Your cart is currently empty!
Tag: Publifin
-
Sociale onrust bij Franstalige persgroep L’Avenir
Journalisten in actie tegen achtergrond van schandaal rond Publifin-Nethys
Begin maart besliste het personeel van de groep L’Avenir om twee dagen te staken. Aanleiding was het ontslag van drie medewerkers. Dit gebeurde na jaren van spanningen tussen het personeel van de krant en de eigenaar, Nethys. Ondoorzichtige besluitvorming, controle op de redactie en streven naar winstgevendheid ten koste van de kwaliteit: de directe of indirecte afhankelijkheid van de bedrijfswereld staat haaks op de verspreiding van informatie. De beste manier om de greep van het kapitaal over de media te bestrijden, is door eigen onafhankelijke media te ontwikkelen die opkomt voor de belangen van de werkenden.
Door Sebastien (Luik)
Het personeel van L’Avenir is al bijna vijf maanden in actie. Er werden overwinningen geboekt na een stakingsdag in februari (14 februari), er verscheen een dossier over het beheer door eigenaar Nethys (15 februari) en daarna waren er intensieve onderhandelingen op 16 en 17 februari. In afwachting van een audit door het parlement van Federatie Wallonië-Brussel werd het werk na de staking begin maart hervat “als teken van openheid.”
Nethys, of de dictatuur van de aandeelhouders
De zaak is zowel verwerpelijk als illustratief. Het dossier dat L’Avenir opmaakte, was verhelderend en scherp. Eind 2016 brak het schandaal Publifin-Nethys los. Er waren vergaderingen waar de aanwezigen 500 euro per minuut voor kregen. Er was een corrupt systeem waarvan de ‘socialist’ Stéphane Moreau de spil was. Hij is bovenal CEO van Nethys, dat in 2014 de groep L’Avenir kocht.
Net als andere kranten volgde Vers L’Avenir die affaire op de voet en haalde dit regelmatig de voorpagina. Volgens Moreau werd de affaire zelfs iets te sterk opgevolgd. Hij drong er bij de redactie op aan om over alles te schrijven “behalve over hemzelf of Nethys.” De eigenaar vermeed nadien elke communicatie met de krant. Dat was zo tot in de zomer van 2018. De redactie kreeg dan plots te maken met een “directeur van de redacties” die aangesteld werd op aangeven van Nethys. “Een manier voor [hen] om een pion aan te stellen aan het hoofd van redactie die sinds de affaire-Publifin als vijandig werd bestempeld,” stelde journalist Philippe Leruth. Het duurde niet lang voor de vijandigheid tot verdere maatregelen leidde: drie journalisten die erg nauw betrokken waren bij de berichtgeving over dossiers verbonden met Nethys werden ontslagen.
Magnaten die actief zijn op politiek vlak en in de bedrijfswereld krijgen een steeds grotere greep op de media. Een handvol multinationals controleert de informatieverspreiding. In 2009 was de Belgische media in handen van amper zeven groepen. In 2003 werd al op deze ontwikkeling gewezen door onderzoeker Geoffrey Geuens van de ULG in zijn boek “Tous pouvoirs confondus. État, Capital et Médias à l’ère de la mondialisation.”
Werkenden hebben eigen media nodig
De journalisten van L’Avenir voeren een voorbeeldige strijd. Ze zijn de luis in de pels van de directie en de eigenaars. Het verloop van het sociaal conflict werd uit de doeken gedaan in de krant zelf. Dat is een unicum, benadrukt de Vereniging van journalisten. Het personeel besliste tot alle acties op algemene vergaderingen, waar quasi unaniem gestemd werd. Het gebeurde niet op initiatief van “enkele aanstokers” zoals de directie laat uitschijnen.
Als de elite spreekt over vrijheid van media, hebben ze het over de vrijheid van de kapitalisten om de media in handen te nemen en er controle op uit te oefenen, zodat er uiteindelijk sprake is van het muilkorven van media. Er is nood aan media die vertrekken van de belangen van de werkenden en hen voorbereiden op strijd tegen dit systeem dat enkel uit is op de winst en daarom onze levensstandaard bedreigt. Er is momenteel amper media vanuit de arbeidersbeweging. Wij proberen met onze bescheiden middelen een andere stem te laten horen.
