Your cart is currently empty!
Tag: internationale vrouwendag
-
Over de oorsprong van Internationale Vrouwendag
Vandaag is het 8 maart: de Internationale Vrouwendag. In het kader van die dag herpubliceren we een artikel uit onze archieven waarin de oorsprong van Internationale Vrouwendag wordt uitgelegd. In dit dossier door ANJA DESCHOEMACKER uit 2008 wordt ook op de actualiteit van vrouwenstrijd gewezen. Met het uitbreken van de economische crisis vanaf 2008 is dit des te relevanter geworden, met onder meer de aanvallen op alle openbare diensten en alle sociale verworvenheden. In dat kader verwijzen we ook naar de brochure ‘Pleidooi voor een socialistisch anti-crisisprogramma voor werkende vrouwen’ die we in 2009 uitbrachten.
Verder verwijzen we graag naar volgende artikels op marxisme.be:
- Friedrich Engels en vrouwenbevrijding (door Christine Thomas)
- Voor een echte keuze: Recht op abortus – Recht op het krijgen van kinderen zonder te verarmen (door Anja Deschoemacker)
- Strijd tegen seksisme is nog steeds nodig (brochure uit 2009)
- Alexandra Kollontai over de internationale vrouwendag (1920)
[divider]
Artikel uit 2008 naar aanleiding van de 100ste verjaardag van de Internationale Vrouwendag
De oorsprong van Internationale Vrouwendag lag in een staking van vrouwelijke arbeiders uit de kleding- en textielindustrie in New York, op 8 maart 1908, voor een 8-urige werkdag, betere arbeidsomstandigheden en kiesrecht voor vrouwen. Het jaar nadien leidde een oproep van de Socialist Party tot een wekenlange strijd, waarin 30.000 vrouwelijke arbeiders waren betrokken, voor hogere lonen en betere condities. Het bleef lang een dag die werd gevierd en waarop strijd werd gevoerd door de vrouwenorganisaties van de arbeidersbeweging, hoewel de mobilisatie steeds verder afzwakte. De nieuwe golf van feministische activiteit nam die oude traditie echter terug op en ook dit jaar worden op 8 maart overal ter wereld activiteiten georganiseerd, hoewel het geen massa’s meer mobiliseert.
De ontstaansgeschiedenis van Internationale Vrouwendag lijkt veel op die van 1 mei, die ook teruggaat op acties in de Verenigde Staten om nadien te worden opgenomen door de internationaal georganiseerde arbeidersbeweging. De eerste internationale viering, in die zin de échte eerste Internationale Vrouwendag, kwam er in 1911. De meest tumultueuze en meest bekende Vrouwendag, en ook degene met de grootste gevolgen, was degene op 8 maart 1917 (23 februari in Rusland), die het begin aankondigde van de Februarirevolutie. Pas in 1922, toen de Communistische Internationale daarvoor begon op te roepen, werd de dag vastgelegd op een vaste datum die overal werd gehanteerd: 8 maart.
Arbeidersvrouwen hebben gevochten voor de aanvaarding van hun eisen binnen de arbeidersbeweging
De aanvaarding van vooral de eis voor vrouwenstemrecht was niet evident binnen de Tweede Internationale, zoals de hele strijd voor vrouwenrechten dat niet was. Belangrijke voorgeschiedenis is dan ook de organisatie, in 1907, door Clara Zetkin en de Duitse socialistische vrouwen, van een internationale vrouwenconferentie, die bijeenkwam een dag voor de Conferentie van de Tweede Internationale. Daar werd een motie aangenomen waarin de aangesloten partijen zich verplichtten om zowel voor mannenkiesrecht als voor vrouwenkiesrecht te strijden.
Clara Zetkin was een belangrijke figuur binnen de Duitse socialistische partij, een overtuigde socialiste en een harde voorvechtster van vrouwenrechten, maar ook een harde tegenstandster van burgerlijk feminisme. Al op de bijeenkomst waar werd beslist tot de oprichting van de Tweede Internationale (1889) betoogde ze op die vergadering dat socialisme zonder vrouwen niet zou kunnen bestaan, dat mannen samen met vrouwen ook voor vrouwenrechten moesten strijden, dat die strijd onderdeel uitmaakt van de klassenstrijd. De weinig aanmoedigende respons maakte dat ze het initiatief nam tot een socialistische vrouwenbeweging, die invloed zou kunnen uitoefenen op de socialistische partijen. Die invloed trachtte ze in Duitsland te verwerven en uit te breiden met het socialistische vrouwenblad Die Gleichheit, waarvan ze redactrice was.
Maar ondanks de aanname van de resolutie, was het enthousiasme voor het vrouwenkiesrecht in de meeste socialistische partijen lauw te noemen. Om daarin verandering te brengen en om vrouwen meer te betrekken in de strijd, besliste de tweede Internationale Socialistische Vrouwenconferentie om ieder jaar een internationale vrouwendag te houden, een dag waarop zou worden betoogd, propaganda gemaakt,… In 1911 werd de Internationale Vrouwendag dan gevierd in Duitsland, Oostenrijk, Denemarken, Zwitserland en de Verenigde Staten. De lijst van landen breidde zich uit tot aan de Eerste Wereldoorlog.
Die oorlog betekende niet alleen een massaslachting, maar ook het uiteenvallen van de Tweede Internationale. De steun aan de oorlog vanwege als eerste de Duitse sociaaldemocratie, maar later zowat alle partijen van de Tweede Internationale, betekende dat binnen die organisatie de steun aan de eigen burgerij in het kader van een reformistisch socialisme voorrang haalde op hun internationalisme, op de weigering om de “eigen” arbeiders te laten schieten op andere arbeiders, en dat ten dienste van de eigen oorlogszuchtige burgerij. De enige partij die trouw bleef aan de internationalistische principes van het socialisme was de Russische partij, waarvan de meerderheid (bolsjevieken) onder leiding stond van Lenin, daarin gevolgd door een deel van de linkerzijde van de sociaaldemocratische Internationale.
De internationale vrouwenorganisatie bleef bestaan en schaarde zich in het anti-oorlogskamp. De Duitse Socialistische Vrouwen, in tegenstelling tot de leiding van de Duitse sociaaldemocratische partij, bleven ook mobiliseren tegen de oorlog en tegen staatsrepressie, o.a. in 1914 tegen de aanstormende oorlog en tegen de arrestatie van Rosa Luxemburg, samen met Zetkin in de leiding van de linkse groepen binnen de SPD.
Protesten op Internationale Vrouwendag leidden de Russische Februarirevolutie in
Gedurende de Eerste Wereldoorlog blijven de socialistische vrouwen protesteren op Internationale Vrouwendag, hoewel de datum varieerde van 23 februari tot 18 maart. De protesten zijn sterk gecentreerd op de enorme tekorten aan voedsel en de hoge prijzen ervan als gevolg van de oorlog en op verzet tegen de oorlog zelf.
Zo brachten de socialistische vrouwen in de Italiaanse stad Turijn een poster uit, geadresseerd aan de vrouwen in de arbeiderswijken. De achtergrond van de propaganda waren de prijsstijgingen van basisvoedsel, zoals bloem (de prijs was tegen januari 1917 gestegen met 88% tegenover 1910) en aardappelen (+ 134%). De posters stelden het volgende: “Is er niet genoeg geleden vanwege deze oorlog? Nu begint het voedsel dat nodig is voor onze kinderen ook al te verdwijnen.”… “Wij schreeuwen: weg met de wapens! We behoren tot dezelfde familie. We willen vrede. We moeten tonen dat vrouwen bescherming kunnen bieden aan zij die van hen afhangen.”
