Your cart is currently empty!
Tag: Koerdistan
-
Solidariteit met Kobanê. Brusselse betoging tegen barbarij van IS
Zowat 5.000 voornamelijk Koerden betoogden vandaag in Brussel tegen de barbarij van Islamitische Staat en uit solidariteit met het belegerde Kobanê. De betoging kaderde in een internationale actiedag met gelijkaardige betogingen op hetzelfde ogenblik in zowat alle Europese landen.
De strijd om Kobanê staat op een keerpunt. Wekenlang al houden moedige strijders vol tegen het militaire overwicht van IS. Het VS-imperialisme heeft een bocht gemaakt in een poging om IS geen overwinning in Kobanê te gunnen, maar tegelijk wordt de deur open gezet voor rechtse Koerdische krachten om een grotere rol te spelen. Dat de Turkse bondgenoot eerder steun gaf aan IS versterkt het gebrek aan geloofwaardigheid voor het imperialisme.
Het zal er op aankomen om het verzet van onderuit te versterken met massale en democratisch georganiseerde verdedigingscomités over alle etnische en religieuze grenzen heen. In de strijd tegen de barbarij van IS zullen we ons tevens moeten richten tegen de barbarij die reactionaire groeperingen als IS groot kan maken, het kapitalisme en imperialisme. Een socialistisch Koerdistan in het kader van een socialistische confederatie van het Midden-Oosten is wat nodig is om een blijvend einde te maken aan oorlog, armoede, sectair geweld,…
Op de betoging was er een bijzonder verwelkomende sfeer. De aanwezige linkse organisaties uit België werden expliciet gevraagd om mee vooraan op te stappen en ze kregen nadien allemaal de mogelijkheid om vanop het podium hun solidariteit te betuigen. Dat gebeurde ook door alle aanwezige groepen: LSP/PSL, LCR/SAP, Rood, Vega, V-SB en militanten van Kasjmiri, Berberse en Marokkaanse afkomst. Onze militanten verkochten 144 exemplaren van onze nieuwe novemberkrant met een dossier over Kobanê.
Graag verwijzen we naar het nieuwe uitgebreide standpunt dat vandaag op onze site verscheen en verder op de actualiteit ingaat. Lees dit dossier hier.
Hieronder enkele foto’s door Liesbeth (Antwerpen).
Ondertussen volgden ook fotoreportages van MediActivista en PPICS.
-
Koerdistan. Strijd voor Kobanê op een keerpunt
Wat betekent de Amerikaanse militaire ‘steun’ voor de Koerdische strijd?
Dossier door Serge Jordan, CWI
De situatie in Kobanê heeft de Koerdische kwestie in het middelpunt van de wereldwijde aandacht geplaatst. Het kanton Kobanê, onderdeel van Rojava (of West-Koerdistan), wordt al sinds midden september belegerd door de ‘Islamitische Staat’ (IS) en is een centraal punt van verzet tegen de opmars van de jihadisten geworden.
Terwijl een groot deel van Syrië weg gleed in een reactionaire sectaire oorlog, werden de drie voornamelijk Koerdische enclaves van Rojava in 2012 verlaten door de troepen van het regime van Assad. In Rojava werd het ‘zelfbeheer’ en de autonomie uitgeroepen door de politieke krachten die de politieke macht grepen. Het gaat vooral om de PYD (Democratische Eenheidspartij, de Syrische variant van de Koerdische Arbeiderspartij of PKK). Er kwam een fragiel etnisch en religieus evenwicht dat sindsdien stand hield. De Koerdische identiteit en taal werden na lange tijd erkend en er kwamen formele rechten voor etnische minderheden en religieuze groepen.
IS valt Kobanê, het meest kwetsbare kanton van Rojava, langs bijna alle kanten aan en dit met zware wapens, tanks en raketten. Er wordt al meer dan vijf weken geprobeerd om het verzet van de stad te verbreken. Rojava en het expliciet seculiere model ervan vormen een directe bedreiging voor de reactionaire theocratische agenda van IS. Vrouwelijke strijders met AK-47’s in de strijd tegen een bijzonder vrouwonvriendelijke groepering, het is een beeld dat bij velen tot de verbeelding spreekt.
In tegenstelling tot de bloedbaden in grote delen van Irak en Syrië werden de kantons van Rojava een symbool van verzet voor miljoenen Koerden, arbeiders en jongeren in de regio. Er waren ook betogingen, bezettingen en protestacties in Europa om de strijd in Kobanê te ondersteunen. Leden van onze organisatie namen aan tal van deze acties deel.
De verworvenheden in Rojava en het verzet in Kobanê biedt een mogelijke brug op weg naar Koerdische zelfbeschikking en meer algemeen als mogelijk referentiepunt voor de heropleving van de strijd van arbeiders en jongeren tegen de horror van IS en de dictatoriale regimes in het Midden-Oosten. Maar we moeten alle politieke complicaties en gevaren in de regio erkennen. Een nederlaag van deze strijd zou leiden tot meer lijden en ellende voor de bevolking in de regio.
Kobanê houdt vol
Veel analisten voorspelden dat Kobanê op een paar dagen tijd zou vallen, maar de uitkomst is nog steeds onzeker zelfs indien delen van de stad onder controle van de jihadisten staan. Een van de redenen hiervoor is het feit dat de PYD en de gewapende vleugel ervan, YPG (Volksbeschermingseenheden) en YPJ (Vrouwelijke Beschermingseenheden), een heldhaftige strijd leveren. Ze zijn tot nu toe de enigen die erin slagen om de opmars van IS op de grond te stoppen. Dat is opmerkelijk in vergelijking met het povere optreden van het totaal corrupte Iraakse leger of van de Peshmerga krachten (de gewapende troepen van de semi-autonome Koerdische regering in Noord-Irak) die de Sinjar bergen en andere gebieden aan IS lieten en dit bijna zonder enige strijd. Het toont aan dat als mensen een ernstig doel hebben om voor te strijden, dat hun vastberadenheid tot op zekere hoogte de technische en militaire nadelen kan goedmaken.
Dit heeft de druk op het VS-imperialisme en de tot nu toe niet erg succesvolle militaire kruistocht tegen IS opgedreven. De Amerikaanse strategen waren aanvankelijk bereid om Kobanê prijs te geven. “Hoe verschrikkelijk het ook is wat gebeurt in Kobanê, we moeten wat afstand nemen en de strategische doelstellingen begrijpen”, verklaarde John Kerry eind september. Maar twee weken geleden kwam de VS op dat standpunt terug. De beperkte en eerder aarzelende luchtaanvallen tegen IS in Kobanê maakten plaats voor een sterkere steun aan de strijders van YPG, onder meer door wapens te droppen alsook munitie en medisch materieel. Plots beweerden de VS dat het “moreel moeilijk en onverantwoord was om de strijders tegen IS in Kobanê niet te helpen.” De bocht werd bevestigd door de aanwezigheid van een vertegenwoordiger van YPG in het operationeel centrum van de coalitie in Erbil, de hoofdstad van Noord-Irak, om de luchtaanvallen in Kobanê met het Amerikaanse leger te coördineren.
Deze koerswijziging werd ingegeven door het groeiende besef dat een verovering van Kobanê door IS een vernedering zou zijn voor het Amerikaanse prestige en de geloofwaardigheid. Obama wilde niet dat IS een nieuwe militaire overwinning zou boeken. En toelaten dat een groep die verbonden is met de PKK – dat nog steeds op de lijst van terroristische organisaties staat in de VS en de EU – instaat voor het echte gevecht tegen de IS, was evenmin interessant voor de Westerse machten. Dat is waarom het VS-imperialisme het initiatief terug in handen wilde nemen.
Turkse politiek in duigen
Het is geen geheim dat het Turkse leger de grenzen open hield voor jihadistische militanten die naar Syrië wilden. Er werd zelfs toegelaten dat IS-strijders terug naar Turkije kwamen voor medische verzorging of voor de verkoop van olie op de zwarte markt. Deze opstelling werd deels gemotiveerd door de “neo-Ottomaanse” waanideeën van de Turkse president Erdo?an en zijn AKP-partij (Partij voor Rechtvaardigheid en Ontwikkeling). Het leidde ertoe dat de Turkse leider op het begin van de Syrische burgeroorlog dacht dat het regime van Assad snel zou vallen en dat Turkije een leidinggevend deel van de regionale Soennitische as zou worden. Dit beleid ligt nu in duigen.
De Turkse regering wilde dat Kobanê verslagen werd door IS om zo een harde les te geven aan de Koerdische beweging in Turkije. Velen zagen op televisie beelden van tientallen Turkse tanks langs de Turks-Syrische grens terwijl enkele kilometers verder in Kobanê hard werd gevochten. De meeste Koerden verwerpen terecht het idee van een interventie door het Turkse leger in de regio, het zou immers enkel dienen om de machtshonger en de hegemonie van de Turkse heersende elite te versterken en zeker niet om de rechten van de lokale bevolking te verdedigen. De centrale eis was de opening van de grenzen om versterkingen en gereedschap naar Kobanê te kunnen sturen. Het Turkse leger blokkeerde echter de toegang, duizenden mensen die de grens wilden oversteken om de verdediging van de belegerde stad te versterken werden tegen gehouden.
Internationaal wordt aangenomen dat het Turkse regime in achterkamertjes akkoorden sloot met IS tegen de Syrische Koerden. Het Turkse beleid rond Kobanê leidde tot massaal protest van Koerden in Turkije en confrontaties van Koerden met de Turkse politie, maar ook met Koerdische islamitische fundamentalisten en Turkse extreemrechtse nationalisten. Daarbij vielen al 44 doden. Het doet het regime eraan herinneren dat het niet mogelijk is om een indirecte oorlog tegen de Syrische Koerden te voeren zonder het conflict met de Koerden in Turkije nieuw leven in te blazen.
Vredesproces bedreigd
Afgelopen dinsdag was er een boodschap van de gevangen PKK-leider Abdullah Öcalan die verklaarde dat het vredesproces dat begin 2013 werd opgezet tussen de PKK en de Turkse staat nu “in een nieuw stadium” komt waarbij hij verklaarde “optimistischer” te zijn. Deze verklaring kwam er net nadat de woede van de Koerdische bevolking in Turkije op straat tot uiting kwam en duidelijk maakte dat deze Koerdische bevolking verre van optimistisch is voor het vredesproces. Het aantal gewelddadige incidenten met Turkse troepen en Koerdische militanten is de afgelopen weken sterk toegenomen.
De overgrote meerderheid van de bevolking in Turkije, zowel Turken als Koerden, willen geen terugkeer naar een oorlog. Om een dergelijk scenario te vermijden, moeten de Koerdische en Turkse linkerzijde en de vakbonden de verantwoordelijkheid opnemen in de heropbouw van een massastrijd voor de rechten van de Koerdische bevolking en dit verbinden met de noodzakelijke strijd om alle arbeiders, jongeren en armen over etnische en religieuze grenzen heen te organiseren tegen het kapitalistische regime van de AKP.
De regering kondigde recent een hele reeks privatiseringsplannen aan. De menselijke gevolgen hiervan werden nogmaals aangetoond met een nieuw mijnongeval in het zuiden van het land afgelopen dinsdag. De AKP-regering is niet alleen een vijand van de Koerden, het is ook een vijand van de volledige werkende bevolking en van de armen in heel Turkije.