-
Interview met Christine Planus, ACOD-delegee bij Publifin
“Wij willen een gezond beheer waarbij het karakter van de openbare dienst en het welzijn van het personeel centraal staan”

Actie van het personeel bij Publifin eind maart Sinds het uitbreken van de affaire-Publifin is er heel veel aandacht voor deze intercommunale. Waar veel minder belangstelling voor lijkt te zijn, is de positie van het personeel. Wij vroegen ons af hoe het personeel van Publifin reageert op de schandalen. We spraken met Christine Planus, hoofdafgevaardigde van ACOD bij Publifin.
Interview door Simon (Luik) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’
Kan je jezelf even voorstellen?
“Ik ben Christine Planus en werk op de klantendienst van Publifin, meer bepaald op de dienst die instaat voor de relaties met de leveranciers. Sinds de liberalisering van de energiesector en de herstructurering van het bedrijf kregen alle diensten en functies een Engelstalige naam, maar ik weiger om de nieuwe naam van mijn functie te onthouden!
“Ik ben opvoedster van opleiding en was BBTK-afgevaardigde toen ik in de sociale sector in Spa werkte. De afgelopen 21 jaar werkte ik in de structuur die vandaag Publifin heet. Ik ben sinds 18 jaar afgevaardigde voor ACOD en sinds 2009 de hoofdafgevaardigde.”
Wat is de stemming onder het personeel sinds het uitbreken van de schandalen?
“Toen het schandaal van de vergoedingen voor de mandatarissen bij Nethys uitbrak, voelden de personeelsleden zich aanvankelijk niet betrokken. Maar tegelijk is het duidelijk dat er zaken zullen veranderen en dat leidt tot hoop.
“De directie staat nu erg zwak en dat kan het proces van privatisering rekken. Wat enkel nog in naam een intercommunale was, kan zich misschien terug richten op de taken van een openbare dienst, meer bepaald diensten leveren aan de burgers en tegelijk de publieke aandeelhouders vergoeden (de gemeenten en de provincie). De winsthonger moet stoppen en we kunnen terug een echte publieke instantie worden met engagement, echt syndicaal overleg, …
“Maar we durven daar nog niet teveel in geloven, we moeten voorzichtig blijven. Het personeel staat al langer wantrouwig ten opzichte van de actiebereidheid van de politieke wereld. Velen denken ook dat de parlementaire onderzoekscommissie niet veel zal opleveren en dat de politici niet zo moedig zullen zijn om een gezond beheer van een openbare dienst te bevorderen.”
Heel wat politici zijn voorstander van een privatisering. Jean-Claude Marcourt (PS) verklaarde dat Publifin beter naar de beurs trekt. Ben je niet bang dat het moment zal aangegrepen worden om een stap verder te gaan in de privatisering waarbij het personeel gechanteerd wordt met het argument van de jobs?
“We hebben ervaring met die argumenten. De afgelopen jaren werden ze bij elk ogenblik van crisis bovengehaald door de autoriteiten. Het feit dat Stéphane Moreau onder druk gezet werd, heeft overigens niet geleid tot een andere retoriek. In de parlementaire onderzoekscommissie bleef hij zeggen dat er besparingen nodig zijn en dat er personeel moet afvloeien. We zullen dus waakzaam moeten zijn en mogen ons niet laten doen.
“Het is trouwens straf dat Moreau onder ede verklaarde dat hij niet op de zetel van het bedrijf was op 22 februari, terwijl we hem daar met verschillende personeelsleden gezien hebben. Er is blijkbaar nog altijd een gevoel van ongenaakbaarheid waarbij ze denken dat ze boven de wet staan, een beetje zoals een verwend kind. Er is hier een politieke verantwoordelijkheid voor.”