Maar de meest dramatische protesten vinden plaats op de viering van Internationale Vrouwendag in 1917 in Rusland. Onder leiding van Alexandra Kollontai trokken de Russische vrouwen de straat op. Centraal in hun eisen waren de slechter wordende levenscondities. De huurprijs voor een woning in Sint-Petersburg was verdubbeld tussen 1905 en 1915. Voedselprijzen, en dan vooral die van bloem en brood, namen toe met 80 tot 120% in de meeste Europese steden. De prijs per pond roggebrood, de basis van de voeding van arbeidersfamilies in Sint-Petersburg, was toegenomen van drie kopeken in 1913 tot 18 kopeken in 1916. Zelfs de prijs van zeep was met 245% gestegen. Er bestond een hevige speculatie en een zwarte markt in voedsel en brandstof, terwijl het ene na het andere bedrijf sloot bij gebrek aan brandstof. De vrouwen en mannen die werden ontslagen, gingen vaak in staking. Tussen januari en februari 1917 gingen meer dan een half miljoen Russische arbeiders in staking, vooral in Sint-Petersburg. Vrouwen maakten, zoals in de andere oorlogsvoerende landen, een groot deel uit van die arbeiders, gezien door de oorlog veel mannelijke arbeiders naar het front werden gestuurd.
Met de aanleiding van Internationale Vrouwendag (23 februari is 8 maart op de Russische kalender) leidden vrouwelijke arbeiders een betoging langs de fabrieken. Veel mannelijke metaalarbeiders vervoegden deze actie. Op 25 februari, twee dagen na het begin van de vrouwenopstand, beveelt de tsaar het leger om te schieten op de massa’s en de beweging te stoppen. En zo begon de Februarirevolutie, die tegen 12 maart de tsaar tot aftreden dwong. De Voorlopige Regering die toen aan de macht kwam, was de eerste regering van een grootmacht die vrouwen stemrecht gaf.
Maar verder bleek die regering absoluut niet in staat én niet bereid om de levensstandaard van de massa’s te verbeteren. De tsaar was weg, maar voor de rest bleven grootgrondbezitters en kapitalisten de massa’s uitbuiten en de rijkdom afromen. Naast die Voorlopige Regering was echter ook een andere macht gegroeid, de verkozen raden (sovjets) van arbeiders, boeren en soldaten, die met de Voorlopige Regering in concurrentie stonden voor wie in het land de macht in handen had. De regering weigerde ook een einde te maken aan de oorlog, een eis die ook door de onaflatende campagne van de bolsjewieken steeds meer aanhang won.
De dubbelmacht met enerzijds een Voorlopige Regering en anderzijds de sovjets kon niet blijven duren. Met de Oktoberrevolutie namen de sovjets, de gekozen vertegenwoordigers van de werkende massa’s, de macht in handen, daartoe opgeroepen door de bolsjevieken. Deze gebeurtenissen hebben de datum van IVD in Rusland en Europa vastgelegd op 8 maart. De Derde Internationale, opgezet door Lenin en Trotski, leiders van de Russische Revolutie, legden in 1922 IVD vast als een Communistische feestdag.
De degeneratie van de revolutionaire communistische beweging loopt samen met die van Internationale Vrouwendag
De arbeidersstaat die door de Russische revolutie aan de macht werd gebracht, bracht arbeidersvrouwen verwezenlijking waar de westerse vrouwen slechts konden van dromen. Naast de gelijkheid voor de wet, werd hen niet alleen het recht op werk geboden en speciale werkregimes (inkorting van de werkuren, verbod op nachtarbeid, zwangerschapsverlof,…) die rekening hielden met de sociale functie van moeders naast de arbeid buitenshuis, maar op vlak van huisvesting en basisdiensten was de arbeidersstaat ook de eerste die reëel haar verantwoordelijkheid opnam tegenover de massa’s van de bevolking. De rijkdom geproduceerd door de werkende bevolking werd voor het eerst ook ingezet om de belangen van de massa’s te dienen, via een planeconomie waarin de behoeftes van de massa’s centraal stonden en die, in een eerste periode, ook democratisch werden opgesteld via de sovjets, de raden van arbeiders, boeren en soldaten.
Maar de jonge arbeidersstaat deed veel meer. De onderdrukking van vrouwen is immers gecompliceerder dan enkel de kwestie van inkomen en lonen. Het recht op abortus, een gemakkelijke echtscheiding, het verdwijnen van de “rechten” die mannen in het huwelijk hadden over hun vrouwen,… behoren allemaal tot de verwezenlijkingen van de Russische arbeidersvrouwen – verwezenlijkingen waarop de westerse vrouwen nog lang zouden moeten op wachten. Er werd ook grootschalig vormingswerk opgezet, dat vrouwen wilde helpen en stimuleren om zich te engageren in de samenleving, om hen weg te halen van hun haard, waaronder alfabetiseringscampagnes op het platteland en vormingswerk om het algemene culturele peil op te trekken. Socialistische vrouwen trokken het immense land door om vrouwen uit te leggen over welke rechten ze beschikten.
Maar de Russische Revolutie kon niet recht blijven en ontwikkelen naar een socialistische samenleving in de volledige isolatie waarin het land terechtkwam na het mislukken van de revolutionaire bewegingen in Europa, vooral in Duitsland. Mislukkingen die er vooral komen door het verraad van de leiding van de arbeiderspartijen van de Tweede Internationale. De Russische samenleving botste op een tekort aan technische ontwikkeling, op culturele achterlijkheid in grote landelijke gebieden,… en werd bovendien in een continue oorlog gezogen. De buitenlandse kapitalistische machten deden er immers alles aan om de Russische heersende elite steun te bieden in de vorm van handelsblokkades e.d., maar ook in de vorm van buitenlandse legers, waarvan er 21 over het grondgebied van Rusland raasden. De voortzetting van de oorlog die de Russische samenleving werd opgelegd, leidde tot hongersnoden in verschillende plaatsen in het land.
De steun – open en concreet – die door alle partijen behalve de bolsjewieken werd gegeven aan de contrarevolutie, leidde er steeds meer toe dat partijen buiten de wet werden gesteld. Dit oorlogscommunisme wordt ook vandaag nog door een pak communistische partijen als een “model” gezien, terwijl het een concrete en noodzakelijke aanpassing was aan de oorlog die de jonge arbeidersstaat werd ingesteld. Veel burgerlijke denkers brengen dat aan om te tonen hoe “ondemocratisch” het “communisme” wel is, terwijl ook in de kapitalistische landen de democratie wordt opgeschort in oorlogstijden en dat in een nog grotere mate dan in Rusland.
Maar het mislukken van de revoluties in West-Europa en de interne economische moeilijkheden van het door de oorlog verwoeste land maakten wel dat in Rusland een bureaucratie steeds meer macht naar zich kon trekken. Die bureaucratie, onder leiding van Stalin, heeft sindsdien alle verzet gewurgd en de democratische running van de planeconomie vervangen door de almacht van de bureaucratie zelf. Onderdeel van deze machtsovername was de geleidelijke aanpassing van het vrouwenprogramma van de Russische Communistische Partij, waarbij steeds meer werd vergleden tot een aanbidding van het moederschap en het kerngezin met de moeder als de centrale zorgende figuur.
Steeds meer wordt ook de Communistische, (de Derde) Internationale overal ter wereld een instrument van die Russische bureaucratie, die de buitenlandse belangen van Sovjet-Rusland vooropstelde op de belangen van de arbeidersklasse in de rest van wereld. En zo begon een ketting van verraad, van de eerste Chinese revolutie in de jaren ‘20, waarin de communistische partij de burgerlijk nationalistische Kuomintang aan de macht helpt; over de Spaanse burgeroorlog (waar de communistische partij o.a. haar invloed gebruikt om de arbeidersvrouwen de wapens te ontnemen om hen aan het front enkel nog in te zetten als koks en verpleegsters), waarin de belangen van de Spaanse arbeiders en boeren minder belangrijk worden geacht dan de overeenkomsten die Stalin met verschillende kapitalistische landen had afgesloten, leidend tot de overwinning van Franco; tot de Iraanse revolutie, waarin de Communistische Partij weigert een onafhankelijke rol te spelen en zelf leiding te geven, steun geeft aan Khomeini en de Iraanse vrouwen totaal aan hun lot overlaat. Binnen dit kader verandert Internationale Vrouwendag in de stalinistische landen in een soort moederdag of Valentijn, waarop vrouwen bloemen en cadeautjes krijgen.