De bocht van Erdo?an
Erdo?an en zijn heersende kliek hebben het steeds over zowel PYD als IS als het over “terroristische” organisaties gaat. Maar Erdo?an heeft wel duidelijk de voorkeur gegeven aan de jihadisten. Dat zal niet zonder gevolgen blijven voor de Turkse bevolking. IS heeft netwerken voor recrutering en voor een werking in Turkije kunnen opzetten. De organisatie telt honderden jonge Turkse militanten. Het gevaar van een terroristische ontwikkeling in Turkije is reëel.
Er zijn al spanningen gegroeid tussen de VS en het regime van Erdo?an. De Amerikaanse heersende klasse is steeds minder opgezet met Turkije dat nochtans ook een NAVO-lid is. Washington denkt dat Turkije de krachten die de VS nu bombardeert heeft gesteund. Dat zou aangeven hoe sommige partners in de zogenaamde “coalitie van bereidwilligen” helemaal niet zo bereidwillig zijn.
Met al deze elementen was de Turkse regering uiteindelijk verplicht om een bocht te maken over Kobanê. Erdo?an was niet tevreden met de eenzijdige Amerikaanse beslissing om de PYD te ondersteunen en probeerde een alternatief te vinden zonder gezichtsverlies te leiden. Dat is waarom hij 150 strijders van de Peshmerga toelaat om van het Koerdische gebied in het noorden van Irak via Turkije naar Kobanê te gaan.
Het regime van Erdo?an heeft nauwe banden met de voor corruptie berucht staande pro-kapitalistische leiders van de KRG (Koerdisch gebied in Noord-Irak). De president van KRG, Masoud Barzani, en zijn partij KDP (Koerdische Democratische Partij) keken tot voor kort genoegzaam toe hoe de YPG werd afgeslacht in Kobanê. Zij hebben een geschiedenis van directe samenwerking met het Turkse leger in het bestrijden van de PKK in Noord-Irak.
Deze Peshmerga-strijders zouden niet in de frontlinie in Kobanê staan. Het militaire belang van de strijders is beperkt, het gaat vooral om een politieke beslissing. De Turkse heersers willen met deze strijders de invloed van de PYD betwisten en een tegengewicht creëren waarmee ze voet aan grond krijgen in het Syrische Koerdistan. Dat doet het Turkse regime door de rechtse partners op het veld te brengen. Het feit dat de Peshmerga wel over de grens mogen en terug mogen keren, terwijl veel Koerdische activisten vanuit Turkije of vluchtelingen vanuit Kobanê de grens niet over mogen, getuigt van de cynische spelletjes van Erdo?an.
Socialisten en de strijd om Kobanê
Lang voor de strijd in Kobanê op internationale mediabelangstelling kon rekenen, stelden wij al dat er nood was aan democratisch beheerde niet-sectaire comités om de verdediging van de massa’s te organiseren, niet alleen tegen IS maar ook tegen alle andere religieuze extremistische groepen en tegen de brutale en sectaire krachten van de Syrische en Iraakse regimes en tegen imperialistische interventie – deze interventie speelde overigens een belangrijke rol in de groei van de jihadistische bendes die nu Kobanê aanvallen.
Om de eenheid over nationale, etnische en religieuze grenzen te versterken, moet de strijd versterkt worden met een politiek programma dat een compromisloze positie inneemt voor gelijke rechten voor alle onderdrukte mensen en gemeenschappen in de regio, met inbegrip van het recht op zelfbeschikking.
Tegenover de dreiging van een etnische genocide door IS-moordenaars, vroegen de verdedigers van Kobanê en heel wat Koerden doorheen de wereld dat de “internationale gemeenschap” hen zou bijstaan tegenover de beter uitgeruste IS-eenheden. Dit is een begrijpelijke vraag gezien de omstandigheden, maar het is een verkeerde benadering waarvoor de massa’s in Kobanê en andere delen van Rojava mogelijk een zware prijs zullen betalen. Als de Westerse regeringen echt bezorgd waren om het welzijn van de bevolking van Kobanê of zelfs nog maar gewoon IS zouden bestrijden zonder achterliggende bedoelingen, dan zouden ze de verdedigers van de stad al lang geleden wapens bezorgd hebben en daar geen politieke toegevingen voor gevraagd hebben. Wat er nu gebeurt, is iets anders.
De Amerikaanse wapens worden als chantagemiddel gebruikt om de strijders van Kobanê tot politieke toegevingen te brengen en om de PYD aan te zetten tot een volgzame houding tegenover het VS-beleid. Washington probeert de Koerdische Nationale Raad (KNC), een rechtse coalitie van Syrische Koerdische partijen die gesteund worden door Barzani, als tegengewicht voor de PYD in Rojava te promoten. Op 22 oktober sloot de PYD officieel een akkoord van machtsdeling met de pro-kapitalistische KNC om de Koerdische gebieden in Syrië samen te besturen.
Drie dagen voordien was er een verklaring van het algemene commando van de YPG: “We zullen er alles aan doen om het concept van echt partnerschap voor het bestuur van dit land te consolideren en te laten overeenstemmen met de aspiraties van de Syrische bevolking van alle etnische, religieuze en sociale klassen.” Dit is een gevaarlijk precedent. De grondwet van Rojava vermeldt de bescherming van arbeidsrechten, duurzame ontwikkeling en algemeen welzijn. Maar dat kan niet bereikt worden terwijl gepleit wordt voor harmonie tussen sociale klassen.
Het gaat om een duidelijke poging van het VS-imperialisme en zijn partners om een meer volgzame Koerdische leiding in Rojava te vestigen. Het CWI waarschuwde voor deze ontwikkelingen: “Een oplossing voor de Koerdische strijd die uitgaat van politieke steun van het westerse imperialisme moet verworpen worden. Het leveren van wapens kan enkel aanvaard worden op basis van een verwerping van ‘voorwaarden’ die van buitenaf worden opgelegd en die ingaan tegen de belangen van de Koerdische massa’s.” (‘De strijd om Kobanê’, 2 oktober)
De acties van IS zijn verschrikkelijk en bedreigend, maar ze zijn niet het enige gevaar voor Kobanê en Rojava. Achterkamerakkoorden met het imperialisme moeten verworpen worden, deze kunnen immers een kwalitatieve verandering veroorzaken in het karakter van de strijd.
Zelfs de Syrische president Bashar al Assad en de Russische regering verwelkomden de inzet van de Peshmerga-troepen in Kobanê. Alle aasgieren zijn erop uit om hun invloed in de regio te versterken met als doel om de ‘orde’ te herstellen, maar dan wel overeenkomstig hun klassenbelangen. Kobanê en andere kantons van Rojava kunnen herleid worden tot de speelbal van buitenlandse machten en hun lokale marionetten, waarbij de oprechte elementen van volksverzet aan de kant worden geschoven en waarbij de strijd die duizenden al met hun leven bekocht hebben een mes in de rug wordt gestoken.
Voor socialistische democratie
Het CWI denkt dat de kracht en de duurzaamheid van de strijd in Rojava rechtstreeks verbonden is met de actieve betrokkenheid van brede lagen van de lokale bevolking. Er werden stappen vooruit gezet, maar de maneuvers waarover we hierboven spraken wijzen ook op een gebrek aan democratische transparantie in hoe de strijd wordt gevoerd en hoe beslissingen worden genomen.
Zonder echte democratische controle en oprechte zelforganisatie van de massa’s, is er een gevaar dat bureaucratische elementen de overhand krijgen. De strijd moet zowel op militair als politiek vlak in alle delen van Rojava zo democratisch mogelijk georganiseerd worden met een volledige transparantie van beslissingen op alle niveaus. De algemene vergaderingen en comités moeten uitgebreid en gedemocratiseerd worden, met vertegenwoordigers die permanent afzetbaar zijn. Politieke partijen mogen slechts macht uitoefenen in overeenstemming met hun reële gewicht in de samenleving en niet op basis van achterkamerakkoorden die opgelegd worden door buitenlandse machten.
De paar duizend mensen die in Kobanê bleven om de stad te verdedigen zijn bijzonder heldhaftig. Maar ze strijden vooral op zichzelf. De overgrote meerderheid van de lokale bevolking is de stad ontvlucht. De PYD had sneller een oproep moeten doen aan alle werkenden, boeren en jongeren om zich te verenigen, zelfverdedigingscomités op te zetten, straatbarricades op te werpen en op die manier een actieve rol te spelen in de bescherming van hun stad – zoals dit ook gebeurde met het antifascistische verzet in Barcelona in 1936, maar dan uiteraard onder andere omstandigheden.
Wie niet direct bij de strijd kon betrokken zijn, had een rol kunnen spelen om het verzet op andere manieren te ondersteunen (logistiek, gezondheidszorg,…). Jammer genoeg vormden de guerrillamethoden van PKK/PYD, een methode waarbij een kleine minderheid strijd levert in naam van de meerderheid, een obstakel om de tienduizenden mensen te organiseren die een rol hadden kunnen spelen in het verzet tegen IS.
Tegenover de aanhoudende dreiging van IS moet de bevolking in elke stad en ieder dorp in alle delen van Rojava gemobiliseerd worden en een militaire basisopleiding krijgen om zich daarna te organiseren in verdedigingsorganen die de sectaire grenzen overstijgen. Het zou de kracht en eenheid versterken om nadien het verzet tegen de jihadistische vijand te versterken.
De overblijvende strijders in Kobanê zullen op zichzelf niet in staat zijn om de strijd oneindig lang vol te houden vanuit een isolement en zonder actieve steun van brede lagen in de regio. Dat is nodig om de belegering van Kobanê door de jihadisten in het westen, oosten en zuiden van de stad maar ook door het Turkse leger in het noorden te doorbreken.
De eerste bondgenoot van het Koerdische verzet is niet het VS-imperialisme of andere kapitalistische krachten maar de actieve en onafhankelijke mobilisatie van de werkende bevolking en de armen in de regio en de rest van de wereld. Het ondermijnen van de verworvenheden van Rojava door pro-kapitalistische en pro-imperialistische krachten zou een stap achteruit zijn en een complicatie vormen voor de langdurige strijd van de Koerdische bevolking voor hun rechten en de nodige eengemaakte strijd van alle armen en onderdrukten in de regio. Dat is waarom de Koerdische strijd moet verdiept worden en er moet geprobeerd worden om het geografisch uit te breiden door een oproep te doen aan de werkende en arme massa’s van de hele regio rond een stoutmoedig programma voor sociale verandering.
Het Duitse magazine Der Spiegel stelde dat honderd textielfabrieken en werkplaatsen vanuit de Syrische stad Aleppo recent werden overgebracht naar het oostelijke kanton van Rojava, Efrîn. De houding van de regionale regering van Efrîn die actief op zoek gaat naar private bedrijven in de regio, wijst op de inherente tegenstelling van een poging om een nieuw model op basis van sociale rechtvaardigheid op te bouwen terwijl tegelijk in het kader van het kapitalisme wordt gewerkt. De ontwikkeling van wat PYD en PKK het “democratisch confederalisme” noemen, zonder een einde te maken aan de winsthonger en het uitbuitende karakter van de kapitalistische eigendomsverhoudingen en zonder de invoering van een verregaande landhervorming, zal leiden tot concurrentie tussen lokale besturen voor investeringen en de onvermijdelijke gevolgen die daarmee gepaard gaan: een nieuwe neerwaartse spiraal inzake arbeidersrechten en levensstandaard.