Hoe staat de directie momenteel tegenover het personeel en de vakbonden?
“Het is complete paniek. Sinds begin januari zie ik mijn overste niet meer, terwijl er voordien minstens een keer per week een contact was rond personeelszaken of dagelijks vakbondswerk. De algemene directrice en de verantwoordelijke voor HR zijn steevast afwezig. De laatste keer dat ik hen zag, had de gebruikelijke arrogantie wel plaatsgemaakt voor een meer verzoenende toon. Ze hadden het lef om de syndicale delegatie te vragen om een verklaring af te leggen waarin we de directie steunen. Terwijl ikzelf en de vakbondsafgevaardigden steeds persoonlijk aangepakt werden door de directie, vroegen ze ons nu om solidariteit tegen de zogenaamde ‘intriges’ tegen Stéphane Moreau. De vraag verbaasde me en uiteraard zijn we er niet op ingegaan.”
Jullie hielden een protestactie voor het Waals parlement op de dag dat André Gilles voor de onderzoekscommissie moest verschijnen. Wat was het doel van de actie en hoe verliep de mobilisatie?
“We wilden het personeel een plaats in het debat geven. Het debat zal uiteindelijk gaan over een herstructurering van het bedrijf: de politici willen aan een ander model werken. Het personeel mag daarin niet vergeten worden.
“De mobilisatie verliep erg vlot: nog voor de oproep breed gelanceerd was, hadden we al een groot deel van de bussen gevuld. We moesten zelfs nog een bus bijbestellen om iedereen naar Namen te brengen.
“Dat kwam vooral omdat er onder de collega’s het gevoel is dat we iets kunnen veranderen en dat we nu moeten handelen. Maar het komt ook door de dagelijkse werking van de syndicale delegatie. Zo ging ik recent langs elke dienst om te informeren over de pensioenhervorming. Ik wilde kleine groepen van maximum 20 personen zodat iedereen kon deelnemen en vragen stellen. Samen met de regelmatige algemene vergaderingen zijn dat voorbeelden van de concrete werking die het ook mogelijk maakt om collega’s te mobiliseren bij acties.”
Is er in de media aandacht voor jullie eisen?
“Aanvankelijk was dit niet echt het geval. Maar anderzijds was er van onze kant ook weinig wil om te communiceren. Maar sinds een video verscheen waarop Stéphane Moreau schreeuwt om het personeel te intimideren, is er een grotere aandacht voor de sfeer binnen het bedrijf. Het droeg ertoe bij dat we op televisie werden uitgenodigd.
“Ondertussen is er een sterke nadruk op de persoonlijkheden in het debat. Het lijkt alsof enkele figuren het probleem vormden, terwijl het om heel het systeem gaat. We beseffen dat wij vanuit onze positie als vakbondsmilitanten gebruikt worden. Maar we kunnen van de media-aandacht voor Publifin of het feit dat we voor de onderzoekscommissie zullen verschijnen ook gebruik maken om de aandacht te vestigen op onze arbeidsvoorwaarden en op de noodzaak om de werking terug te richten op onze doelstellingen als openbare dienst.”
Wat stelt de syndicale delegatie verder voor van acties?
“In januari hielden we een algemene vergadering. Het enige punt op de agenda was het eisenplatform met onder meer een baremieke verhoging van 2%. Na heel wat discussies met de ACV-delegatie hebben we nu een eisenplatform in gemeenschappelijk vakbondsfront.
“Eind maart is er een uitzonderlijke aandeelhoudersvergadering van Publifin gepland. Daar zullen we een actie houden zodat het personeel in het debat over de structuur van Publifin aanwezig is. Wij willen een gezond beheer waarbij het karakter van de openbare dienst en het welzijn van het personeel centraal staan.
“Voor het overige moeten we nog wat afwachten om te zien wat er zal gebeuren. Maar we moeten waakzaam en gemobiliseerd blijven. Wie wil raken aan onze jobs, zal op ons botsen.”
-
Het Gentse progressieve masker smelt weg
Intercommunale diensten moeten onder democratisch beheer komen!