Heropleving van de vrouwenstrijd in de jaren ‘60
In de rest van de wereld raakt Internationale Vrouwendag steeds meer in de vergetelheid om in de late jaren ’60 opnieuw opgenomen te worden door de feministische beweging, de zogenaamde tweede golf (na een “eerste golf” voor stemrecht). Dit is ook de periode waarin andere emancipatiebewegingen, zoals de homobeweging, een grote bloei kennen.
In de jaren ’60 zien we een grote toevloed van vrouwen op de arbeidsmarkt. Een zeer lage werkloosheid maakte dat vrouwen werden aangemoedigd om er hun plaats op te eisen. De nieuwe golf komt er dus op basis van deze economisch gunstige voorwaarden. In België wordt de nieuwe opgang van de beweging ingeluid door de vrouwen van de Waalse fabriek FN met hun staking voor “gelijk loon voor gelijk werk” die 12 weken aanhield.
Deze tweede feministische golf viel samen met andere emancipatiebewegingen, zoals die van de homoseksuelen. De doelen ervan waren economische zelfstandigheid en het doorbreken van het klassieke rollenpatroon, seksuele bevrijding, doorbreken van het “glazen plafond” die vrouwen weghield van hogere functies, ook in de politiek. In veel landen werden door die strijd belangrijke verworvenheden verkregen, o.a. op vlak van abortus en geboortepreventie, versoepeling van de echtscheidingswet,… Hun slogans waren o.a. het overbekende “baas in eigen buik” en “het persoonlijke is politiek”.
In woorden werd ook de eis “gelijk loon voor gelijk werk” toegekend, evenals het verbod op beroepsdiscriminatie, maar op dat vlak moeten we vandaag vaststellen dat vrouwenlonen nog steeds gemiddeld zo’n 25% lager liggen dan mannen.
Waarom Internationale Vrouwendag opnieuw op de agenda moet worden geplaatst
Omdat ondanks de grote verworvenheden – toegang tot onderwijs en de arbeidsmarkt, abortus, vlotte echtscheidingsprocedures, gelijkheid voor de wet,… – van de vrouwen in de ontwikkelde kapitalistische landen, de problemen niet fundamenteel zijn opgelost. Integendeel, de laatste 20 à 30 jaar van antisociaal, neoliberaal beleid zijn een gans pak verworvenheden teruggeschroefd. Vrouwen zijn extra hard geraakt: ze vormden de absolute meerderheid van werklozen die hun uitkering verloren met het befaamde artikel 143/80 (over de samenwonende langdurig werklozen), de deeltijdse werkloosheidsuitkering voor onvrijwillig deeltijds werkenden werd afgebouwd, de afbouw van de zorg in o.a. ziekenhuizen (kortere verblijfperiodes) werd grotendeels op hun rug afgewenteld,…
Veel vrouwen werken vandaag buitenshuis en slechts weinig meisjes en jonge vrouwen zien voor zichzelf een rol als huisvrouw weggelegd. Maar door het feit dat de samenleving de huishoudelijke en zorg-taken, voor kinderen en echtgenoot en – door de dure rusthuizen gecombineerd met lage pensioenen – ook steeds meer terug voor bejaarde ouders, niet als sociale taken ziet, waarvoor openbare diensten worden ingezet, worden vrouwen belast met een dubbele dagtaak. Die dubbele dagtaak, zeker in een situatie van een flexibele arbeidsmarkt, maakt dat veel vrouwen niet voldoende verdienen om financieel onafhankelijk te zijn. Lage lonen, deeltijds werk, periodes van niet-aanwezigheid op de arbeidsmarkt,… maken dat vrouwen ook op hogere leeftijd gemiddeld een pak armer zijn door de soms extreem lage pensioenen.
Dit gebrek aan financiële onafhankelijkheid maakt dat vrouwen kwetsbaar zijn voor geweld. Zelfs indien ze uit een gewelddadige relatie willen ontsnappen, liggen daar allerlei obstakels op de weg. Hoe met de lage lonen die veel vrouwen verdienen in deeltijds werk, dienstencheques en andere “klusjes”,… en met de onzekerheid van een tijdelijk of interimcontract, een nieuwe woning vinden en voldoende inkomen om van te leven, zeker als er kinderen zijn?
Geweld op vrouwen is inherent aan het kapitalisme, dat drijft op verdeeldheid en vooroordelen tegenover specifieke groepen om zo de meerderheid van de bevolking die door de burgerij wordt uitgebuit en onderdrukt te verdelen. Vrouwen worden in de publieke ruimte en op de scholen en werkplaatsen vaak geconfronteerd met seksuele pesterijen, in hun gezinnen vaak met fysiek en seksueel geweld. Vooroordelen over vrouwen maken vaak ook dat ze extra hard moeten werken om voor vol te worden aanzien. Seksisme installeert zeer reële beperkingen in het leven van vrouwen. Ondanks de enorme stappen vooruit en de grotere vrijheid die vrouwen vandaag hebben om hun leven te bepalen, blijft dat geweld voortduren: de grootste oorzaak voor dood en blijvende handicap van vrouwen tussen 16 en 44 jaar in Europa is partnergeweld.
En ook nieuwe vormen van onderdrukking zien het licht, of beter gezegd oude vormen in een nieuwe verschijning. De groei van het internet werd door de seksmaffia aangegrepen voor een ongeziene uitbreiding van de seksindustrie – porno is een van de grootste internetsectoren. Daarbij is ook een verglijding zichtbaar naar steeds hardere porno, kinderporno enz. Porno is vandaag overal aanwezig en zet volgens diverse studies een ernstige druk op zeker jonge vrouwen ivm hun seksuele “prestaties”. De verhoudingen tussen de seksen is er dan ook in 97% van het pornomateriaal één van vrouwelijke gehoorzaamheid en volgzaamheid, het “altijd te pakken zijn”. Het grootste deel van het pornomateriaal stikt van de clichés zoals bijvoorbeeld dat vrouwen “ja” bedoelen als ze “neen” zeggen, enz.
En voor veel jonge vrouwen die in die pornoindustrie betrokken raken – foto’s laten trekken is toch een “onschuldige” en gemakkelijke manier om aan geld te raken – is die pornoindustrie een opstapje naar de prostitutie. Hoewel we vandaag steeds meer horen dat dit een “keuze” is die vrouwen maken, is het opmerkelijk dat zelfs die vrouwen die zelf denken dat het hun “keuze” was op termijn gebruik moeten maken van drugs om die “job” aan te kunnen. Alle prostituees komen regelmatig met geweld en dwang in contact. Ondanks dat verschillende, ook zogenaamd progressieve organisaties prostitutie vandaag willen voorstellen als “een job als een ander”, is het dat helemaal niet. Het is ook voor de overgrote meerderheid van de prostituees geen “keuze”, maar pure economische noodzaak. Een behoorlijk deel van de prostitutiemarkt wordt bovendien aangevuld met wat men niet anders als seksslaven kan noemen, aangevoerd door netwerken van mensenhandel. Het is ook niet verwonderlijk dat de seksindustrie ten volle geprofiteerd heeft van het uiteenvallen van de stalinistische staten in Oost-Europa en Rusland en dat pakken vrouwen uit die landen de prostitutiemarkt overspoelen, wel of niet rechtstreeks gedwongen door mensenhandelaars.
Een groter aandeel in de armoede, een overconcentratie in slechtbetaalde, tijdelijke en deeltijdse job, geweld, pesterijen en vooroordelen,… en nog beweren een groot deel van de politici dat vrouwen niet langer onderdrukt zijn of gediscrimineerd. In realiteit gaat de situatie er voor werkende vrouwen en vrouwen die afhankelijk zijn van een uitkering op achteruit in de laatste decennia. De economische afhankelijkheid maakt dat een hele reeks van rechten waarover vrouwen wettelijk beschikken in realiteit niet kunnen worden opgeëist.
