudi’, is één van de activisten die de voorbije week door de Soedanese autoriteiten is opgepakt als onderdeel van het brutale onderdrukken van verzet tegen het regime van al-Bashir. Het protest was gericht tegen de snel stijgende prijzen en het besparingsbeleid. Hamudi is afgelopen woensdag opgepakt toen hij deelnam aan een vreedzame betoging in Khartoum.Naar schatting meer dan 400 politieke activisten en betogers zitten momenteel in de gevangenis. Daaronder negen leden van de leiding van de Soedanese Communistische Partij, leidinggevende leden van de National Umma Party en de bekende vrouwelijke activiste Ilham Malik Salman Ahmed. De hysterische campagne van massale arrestaties trof zelfs Soedanese en buitenlandse journalisten die bericht uitbrachten van de protestacties. Dat wijst op de angst van het regime voor zelfs milde vormen van kritiek die aanleiding kunnen geven tot massale revolte.
Volgens activisten die vrijkwamen, dwingen de veiligheidsdiensten de gearresteerden om een document te tekenen waarin ze beloven om af te zien van deelname aan betogingen en politieke activiteiten. Wie dit weigert te tekenen, zoals Hamudi, blijft vastzitten. De gevangenen mogen geen bezoek van familieleden krijgen. Hun haar wordt afgeschoren en ze worden fysiek mishandeld.
We eisen de onmiddellijke vrijlating van Mohamed Satti ‘Hamudi’ en de andere politieke gevangenen. We vragen onze leden en sympathisanten om te protesteren bij de Soedanese autoriteiten, ambassades en consulaten. We roepen op om solidariteit met Hamudi te tonen door foto’s en steunberichten naar cwi@worldsoc.co.uk te sturen.
Hieronder enkele foto’s van protestacties en van solidariteit uit verschillende delen van de wereld. Komende vrijdag houden we om 13u een eerste prikactie aan de Soedanese ambassade in Brussel (Franklin Rooseveltlaan 124, Brussel).
NIGERIA:
BELGIË:
MEXICO:
ENGELAND & WALES:
INDIA:
ZWEDEN
-
Solidariteitsoproep uit Soedan: laat alle manifestanten vrij!
De afgelopen weken was er een protestgolf in Soedan tegen de prijsstijgingen en het besparingsbeleid. (Zie: https://nl.socialisme.be/72502/soedan-protest-tegen-besparingsbeleid)
Het regime van al-Bashir vreesde dat dit protest kon ontwikkelen tot een bredere beweging. Daarop is overgegaan tot harde repressie. Tal van manifestanten, journalisten, mensenrechtenactivisten en politieke militanten werden brutaal aangepakt, geïntimideerd en opgepakt. De politie wordt ingezet om elk straatprotest de kop in te drukken.
Op woensdag 17 januari werd de belangrijkste leider van de Soedanese Communistische Partij thuis opgepakt. De arrestatie komt een dag na een door de CP georganiseerde betoging tegen het besparingsbeleid. Er waren duizenden op die betoging in het centrum van Khartoum. De manifestanten riepen slogans als “Neen aan de honger, neen aan de hoge prijzen.” Het was de grootste protestactie tot hiertoe in de recente golf van protest. Ook deze betoging werd brutaal onderdrukt door de politie die traangas inzette en heel wat manifestanten oppakte.
Woensdagnamiddag was er een ander protest georganiseerd door de oppositie. Ook dat ging gepaard met arrestaties en willekeurig geweld. Vlak voor dat protest spraken we met een ooggetuige die zei dat de politieke politie sterk aanwezig was en dat de autoriteiten het plein waar zou geprotesteerd worden probeerden af te zetten. Het wijst op paniek bij de corrupte heersende elite en een grote angst voor massale revoltes.