De massa’s van Rojava moeten hun strijd ook op het economische terrein voeren, door fabrieken over te nemen en de grond te collectiviseren. Ze moeten de voorwaarden vestigen voor een democratische socialistische planning van de productie. Samen met een garantie op volledige democratische rechten voor iedereen, zou dit een voorbeeld zijn voor de massa’s in de hele regio. Het zou aangeven dat het mogelijk is om een uitweg te vinden weg van armoede, oorlog, sectair geweld en nationale onderdrukking.
- Solidariteit met de bevolking van Kobanê en Rojava – stop het jihadistische bloedbad!
- Doorbreek de belegering van Kobanê – voor de onmiddellijke opening van de Turks-Syrische grens voor al wie de verdediging van de stad wil versterken. Voor het sturen van vrijwilligers, gezamenlijk georganiseerd door de Koerdische en Turkse linkerzijde en vakbonden!
- Voor het versterken van massale niet-sectaire verdedigingscomités om alle delen van Rojava te verdedigen op basis van democratische organisaties van arbeiders, jongeren en arme boeren en dit van onderuit!
- Geen vertrouwen in het imperialisme – geen achterkamerakkoorden met buitenlandse machten en andere pro-kapitalistische krachten!
- Voor een verenigde strijd van alle arbeiders en armen in Turkije tegen het kapitalistisch beleid en het autoritaire bewind van de heersende AKP!
- Neen aan de repressieve wetgeving in Turkije!
- Stop het verbod op Koerdische organisaties in Europa en de VS!
- Volledige democratische rechten voor de Koerdische bevolking – voor het recht op zelfbeschikking voor de Koerden in alle delen van Koerdistan, alsook van alle andere onderdrukte gemeenschappen in de regio!
- Voor een democratisch en socialistisch Rojava als onderdeel van een vrijwillige socialistische confederatie van het Midden-Oosten!
-
Koerdistan. Verdedig Kobanê en al wie bedreigd wordt door IS, AKP en het imperialisme!
Vertaling van een pamflet van Sosyalist Alternatif (het CWI in Turkije)
Het kanton Kobanê, onderdeel van Rojava, wordt al sinds 16 september belegerd en is een speerpunt van het verzet tegen de opmars van Islamitische Staat (IS) geworden. Er zijn heel wat berichten die aangeven dat de strijders van Kobanê de wind uit de zeilen van IS halen, zelfs toen velen dachten dat Kobanê op het punt stond om te vallen. Het gevaar is echter niet verdwenen, duizenden mensen worden nog steeds bedreigd door een bloedbad.De barbaarse groepering IS valt Kobanê aan met tanks en raketten. Het doet denken aan een professioneel leger van een klein land. De Turkse staat en de AKP-regering hebben steun gegeven aan ISIS en probeerden de steun voor YPG, de gewapende strijders in Kobanê, te blokkeren. Er werd ook bijzonder repressief opgetreden tegen de massa’s die solidariteitsbetogingen voor Kobanê organiseerden. Zo werden obstakels voor de strijd tegen IS opgeworpen. Ook de verstrenging van de repressieve wetgeving in Turkije is daar onderdeel van.
De bevolking van Rojava nam de controle over dit gebied over, dit begon in Kobanê in 2012. Er werd geprobeerd om een autonome regio te vestigen op basis van een model van secularisme en zelfbeheer over religieuze en etnische grenzen heen. Dit was een enorme stap vooruit voor de grootste statenloze natie ter wereld, de Koerden. Maar het vormt ook een opmerkelijk verschil met de donkere agenda van reactionaire groepen zoals IS en anderen in het Midden-Oosten.
IS gebruikt de meest brutale methoden om een angstklimaat te creëren. De groep wil een theocratische staat vestigen op basis van de meest reactionaire regels en wetten. IS wil onder meer de PKK (Koerdische Arbeiderspartij) en de PYD (Democratische Eenheidspartij) van de kaart vegen omdat ze met hun seculiere ideologie voor een project staan dat tegengesteld is aan wat IS vertegenwoordigt. Ze vormen bovendien een bedreiging voor de doelstellingen van IS. Daarnaast wil IS de zelfverklaarde ‘Islamitische Staat’ uitbreiden door de strategische stad Kobanê in te nemen en de macht in de regio uit breiden.
Langs de andere kant wil het Turkse regime alle verworvenheden van de Koerden verbrijzelen. Turkije wil een regionale rol spelen door een militaire interventie tegen het regime van Assad in Syrië te starten en het hoopt daar de steun van grote westerse imperialistische machten voor te krijgen. Die imperialistische machten verliezen stilaan hun greep op de regio, ook zij willen de controle herstellen en willen zich graag opwerpen als de redders van de volkeren in de regio.
Zijn de imperialisten redders of niet?
Zeker na de aanvallen van IS op Sinjar (waar voornamelijk Jezidi wonen), was er een brede roep naar een militaire interventie en steun van de imperialistische machten om de strijd te bewapenen. Er kwamen gelijkaardige eisen toen de belegering van Kobanê begon. Maar het idee van stabiliteit voor de imperialisten, het Turkse regime en andere regionale regeringen heeft niets gemeen met de oprechte roep tot stabiliteit vanwege de massa’s van de bevolking. Voor deze regimes betekent stabiliteit toegang tot de olievoorraden, het plunderen van de grondstoffen en het behoud van hun machtspositie. Het betekent niet het einde van het geweld, de doden, onderdrukking en uitbuiting. De pro-kapitalistische organisaties en landen kapen de eisen voor humanitaire en militaire hulp van mensen die dreigen afgeslacht te worden om hun eigen belangen naar voor te schuiven.
Het is begrijpelijk waarom de mensen onder dreiging van een bloedbad opkomen voor het bombarderen van de stellingen van IS rond Kobanê en het openen van een luchtbrug om het verzet in Kobanê vanuit Turkije te ondersteunen. Maar de verschillende imperialistische machten maken daar gebruik van om hun eigen belangen te verdedigen en de massabewegingen aan banden te leggen. De VS begonnen wapens te leveren aan Kobanê maar ze vroegen daar meteen een politieke prijs voor door van de beweging in Kobanê te eisen dat de Amerikaanse belangen in de regio niet bedreigd worden.
Imperialistische militaire interventies gebruiken steeds het excuus van humanitaire doelstellingen. In de regio hebben deze interventies niet alleen geleid tot bloedige catastrofes (Irak, Libië, …) maar zijn ze ook voor een groot deel verantwoordelijk voor de nachtmerrie waarmee de Koerden en andere volkeren in de regio geconfronteerd worden.
De beslissing van de AKP-regering om haar corrupte bondgenoot, het regime van Barzani in het semi-autonome Koerdische deel van Irak, toe te laten om troepen naar Kobanê te sturen, heeft zowel als doel om IS te stoppen als om de beweging in Rojava onder controle te krijgen door de linkse strijders van PKK en PYD naar de achtergrond te verdrijven.
De strijd tegen de Islamitische Staat is onderdeel van een revolutionaire oorlog waarvoor we steun vragen van alle werkenden en onderdrukten. In deze strijd willen we eenheid in de strijd tegen onderdrukking bewerkstelligen en opkomen voor een echt alternatief op de rotte, corrupte pro-kapitalistische regeringen en dictaturen in de regio. Dat is hoe we de steun voor IS kunnen ondermijnen en iedereen kunnen verenigen in een gezamenlijke strijd, of het nu Koerden, Turken, Arabieren, Soennieten, Sjiieten, Christenen of anderen zijn.
Verdedig Rojava!
Het verdedigen van Rojava is op verschillende vlakken belangrijk. De val van Kobanê zou niet alleen leiden tot een bloedbad onder de vele mensen die nog in Kobanê wonen, maar het zou ook het einde zijn van een strijd die veel Koerden, jongeren en werkenden doorheen de wereld inspireert. Kobanê innemen, zou IS geografisch en logistiek versterken. De val van Kobanê zou dan ook een nederlaag zijn voor al wie de reactionaire barbarij van IS bestrijdt en opkomt voor een betere wereld.
In het verleden konden de stalinistische regimes van de voormalige Sovjet-Unie en Oost-Europa ondanks hun dictatoriale kenmerken een zeker tegengewicht bieden voor de kapitalisten en imperialisten. Na de val van deze regimes in de jaren 1990 heeft de arbeidersklasse international nederlagen geleden. Veel arbeiders dachten dat een alternatief op het kapitalisme niet mogelijk was. Tegelijk werd een nieuw offensief op hun levensstandaard ingezet. Socialistische organisaties in het Midden-Oosten zijn verdwenen of naar rechts opgeschoven. De werkende bevolking en de arme boeren in het Midden-Oosten bleven gebukt gaan onder onderdrukking door armoede, imperialistische interventies en dictatoriale regimes. De massa’s begonnen naar alternatieven uit te zoeken en een laag van hen keek naar rechtse islamitische of zelfs Jihadistische organisaties. Dit vormt geen oplossing voor de problemen van de gewone bevolking. Het zorgde er integendeel voor dat de situatie enkel nog slechter en complexer werd.
Het tijdperk van het kapitalistische triomfalisme is echter ten einde gekomen nu het kaptialisme een historische crisis kent. Tegelijk hebben massale revoltes van werkenden, armen en jongeren tegen het kapitalisme de wereld door elkaar geschud. De Tunesische en Egyptische massa’s hebben bijna vier jaar geleden hun dictators ten val gebracht. De verdediging en de overwinning van de strijd in Rojava zou een positieve stimulans zijn voor de strijd in de regio en zou de impasse van de regionale revolte kunnen doorbreken. De massabewegingen hebben aangetoond wat het belang is van een onafhankelijke koers los van alle pro-kapitalistische krachten in de opbouw van een efficiënte strijdbeweging.
Het model van bestuur in Rojava kan evenmin slagen als het zich baseert op het kapitalisme en zich beperkt tot deze kleine kantons. Rojava heeft amper industriële infrastructuur en deze geïsoleerde zones kunnen niet stand houden als ze geen aantrekkingskracht hebben op arbeiders en arme boeren doorheen de regio.
Daartoe is het des te belangrijker dat brede lagen van de bevolking betrokken zijn in het verzet en de verdediging van Rojava. Er kan inspiratie gehaald worden uit de beste voorbeelden van militair verzet door de arbeidersklasse, denk maar aan de strijd van de werkende bevolking van Barcelona tegen de fascistische staatsgreep in Spanje in 1936. Dat kan door massale en democratisch georganiseerde comités en vrijwillige milities op te zetten en te versterken waar ze al bestaan en waarbij brede lagen van de bevolking worden betrokken. Dit kan het sterkste verzet vormen tegen de dreigende verdere opmars van IS.
We moeten dit doen met de bewuste doelstelling om te bouwen aan een massale en internationale strijd die een einde maakt aan het door winst gedreven kapitalistische systeem in het Midden-Oosten. Deze strijd kunnen we winnen door massale, onafhankelijke en niet-sectaire acties en organisaties van de arbeidersklasse en de armen in de hele regio.
Sosyalist Alternatif komt dan ook op voor een socialistisch Rojava als vrijwillig en gelijk onderdeel van een socialistische confederatie van het Midden-Oosten en een socialistische wereld.
[divider]
Internationale actiedag op 1 november
De afgelopen weken waren er acties in verschillende landen, waaronder ook in België. Op 1 november is er een gecoördineerde actiedag in solidariteit met de strijd in Kobanê tegen de barbarij van de Islamitische Staat. LSP roept op om aan deze betoging deel te nemen. Afspraak komende zaterdag om 14u aan Brussel Noord.