-
Wereldvrouwenmars betoogt tegen onrechtvaardigheid, geweld en besparingen
Op vrijdag 6 maart verzamelden enkele honderden mensen voor het Centraal Station in Brussel naar aanleiding van de vierde Wereldvrouwenmars en in het kader van de Internationale Dag van Vrouwenrechten. LSP nam eveneens deel aan dit evenement en de daaropvolgende mars van het station naar het justitiepaleis. Het initiatief ging uit van de Wereldvrouwenmars en het comité ‘V’là la facture’ dat protesteert tegen het besparingsbeleid waar vrouwen hard door geraakt worden.Door Marisa (Brussel)
De vermindering van de publieke uitgaven zorgt ervoor dat vrouwen voor de tekorten opdraaien. Steeds meer vrouwen moeten hun betaalde arbeidstijd beperken of gaan niet langer werken om zorg te dragen voor anderen. Vrouwen zonder papieren, een niet onbelangrijke groep binnen de migrantengemeenschap, hebben daarenboven geen enkele sociale bescherming. Voor 15,8% van de vrouwen is er een armoederisico en ook net boven die armoedegrens blijft de onzekerheid bestaan. De nieuwe restrictieve regels voor de inschakelingsuitkering, op gang gezet door de regering-Di Rupo, zorgen ervoor dat 37.000 mensen hun uitkering verloren. Maar liefst 65% daarvan zijn vrouwen. Nochtans zijn sociale uitkeringen slechts goed voor 3% van de openbare begroting terwijl 20% wordt uitgetrokken voor de terugbetaling van de schulden.
Tegenover het besparingsoffensief verdedigt het comité ‘V’là la facture’ drie centrale eisen: de onmiddellijke stopzetting van de besparingsplannen, de opheffing van de illegitieme publieke schulden en een fiscaliteit die niet langer gericht is op de belangen van de rijken. Onder de ondertekenaars van het platform van dit comité bevinden zich onder meer Vie Féminine Brussel, Le Monde selon les Femmes, de Wereldvrouwenmars of nog CADTM (Comité voor de opheffing van de derdewereldschuld).
Het harde besparingsbeleid ondermijnt de economische onafhankelijkheid van vrouwen. De strijd voor feministische eisen is onderdeel van een collectieve strijd tegen de vernietiging van onze publieke diensten en voor de verdediging van degelijke jobs. De eis van een 30-urenweek zonder loonverlies en met bijkomende aanwervingen en een verlaging van de werkdruk, zoals naar voor gebracht door Femma, is een goede aanzet voor een offensieve opstelling. We willen onder meer hierover discussiëren op de vormingsdag die LSP morgen in Brussel houdt in het kader van de Internationale Vrouwendag.
-
Tegen besparingen en seksisme, strijd voor vrouwenrechten blijft nodig
8 maart – Internationale Vrouwendag – vormingsdag LSP
“De gelijkheid tussen man en vrouw is in België vandaag de dag verworven”: het is een idee dat de voorbije jaren vaak naar voren is gebracht, maar dat steeds meer in twijfel wordt getrokken. Huiselijk geweld, lastiggevallen worden op straat, ongelijke lonen, moeilijkheden om gezinsleven en professioneel leven met elkaar te verzoenen,….LSP-pamflet – PDF
Het zijn allemaal voorbeelden van de discriminatie en onderdrukking die vele vrouwen vandaag nog dagdagelijks meemaken. De economische onafhankelijkheid van vrouwen is er de voorbije jaren sterk op achteruit gegaan, hetgeen maakt dat vrouwen kwetsbaarder worden voor huiselijk geweld. Bovendien zorgt de besparingspolitiek van de regering er enkel maar voor dat de situatie nog erger zal worden, door steeds meer gezinnen en vrouwen in de armoede te drijven. Zij die reeds in een precaire situatie leven worden het hardst getroffen door jobverlies en door het besparen op uitkeringen. Bovendien zorgt de afbraak van onze verworvenheden ook voor een voedingsbodem voor verdeeldheid binnen de werkende bevolking, onder meer door seksisme. Het wordt steeds moeilijker voor vrouwen om de rechten die ze op papier hebben ook in de praktijk te kunnen genieten.
Welke eisen om vrouwenrechten vandaag de dag te verdedigen?
Voor steeds meer mensen is het duidelijk dat er een grote kloof bestaat tussen enerzijds de formele, juridische gelijkheid tussen man en vrouw, en anderzijds de realiteit die veel vrouwen dagelijks meemaken. Voor LSP mogen feministische eisen zich niet beperken tot vragen naar nieuwe wetten of wijzigingen in het onderwijssysteem. Het gaat evenmin om een strijd van vrouwen tegen mannen, maar juist om eenheid te bereiken door de strijd tegen seksisme te koppelen aan de strijd tegen de afbraak van onze sociale verworvenheden en openbare diensten. Vrouwen moeten vechten om hun verworvenheden te behouden, en er nieuwe te winnen, zoals bijvoorbeeld het voorstel van FEMMA voor een 30-urenweek, met verlaging van de werkdruk, zonder loonverlies en met bijkomende aanwervingen.
Ter gelegenheid van de 8 maart, de dag waarop de strijd van vrouwen tegen uitbuiting wordt herdacht, organiseert de vrouwencommissie van LSP een vormings –en discussiedag over de ervaringen met strijd uit het verleden, en over de eisen die we vandaag kunnen naar voren brengen om een alternatief te bieden op de patriarchale kapitalistische maatschappij. We willen opnieuw de noodzaak van strijd en eenheid binnen de arbeidersbeweging tegen het kapitalisme naar voren te brengen, om zo een einde te kunnen maken aan seksisme.
[divider]
Tegen uitbuiting en seksisme : vrouwenstrijd is nodig !
Discussie en vormingsdag van LSP. Zondag 8 maart 2015 vanaf 10u45 – iedereen welkom
- 10u45 Onthaal en inschrijvingen
- 11u00 Inleiding: “8 maart, geschiedenis van de internationale vrouwendag, en haar betekenis vandaag” door Aisha P.
- 12u00 Keuze uit twee commissies :
– De vrouw als lustobject : aanranding en verkrachtingen : geweld en seksisme tegen meisjes en vrouwen in tijden van crisis, ingeleid door Emily B.
– Rol van vrouwen in de syndicale strijd tegen de crisis, de besparingen en het kapitalisme : ingeleid door Maud W. - 13u-14u Middagpauze (Een middagmaal is beschikbaar aan democratische prijzen)
- 14u Verderzetting van de commissies
- 15u30 Arbeidsduurvermindering : een feministische eis ? Debat, gemodereerd door Emilie VDH
met Tina De Greef – Secretaris LBC-NVK Brussel-Halle-Vilvoorde
Anja DS – Nationale verantwoordelijke vrouwenwerking LSP en woordvoerster LSP
We hebben ook een aantal andere vrouwenorganisaties binnen de arbeidersbeweging uitgenodigd, die allen strijden tegen het seksisme in diverse aspecten. - 17u Eind van de dag
Toegangsprijs : vrije bijdrage
Babysitting wordt voorzien
Hovenierstraat 45, 1080 Molenbeek (Metro Ribaucourt of Graaf van Vlaanderen)
Meer info: vrouwen@socialisme.be 02/345 61 81
-
Internationale vrouwendag in Pakistan
Hieronder een aantal foto’s van een optocht van vrouwen in Mirpur Khas in de provincie Sindh in Pakistan. Het ging om een protestactie georganiseerd door de Socialist Movement Pakistan en de Progressive Workers Federation. De betoging was gericht tegen religieus fundamentalisme. De betoging trok van het station van Mirpur Khas langs het stadscentrum. De betogers riepen slogans tegen de Taliban en tegen de sharia. Het religieus extremisme bedreigt de positie van Pakistaanse vrouwen.
Klik op de foto voor een grotere versie (verwijst door naar onze account op Flickr).
-
Straatactie van comité 8 maart
Tegen kapitalisme, imperialisme en religieus fundamentalisme: uitingen van een aftands patriarchaal model!