We betuigen onze solidariteit met de bevolking van Soedan die zich niet neerlegt bij de repressieve machine van het regime van al-Bashir en die opkomt voor een betere toekomst. We eisen de onmiddellijke en onvoorwaardelijke vrijlating van alle activisten, manifestanten, politieke dissidenten, … die de afgelopen dagen opgepakt werden;
Stuur een protestmail naar de Soedanese minister van Binnenlandse Zaken Ibrahim Mahmoud Hamid op mut@isco.sd en een kopie aan cwi@worldsoc.co.uk.
Die protestmail kan je op deze tekst baseren:
“We have been outraged to hear the news about the violent repression by the Sudanese authorities on peaceful protesters exercising their basic democratic rights. This is an unacceptable attempt at forcing the Sudanese people to keep quiet on the austerity policies that are being implemented by the government, despite widespread opposition and the dismal consequences of these measures on people’s lives. We demand the immediate and unconditional release of all the protesters and dissidents who have been apprehended in the last days, and the dropping of all potential charges against them. In the event this does not happen, we will make sure that this disgraceful crackdown and brutal treatment of Sudanese voices of opposition is being widely exposed internationally.”
-
Ooggetuigenverslag uit Soedan: protest tegen besparingsbeleid en repressie
Op 8 januari waren er protestacties in verschillende Soedanese steden, waaronder de hoofdstad Khartoum en de zuidelijke steden Nyala, Geneina en al-Damazin. Er waren ook acties in West-Darfoer. De onmiddellijke aanleiding was de verdubbeling van de broodprijs nadat de regering de subsidie ervan afschafte als onderdeel van de begroting voor 2018. De minister van Binnenlandse Zaken kondigde aan dat er “krachtig” zou gereageerd worden tegen de betogers. Eén student kwam om het leven door de repressie. Voortrekkers van de oppositiepartij Sudan Congress Party werden opgepakt. Zes dagbladen die kritisch berichtten over de afschaffing van de subsidie werden uit de handel gehaald.
In oktober vorig jaar werden de meeste economische sancties die de VS twee decennia lang had opgelegd aan Soedan afgeschaft. Ondanks hoge verwachtingen op verbetering, ging de economische situatie van de meerderheid van de bevolking erop achteruit met een galopperende inflatie. Drie kwart van de nieuwe begroting gaat naar het leger en de veiligheidsdiensten. De regering staat onder druk van het IMF om subsidies voor energie af te bouwen. Deze subsidies vormen een levenslijn voor heel wat armen en werkenden.
Het corrupte en brutale regime van Omar al-Bashir kan zich niet meer achter de sancties van het VS-imperialisme verschuilen als excuus voor de slechte economische positie van de Soedanese bevolking. De plundering van de rijkdom door de heersende elite, de massale corruptie en de enorme verspilling van middelen in bloedige oorlogen zijn de ware redenen voor de economische problemen van de gewone bevolking. De protestacties zoals op 8 januari zullen navolging krijgen, de woede tegen het regime neemt op veel terreinen toe.
Hieronder een artikel door een aanhanger van het CWI in Khartoum. Het is geschreven voor de acties van afgelopen zondag, maar biedt achtergrond bij de recente gebeurtenissen. Bovendien is het erg interessant in het licht van de discussie in ons land over het uitwijzen van migranten naar Soedan en de samenwerking daarbij met het regime van al-Bashir.
Eind 2017 kwam de Soedanese regering na lang getreuzel met een begrotingsvoorstel voor 2018. Na vier jaar van vermindering van de subsidies voor brandstof – een maatregel die door de regering werd verdedigd als “remedie voor de slechter wordende economie” – is de economie er enkel verder op achteruit gegaan. Het tekort nam toe tot 28 miljard Soedanese ponden, een sterke toename tegenover het jaar ervoor. De nieuwe begroting zet het oorlogsbeleid gewoon door. De middelen voor het leger en de veiligheidsdiensten lopen op tot 20 miljard, terwijl er voor onderwijs en zorg niet meer dan 8 miljard wordt uitgetrokken. Dat zijn nochtans sectoren waar de bevolking hard te lijden heeft met een groot aantal analfabeten, een slechte zorgsector en dure prijzen voor medicijnen waardoor gewone mensen deze niet kunnen betalen.