-
Amerikaanse strategie van luchtaanvallen tegen IS werkt niet
Artikel door Tony Saunois
Obama en zijn Westerse bondgenoten stelden dat luchtaanvallen op zich zouden volstaan om de opmars van de Islamitische Staat in Irak en Syrië te stoppen. De stad Kobanê houdt met moeite stand terwijl de troepen van IS in staat lijken om op te rukken. De waanzinnige reactionaire krachten van IS brengen verschrikking en slachtpartijen. De Amerikaanse luchtaanvallen hebben amper effect en kunnen de opmars van IS niet stoppen. Als IS al gestopt wordt, is het door de moedige en wanhopige strijd van de Koerdische bevolking in Kobanê.
De politiek van luchtaanvallen faalt niet alleen in Syrië en Kobanê. De ontwikkelingen in Irak en zeker in de westelijke provincie Anbar tonen dat aan. Daar kent IS een sterke opmars. De provincie Anbar is goed voor bijna een kwart van het Iraakse grondgebied. Alle belangrijke steden, met uitzondering van Haditha en twee militaire bases in de buurt van Hit en Fallujah, zijn in handen van IS gevallen. Eens te meer stond het Iraakse leger hulpeloos en bood het amper verzet. Naar schatting zijn reeds 750.000 mensen uit de provincie op de vlucht geslagen. Het is een zoveelste humanitaire ramp in een lange rij die wel eindeloos lijkt.
Anbar
Mogelijk zullen de krachten van IS nu in een verder offensief gaan om het Soennitische westelijke gedeelte van Bagdad in te nemen. De provincie Anbar was het epicentrum van de Soennitische opstand tegen de Amerikaanse bezetting in 2003. De overwinningen van IS op dit ogenblik zijn niet alleen toe te schrijven aan de grote hoeveelheden zware wapens die buit werden gemaakt op het desintegrerende Iraakse leger. De snelle opmars in grote delen van Irak en Syrië is ook het gevolg van het feit dat de opstand van IS een veralgemeende Soennitische opstand is geworden.
Het brutale antwoord van de Sjiitische milities, die wat terrein konden terugwinnen ten noorden en noordoosten van Bagdad, maakt geen onderscheid tussen IS-strijders en gewone Soennieten. Dit duwt steeds meer Soennieten in de armen van de IS, velen zien geen andere kracht die hen kan ‘verdedigen’. Sjiitische milities in Bagdad spreken openlijk over het verdrijven van Soennieten uit gemengde delen van de stad, zoals Diyala. IS slaagde er in om zich te baseren op de onderdrukking van de Soennitische bevolking onder de door het westen gevestigde regering van Maliki na de door de VS geleide bezetting in 2003.
Deze crisis zal ongetwijfeld intenser worden in Irak of na een mogelijke val van Kobanê. Het Turkse regime van premier Erdorgan is bewust niet overgegaan tot een interventie tegen IS. Hij vreest de gevolgen van een overwinning van Koerdische krachten in Kobanê op de 15 miljoen Koerden in Turkije zelf. De strijd in Kobanê wordt grotendeels geleid door de Volksbeschermingseenheden (YPG), de milities van PYD, Syrische tak van de Koerdische Arbeiderspartij (PKK) in Turkije. Het regime van Erdogan ziet liever een overwinning van IS op PYD dan omgekeerd.
Geen vertrouwen in regionale leiders of in het imperialisme
Er kan geen enkel vertrouwen gesteld worden in de regionale leiders of de westerse imperialisten om de crisis op te lossen in het belang van alle volkeren in de regio. Een westerse imperialistische interventie zal de ramp enkel groter maken. Een groot deel van de oorzaken voor het huidige bloedbad moet bij de westerse imperialistische interventies gezocht worden. Er kan ook geen vertrouwen gesteld worden in de Soennitische of Sjiitische elite en de heersers van landen uit de regio. Die worden in het conflict meegezogen en proberen er zelf voordeel uit te halen. Turkije wil zich versterken in de richting van Syrië om stilaan een nieuwe minimale versie van het Ottomaanse Rijk te vestigen.
Obama sprak over het verzamelen van een coalitie van Soennitische machten zoals Saoedi-Arabië, Quatar en de Verenigde Arabische Emiraten om de IS te stoppen. De corrupte onderdrukkende heersende dynastieën in deze landen kunnen geen volledige steun aan IS geven, maar sommigen waren wel betrokken bij actieve steun aan IS en ze hebben allemaal hun eigen regionale belangen en een agenda die verschilt van die van Obama. IS een nederlaag toebrengen is voor hen geen prioriteit. Op korte termijn dient het hun belangen beter indien IS extra problemen bezorgt aan de regionale Sjiitische regimes.
Eengemaakte massabeweging nodig
Om de horror van IS en andere reactionaire sectaire krachten in de regio te stoppen, is er nood aan een eengemaakte beweging van Soennitische en Sjiitische Arabieren samen met de Koerden, Turken en andere volkeren. Om de reactionaire dreiging van een IS-slachtpartij in Kobanê en elders in Syrië en Irak te bestrijden, moeten er democratische comités opgebouwd worden om massale milities te vormen. Er moet gestreden worden om het wapenembargo vanuit Turkije te stoppen, zodat deze milities kunnen bewapend worden. In Turkije moeten comités van Turkse en Koerdische arbeiders opgezet worden om verenigd de strijd aan te gaan. Het opzetten van niet-sectaire comités van Soennieten en Sjiieten in Irak, samen ook met de Koerden in Irak, tegenover de sectaire krachten langs alle kanten is de weg vooruit. Deze comités zouden de basis kunnen vormen voor een regering van arbeiders, boeren en al wie door het kapitalisme en het imperialisme wordt uitgebuit. Een vrijwillige en gelijke socialistische federatie van staten zou democratische, nationale en etnische rechten voor alle volkeren in de regio garanderen.
-
Koerdisch protest in Brussel
De hele week reeds voeren Koerden in Brussel actie aan het Europees Parlement. Geschokt door de dreiging van genocide tegen de Koerdische inwoners van Kobanê komen ze in actie om hun solidariteit te betuigen.Internationaal is de schok onder de Koerdische bevolking erg groot nu ze oog in oog staan met de reactionaire barbarij van Islamitische Staat. In Turkije is er een massale beweging onder de Koerdische bevolking. De Turkse regering beantwoordt dat met geweld, er vielen reeds 25 doden.
Ook in ons land is er een Koerdische gemeenschap met een traditie van progressieve campagnes en organisatie. De hele week voeren ze actie aan het Europees Parlement in Brussel, eerder op de week gingen ze het parlement zelfs binnen. Er waren ook lokale betogingen in verschillende steden.
Het protest van de Koerden is een noodkreet om solidariteit. Het besef is er dat een imperialistische interventie er niet op gericht is om de Koerdische bevolking te steunen in de strijd voor het recht op zelfbeschikking, waar in Rojava de afgelopen maanden stappen tot werden gezet. Er is een brede steun en actiebereidheid onder de Koerdische bevolking om Kobanê te verdedigen.
De imperialistische interventie die conflicten versterkt, zal geen stap vooruit betekenen. De verantwoordelijken voor deze nachtmerrie zullen er geen oplossing voor bieden. Wij verdedigen het recht van de Koerdische bevolking om zich te verdedigen, ook gewapenderhand. Dat zal nodig zijn tegenover de dreiging van een bloedbad. Het gewapende verzet moet onder controle van democratisch verkozen, niet-sectaire verdedigingscomités gebeuren waarin brede lagen van de bevolking een actieve rol spelen en beslissen over verdere acties. We verdedigen uiteraard ook het recht van de Koerdische bevolking op zelfbeschikking.
-
Koerdistan. De strijd om Kobanê
Regionale oorlog stelt nieuwe uitdagingen voor strijd voor Koerdische zelfbeschikking
Dossier door Serge Jordan van het CWI
Elke dag komen er meer verschrikkelijke berichten over de acties van de zogenaamde ‘Islamitische Staat’ (IS): onthoofdingen, kruisigingen, vrouwen die als slaaf opgeëist worden, bloedbaden onder minderheden en dodelijk geweld tegen zowat iedereen die ingaat tegen hun bijzonder sectaire agenda.
De stad Kobanê in het noorden van Syrië (de Arabische naam van de stad is Ayn al-Arab) op amper enkele kilometers van de Turkse grens kent een voornamelijk Koerdische bevolking en is een van de drie Koerdische enclaves in het noorden en noordoosten van Syrië. De afgelopen twee jaar stond de stad onder controle van de Democratische Eenheidspartij (PYD), de Syrische tak van de Koerdische Arbeiderspartij (PKK). De drie Koerdische enclaves in het noorden van Syrië worden ook West Koerdistan genoemd of ‘Rojava’ in het Koerdisch.
Twee weken geleden begon IS een groot gecoördineerd offensief op Kobanê waarbij het vanuit het oosten, het westen en het zuiden werd belegerd. De jihadisten beschikken over moderne en zware wapens, waaronder tanks. Een groot deel hiervan veroverden ze op het Iraakse leger in juni van dit jaar. De Koerdische milities van de YPG (Volksbeschermingseenheden, de gewapende eenheden verbonden aan PYD) zijn vooral bewapend met oude sovjet-geweren en automatische geweren.
In de Koerdische dorpen rond Kobanê die door de opmars van de IS de afgelopen dagen werden ingenomen, zien we de verschrikkingen van de IS zoals willekeurige executies van dorpsbewoners. Er zijn verslagen die melding maken van meer dan 150.000 vluchtelingen, vooral Koerden die naar Turkije trokken. Dit is de grootste en snelste exodus van burgers sinds het begin van het Syrische conflict.
De rol van Turkije
Velen beschuldigen het Turkse regime onder leiding van de AKP (Partij voor rechtvaardigheid en ontwikkeling) van samenwerking met IS. Het samenvallen van de timing van dit grote offensief van IS in Kobanê en het vrijlaten van 49 Turkse gijzelaars leidde tot nieuwe verdenkingen van samenwerking tussen IS en de Turkse staat. Wat er ook van aan is, het is duidelijk dat de Turkse heersende klasse geen zelfverzekerde en politiek geradicaliseerde Koerdische bevolking aan zijn achterdeur wil.
Er is in de praktijk een economisch embargo van Turkije tegenover Rojava. Het Duitse magazine Der Spiegel stelde dat Turkse veiligheidsagenten betrokken waren bij steun aan de aanvallen in 2012 op Syrische Koerden. Deze aanvallen werden uitgevoerd door het met al-Qaeda verbonden Nursa Front en het Vrije Syrische Leger.
Koerdische activisten proberen de grens over te steken om Kobanê te verdedigen. Ze botsen daarbij op harde repressie van de Turkse politie. “Ik wilde naar Kobanê gaan om de IS te bestrijden voor die mijn volk afslacht, maar ik kan niet”, klaagde een 30-jarige Turkse Koerd in een interview. Maar toch raakten honderden ongewapende activisten over de grenshekkens om de belegerde stad ter hulp te schieten.