Verslag en foto’s door Eric
Onder deze titel kwamen een kleine honderd hoofdzakelijk Koerdische en Iraanse vrouwenrechtenactivisten samen op de Gulden Vlieslaan te Brussel. Ze ontrolden een indrukwekkende fotocollage van wereldwijde voorbeelden van onderdrukking van vrouwen. Schokkende beelden van dichtgenaaide geslachtsdelen, besnijdenis en steniging, werden afgewisseld met beelden van prostitutie, huishoudelijk geweld, seksuele intimidatie, maar ook van armoede en gebrek aan voorzieningen als crèches etc. Foto’s uit landen waar vrouwen verplicht gesluierd zijn prijkten naast foto’s uit het Westen waar modellen zich uithongeren om te voldoen aan schoonheidsidealen. Daarmee werd grafisch geïllustreerd dat de rechten van vrouwen wereldwijd op allerlei mogelijke manieren onderdrukt worden. Wat al die vormen van onderdrukking met elkaar gemeenschappelijk hebben, is dat ze gebeuren binnen het kader van maatschappijen gebaseerd op uitbuiting en onderdrukking, maatschappijen die deel uitmaken van het wereldwijde kapitalisme waar geproduceerd wordt voor de winsten van een kleine elite ten koste van de behoeften van hele gemeenschappen.In haar pamflet legt het organisatiecomité uit dat vrouwen twee derde van al het werk in de wereld verrichten, maar dat zij slechts 10% van de inkomsten krijgen en slechts 1% van al de goederen in handen hebben. 70% van de armen zijn vrouwen. Wereldwijd is een derde van de vrouwen slachtoffer van sociaal of huiselijk geweld. Verkrachting, moord, eergerelateerd geweld, gedwongen prostitutie, vernederingen, beledigingen en bedreigingen nemen sinds het begin van de crisis slechts toe. De seksindustrie en seksistische publicaties maken van het vrouwenlichaam een consumptiegoed. Elders worden vrouwen geconfronteerd met de Shariawet, legitimering van polygamie, genitale verminking, het herinstellen van publieke terechtstelling van vrouwen en uiteraard de alomtegenwoordige gedwongen hijab. Vrouwen gaan door regelrechte tragedies. Maar binnen deze twee reactionaire modellen, vormen de vrouwen een leger van arbeidsters dat onmisbaar is voor de werking van dit systeem van onderdrukking en uitbuiting. Samen met hun mannelijke collega’s vormen ze een kracht die de kapitalistische patriarchale belemmering van een vrij leven uit de weg kan ruimen en de opbouw van een democratisch socialistische maatschappij kan aanvatten.
Onder meer door de interessante fotocollage, maar ook omdat heel wat omstaanders, vooral vrouwen, zich bewust zijn van de situatie en enkele zelfs spontaan hun eigen ervaringen aan de actievoerders kwamen vertellen, werd de actie op sympathie en betrokkenheid onthaald. De verwijzing naar kapitalisme, imperialisme en fundamentalisme was daarbij helemaal geen belemmering. Verschillende Koerdische en Iraanse vrouwen namen het woord net als Anja Deschoemacker namens LSP.
-
Over de oorsprong van Internationale Vrouwendag
Vandaag is het 8 maart: de Internationale Vrouwendag. In het kader van die dag herpubliceren we een artikel uit onze archieven waarin de oorsprong van Internationale Vrouwendag wordt uitgelegd. In dit dossier door ANJA DESCHOEMACKER uit 2008 wordt ook op de actualiteit van vrouwenstrijd gewezen. Met het uitbreken van de economische crisis vanaf 2008 is dit des te relevanter geworden, met onder meer de aanvallen op alle openbare diensten en alle sociale verworvenheden. In dat kader verwijzen we ook naar de brochure ‘Pleidooi voor een socialistisch anti-crisisprogramma voor werkende vrouwen’ die we in 2009 uitbrachten.
[divider]
Artikel uit 2008 naar aanleiding van de 100ste verjaardag van de Internationale Vrouwendag
De oorsprong van Internationale Vrouwendag lag in een staking van vrouwelijke arbeiders uit de kleding- en textielindustrie in New York, op 8 maart 1908, voor een 8-urige werkdag, betere arbeidsomstandigheden en kiesrecht voor vrouwen. Het jaar nadien leidde een oproep van de Socialist Party tot een wekenlange strijd, waarin 30.000 vrouwelijke arbeiders waren betrokken, voor hogere lonen en betere condities. Het bleef lang een dag die werd gevierd en waarop strijd werd gevoerd door de vrouwenorganisaties van de arbeidersbeweging, hoewel de mobilisatie steeds verder afzwakte. De nieuwe golf van feministische activiteit nam die oude traditie echter terug op en ook dit jaar worden op 8 maart overal ter wereld activiteiten georganiseerd, hoewel het geen massa’s meer mobiliseert.
De ontstaansgeschiedenis van Internationale Vrouwendag lijkt veel op die van 1 mei, die ook teruggaat op acties in de Verenigde Staten om nadien te worden opgenomen door de internationaal georganiseerde arbeidersbeweging. De eerste internationale viering, in die zin de échte eerste Internationale Vrouwendag, kwam er in 1911. De meest tumultueuze en meest bekende Vrouwendag, en ook degene met de grootste gevolgen, was degene op 8 maart 1917 (23 februari in Rusland), die het begin aankondigde van de Februarirevolutie. Pas in 1922, toen de Communistische Internationale daarvoor begon op te roepen, werd de dag vastgelegd op een vaste datum die overal werd gehanteerd: 8 maart.
Arbeidersvrouwen hebben gevochten voor de aanvaarding van hun eisen binnen de arbeidersbeweging
De aanvaarding van vooral de eis voor vrouwenstemrecht was niet evident binnen de Tweede Internationale, zoals de hele strijd voor vrouwenrechten dat niet was. Belangrijke voorgeschiedenis is dan ook de organisatie, in 1907, door Clara Zetkin en de Duitse socialistische vrouwen, van een internationale vrouwenconferentie, die bijeenkwam een dag voor de Conferentie van de Tweede Internationale. Daar werd een motie aangenomen waarin de aangesloten partijen zich verplichtten om zowel voor mannenkiesrecht als voor vrouwenkiesrecht te strijden.
Clara Zetkin was een belangrijke figuur binnen de Duitse socialistische partij, een overtuigde socialiste en een harde voorvechtster van vrouwenrechten, maar ook een harde tegenstandster van burgerlijk feminisme. Al op de bijeenkomst waar werd beslist tot de oprichting van de Tweede Internationale (1889) betoogde ze op die vergadering dat socialisme zonder vrouwen niet zou kunnen bestaan, dat mannen samen met vrouwen ook voor vrouwenrechten moesten strijden, dat die strijd onderdeel uitmaakt van de klassenstrijd. De weinig aanmoedigende respons maakte dat ze het initiatief nam tot een socialistische vrouwenbeweging, die invloed zou kunnen uitoefenen op de socialistische partijen. Die invloed trachtte ze in Duitsland te verwerven en uit te breiden met het socialistische vrouwenblad Die Gleichheit, waarvan ze redactrice was.
Maar ondanks de aanname van de resolutie, was het enthousiasme voor het vrouwenkiesrecht in de meeste socialistische partijen lauw te noemen. Om daarin verandering te brengen en om vrouwen meer te betrekken in de strijd, besliste de tweede Internationale Socialistische Vrouwenconferentie om ieder jaar een internationale vrouwendag te houden, een dag waarop zou worden betoogd, propaganda gemaakt,… In 1911 werd de Internationale Vrouwendag dan gevierd in Duitsland, Oostenrijk, Denemarken, Zwitserland en de Verenigde Staten. De lijst van landen breidde zich uit tot aan de Eerste Wereldoorlog.
Die oorlog betekende niet alleen een massaslachting, maar ook het uiteenvallen van de Tweede Internationale. De steun aan de oorlog vanwege als eerste de Duitse sociaaldemocratie, maar later zowat alle partijen van de Tweede Internationale, betekende dat binnen die organisatie de steun aan de eigen burgerij in het kader van een reformistisch socialisme voorrang haalde op hun internationalisme, op de weigering om de “eigen” arbeiders te laten schieten op andere arbeiders, en dat ten dienste van de eigen oorlogszuchtige burgerij. De enige partij die trouw bleef aan de internationalistische principes van het socialisme was de Russische partij, waarvan de meerderheid (bolsjevieken) onder leiding stond van Lenin, daarin gevolgd door een deel van de linkerzijde van de sociaaldemocratische Internationale.