Het Gentse stadsbestuur lijkt niet los te komen uit de crisis-en schandaalsfeer. Deze keer zijn het schepenen Tom Balthazar van SP.a en Christophe Peeters van Open VLD die in het oog van de storm staan. Ze krijgen al jaren een riante vergoeding voor hun zitje in de raad van bestuur van Publipart, een kleindochter van de intercommunale Publifin. Balthazar nam ontslag als schepen en als lijsttrekker voor het SP.a-Groen kartel voor 2018. Daarmee is zeker het laatste woord nog niet gezegd over de intercommunales en de zelfverrijking van de politieke kaste. Misschien struikelt het SP.a-Groen kartel wel over dit schandaal.
door Bart Vandersteene PDF
Voor de Gentse SP.a-afdeling is dit, na de Optima-affaire, het tweede schandaal op één jaar tijd. En ook in deze is er meer dan waarschijnlijk niets onwettelijk gebeurd. Beide voorbeelden tonen echter wel aan waarom een groot deel van de bevolking haar vertrouwen is verloren in de klassieke politiek. Het vertrouwen in het parlement staat op een historisch dieptepunt van 12%. De traditionele politiek wordt meer en meer gezien en gehaat als een wereldvreemde kliek die zichzelf rijkelijk bedient en die de belangen van de rijken en de machtigen dient.
Optima heeft blootgelegd dat er een heel nauw netwerk bestaat van politici, bouwpromotoren, louche zakenfiguren en ontwikkelaars die, buiten het oog van de gewone bevolking, de stad boetseren naar de belangen van diegenen die winst kunnen maken met stadsontwikkeling op maat van een rijk publiek. Het progressieve aura waarmee Termont zich tot de meest linkse burgemeester van Vlaanderen kroonde, verloor in deze affaire veel van haar schijn.
Met de Publipart-affaire valt ook Termonts opvolger, Tom Balthazar, door de mand. Hij zag de storm al enkele weken geleden aankomen en nam ontslag uit de raad van bestuur van Publipart toen bleek hoe de Publifin-affaire in Franstalig België huishield. Maar het was te laat. Het was slechts een kwestie van tijd vooraleer een journalist het verhaal zou brengen dat Gentse en andere politici al meer dan 10 jaar poen scheppen in deze constructie die voor 65% in handen is van Publilec (met o.a. Siegfried Bracke een tijdlang als commissaris), dat op zijn beurt voor 60% in handen is van Publifin.
De Gentse schepenen worden nochtans goed vergoed door de gemeenschap. Ze kunnen perfect een gezin onderhouden, zelfs met de stijgende woningprijzen in de stad. Ze ontvangen 8.290,12 euro bruto per maand, plus onkostenvergoedingen. Toch blijken ze het normaal te vinden dat ze vanuit hun functie als vertegenwoordiger van de lokale overheid in een beheerraad van een intercommunale of een gemengd bedrijf, daar nog eens extra voor vergoed worden. Alsof een gewone werknemer die namens zijn dienst deelneemt aan een overleg met een andere dienst, daarvoor bovenop het loon ook een extra vergoeding zou mogen verwachten.
Alle Gentse schepenen ontvangen dit soort vergoedingen voor hun zitje in verschillende raden van bestuur. Burgemeester Termont is lange tijd kampioen geweest van de betaalde mandaten. Hij ontvangt bijvoorbeeld jaarlijks 25.161,15 euro als voorzitter van de raad van bestuur van Fluxys. De jackpot was weggelegd voor diegenen die bij EDF Luminus mochten aanschuiven. Daar werd 39.000 euro per jaar uitgedeeld, waar ook in het verleden Balthazar, Peeters en Van Rouveroy van profiteerden. Voormalig burgemeester Frank Beke zat namens de steden en gemeenten in de raad van bestuur van Dexia en ontving daarvoor een mooie schnabbel van 32.000 euro per jaar. Of het nu bij Publigas, Eandis, Farys of FINIWO is, je vindt er Gentse en andere politici. De verdeling van deze posten, die beschouwd worden als een mooie aanvulling op het loon, is zelfs onderdeel van de coalitiebesprekingen.