De voorbije jaren moedigde het AKP-regime een toevloed van radicale islamitische strijders naar Syrië aan. Ze zagen er nuttige krachten in om tegen het regime van Bashar al Assad te strijden en tegelijk het Koerdische verzet in het noorden te ondermijnen. De Turkse staat wordt nu geconfronteerd met een monster van Frankenstein, de groei van IS in Syrië en Irak wordt door de Turkse staat steeds meer gezien als een bedreiging voor de interne veiligheid. De Turkse heersers zijn nog minder bereid om een door de PKK gecontroleerde regio in het noorden van Syrië toe te laten. Deze regio wordt door velen gezien als een symbool van het verzet van de Koerden, zeker onder de Koerdische bevolking in Turkije is dat het geval.
De PKK en de Turkse regering bevinden zich sinds maart van vorig jaar in een ‘staat van geen conflict’ in Turkije. Dit is onderdeel van een onderhandeld ‘vredesproces’. De onzekere uitkomst van de ontwikkelingen in de regio kunnen dit instabiele proces bedreigen. Dit werd bevestigd door de recente verklaringen van PKK-leiders die erkennen dat ze moeite hebben om de eigen strijders kalm te houden. Ze dreigden zelfs om het vredesproces op te zeggen.
Er kwam de afgelopen jaren dan wel een pakket aan democratische hervormingen voor de Koerden in Turkije, maar de economische en sociale marginalisering van de Koerdische bevolking gaat gewoon door. Velen zijn erg sceptisch over de beperkingen van de hervormingen. Zo was er een hervorming om Koerdisch taalonderwijs aan te bieden. Deze ‘hervorming’ heeft evenwel enkel betrekking op private scholen en niet op publieke scholen. Toen recent drie private scholen open gingen om jonge Koerden onderwijs in hun eigen taal aan te bieden, werd de politie ingezet met onder meer een waterkanon om deze “ongeoorloofde onderwijsinstelling” te stoppen.
In een dergelijke gespannen situatie zijn er steeds meer confrontaties tussen de politie in activisten in het Koerdische zuidoosten van Turkije. Er is een sfeer van broeiende onrust. Een terugkeer naar een openlijk gewapend conflict tussen de PKK en het Turkse leger blijft op dit ogenblik onwaarschijnlijk, geen van beiden zou er voordeel uithalen, maar de gebeurtenissen kunnen een eigen logica aannemen. Vorige week werden de groeiende spanningen nogmaals benadrukt toen drie Turkse politieagenten werden vermoord in een confrontatie in de regio tussen de steden Diyarbakir en Bitlis.
De PKK en het verzet tegen IS
De zelfopoffering en ervaring inzake guerrillastrijd van heel wat strijders van PKK en PYD heeft in zowel het noorden van Irak als in en rond Rojava ongetwijfeld een belangrijke rol gespeeld in het bestrijden van IS. De vastberadenheid van heel wat strijders die met de PKK verbonden zijn werd nog versterkt door de relatief betere situatie voor de Koerdische bevolking in Rojava sinds het verdrijven van het Syrische regime uit deze buurt.
Met meer dan 25 miljoen mensen vormen de Koerden de grootste staatloze natie in de wereld. De Koerden zijn verdeeld over vier verschillende nationale gebieden. Ze werden stelselmatig hun nationale en culturele identiteit ontzegd alsook democratische basisrechten. Ze werden vaak aan brutale repressie onderworpen. In die context en omringd door een oceaan van reactie, met dictatoriale regimes en jihadistisch geweld, werd door veel Koerden in de regio met trots gekeken naar de zogenaamde ‘bevrijde zones’ van Rojava waar de Koerden hun culturele en taalkundige rechten kunnen uitoefenen.
De eenheden van de PKK kregen bovendien nog meer sympathie toen ze erin slaagden om een doorgang veilig te stellen zodat de Jezidi minderheid aan een dreigende genocide door de reactionaire IS-bendes in de bergen van Sinjar in het noorden van Irak kon ontsnappen. Ondanks het feit dat de ‘peshmerga’ (Koerdische militaire krachten verbonden aan de PKD en PUD, de corrupte en neoliberale partijen die de Koerdische autonome regio in het noorden van Irak controleren) over betere wapens beschikt, trok deze zich zonder strijden terug. De PKK kwam tussen en zorgde voor het grootste gevecht tegen IS dat de regio kende.
Moeilijke evenwichtsoefening voor Turkse regime
Deze ontwikkelingen hebben de Turkse staat in een steeds minder comfortabele positie gebracht en er is een groeiend dilemma. De PKK en PYD worden door een laag van Turkse arbeiders en jongeren gezien als een actieve kracht in de strijd tegen IS. Tegelijk is er op gewezen dat de heersende AKP de groei van IS op verschillende manieren heeft aangemoedigd. Dit zet de geloofwaardigheid en het buitenlandse beleid van het land eens te meer onder zware druk. Als lid van de NAVO staat Turkije onder druk van het VS-imperialisme om een actievere rol te spelen in de coalitie tegen IS. Op een VN-bijeenkomst in New York bleek een bocht in de benadering van de Turkse president Erdogan. Voorheen was Turkije terughoudend om de VS te ondersteunen, maar nu bood Erdogan “zowel militaire als politieke steun” aan de VS-acties aan. Dat kan erop wijzen dat Turkije in de anti-IS coalitie een nieuw middel ziet om het Koerdische verzet op een andere wijze aan te pakken.
Op 2 oktober stemde het Turkse parlement een motie over de rol van Turkije in de coalitie, met de mogelijkheid van het inzetten van troepen in Syrië en Irak in het geval van een “bedreiging van de nationale veiligheid”. Buitenlandse troepen krijgen ook toelating om via Turkije te gaan. Een van de projecten van Erdogan is de vestiging van een bufferzone in Syrië en dit langs de Turkse grens. Het zou het regime toelaten om de enorme toevloed van Syrische vluchtelingen naar Turkije te beperken. Het zou ook de Koerdische enclaves verder isoleren en in een wurggreep brengen.
Een concreter engagement van het Turkse leger in de strijd tegen IS, zoals toelaten dat de militaire bases gebruikt worden voor Amerikaanse luchtaanvallen of het inzetten van Turkse grondtroepen in Syrië of Irak, zou Turkije blootstellen aan de mogelijkheid van terroristische wraakacties van IS in Turkije. De Turkse bevolking zou eens te meer een hoge prijs betalen voor de buitenlandse avonturen van de heersende elite.
De strijd om Kobanê en Rojava te verdedigen
In de confrontatie tussen de bevolking van Kobanê en Rojava aan de ene kant en de Islamitische Staat aan de andere kant, kijken socialisten niet gewoon toe vanuit een neutrale positie. Het resultaat van deze strijd is van groot belang voor het lot van de massa’s in de regio.
De bedreigde stad Kobanê is geografisch volledig omsingeld en kwetsbaar voor aanvallen. Maar het is ook een erg strategische stad. Als de IS dit gebied verovert, kan het leiden tot een grootschalig bloedbad onder Koerden die door IS gezien worden als seculieren die fysiek moeten uitgeroeid worden. Honderdduizenden Koerden zouden verdreven worden van de grond waar ze duizenden jaren leefden. Het zou IS bovendien gemakkelijke toegang geven tot de Turkse grens en het noordwesten van Irak.
Het CWI verdedigt het recht van de Koerdische bevolking op gewapend verzet en het recht om zichzelf, hun dorpen, buurten en gezinnen te verdedigen tegen de slachtpartijen van IS – maar ook tegen andere sectaire krachten of staatsterreur. Tegenover de dreiging van brutale reactie is er nood aan een massaal georganiseerde en democratische gecontroleerde gewapende mobilisatie van Koerdische arbeiders en arme boeren om de opmars van IS te stoppen.
Daartoe erkennen socialisten het recht van de Koerdische bevolking om wapens aan te schaffen om zich te verdedigen. Om het recht op zelfbeschikking voor de Koerden op een betekenisvolle en oprechte wijze te bekomen, is het belangrijk om te waarschuwen tegen de pogingen van het imperialisme en de lokale heersende elites om het lot van de Koerden te misbruiken voor hun eigen doeleinden. Het is geen geheim dat de Westerse imperialistische machten in het verleden wapens leverden aan religieus sectaire krachten als hen dit goed uitkwam vanuit hun belangen. Toen de wapens tegen de imperialistische krachten werden ingezet, probeerden die de oppositie te bewapenen. Ze doen dit niet om de krachten die ingaan tegen repressie te versterken, maar om zelf de controle op de grondstoffen en middelen van de regio te heroveren. Er mogen geen illusies gesteld worden in de rol van het Westerse imperialisme die enkel voor verdere religieuze sectaire verdeeldheid zal zorgen.
Geen imperialistische interventie!
De zogenaamde ‘humanitaire’ motieven van het westen om militair tussen te komen, zijn een oud en vaak gebruikt excuus om de sinistere berekeningen van het imperialisme te verbergen. Het lot van de Koerden biedt de westerse machten een nieuw cynisch argument om een militaire actie in het Midden-Oosten te rechtvaardigen. De bedreiging van de bevolking van Benghazi werd drie jaar geleden gebruikt als rechtvaardiging voor de bombardementen op Libië. In Syrië zijn de jihadisten al minstens twee jaar bloedbaden aan het aanrichten. De westerse regeringen en media zwegen hierover.
De geschiedenis van het Koerdische volk heeft meermaals aangetoond dat de imperialistische machten en kapitalistische elite geen vrienden van de strijd voor nationale bevrijding zijn. Toen het regime van Saddam Hoessein massaal overging tot het vermoorden van Koerden, onder meer met een dodelijke vergassing van 5000 mensen in het dorp Halabja in 1988, werd door de zogenaamde ‘internationale gemeenschap’ niets ondernomen.
Door meer wapens binnen te brengen hopen de westerse regeringen een grotere invloed te verwerven en hun politieke agenda te kunnen opleggen. Daarmee willen ze meteen ook vermijden dat hun systeem in vraag wordt gesteld of dat hun belangen geschaad worden. In deze machtsstrijd zullen de meer linkse elementen even goed aan de kant geschoven worden door de fracties die de belangen van het VS-imperialisme en zijn bondgenoten het beste dienen.
Dat is waarom de beslissing van de Deense aanhangers van het Verenigd Secretariaat van de Vierde Internationale (VSVI, in ons land SAP) om in het parlement voor het sturen van een Hercules-vliegtuig vol wapens en munitie voor de Koerdische regionale regering in Irak – een rechtse regering die erg volgzaam is tegenover de imperialistische belangen – gevaarlijk en verkeerd is.
De leiders van de PKK en PYD geven regelmatig kritiek op de agenda van het imperialisme in de regio, maar lijken ook betere banden met westerse machten te willen uitbouwen. Sommige verslagen hebben het over vertegenwoordigers van PYD (dat in tegenstelling tot de PKK niet verboden is in de EU en VS) naar Londen zijn gereisd om met het Britse ministerie van Buitenlandse Zaken te spreken. Een aantal kapitalistische politici en commentatoren stellen dat de PKK wel eens van de Europese en Amerikaanse lijsten van terroristische organisaties kan gehaald worden. Dat is een uitdrukking van het feit dat de strijd van de PKK tegen de jihadisten heeft bijgedragen aan een grotere populariteit, vooral maar niet alleen onder de Koerdische gemeenschap. Tegelijk wijzen deze en andere ontwikkelingen er ook op dat delen van de westerse heersende klassen flirten met het idee om minstens tijdelijk de relaties met de PKK te normaliseren, enkel om de eigen cynische doeleinden te dienen.