De internationale vrouwenorganisatie bleef bestaan en schaarde zich in het anti-oorlogskamp. De Duitse Socialistische Vrouwen, in tegenstelling tot de leiding van de Duitse sociaaldemocratische partij, bleven ook mobiliseren tegen de oorlog en tegen staatsrepressie, o.a. in 1914 tegen de aanstormende oorlog en tegen de arrestatie van Rosa Luxemburg, samen met Zetkin in de leiding van de linkse groepen binnen de SPD.
Protesten op Internationale Vrouwendag leidden de Russische Februarirevolutie in
Gedurende de Eerste Wereldoorlog blijven de socialistische vrouwen protesteren op Internationale Vrouwendag, hoewel de datum varieerde van 23 februari tot 18 maart. De protesten zijn sterk gecentreerd op de enorme tekorten aan voedsel en de hoge prijzen ervan als gevolg van de oorlog en op verzet tegen de oorlog zelf.
Zo brachten de socialistische vrouwen in de Italiaanse stad Turijn een poster uit, geadresseerd aan de vrouwen in de arbeiderswijken. De achtergrond van de propaganda waren de prijsstijgingen van basisvoedsel, zoals bloem (de prijs was tegen januari 1917 gestegen met 88% tegenover 1910) en aardappelen (+ 134%). De posters stelden het volgende: “Is er niet genoeg geleden vanwege deze oorlog? Nu begint het voedsel dat nodig is voor onze kinderen ook al te verdwijnen.”… “Wij schreeuwen: weg met de wapens! We behoren tot dezelfde familie. We willen vrede. We moeten tonen dat vrouwen bescherming kunnen bieden aan zij die van hen afhangen.”
Maar de meest dramatische protesten vinden plaats op de viering van Internationale Vrouwendag in 1917 in Rusland. Onder leiding van Alexandra Kollontai trokken de Russische vrouwen de straat op. Centraal in hun eisen waren de slechter wordende levenscondities. De huurprijs voor een woning in Sint-Petersburg was verdubbeld tussen 1905 en 1915. Voedselprijzen, en dan vooral die van bloem en brood, namen toe met 80 tot 120% in de meeste Europese steden. De prijs per pond roggebrood, de basis van de voeding van arbeidersfamilies in Sint-Petersburg, was toegenomen van drie kopeken in 1913 tot 18 kopeken in 1916. Zelfs de prijs van zeep was met 245% gestegen. Er bestond een hevige speculatie en een zwarte markt in voedsel en brandstof, terwijl het ene na het andere bedrijf sloot bij gebrek aan brandstof. De vrouwen en mannen die werden ontslagen, gingen vaak in staking. Tussen januari en februari 1917 gingen meer dan een half miljoen Russische arbeiders in staking, vooral in Sint-Petersburg. Vrouwen maakten, zoals in de andere oorlogsvoerende landen, een groot deel uit van die arbeiders, gezien door de oorlog veel mannelijke arbeiders naar het front werden gestuurd.
Met de aanleiding van Internationale Vrouwendag (23 februari is 8 maart op de Russische kalender) leidden vrouwelijke arbeiders een betoging langs de fabrieken. Veel mannelijke metaalarbeiders vervoegden deze actie. Op 25 februari, twee dagen na het begin van de vrouwenopstand, beveelt de tsaar het leger om te schieten op de massa’s en de beweging te stoppen. En zo begon de Februarirevolutie, die tegen 12 maart de tsaar tot aftreden dwong. De Voorlopige Regering die toen aan de macht kwam, was de eerste regering van een grootmacht die vrouwen stemrecht gaf.
Maar verder bleek die regering absoluut niet in staat én niet bereid om de levensstandaard van de massa’s te verbeteren. De tsaar was weg, maar voor de rest bleven grootgrondbezitters en kapitalisten de massa’s uitbuiten en de rijkdom afromen. Naast die Voorlopige Regering was echter ook een andere macht gegroeid, de verkozen raden (sovjets) van arbeiders, boeren en soldaten, die met de Voorlopige Regering in concurrentie stonden voor wie in het land de macht in handen had. De regering weigerde ook een einde te maken aan de oorlog, een eis die ook door de onaflatende campagne van de bolsjewieken steeds meer aanhang won.
De dubbelmacht met enerzijds een Voorlopige Regering en anderzijds de sovjets kon niet blijven duren. Met de Oktoberrevolutie namen de sovjets, de gekozen vertegenwoordigers van de werkende massa’s, de macht in handen, daartoe opgeroepen door de bolsjevieken. Deze gebeurtenissen hebben de datum van IVD in Rusland en Europa vastgelegd op 8 maart. De Derde Internationale, opgezet door Lenin en Trotski, leiders van de Russische Revolutie, legden in 1922 IVD vast als een Communistische feestdag.
De degeneratie van de revolutionaire communistische beweging loopt samen met die van Internationale Vrouwendag
De arbeidersstaat die door de Russische revolutie aan de macht werd gebracht, bracht arbeidersvrouwen verwezenlijking waar de westerse vrouwen slechts konden van dromen. Naast de gelijkheid voor de wet, werd hen niet alleen het recht op werk geboden en speciale werkregimes (inkorting van de werkuren, verbod op nachtarbeid, zwangerschapsverlof,…) die rekening hielden met de sociale functie van moeders naast de arbeid buitenshuis, maar op vlak van huisvesting en basisdiensten was de arbeidersstaat ook de eerste die reëel haar verantwoordelijkheid opnam tegenover de massa’s van de bevolking. De rijkdom geproduceerd door de werkende bevolking werd voor het eerst ook ingezet om de belangen van de massa’s te dienen, via een planeconomie waarin de behoeftes van de massa’s centraal stonden en die, in een eerste periode, ook democratisch werden opgesteld via de sovjets, de raden van arbeiders, boeren en soldaten.
Maar de jonge arbeidersstaat deed veel meer. De onderdrukking van vrouwen is immers gecompliceerder dan enkel de kwestie van inkomen en lonen. Het recht op abortus, een gemakkelijke echtscheiding, het verdwijnen van de “rechten” die mannen in het huwelijk hadden over hun vrouwen,… behoren allemaal tot de verwezenlijkingen van de Russische arbeidersvrouwen – verwezenlijkingen waarop de westerse vrouwen nog lang zouden moeten op wachten. Er werd ook grootschalig vormingswerk opgezet, dat vrouwen wilde helpen en stimuleren om zich te engageren in de samenleving, om hen weg te halen van hun haard, waaronder alfabetiseringscampagnes op het platteland en vormingswerk om het algemene culturele peil op te trekken. Socialistische vrouwen trokken het immense land door om vrouwen uit te leggen over welke rechten ze beschikten.
Maar de Russische Revolutie kon niet recht blijven en ontwikkelen naar een socialistische samenleving in de volledige isolatie waarin het land terechtkwam na het mislukken van de revolutionaire bewegingen in Europa, vooral in Duitsland. Mislukkingen die er vooral komen door het verraad van de leiding van de arbeiderspartijen van de Tweede Internationale. De Russische samenleving botste op een tekort aan technische ontwikkeling, op culturele achterlijkheid in grote landelijke gebieden,… en werd bovendien in een continue oorlog gezogen. De buitenlandse kapitalistische machten deden er immers alles aan om de Russische heersende elite steun te bieden in de vorm van handelsblokkades e.d., maar ook in de vorm van buitenlandse legers, waarvan er 21 over het grondgebied van Rusland raasden. De voortzetting van de oorlog die de Russische samenleving werd opgelegd, leidde tot hongersnoden in verschillende plaatsen in het land.
De steun – open en concreet – die door alle partijen behalve de bolsjewieken werd gegeven aan de contrarevolutie, leidde er steeds meer toe dat partijen buiten de wet werden gesteld. Dit oorlogscommunisme wordt ook vandaag nog door een pak communistische partijen als een “model” gezien, terwijl het een concrete en noodzakelijke aanpassing was aan de oorlog die de jonge arbeidersstaat werd ingesteld. Veel burgerlijke denkers brengen dat aan om te tonen hoe “ondemocratisch” het “communisme” wel is, terwijl ook in de kapitalistische landen de democratie wordt opgeschort in oorlogstijden en dat in een nog grotere mate dan in Rusland.