Daar stop het niet. De regering zal het beleid van geleidelijk afbouwen van subsidies voor brandstoffen verderzetten. Dit beleid leidde in 2012 en 2013 tot protestacties. De regering reageerde daarop met brutaal geweld waarbij verschillende doden vielen. Enkele dagen voor de bekendmaking van de begroting kondigde de regering aan dat de subsidies voor dollars in omloop zouden ingetrokken worden waardoor het Soedanese pond meteen sterk aan waarde verloor: waar er voordien 7 ponden betaald werden voor een dollar, steeg dit tot 18 pond. Het heeft vreselijke gevolgen voor de prijzen, zeker op een ogenblik dat mensen al hard gebukt gaan onder aanhoudende inflatie (die momenteel ongeveer 25% bedraagt). Dit beleid zal de armen verder in de problemen duwen.
De regering maakt meer middelen vrij voor het leger en de veiligheidsdiensten. Dit wordt onder meer gebruikt om de vervolging van activisten en politici op te voeren. Zo werden de dissidenten Ilham Malik en Ehssan Ebdalaziz recent opgepakt. De nationale veiligheidsdiensten hebben hen sindsdien dagelijks ondervraagd, zonder uit te leggen waarom ze opgepakt zijn. Tussendoor moeten ze uren wachten, eveneens zonder verklaring, als onderdeel van een psychologische oorlog. De voorzitter van de landbouwersvakbond, Hassbo Ebrahim, werd in de ochtend van 28 december eveneens opgepakt.
Het systeem vervolgt niet alleen politieke activisten en gaat niet alleen in tegen de persoonlijke rechten van de bevolking, er wordt ook rechtstreeks geld van de mensen geëist op basis van de wet op de “openbare orde” waarmee onder meer kledingvoorschriften worden opgelegd. 24 meisjes werden de voorbije maand opgepakt en voor de rechter gebracht omdat hun kledij “onfatsoenlijk” was. De beschuldigingen werden uiteindelijk ingetrokken na internationaal protest. Maar veel gevallen worden niet opgenomen door de media. Recente statistieken geven aan dat er vorig jaar in de deelstaat Khartoum alleen meer dan 40.000 gevallen van inbreuken op de ‘openbare orde’ waren. Deze regels worden ingeroepen naargelang de betrokken politieagenten het willen. De willekeur is groot. Het is een middel om in het bijzonder vrouwen te onderwerpen. Maar zeker naar het einde van het jaar wordt het vaak ingeroepen om nog zoveel mogelijk geld binnen te halen.
Veranderingen in buitenlands beleid
Terwijl de regering de begroting aankondigde, was er net bezoek door de Turkse president Erdogan. Er waren heel wat vergaderingen en er werden economische en militaire akkoorden gesloten tussen beide landen. Zo werd een akkoord bereikt om het beheer over de havenstad Suakin, een eiland aan de westkust van de Rode Zee (met archeologische monumenten uit de Ottomaanse periode), gedurende 99 jaar aan de Turkse regering over te dragen. Activisten protesteerden hiertegen, onder meer omdat de beslissing ingaat tegen de grondrechten van de lokale bevolking en omdat het territorium van Soedan aan de inwoners van het land behoort en niet verhandeld moet worden door regeringen.
Tijdens het bezoek was er ook een tripartite meeting van de Turkse, Soedanese en Quatari legerleidingen. Er wordt gespeculeerd dat Suakin een Turkse militaire basis in Soedan kan worden. Tijdens een bezoek van al-Bashir aan Rusland werd gesproken over het vestigen van een Russische militaire basis aan de Rode Zee, maar dat leidde nergens toe.