De geschiedenis van de Koerdische bevolking is er een van verzet. Maar het is ook een geschiedenis van verraad door verschillende Koerdische leiders die akkoorden met het imperialisme sloten om er persoonlijk voordeel uit te halen. Dat zien we met voorbeelden als Masoud Barzani, de corrupte president van de Koerdische Regionale regering in het zuiden van Koerdistan (noord Irak). Zijn project van Koerdisch zelfbeheer is niets anders dan het uitbouwen van een staat die grotendeels afhankelijk is van de regionale en imperialistische machten. De economie is gericht op het verrijken van een kleine Koerdische elite, grote Turkse bedrijven en multinationals.
Een oplossing voor de Koerdische strijd die uitgaat van politieke steun van het westerse imperialisme moet verworpen worden. Het leveren van wapens kan enkel aanvaard worden op basis van een verwerping van ‘voorwaarden’ die van buitenaf worden opgelegd en die ingaan tegen de belangen van de Koerdische massa’s. De leiders die in naam van de Koerdische gemeenschap spreken moeten bovendien verantwoording afleggen voor hun woorden en daden, er mag geen sprake zijn van geheime achterkamerakkoorden met imperialisten en kapitalistische leiders.
Het opzetten van democratisch verkozen niet sectaire verdedigingscomités in alle Koerdische gebieden, wijken, steden en dorpen is van groot belang. Het zou de massa’s toelaten om een actieve rol te spelen in het verzet tegen IS, maar ook om democratisch te beslissen over welke acties ondernomen worden, waaronder beslissingen over de bevoorrading, het gebruik en de verdeling van wapens. Hierdoor zouden geheime akkoorden waarbij iedere stap vooruit in de strijd op de helling wordt gezet vermeden kunnen worden.
In een situatie van toenemende wanhoop en angst zijn de herhaalde oproepen aan het westen om ‘tussen te komen’ begrijpelijk. Maar toch dreigen deze de strijd voor de bevrijding die zoveel Koerden willen op de helling te zetten. De luchtaanvallen tegen IS-doelwitten hebben de situatie van de Koerden niet verbeterd, maar enkel verergerd. Tientallen burgers in door Soennieten gedomineerde zones werden vermoord, wat nieuwe recruten in de armen van de IS duwt. De inwoners van Kobanê klagen aan dat deze bombardementen sommige IS-strijders misschien wel verjagen uit hun bastions, maar dan enkel om hen verder in Koerdisch gebied te brengen.
Terwijl we de legitimiteit van het gewapend verzet tegen IS ten volle erkennen, moeten we tegelijk ook eisen dat alle aspecten van het verzet democratisch van onderuit gecontroleerd worden.
De zelfbestuurde gebieden van Rojava
Er zijn verslagen die aangeven dat er in Rojava stappen gezet worden naar een meer democratisch beslissingsproces. Dat is vooral het geval bij het organiseren van vrouwen in de strijd voor hun rechten en om een grotere maatschappelijke rol te spelen, ook op het militaire front. Een derde van de YPG-milities bestaat uit vrouwen. Dit is opmerkelijk in de regio, zeker in vergelijking met de bijzonder reactionaire agenda van vrouwenonderdrukking die door de IS en andere rechtse religieuze krachten wordt verdedigd.
Jammer genoeg wijzen verslagen van sommige mensenrechtenorganisaties ook op trends in de methoden van PYD waar socialisten sterke kritiek op hebben. Zo wordt overgegaan tot het ontvoeren van journalisten die kritisch staan tegenover de PYD. Die partij staat er op dat alle politieke organisaties de leidinggevende rol van PYD erkennen. De partijleiders gaan er van uit dat iedereen aanneemt dat zij de leiders zijn en dat zonder democratisch debat en discussie van onderuit . Ondanks de brede steun wijst dit op de bureaucratische top-down methode van de leiders van PYD en PKK, een methode waar socialisten zich tegen verzetten.
Het project van de leiding van de PKK en PYD bestaat uit wat ze ‘democratisch confederalisme’ noemen, gebaseerd op zelfbeheerde raden en bijeenkomsten. Dergelijke raden kunnen potentieel een centrale rol spelen in het aanmoedigen van een actieve en democratische betrokkenheid van brede lagen van de bevolking, de arbeiders, arme boeren, vrouwen en jongeren, niet alleen bij de onmiddellijke taken van het verdedigen van het gebied tegen de reactie van IS, maar ook in de revolutionaire omvorming van de samenleving. Daartoe moeten deze raden wel beslissingen kunnen nemen en met elkaar verbonden zijn op lokaal, regionaal en breder niveau. Het is belangrijk dat alle raden gevormd worden op basis van systematische verkiezingen van afgevaardigden die permanent afzetbaar zijn en met het recht voor alle politieke partijen om hun standpunten en programma’s democratisch te verdedigen. Er is nood aan een systeem van democratische arbeiderscontrole en –beheer, niet gewoon aan organen die de beslissingen van de PYD-leiding naar beneden toe doorgeven. Dat was ook een probleem in het geval van de Cubaanse revolutie of recent onder Hugo Chavez in Venezuela.
De “Grondwet van Rojava” is gericht op het vestigen van een “sociaal contract” om de autonome gebieden te beheren, het recht op werk, sociale zekerheid, gezondheidszorg, huisvesting,… Over de economische basis waarop dergelijke eisen kunnen gerealiseerd worden blijft de tekst echter bijzonder vaag. Er wordt wel verwezen naar ‘socialisme’, maar dit wordt gezien als iets voor de verre toekomst en ondertussen zullen de politieke organisaties die de regio beheren binnen het kapitalisme werken.
Dat is waarom het belangrijk is om Kobanê en Rojava als geheel te verdedigen tegen de brutaliteit van IS, staatsrepressie en imperialistische inmenging. De positieve verworvenheden die gevestigd werden moeten behouden blijven en gekoppeld aan een strijd voor een bredere politieke strategie waarmee een oplossing op langere termijn mogelijk is voor de onderdrukking en marginalisering van de Koerdische bevolking in Rojava en andere delen van Koerdistan.
Voor arbeiderseenheid en solidariteit
De PKK en PYD beweren dat ze de enige politieke krachten in het militaire conflict zijn die zich niet baseren op religieuze sectaire grenzen. Dit vindt een zekere steun, wat meteen duidelijk maakt dat een klassenoproep over sectaire en nationale verschillen heen een krachtige hefboom kan zijn om arbeiders, armen en onderdrukten van verschillende gemeenschappen en godsdiensten in de hele regio te bereiken. Niet enkel de Koerden maar ook miljoenen Iraakse, Iraanse en Turkse arbeiders, boeren en werklozen worden het recht op een waardig leven zonder armoede en geweld ontzegd.
Er moeten garanties voor alle minderheden in de Koerdische zones geboden worden, voor de Assyriërs, Arabieren, Turkmenen,… De kracht en leefbaarheid van het Koerdische verzet in Rojava zal afhangen van de bredere mobilisatie en steun die ze kan krijgen van arbeiders, armen en jongeren doorheen de wereld en van de geografische uitbreiding en versterking van de meest progressieve kenmerken van dit verzet.
Het protest van de vakbonden KESK (confederatie van personeel uit de publieke sector) en TMMOB (vakbond van Turkse ingenieurs en architecten) in solidariteit met de strijd in Kobanê en tegen de medeplichtigheid van de AKP-regering met de IS-acties, is een klein voorbeeld van wat de linkerzijde en de vakbonden op grotere schaal kunnen doen. Met name de uitbouw van internationale solidariteit en arbeiderseenheid voor de Koerdische strijd voor zelfbeschikking.
De AKP wil het geweld tegen de Syrische Koerden opvoeren, deels om de aandacht van de binnenlandse problemen af te wenden. Dat is waarom de belangrijke mobilisaties om het Koerdische verzet te ondersteunen moeten verbonden worden met de opbouw van een massastrijd van alle werkenden, armen en al wie door het kapitalisme wordt uitgebuit, zowel Turken als Koerden, en dus tegen de neoliberale en autoritaire agenda van de Turkse heersende klasse. Dit zou een sterke alternatieve weg vormen voor de Koerdische activisten in Turkije die mogelijk hun heil kunnen zoeken in een terugkeer naar het doodlopende straatje van individuele bomaanslagen en schietpartijen om het lot van de Koerden onder de aandacht te brengen.
Voor socialisme
Als het consistent wordt gedaan door de arbeidersorganisaties, de linkerzijde en de Koerdische groepen in de regio en op internationaal vlak, dan zou een klassenbenadering bijdragen aan de heropbouw van een massale en verenigde beweging van arbeiders en werkenden, niet alleen in Turkije maar in de volledige regio. Het zou een uitvalsbasis vormen om de dominante en dreigende tendens van steeds meer sectair bloedvergieten en oorlog te doorbreken.
Een dergelijke strijd moet gewapend worden met een revolutionair socialistisch programma om de enorme middelen in de regio onder publiek bezit en arbeiderscontrole te plaatsen. Dat zou de basis vormen om de veelzijdige crisis te beginnen oplossen door de economie democratisch te plannen zodat er degelijke infrastructuur, werkgelegenheid en levensstandaarden zijn.
Een antwoord van de internationale arbeidersbeweging op de crisis in Kobanê en Rojava is des te belangrijker omdat de Koerdische enclaves wel enkele olievelden hebben, maar geen fabrieken en een numeriek erg zwakke arbeidersklasse. Dat maakt het onmogelijk om een lange tijd geïsoleerd te blijven of om een volledig ontwikkelde socialistische samenleving uit te bouwen.
Enkel een revolutionair en internationalistisch programma dat de strijd tegen kapitalisme, grootgrondbezit en religieus sektarisme verbindt met de strijd voor gelijke democratische, culturele en religieuze rechten voor alle gemeenschappen en minderheden, kan het diepgaande gevoel van vervreemding onder miljoenen mensen in de regio aanpakken en het omvormen tot een gemeenschappelijke positieve kijk gericht op een verandering van de samenleving ten voordele van iedereen. Een dergelijk programma samen met het opbouwen van multi-etnische en religie-overschrijdende krachten gebaseerd op de arbeidersklasse en de onderdrukten, kan een einde stellen aan de voedingsbodem voor fundamentalistische groepen zoals de IS. Alleszins zou het veel efficiënter zijn dan wat gelijk welke hoeveelheid imperialistische bommen ooit kan doen.
Het CWI staat voor een vrijwillige socialistische en democratische confederatie van het Midden-Oosten gebaseerd op een planmatige inzet van de bestaande middelen en op het recht op zelfbeschikking voor alle nationaliteiten met garanties voor de rechten van alle minderheden binnen alle staten. In een dergelijk kader kunnen alle Koerden in elk deel van Koerdistan vrij en democratisch beslissen over hun toekomst en het karakter van de staat waarin ze willen leven. Het kan het begin van een uitweg uit de nachtmerrie van het kapitalisme en het imperialisme in de regio betekenen.