Maar het mislukken van de revoluties in West-Europa en de interne economische moeilijkheden van het door de oorlog verwoeste land maakten wel dat in Rusland een bureaucratie steeds meer macht naar zich kon trekken. Die bureaucratie, onder leiding van Stalin, heeft sindsdien alle verzet gewurgd en de democratische running van de planeconomie vervangen door de almacht van de bureaucratie zelf. Onderdeel van deze machtsovername was de geleidelijke aanpassing van het vrouwenprogramma van de Russische Communistische Partij, waarbij steeds meer werd vergleden tot een aanbidding van het moederschap en het kerngezin met de moeder als de centrale zorgende figuur.
Steeds meer wordt ook de Communistische, (de Derde) Internationale overal ter wereld een instrument van die Russische bureaucratie, die de buitenlandse belangen van Sovjet-Rusland vooropstelde op de belangen van de arbeidersklasse in de rest van wereld. En zo begon een ketting van verraad, van de eerste Chinese revolutie in de jaren ‘20, waarin de communistische partij de burgerlijk nationalistische Kuomintang aan de macht helpt; over de Spaanse burgeroorlog (waar de communistische partij o.a. haar invloed gebruikt om de arbeidersvrouwen de wapens te ontnemen om hen aan het front enkel nog in te zetten als koks en verpleegsters), waarin de belangen van de Spaanse arbeiders en boeren minder belangrijk worden geacht dan de overeenkomsten die Stalin met verschillende kapitalistische landen had afgesloten, leidend tot de overwinning van Franco; tot de Iraanse revolutie, waarin de Communistische Partij weigert een onafhankelijke rol te spelen en zelf leiding te geven, steun geeft aan Khomeini en de Iraanse vrouwen totaal aan hun lot overlaat. Binnen dit kader verandert Internationale Vrouwendag in de stalinistische landen in een soort moederdag of Valentijn, waarop vrouwen bloemen en cadeautjes krijgen.
Heropleving van de vrouwenstrijd in de jaren ‘60
In de rest van de wereld raakt Internationale Vrouwendag steeds meer in de vergetelheid om in de late jaren ’60 opnieuw opgenomen te worden door de feministische beweging, de zogenaamde tweede golf (na een “eerste golf” voor stemrecht). Dit is ook de periode waarin andere emancipatiebewegingen, zoals de homobeweging, een grote bloei kennen.
In de jaren ’60 zien we een grote toevloed van vrouwen op de arbeidsmarkt. Een zeer lage werkloosheid maakte dat vrouwen werden aangemoedigd om er hun plaats op te eisen. De nieuwe golf komt er dus op basis van deze economisch gunstige voorwaarden. In België wordt de nieuwe opgang van de beweging ingeluid door de vrouwen van de Waalse fabriek FN met hun staking voor “gelijk loon voor gelijk werk” die 12 weken aanhield.
Deze tweede feministische golf viel samen met andere emancipatiebewegingen, zoals die van de homoseksuelen. De doelen ervan waren economische zelfstandigheid en het doorbreken van het klassieke rollenpatroon, seksuele bevrijding, doorbreken van het “glazen plafond” die vrouwen weghield van hogere functies, ook in de politiek. In veel landen werden door die strijd belangrijke verworvenheden verkregen, o.a. op vlak van abortus en geboortepreventie, versoepeling van de echtscheidingswet,… Hun slogans waren o.a. het overbekende “baas in eigen buik” en “het persoonlijke is politiek”.
In woorden werd ook de eis “gelijk loon voor gelijk werk” toegekend, evenals het verbod op beroepsdiscriminatie, maar op dat vlak moeten we vandaag vaststellen dat vrouwenlonen nog steeds gemiddeld zo’n 25% lager liggen dan mannen.
Waarom Internationale Vrouwendag opnieuw op de agenda moet worden geplaatst
Omdat ondanks de grote verworvenheden – toegang tot onderwijs en de arbeidsmarkt, abortus, vlotte echtscheidingsprocedures, gelijkheid voor de wet,… – van de vrouwen in de ontwikkelde kapitalistische landen, de problemen niet fundamenteel zijn opgelost. Integendeel, de laatste 20 à 30 jaar van antisociaal, neoliberaal beleid zijn een gans pak verworvenheden teruggeschroefd. Vrouwen zijn extra hard geraakt: ze vormden de absolute meerderheid van werklozen die hun uitkering verloren met het befaamde artikel 143/80 (over de samenwonende langdurig werklozen), de deeltijdse werkloosheidsuitkering voor onvrijwillig deeltijds werkenden werd afgebouwd, de afbouw van de zorg in o.a. ziekenhuizen (kortere verblijfperiodes) werd grotendeels op hun rug afgewenteld,…
Veel vrouwen werken vandaag buitenshuis en slechts weinig meisjes en jonge vrouwen zien voor zichzelf een rol als huisvrouw weggelegd. Maar door het feit dat de samenleving de huishoudelijke en zorg-taken, voor kinderen en echtgenoot en – door de dure rusthuizen gecombineerd met lage pensioenen – ook steeds meer terug voor bejaarde ouders, niet als sociale taken ziet, waarvoor openbare diensten worden ingezet, worden vrouwen belast met een dubbele dagtaak. Die dubbele dagtaak, zeker in een situatie van een flexibele arbeidsmarkt, maakt dat veel vrouwen niet voldoende verdienen om financieel onafhankelijk te zijn. Lage lonen, deeltijds werk, periodes van niet-aanwezigheid op de arbeidsmarkt,… maken dat vrouwen ook op hogere leeftijd gemiddeld een pak armer zijn door de soms extreem lage pensioenen.
Dit gebrek aan financiële onafhankelijkheid maakt dat vrouwen kwetsbaar zijn voor geweld. Zelfs indien ze uit een gewelddadige relatie willen ontsnappen, liggen daar allerlei obstakels op de weg. Hoe met de lage lonen die veel vrouwen verdienen in deeltijds werk, dienstencheques en andere “klusjes”,… en met de onzekerheid van een tijdelijk of interimcontract, een nieuwe woning vinden en voldoende inkomen om van te leven, zeker als er kinderen zijn?
Geweld op vrouwen is inherent aan het kapitalisme, dat drijft op verdeeldheid en vooroordelen tegenover specifieke groepen om zo de meerderheid van de bevolking die door de burgerij wordt uitgebuit en onderdrukt te verdelen. Vrouwen worden in de publieke ruimte en op de scholen en werkplaatsen vaak geconfronteerd met seksuele pesterijen, in hun gezinnen vaak met fysiek en seksueel geweld. Vooroordelen over vrouwen maken vaak ook dat ze extra hard moeten werken om voor vol te worden aanzien. Seksisme installeert zeer reële beperkingen in het leven van vrouwen. Ondanks de enorme stappen vooruit en de grotere vrijheid die vrouwen vandaag hebben om hun leven te bepalen, blijft dat geweld voortduren: de grootste oorzaak voor dood en blijvende handicap van vrouwen tussen 16 en 44 jaar in Europa is partnergeweld.
En ook nieuwe vormen van onderdrukking zien het licht, of beter gezegd oude vormen in een nieuwe verschijning. De groei van het internet werd door de seksmaffia aangegrepen voor een ongeziene uitbreiding van de seksindustrie – porno is een van de grootste internetsectoren. Daarbij is ook een verglijding zichtbaar naar steeds hardere porno, kinderporno enz. Porno is vandaag overal aanwezig en zet volgens diverse studies een ernstige druk op zeker jonge vrouwen ivm hun seksuele “prestaties”. De verhoudingen tussen de seksen is er dan ook in 97% van het pornomateriaal één van vrouwelijke gehoorzaamheid en volgzaamheid, het “altijd te pakken zijn”. Het grootste deel van het pornomateriaal stikt van de clichés zoals bijvoorbeeld dat vrouwen “ja” bedoelen als ze “neen” zeggen, enz.