Het bezoek aan Rusland en de groeiende militaire, economische en politieke invloed van Turkije tonen de snel veranderende internationale verhoudingen en de evenwichtsoefening van het Soedanese regime tegenover de Turks-Qataarse alliantie in de regio. De sterke band tussen Soedan en Saoedi-Arabië ligt dan ook sterk onder vuur. De brutale opstelling van de Saoedi’s tegen de Houthi’s in de Jemenitische oorlog zorgde voor onrust in Khartoum. De verhoudingen werden nog slechter na een confrontatie tussen troepen van de Emiraten en van Soedan in het zuiden van Jemen.
Het recente bezoek aan Rusland en daarna door de Turkse president zullen de spanningen tussen Soedan en de regionale machtspool rond Saoedi-Arabië en Egypte verder op de spits drijven. De Egyptische media hebben de toenadering sterk bekritiseerd. Ze vrezen dat de aanwezigheid van een militaire basis in Soedan de buurlanden direct zal bedreigen. De Egyptisch-Soedanese verhoudingen staan verder onder druk door het heropleven van de betwisting rond het gebied van Hala’ib en Shalateen en door de beschuldiging dat Soedan steun geeft aan Ethiopië voor het bouwen van een grote waterdam (de Nahdha dam) op de Blauwe Nijl.
Tegen de achtergrond van deze ontwikkelingen bereiden de partijen de volgende parlementsverkiezingen van april 2020 voor. Het parlement bespreekt in dat kader een voorstel tot grondwetswijziging waarmee al-Bashir voor een derde keer president kan worden. De huidige grondwet laat slechts twee ambtstermijnen toe. De vorige verkiezingen werden in 2015 gehouden en werden geboycot door de belangrijkste oppositiepartijen. Nu zullen sommige partijen wellicht wel aan de verkiezingen deelnemen nadat ze toegetreden zijn tot de “nationale dialoog” die door het regime is opgezet.
Het CWI in Soedan denkt dat deze ‘dialoog’ met het regime een poging is om de oppositie tot een akkoord te brengen waardoor het pro-kapitalistische beleid van het regime veilig wordt gesteld. De meeste mensen verwerpen deze dialoog. We pleiten integendeel voor onafhankelijke strijd van de werkenden en de armen om het regime van al-Bashir omver te werpen. Dit regime moet vervangen worden door een regering op basis van democratisch verkozen vertegenwoordigers uit alle regio’s en uit alle gemeenschappen in het land om te beginnen aan de socialistische heropbouw van het land op basis van een planmatige inzet van de middelen in het belang van de volledige Soedanese bevolking.
-
Michel & Francken: leugenaars aan de macht
Dinsdag haalde premier Michel ongemeen hard uit naar de tienduizenden gewone mensen die protesteerden tegen de pensioenhervorming. Ze hadden het niet begrepen en waren misleid door de “leugens” van de vakbonden. Hij kon niet uitleggen waarover de vakbonden zouden gelogen hebben en hield het dan maar op wild om zich heen schoppen. Nog geen week later blijkt dat Michel de leugenaars niet bij het sociaal protest op straat moet zoeken, maar in zijn eigen kabinet.
Geert Cool
Staatssecretaris Theo Francken hield de waarheid over geplande deportaties naar Soedan achter. Zelf omschreef hij het als zijn eerdere “communicatielijn aanhouden.” Zo brutaal en direct de man politieke tegenstanders aanpakt, zo zacht en omslachtig omschrijft hij zijn eigen liegen.
Het uitwijzen van mensen naar een land waar ze gefolterd worden, werd op alle mogelijke manieren goedgepraat door N-VA-voorzitter De Wever. ‘Iedereen stuurt Soedanezen terug’, ‘we weten niet of er echt sprake is van foltering’, ‘er is geen alternatief,’ ‘wie Theo aanvalt, is voor open grenzen.’ De Wever merkte op dat iedereen steeds op de kap van Francken zit en hij daardoor te emotioneel had gereageerd. Heeft De Wever al eens de Twitter-feed van zijn goede vriend geopend? Daar kan hij zien dat het Francken is die steeds op de kap van iedereen zit en niet omgekeerd.