Politieke cultuur vloeit voort uit politiek beleid

Hoeveel kreeg Christophe Peeters per vergadering? Blijkbaar niet genoeg om ontslag te nemen… Foto: Jean-Marie Versyp Christophe Peeters van Open VLD ziet geen enkele reden om ontslag te nemen, waarom zou hij? De liberalen hebben het nooit onder stoelen of banken gestoken wiens belangen zij verdedigen. Dat ze als politiek personeel daarvoor vergoed willen worden volgens de normen van de privé, is geen verrassing. Ze beschouwen hun officiële loon als een soort mager basisinkomen waar ze graag nog enkele lucratieve bijverdiensten aan toevoegen.
Het wordt natuurlijk pas een schandaal wanneer politici op een hypocriete houding worden betrapt. Wanneer blijkt dat je als zelfverklaarde socialist graag meeschuift aan de tafel met de vetpotten, liefst buiten het zicht van het grote publiek, ontstaat terecht een schandaalsfeer.
Een socialist die een neoliberaal beleid voert, zal zich ook in een neoliberale cultuur wentelen. Wanneer je de private markt als motor voor economische ontwikkeling beschouwt, stap je mee in het wereldje van ons kent ons waar alles een prijs heeft. ‘You scratch my back and I’ll scratch yours’ zeggen ze in het Engels. Ze gaan samen eten in de sterrenrestaurants, ontmoeten elkaar in de business seats op de voetbal, op de bals en feestjes van de high society en maken deel uit van dezelfde sociale netwerken. Maar in tegenstelling tot de CEO’s in de privé staat er wel een plafond op de lonen in de politieke sfeer. Vandaar dat er wat moet bijgeklust moet worden.
Groen levert geen trendbreuk in het beleid
Met grote verwachtingen en nog grotere aankondigingen trad Groen eind 2012 toe tot de bestuurscoalitie. Ze beloofden met hun bijdrage een stad op mensenmaat te realiseren. Van een trendbreuk in de politiek van citymarketing en private stadsontwikkeling is er echter geen sprake. Zoals de paarsgroene regering tussen ‘99 en ‘04 geen trendbreuk teweeg bracht in de nationale politiek, zo leverde ook de paarsgroene coalitie in Gent geen fundamentele verandering van beleid. De reden daarvoor is dat Groen zoals de SP.a meestapt in het sprookje van de vrije markt als unieke motor voor ontwikkeling in onze samenleving. Deze creëert vandaag een duale samenleving waar enkel wie het zich kan permitteren kan genieten van een door de privé opgekuiste stad. Gent wordt op sommige plaatsen leefbaarder, maar enkel voor diegenen die het zich kunnen permitteren om er te wonen.
Voor democratisch beheer van onze diensten
Zowel SP.a als Groen zijn meegestapt in de neoliberale logica waar gemengde intercommunales beheerd worden als private bedrijven en volledig gericht zijn op de winsthonger van de private aandeelhouders. Open VLD gebruikt deze crisis vandaag om tot een volledige privatisering te kunnen overgaan van deze intergemeentelijke diensten.
Wij denken dat energiedistributie en andere diensten wel degelijk kunnen en moeten in handen zijn van steden en gemeenten en dus ten dienste van de gemeenschap staan. Maar dan niet in de vorm van semi-publieke ondernemingen die net op dezelfde winsthonger en buitensporige verloningen draaien als private bedrijven. Ook niet als instanties die een onoverzichtelijk kluwen vormen van uit te delen jobs en postjes.
Neen, er is nood aan intercommunales of stedelijke openbare diensten die democratisch beheerd worden door vertegenwoordigers van de stad of gemeente, werknemers van de dienst en haar gebruikers. Deze verkozen vertegenwoordigers van de overheid, van het personeel en de consumenten moeten permanent afzetbaar zijn en mogen geen privileges genieten op basis van hun functie en enkel de belangen van de gemeenschap voor ogen hebben.