-
Kapitalistisch bloedbad in Irak en Syrië
Analyse door Georg Maier, SLP (onze Oostenrijkse zusterpartij)
De huidige situatie in Irak is niet alleen het gevolg van de invasie onder leiding van de VS in 2003 maar het weerspiegelt ook de bloedige erfenis van de Wereldoorlog die 100 jaar geleden begon. Toen ISIS (Islamitische Staat in Irak en Levant) de grens tussen Syrië en Irak overstak, beweerde het dat de “schande van Sykes-Picot” ongedaan werd gemaakt en een ‘Islamitische Staat’ (IS) werd opgericht. Het akkoord van Sykes-Picot bezegelde in 1916 de verdeling van de regio tussen Frankrijk en Groot-Brittannië.Delen van de eerdere analyses van de marxisten werden bevestigd, ook al is ISIS een erg reactionaire kracht. Het CWI stelde in 2003 dat de invasie zou leiden tot een ineenstorting in Irak met een mogelijke opdeling van het land in diverse nieuwe staatjes. Ook zien we een bevestiging van de voorspelling van de Communistische Internationale in 1920 toen die stelde dat de toen door het imperialisme getrokken grenzen in de regio uiteindelijk onder vuur zouden komen te liggen.
De revoluties van 2011 in het Midden-Oosten en Noord-Afrika hebben niet alleen een nieuw tijdperk van arbeidersprotest geopend, maar het leidde ook tot een strijd over de herverdeling van rijkdom en grondstoffen tussen de verschillende kapitalistische elites. De revolutie zit momenteel vast in de meeste landen, waardoor er ruimte is voor andere krachten. Een van de meest opmerkelijke krachten daarbij is de IS dat uit delen van Syrië verdreven was door rivaliserende fracties en nu de aandacht op Irak vestigt.
In Irak zorgde de IS voor de stoottroepen die een einde maakten aan het evenwicht tussen de sjiitische regering van voormalige premier Nuri al-Maliki en de soennitische Arabische krachten. Het is niet alleen IS dat het centrum en noorden van Irak heeft veroverd. De groep werd gesteund door een bijzonder instabiele en reeds verbrokkelende coalitie van diverse soennitische groepen en milities, waaronder ook voormalige aanhangers van Saddam Hoessein en zijn Baath-partij of lokale stammenkrachten. Maar IS is de best georganiseerde en meest efficiënte kracht. Het conflict tussen de soennitische fracties en de Irakese regering is al langer bezig en wordt vooral veroorzaakt door het repressieve beleid van het regime en het anti-Soennitische economische beleid. Begin dit jaar verloor het leger al de controle over Falluja en een reeks andere steden en dorpen in de zogenaamde ‘soennitische driehoek’. Er is een langdurige burgeroorlog die nu op een nieuw niveau terechtkomt door de betrokkenheid van de IS, wat het uitzicht van de regio kan veranderen.
Als we naar de huidige situatie in Irak kijken of naar gelijk welke belangrijke ontwikkeling in de regio, zijn niet alleen de politieke en militaire aspecten van belang maar ook de economische dynamiek.
Door winst gedreven oorlog
Zoals de New York Times schreef, staat IS vooraan in de ontwikkeling van iets wat kan bestempeld worden als de ‘commercialisering van islamistische terreur’. Het is volgens de Financial Times in essentie een “multinationaal bedrijf dat terreur als product verkoopt”.
Een aanzienlijk aandeel van de financiële activiteit van jihadistische groepen zoals ISIS of Boko Haram kan samengevat worden door wat de Duitse dramaschrijver Schiller stelt: “Oorlog voedt oorlog”. ISIS ging een stap verder. Dit bleek uit de jaarlijkse zakencijfers van de groep. Het laatste rapport telde 400 pagina’s, werd in hoge kwaliteit gedrukt en had betrekking op het ‘zakenjaar’ november 2012 tot november 2013. Het rapport werd onder verschillende investeerders verspreid. Het rapport brengt een gedetailleerd overzicht van het aantal aanvallen, de wapenvoorraad,… waarbij de cijfers volgens andere rapporten niet overdreven zijn en bevestigd worden. De rapporten moeten de investeerders informatie bieden en tegelijk nieuwe investeerders aantrekken, er wordt vooral gemikt op rijke zakenlui uit de dictatoriale oliemachten aan de Golf.
Er moet op de dubbelzinnige positie van de Saoedische elite tegenover ISIS gewezen worden. Enerzijds zien ze de groep als een soennitische kracht die nuttig is in het bestrijden van de sjiiitische (lees: Iraanse) invloed. Maar anderzijds is er ook angst voor ISIS. Niet omwille van de barbarij van de groep die honderden gevangenen vermoordt, hen live voor de camera kruisigt of andere dergelijke toestanden. Maar wel omdat het een bedreiging vormt voor het Saoedische regime en de olie-elite in de regio. Net zoals eerder bij Osama bin Laden het geval was, stelde ook de IS dat het koningshuis van al-Saoed ‘verraders’ zijn die moeten omvergeworpen worden.
Daarnaast is er een zeker element van sociale kritiek en wanhoop in de politieke praktijk van IS en de economische situatie van armoede waarop het groot kan worden. De rangen van ISIS bestaan vooral uit jonge, wanhopige, radicaliserende mannen die vaak geen rechten hebben en onderdrukking aan de lijve ondervinden. Vervreemd van de bestaande samenleving en bij gebrek aan perspectieven, komen ze met hun woede tegenover de vervolgingen van soennieten bij de IS terecht als instrument om de strijd te voeren. Ze worden in een reactionaire revolte meegetrokken, want dat is wat de IS betekent, maar mogelijk kan deze woede en frustratie zich ook keren tegen de machtige elite in de Golf. Door IS en gelijkaardige groepen te financieren hopen delen van de elite uit de regio dat ze de groep voldoende afgekocht hebben en er tegelijk gebruik van kunnen maken om vijanden te verzwakken.
De elite in de Golf waren in zekere zin diegenen die voor de financiering van de opstart zorgden. Ze verwachten nu resultaten, zoals ook blijkt uit het zakenrapport van de groep. Door op deze middelen verder te bouwen heeft IS een relatief stabiel economisch model gevestigd, vooral gebaseerd op plunderingen en oliesmokkel. Na de verovering van Mosoel plunderden IS-krachten de regionale vestiging van de centrale bank waarbij voor ongeveer 435 miljoen dollar werd buit gemaakt. De verkoop van archeologische vondsten uit Syrië die op de Westerse markt worden aangeboden, leverde de groep ongeveer 36 miljoen dollar op. In de olierijke regio die de IS controleert, kon deze organisatie gezien de omstandigheden een relatief stabiele olie-economie vestigen waarbij het oosten van Syrië van olie uit Irak wordt voorzien. De oliehandel in Syrië wordt gecontroleerd door het regime. Er is sprake van een vorm van informeel contact waarbij de IS olie voorziet, het regime dit doorverkoopt en de winsten worden gedeeld. IS zou goed zijn voor een nettovermogen van meer dan twee miljard dollar.
Dat is de financiële basis waarop IS is opgebouwd. De erg winstgevende handel maakt het mogelijk om huurlingen aan te werven en de rangen aan te vullen met nieuwe strijders. De economische situatie in de regio zorgt ervoor dat een groeiend aantal jongeren geen uitweg uit de honger en de wanhoop ziet. Dat maakt dat strijden voor de IS door sommigen als een oplossing wordt gezien. Het Duitse magazine Der Spiegel bracht een interview met een jong militielid van IS. Hij kwam uit een conservatieve, wanhopige en erg arme buurt in Istanboel (Turkije). Zonder perspectief op werk of een toekomst, besloot hij de rangen van ISIS te vervoegen waar hij nu 400 dollar per maand verdient. Er zijn verslagen dat IS recruteringscampagnes voert waarbij jonge mannen 10.000 dollar beloofd wordt voor hun huwelijksfeest en een BMW X5 als bonus bovenop het normale loon dat ze krijgen als ze voor IS strijden.
De impact van religieuze fanatici of de religieuze, nationale en andere verdeeldheid in Syrië en Irak moet niet onderschat worden. Maar tegelijk moet er rekening mee gehouden worden dat minstens een van de belangrijkste krachten op het terrein een door winst gedreven kapitalistisch bedrijf is, of toch minstens zo handelt. De militaire activiteit is gericht op directe private accumulatie en leidt tot een nieuwe dynamiek in het regionale conflict. Dit is des te belangrijker omdat er grote westerse en Iraanse belangen op het spel staan. De Iraanse al-Quds-brigades die momenteel in Irak actief zijn, vormen niet alleen een sjiiitische kracht die de soennieten bekampen in een strijd om politieke controle, ze bezitten ook de grootste bedrijven en controleren grote investeringen in Iran die bedreigd zijn door de IS.
IS en de economische positie van de groep is nauw verbonden met het regionale kapitalisme en in zekere zin is het een belangrijk element van het regionale kapitalisme geworden. De opkomst van de groep is een gevolg van de wereldwijde en regionale structurele en acute economische crisis. De IS vertegenwoordigt niet alleen een nieuwe vorm van rechtse politieke islam, maar ook een nieuwe vorm van kapitaalaccumulatie die niet alleen op primitieve archaïsche vorm (zoals met plunderingen) tewerk gaat, maar ook als een kapitalistisch bedrijf.
Perspectieven voor Koerdische onafhankelijkheid
Het opbreken van Irak biedt de grootste kans voor de vorming van een formeel onafhankelijke Koerdische staat sinds lange tijd. Peshmerga-krachten gebruikten het korte militaire vacuüm tijdens de opmars van IS in Irak om Kirkoek te veroveren, de olierijke stad die al lange tijd betwist gebied is tussen Koerden en Arabieren. De Koerdische autoriteiten kondigden een referendum aan over totale onafhankelijkheid.
Het westerse imperialisme geeft momenteel heel wat steun aan de Koerdische autoriteiten omdat die op het terrein de enige kracht lijken te zijn die de IS bestrijden. De Peshmerga zijn slecht bewapend maar hebben banden met de partijen die de autonome Koerdische regio in Irak controleren en vooral de PYD, dat in de Koerdische gebieden van Syrië gebaseerd is en banden heeft met de PKK. Ze lijken de opmars van de IS gestopt te hebben. Dit heeft de dreiging van een massamoord op de Jezidi-minderheid voorlopig afgewend. De strijd van de Koerdische krachten tegen de IS moet gesteund worden, maar er zitten duidelijk gevaren in de huidige situatie, zeker door de rol van het imperialisme en de dreiging van dieper wordende nationale en religieuze verdeeldheid.
Krachten als de IS kunnen geïsoleerd worden door hun basis onder de soennitische bevolking te ondermijnen. Daartoe moeten de soennitische massa’s evenwel een perspectief hebben op een toekomst zonder onderdrukking en met een beter leven. De elkaar bekampende elites, zowel soennieten, sjiieten als Koerden, kunnen dat niet aanbieden. Het is enkel mogelijk door te bouwen aan een beweging die de werkende bevolking en de armen in de regio verenigt in een strijd tegen vervolging, voor de verdediging van democratische rechten en voor een breuk met het kapitalisme.
Momenteel zijn er geen significante krachten in de regio die voor een dergelijk programma staan. Er is het gevaar dat het westerse imperialisme een semi-onafhankelijke Koerdische staat zal gebruiken als nieuwe uitvalbasis, als een voet tussen de deur in de regio. De huidige Amerikaanse luchtaanvallen hebben niet alleen tot doel om de opmars van de IS te stoppen en bloedbaden te voorkomen, maar ook om het Amerikaanse leger als significante kracht in de regio opnieuw te vestigen en invloed te krijgen op de gebeurtenissen (door de Koerden afhankelijk te maken van de Amerikaanse belangen en interventie). Dit werd al besproken voor de opmars van de IS en het werd geïllustreerd door de Israëlische premier Netanyahu die zich uitsprak voor het idee van een onafhankelijke Koerdische staat, een uitspraak die gesteund werd door tal van Amerikaanse politici. Dit gebeurt in de context van een wanhopige zoektocht van de VS naar nieuwe bondgenoten in de regio. Washington vormt een informele coalitie met het Iraanse regime om de door sjiiiten gedomineerde regering in Irak te verdedigen. Dit is een erg instabiele alliantie die ongetwijfeld niet lang kan standhouden.