Ondertussen werd de aandacht afgeleid van het lot van die Soedanese migranten die teruggestuurd werden. Van enige menselijkheid en medeleven is er in hun geval geen sprake. Huisdieren worden met meer respect behandeld – zelfs als ze schoolkinderen bijten – dan Soedanese migranten. Kunnen we vertrouwen op Francken en co om een eerlijk onderzoek in te stellen naar het lot van de teruggestuurde Soedanezen? Zal Francken ook die taak uitbesteden aan veiligheidspersoneel in dienst van de Soedanese regering, net zoals hij Soedanezen wilde inzetten voor het herkennen van landgenoten onder migranten in het Maximiliaanpark in Brussel?
Francken beweert dat het om een leugen om bestwil ging. “Geruchten creëren in migratie zo goed als altijd een aanzuigeffect.” Alsof Soedenezen hun land ontvluchten omdat ze via Twitter vernomen hebben dat Theo Francken hen niet meer zal uitwijzen… De verdediging van Francken en zijn partij speelt in op racistische vooroordelen tegen migranten. Voor het vluchtelingenprobleem hebben neoliberalen immers geen oplossing. Dat vereist een aanpak van de wereldwijde ongelijkheid en kapitalistische uitbuiting die leidt tot enorme tekorten en oorlogen. Daar heeft de N-VA geen antwoord op, de partij draagt met het neoliberale beleid integendeel bij tot de groeiende ongelijkheid. Bij gebrek aan een antwoord op de redenen waarom mensen vluchten, blijft enkel ‘victim blaming’ over.
Mogelijk zal Francken zelfs met een flagrante leugen wegkomen. In De Standaard werd “de top van de N-VA” aan het woord gelaten: “Wie wil van migratie het verkiezingsthema maken? Niemand toch?” De leugens worden toegedekt met een arrogante portie cynisme.
Deze regering is gebouwd op leugens. Het gaat om ideologisch bepaalde leugens: er wordt vastgehouden aan de hardste Thatcheriaanse neoliberale dogma’s, zelfs al botsen die met de realiteit. De vele geschenken aan de superrijken leiden niet tot het doorsijpelen van rijkdom en welvaart naar beneden, het doorsijpelen beperkt zich richting Kaaimaneilanden en andere belastingparadijzen. De aanvallen op de sociale zekerheid dienen om de vele geschenken aan de superrijken te blijven betalen. Toch beweert de regering dat de besparingen op de sociale zekerheid en bijvoorbeeld de pensioenen niet tot sociale achteruitgang leiden. Pinokkio Michel kan de werkelijkheid niet onder ogen zien.Zoals Trotski opmerkte in zijn ‘Geschiedenis van de Russische Revolutie’: “Partijen die geen uitweg meer hebben, zijn nooit in staat gebleken om de werkelijkheid onder ogen te zien, net zoals een zieke wiens toestand hopeloos is, niet de ernst van zijn ziekte wil inzien.” Het kapitalisme is een ziek systeem. De verdedigers van dit systeem zijn hopeloos en willen de ernst van de ziekte niet inzien. Vandaar de leugens.
Het protest tegen Theo ‘Trump’ Francken van de afgelopen maanden had het bij het rechte einde. Het huidige asielbeleid is gebaseerd op racisme en een onmenselijke behandeling van migranten die verantwoordelijk geacht worden voor problemen waar zij niet de oorzaak van zijn. De rechtse regering maakt bovendien op cynische wijze gebruik van de racistische vooroordelen die ze zelf versterkt om de aandacht van het eigen asociale beleid af te leiden. Het asielbeleid is daar nochtans een onderdeel van: de zwaksten in de samenleving eerst aanpakken, verzet breken zodat zelfs de slechtste arbeidsvoorwaarden in het zwart aanvaard worden, dat gebruiken om alle werkenden te verdelen zodat nog meer asociale maatregelen mogelijk worden. Hoog tijd om de leugenaarsbende van Michel wandelen te sturen!