SP.a-voorzitter Crombez stelt vandaag voor dat burgemeesters en schepenen geen bijverdiensten meer zouden mogen hebben. Dit is een noodzakelijke stap maar deze moet ook gevolgd worden door een consequente keuze voor publieke openbare diensten en tegen verdere privatiseringen. En deze diensten moeten onder democratisch beheer en controle van de gemeenschap zijn.
Een politieke cultuur in een stad als Gent zal slechts fundamenteel wijzigen wanneer er drastisch andere politieke prioriteiten worden gesteld: wanneer betaalbaar wonen het prestigeproject wordt, wanneer een massale investering in openbaar vervoer de fietsvriendelijke stad creëert en het fijn stof doet dalen, wanneer werkbaar werk voor iedereen gebruikt wordt om het armoedeprobleem echt aan te pakken.
[divider]
Voor een brede consequent linkse lijst in 2018
Hoe de politieke kaarten zullen worden geschud in 2018 is moeilijk te voorspellen. Bracke en de N-VA proberen met man en macht de crisis aan te grijpen om zich op te werpen als een alternatief. In de praktijk blijkt dat de N-VA-politici minstens evenveel aan de vetpotten zitten als ze daartoe de kans krijgen. In 2018 zullen veel Gentenaars voor een moeilijke keuze staan. Het stadsbestuur heeft haar beloftes niet waargemaakt, maar in de rechtse oppositie kan je geen vertrouwen hebben.
Als we willen verhinderen dat een grote groep Gentenaars gelokt wordt door de leugens en de hypocrisie van de N-VA, moet er een sterk links alternatief worden aangeboden. Een sterk links alternatief waarvan de kandidaten garanderen dat ze van hun vergoedingen niet meer voor zichzelf zullen houden dan een gemiddeld werknemersloon, zoals de PVDA-verkozenen vandaag doen. Een links alternatief moet een plan van sociale stadsontwikkeling naar voor schuiven en de middelen halen daar waar ze zitten. Als zo’n links alternatief de verscheidenheid van de linkse en sociale bewegingen in Gent volop benut, kan ze zelfs een beslissende politieke kracht worden.
LSP is voorstander van zo’n brede linkse lijst in 2018.Tom De Meester en de PVDA hebben zich de voorbije jaren opgeworpen als diegenen die de leidende kracht kunnen vormen in zo’n proces. Ook vandaag stellen ze terecht de wantoestanden van de Gentse politieke kaste aan de kaak. Wij, en naast ons ook vele onafhankelijken, steunen hen daarin. We stellen voor dat zij de consequente linkerzijde samenbrengen in een grote Gentse conferentie waaruit de sterkst mogelijke campagne voor 2018 kan worden gedistilleerd.
-
Publifin/Nethys. Het is ons geld, waarom hebben we er dan geen controle over?
De politieke wetenschapper François Gemenne (ULg) ging niet lichtzinnig te werk toen hij op de RTBF de structuur van Publifin-Nethys als “maffioos” omschreef. “Het is een systeem dat van maffiosi aard is, er wordt geld aan iedereen uitgedeeld zodat niemand vragen zou stellen.” Blijkbaar is er wel heel veel geld beschikbaar om uit te delen. In het geval van deze intercommunale structuur gaat het overigens om geld van de gemeenschap, van ons dus.
Publifin (het vroegere Tecteo) is een intercommunale die onder meer Nethys, VOO (tegenhanger van Telenet), de Luikse intercommunale voor elektriciteit en gas, de kranten van “L’Avenir”, … controleert. Het gaat dus om een bijzonder groot bedrijf dat tussen de publieke macht en de private sector zweeft met een omzet van 759,1 miljoen euro. Het kapitaal is voor 52% in handen van de provincie Luik en voor 47% door 76 gemeenten.