Wij verdedigen het recht van de Koerden – en alle andere groepen die zichzelf als een natie zien – op zelfbeschikking, maar we waarschuwen tegelijk voor illusies in een onafhankelijk Koerdistan. Indien dit zich realiseert, dreigt het net zoals de huidige autonome regio sterk afhankelijk te zijn van het Turkse en westerse imperialisme. De autonome regio in Iraaks Koerdistan wordt in de praktijk bestuurd door twee rivaliserende maffiagroepen, de Baraznis en de Talabanis. Die hebben elk hun eigen partij (KDP en PUK), eigen banken, eigen bouw- en investeringsbedrijven, milities,…
Tegelijk hebben de Koerden in de regio en in de diaspora hoge verwachtingen van een onafhankelijke staat. Dat is begrijpelijk aangezien de Koerden al bijna 100 jaar onderdrukt en vervolgd worden in de regio. Als er een Koerdische staat komt, zullen de nationale wittebroodsweken echter van korte duur zijn. In Syrië waren er al confrontaties tussen de krachten van de PYD (PKK) en de troepen van Barzani en/of Talabani. In het verleden hebben de Koerdische autoriteiten in het noorden van Irak het Turkse leger meermaals toegelaten om de grens over te steken in operaties tegen de PKK.
Als de werkende massa’s van de verschillende etnische en religieuze groepen er niet in slagen om zich te organiseren en de strijd aan te gaan, dan dreigt het imperialistische en sectaire geweld gewoon door te gaan. Door imperialisten getekende grenzen zullen in de huidige onrust verdwijnen. Maar als ze niet veranderd worden door de arbeidersklasse, dan zullen ze enkel plaats maken voor nieuwe sectaire grenzen die met het bloed van de massa’s getrokken worden.
-
Irak. Enkel eengemaakte actie kan sectaire oorlog stoppen
Artikel door Robert Bechert, CWI.
Miljoenen mensen doorheen de wereld waren geschokt door de snelle opmars van de extreme religieuze fundamentalisten van de Islamitische Staat in Irak en Levant (ISIS) die nu de oprichting van een ‘kalifaat’ hebben aangekondigd in de vorm van de ‘Islamitische Staat’.
De meeste ‘verslagen’ uit deze oorlogszone moeten met de nodige omzichtigheid bekeken worden. De sectaire brutaliteiten van ISIS tegenover tegenstanders en andere religies staat buiten twijfel, zelfs de eigen propagandavideo’s van ISIS tonen dit. Ondanks hun oppositie tegen de grote imperialistische machten en populistische afkeer tegenover elementen van het kapitalisme, is ISIS op geen enkele wijze progressief en staat het niet voor het einde van uitbuiting en onderdrukking. De methoden van ISIS omvatten een dictatoriaal optreden dat soms aan fascisme doet denken waarbij al wie hun versie van de islam en hun grote leider, omgedoopt tot Kalif Ibrahim, niet volgt hardhandig wordt aangepakt. ISIS staat voor een zelfde bloedige methode als vorige religieuze fundamentalisten zoals de katholieke kruisvaarders die moslims, joden en orthodoxe christenen afslachtten in hun opmars doorheen het Midden-Oosten in de Middeleeuwen of de strijders in de Dertigjarige Oorlog in Europa in de 17de eeuw.
De snelle opmars van ISIS bedreigt niet enkel diegenen die de heerschappij van deze groep niet aanvaarden of wie een andere religie volgt, het vormt ook een bedreiging voor de westerse imperialistische machten. ISIS dreigt niet alleen de staten op te breken die tot stand kwamen door het Sykes-Picot akkoord uit 1916 tussen Groot-Brittannië en Frankrijk, maar het vormt ook een harde slag voor de neo-conservatieve strategie van Bush en Blair na de aanslagen van 11 september 2011. De positie van het westerse imperialisme in het Midden-Oosten en daarbuiten kan ondermijnd raken.
Het Westen zoekt wanhopig naar een antwoord op ISIS en probeert tegelijk minstens een beperkt propagandavoordeel uit de opmars van ISIS te halen. De Westerse leiders proberen zich voor te doen als de humanitaire verdedigers van de onderdrukten. Daarmee wordt een poging ondernomen om de eigen giftige erfenis van de invasie in Irak in 2003 aan de kant te schuiven.
Dat is evenwel niet mogelijk. De opmars van ISIS is een nederlaag voor het beleid dat voorheen werd gevoerd door de VS en Groot-Brittannië en dat gesteund werd door de grote partijen in beide landen – zowel de Republikeinen als de Democraten in de VS en zowel Labour als de Conservatieven in Groot-Brittannië.
Ten tijde van de invasie in Irak waarschuwden wij dat deze imperialistische interventie zou leiden tot het opbreken van Irak in verschillende rivaliserende etnische en religieuze entiteiten. We stelden dit niet omdat we de dictatuur van Saddam steunden, maar wel omdat de enige progressieve kracht die Saddam kom omverwerpen bestond uit de Irakese arbeiders en armen. We waarschuwden dat Irak bij afwezigheid van zo’n massabeweging die breekt met het kapitalisme en het imperialisme de neiging zou kennen om opgebroken te worden in verschillende etnische of op religie gebaseerde entiteiten onder leiding van nieuwe lokale mini-Saddams.
Dit argument werd destijds door Tony Blair, de propagandist voor de invasie, zonder meer afgedaan als niet correct. Hij probeerde het imperialistische avontuur te rechtvaardigen met het argument dat enkel een militaire interventie de dictatuur van Saddam kon opzijschuiven. De revoluties in Tunesië en Egypte in 2011 toonden aan dat dit argument verkeerd was. In die gevallen was het massale actie die de dictaturen omver wierp. Maar Tony Blair had nooit een probleem met dictators, enkel met dictators die het niet eens met hem waren. Hij werkt vandaag zonder problemen samen met de nieuwe Egyptische would-be dictator Sisi en Blair wordt zelfs betaald voor het advies dat hij geeft.

John McCain op bezoek bij ISIS. Nu probeert Blair het voor te stellen alsof ISIS is kunnen groeien omdat het Westen geen militaire steun gaf aan de oppositie in Syrië. Maar ISIS heeft zich in Irak bewapend door wapens van het Irakese leger te veroveren, wapens die net geleverd zijn door het Westen. Op een bepaald ogenblik keken elementen in het Westen, net zoals in het Midden-Oosten, positief naar ISIS. In juni plaatste ISIS foto’s op het internet van enkele strijders die de rechtse Amerikaanse senator John McCain ontmoetten. Die laatste had het over een “erg emotionele ervaring om deze strijders te ontmoeten.”
De Turkse regering had voorheen de groei van ISIS in Syrië getolereerd en zelfs vrije doorgang over de grenzen toegekend, maar nu voelt het Turkse regime zich bedreigd door de kracht van ISIS die de nauwe banden tussen Ankara en de regionale Koerdische regering in het noorden van Irak bedreigt. Op langere termijn kan dat ook in Turkije zelf gevolgen hebben.
De snelheid van de opmars van ISIS in Irak was het resultaat van het sectaire beleid van de sjiitische kliek rond Maliki. Dat beleid vervreemde de soennieten en de Koerden van het centrale bewind en dit heeft het opbreken van het land versneld.
Het is niet zeker dat de nieuwe Irakese premier Abadi in staat zal zijn om een deel van de soennitische stammen en oppositie van ISIS los te weken. Eerder zochten ze toenadering als reactie op het sectaire beleid van Maliki. Zowel Saoedi-Arabië als Iran, de leidinggevende soennitische en sjiitische machten, verwelkomden Abadi. Maar het is niet duidelijk hoeveel Irakese soennieten in hem een breuk zullen zien met het vorige sectaire sjiitische bewind.
De verschrikkelijke verslagen van hoe ISIS met tegenstanders omgaat, leidt natuurlijk tot een groeiende vraag naar actie om de opmars van ISIS te stoppen. Net zoals bij eerdere oorlogen of de ‘heropbouw’ in zowel Afghanistan als Irak, wordt nergens echt verwacht dat een nieuwe militaire tussenkomst van het westen in Irak de situatie fundamenteel zal veranderen. De westerse heersende klassen zouden liefst vermijden dat ze een groot aantal troepen in Irak moeten inzetten, maar het valt niet uit te sluiten dat er een poging komt om delen van Irak opnieuw in te nemen.
De ineenstorting van het verzet van het Irakese leger tegenover ISIS maakt dat het westerse imperialisme de Koerdische krachten wil versterken, vooral die krachten die met de regionale regering verbonden zijn. Hiermee hopen de westerse imperialistische machten voet aan grond te houden in de regio. Het is niet toevallig dat de Britse regering een van haar meest rechtse figuren, Hadhim Zahawi die toevallig van Koerdische origine is, naar Erbil heeft gestuurd. De Koerdische arbeiders en jongeren mogen geen enkel vertrouwen stellen in ‘hulp’ van figuren die zoals Zahawi in eigen land harde aanvallen uitvoeren op de armen en werkenden.
De Irakese en Koerdische arbeiders mogen geen vertrouwen stellen in de imperialistische machten. Die machten hebben er geen probleem mee om sectaire religieuze regimes zoals dat van Saoedi-Arabië te steunen als het hen uitkomt. De sleutel om de sectaire oorlog te stoppen ligt in de opbouw van een verzet onder de werkende bevolking, een verzet dat de strijd aangaat tegen sectaire aanvallen door krachten als de ISIS of de sjiitische doodseskaders die in en rond Bagdad actief zijn. Tegelijk moet dit verzet opkomen voor het recht van volkeren als de Koerden op zelfbeschikking.
Dit kan enkel gebaseerd zijn op democratisch beheerde, niet-sectaire organen als basis voor een verdediging van de bevolking. Een dergelijk verzet zou ook een oproep doen aan alle soennieten die zich met ISIS verbonden hebben in een poging om zich tegen sectaire sjiitische aanvallen te beschermen. Zonder een dergelijke niet-sectaire benadering is er het gevaar dat een door het westen ondersteunde militaire actie tegen ISIS deze formatie niet verzwakken, maar net zal versterken in bepaalde gebieden.
Maar ook militaire nederlagen voor ISIS zouden niet het einde van de crisis in zowel Irak als Syrië zijn. In beide landen vereist de strijd tegen onderdrukking, dictatuur en armoede de creatie van een arbeidersbeweging. Enkel dergelijke bewegingen kunnen opkomen voor democratische rechten (waaronder volledige vrijheid voor gelovigen en niet-gelovigen), verzet tegen imperialistische interventies en strijd voor regeringen onder leiding van oprechte vertegenwoordigers van de werkende bevolking en de armen, vertegenwoordigers die bereid zijn om te breken met het kapitalistische systeem dat de bevolking van het Midden-Oosten niets te bieden heeft. Dit zou het begin van een socialistische omvorming van de regio vormen.