Het schandaal begon naar aanleiding van onthullingen over de wel erg vrijgevige opstelling van de intercommunale tegenover de 31 leden (van CDH, MR en PS) in de vier sectorcomités van de groep. Deze 31 mensen kregen 1.340 tot 2.871 euro bruto per maand voor amper bijgewoonde vergaderingen die louter raadgevend waren. De kost van deze vergoedingen liep op tot 2,5 miljoen euro. Gezien de onregelmatigheid van de vergaderingen, was er een vergoeding die opliep tot 516 euro per minuut vergadering.
Het stelsel is perfect legaal, maar op een ogenblik van besparingen is het natuurlijk problematisch om hiermee in het nieuws te komen. De onthullingen bleven elkaar overigens maar opvolgen. Zo werd bekend dat Daniel Weekers, de “strategisch adviseur” van Stéphane Moreau (CEO van Nethys en PS-burgemeester van Ans), maar liefst 50.000 euro bruto per maand verdiende bovenop verschillende premies en voordelen. Dat komt neer op een jaarloon van 600.000 euro of het dubbele van dat van de premier. Een anonieme bron getuigde in de krant L’Echo dat de strategisch adviseur in kwestie voor dit enorme jaarloon “10 uur per week werkt.”
Stéphane Moreau kon zelf natuurlijk niet achterblijven. Nog steeds volgens L’Echo was hij goed voor 80.000 euro bruto per maand of 960.000 euro bruto per jaar. Daar komt nog zijn loon als burgemeester bovenop. Dat is goed voor 80.000 euro. Nethys verdeelde in 2014 en 2015 alleen 4,4 miljoen euro onder zijn bestuurders, waaronder 8 politici (6 PS, 1 MR en 1 CDH). En dat zijn dan nog maar enkele voorbeelden…
Wat nu?
Toen de schandalen in Charleroi bekend raakten in 2005 waren alle gevestigde politici er snel bij om hun verontwaardiging te uiten. Elio De Rupo zweerde plechtig: “Ik wil geen parvenu’s meer. Ik zal ze zelf achterna zitten, ik ben het beu. Er is geen plaats voor hen in de PS.” De communicatiediensten van Di Rupo en co kunnen vandaag heel wat geld uitsparen door gewoon dezelfde verklaringen van 2005 opnieuw op te diepen…
Na het uitbarsten van de economische crisis werd veel gesproken over het aanpakken van de banken en de financiële wereld en van het opleggen van morele regels. Maar uiteindelijk is er niets veranderd en bleef het business as usual.
De hele affaire dwingt ons tot een conclusie: wat we niet bezitten, kunnen we niet controleren. De dictatuur van de financiële wereld stoppen betekent strijden om deze sector in publieke handen te nemen. Om toestanden zoals die van Moreau en co (tot hiertoe volledig legaal!) te stoppen en ervoor te zorgen dat publieke autoriteiten effectief in dienst van de gemeenschap staan, is er een ernstige controle van de werkenden en gebruikers nodig. Het beheer moet op democratische wijze door gewone werkenden en gebruikers in handen genomen worden. Dat is een compleet andere opstelling dan publieke diensten die als private bedrijven worden beheerd waarbij de publieke instanties slechts aandeelhouders zijn.
[divider]
Loonmatiging voor de enen… maar niet echt voor de anderen
Hieronder enkele lonen van politici en toplui in publieke bedrijven. Wij denken dat vertegenwoordigers van de werkende bevolking in publieke functies niet meer mogen verdienen dan een gemiddeld loon van een werknemer.
- Premier: 227.000 euro per jaar / Vicepremiers: 227.000 euro / Ministers: 223.000 euro / staatssecretarissen: 212.000 euro
- Elio Di Rupo (burgemeester van Bergen): 122.501,14 euro per jaar
- Dominique Leroy (CEO Proximus): 799,175 euro
- Jan Smets (topman Nationale Bank): 478.514 euro
- Jean-Paul Philippot (CEO RTBF): 295.000 euro
- Johan Decuyper (CEO Belgocontrol): 204.380 euro
- Luc Lallemand (CEO Infrabel): 303.171 euro