En voor veel jonge vrouwen die in die pornoindustrie betrokken raken – foto’s laten trekken is toch een “onschuldige” en gemakkelijke manier om aan geld te raken – is die pornoindustrie een opstapje naar de prostitutie. Hoewel we vandaag steeds meer horen dat dit een “keuze” is die vrouwen maken, is het opmerkelijk dat zelfs die vrouwen die zelf denken dat het hun “keuze” was op termijn gebruik moeten maken van drugs om die “job” aan te kunnen. Alle prostituees komen regelmatig met geweld en dwang in contact. Ondanks dat verschillende, ook zogenaamd progressieve organisaties prostitutie vandaag willen voorstellen als “een job als een ander”, is het dat helemaal niet. Het is ook voor de overgrote meerderheid van de prostituees geen “keuze”, maar pure economische noodzaak. Een behoorlijk deel van de prostitutiemarkt wordt bovendien aangevuld met wat men niet anders als seksslaven kan noemen, aangevoerd door netwerken van mensenhandel. Het is ook niet verwonderlijk dat de seksindustrie ten volle geprofiteerd heeft van het uiteenvallen van de stalinistische staten in Oost-Europa en Rusland en dat pakken vrouwen uit die landen de prostitutiemarkt overspoelen, wel of niet rechtstreeks gedwongen door mensenhandelaars.
Een groter aandeel in de armoede, een overconcentratie in slechtbetaalde, tijdelijke en deeltijdse job, geweld, pesterijen en vooroordelen,… en nog beweren een groot deel van de politici dat vrouwen niet langer onderdrukt zijn of gediscrimineerd. In realiteit gaat de situatie er voor werkende vrouwen en vrouwen die afhankelijk zijn van een uitkering op achteruit in de laatste decennia. De economische afhankelijkheid maakt dat een hele reeks van rechten waarover vrouwen wettelijk beschikken in realiteit niet kunnen worden opgeëist.
-
Internationale Vrouwendag. Onze strijd organiseren!
In de voorbije maanden zijn wereldwijd miljoenen vrouwen in verzet gegaan tegen de verwoestende effecten van de economische crisis op hun leven. Honderdduizenden superuitgebuite textielarbeidsters en vrouwen uit andere sectoren in Bangladesh, China, Cambodja en elders hebben deelgenomen aan een stakingsgolf voor betere lonen, een golf die zich snel van het ene naar het andere Aziatische land verspreidde. Miljoenen werkende vrouwen hebben deelgenomen aan de algemene stakingen in Frankrijk, Spanje, Griekenland en Portugal en aan de enorme protesten tegen de aanvallen op de openbare diensten in heel Europa.
Jonge vrouwen stonden op de voorste lijnen in een nieuwe generatie die strijd voerde in belangrijke studentenbewegingen tegen besparingen en verhogingen van het inschrijvingsgeld in Groot-Brittannië, Italië en elders. En dan zijn er uiteraard de tienduizenden vrouwen die deelnamen in de prachtige bewegingen in o.a. Egypte en Tunesië voor democratische en sociale rechten en voor een einde aan de dictatoriale regimes.
Het is waarschijnlijk dat deze gevechten zich in de komende maanden zullen intensifiëren, vooral in die landen waar de besparingsbijl het hardst hakt. We hebben geen andere keuze dan te vechten. In de laatste veertig jaar hebben de levens van vrouwen in de ontwikkelde kapitalistische landen belangrijke sociale veranderingen ondergaan. Ongelijkheid, discriminatie en onderdrukking werden niet uitgeroeid, maar belangrijke veranderingen legden de basis voor het idee dat een belangrijke vooruitgang werd geboekt en dat dit in de toekomst verder zou gaan en zelfs dat gelijkheid binnen het bereik van vrouwen lag.
De situatie in de neokoloniale wereld van Azië, Afrika, Latijns-Amerika en het Midden-Oosten is duidelijk heel anders. Maar zelfs daar brachten globalisering en de economische en sociale veranderingen die het meebracht – vooral het feit dat toenemende aantallen jonge vrouwen uit hun huis werden gehaald en in de werkplaatsen opgenomen – de hoop dat de dingen beetje bij beetje beter zouden worden voor vrouwen.
Nu dreigt de wereldwijde economische crisis en haar gevolgen veel van die vooruitgang in een hoog tempo terug te draaien. Dit zal leiden tot een ernstige verslechtering van het leven van vrouwen in de ontwikkelde landen en een regelrechte nachtmerrie voor de vrouwen in de neokoloniale wereld.
De crisis toont openlijk aan wat het CWI altijd naar voor gebracht heeft – de onverenigbaarheid van het kapitalisme en echte vrouwenrechten, in welk deel van de wereld we ook mogen leven. Uitbuiting en onderdrukking bevinden zich in het hart van het kapitalistische systeem, waar winst en competitie heersen boven alles. Enkel door een strijd tegen dat systeem en voor een socialistisch alternatief zullen we in staat zijn vooruitgang te boeken.
Waarom we ons moeten organiseren en terugvechten
Vrouwen en Werk
In de voorbije decennia was de toestroom van vrouwen in de werkplaatsen een globaal fenomeen. In sommige landen zijn er nu meer vrouwen dan mannen aan het werk. Terwijl de vrouwenlonen overal gemiddeld lager blijven dan die van mannen heeft dit proces toch geleid tot meer economische onafhankelijkheid van vrouwen en tot een transformatie in hun kijk op de wereld en in de kijk van de samenleving in het algemeen.
In haar eerste fase had de economische crisis een gemengd effect op de tewerkstelling van vrouwen. Waar de jobverliezen vooral geconcentreerd waren in de industrie en de bouwsector, zoals in de Verenigde Staten, werden vooral mannelijke arbeiders het hardst geraakt. Waar de dienstensector in het vizier lag, zoals het geval was in Groot-Brittannië, droegen vrouwen het merendeel van de ontslagen en de toegenomen werkloosheid. Nu in veel landen een bloedbad gecreëerd wordt in de tewerkstelling in de openbare sector zullen het vooral vrouwen zijn die het hardst te lijden zullen hebben. Volgens onderzoeken in Groot-Brittannië, waar een half miljoen arbeiders uit de openbare sector in de komende jaren ontslagen zullen worden, zullen 75% van de ontslagen vrouwen raken. De reden hiervoor is dat vrouwen de meerderheid uitmaken van het personeel in de openbare diensten – de onderwijzers, de verpleegkundigen en de arbeiders uit de lokale besturen, wiens jobs bedreigd worden. Tegelijk zullen vrouwen ook het hardst geraakt worden door besparingen in diensten en uitkeringen.
Economische onafhankelijkheid
Groeiende werkloosheid en besparingen in de uitkeringen zullen leiden tot toenemende armoede voor vrouwen uit de arbeidersklasse en voor een deel van de vrouwen uit de middenklasse, vooral voor alleenstaande moeders. Daar waar werkloze vrouwen erin slagen een job te vinden, zal die waarschijnlijk laagbetaald zijn, tijdelijk en onzeker, met afgenomen of niet bestaande rechten op ziekte- of zwangerschapsverlof, op betaald verlof, op pensioenen,… Lonen en arbeidscondities staan stevig onder vuur in zowel de openbare als de privésector.
Dit zal de financiële afhankelijkheid van vrouwen tegenover individuele mannen doen toenemen en kan een negatief gevolg hebben op persoonlijke relaties. In de voorbije periode hebben betaald werk, uitkeringen en sociale huisvesting vrouwen een zekere mate van economische onafhankelijkheid geboden, wat maakte dat ze in tegenstelling tot vorige generaties in staat waren om uit ongelukkige of gewelddadige relaties te stappen. Sinds de inzet van de economische crisis is er een afname geweest van de scheidingsgraad in een aantal landen (algemeen worden tot drie vierden van de echtscheidingen door vrouwen in gang gezet). Dit is een teken dat het verlaten van een relatie moeilijker wordt en dat veel vrouwen, zoals in het verleden, door economische redenen gedwongen zijn om tegen hun wil bij hun partners te blijven.
Onderwijs
Een toegenomen toegang tot hoger onderwijs is een van de sleutelfactoren geweest in het aansporen van veranderingen in het leven en de zienswijze van vrouwen. Nu staat, voor het eerst in de ontwikkelde kapitalistische landen, een nieuwe generatie van jonge vrouwen voor het vooruitzicht van een toekomst die grimmiger is dan die van hun moeders. De commercialisering van het hoger onderwijs, de draconische besparingen in de budgetten voor onderwijs en de stijging van het inschrijvingsgeld maken het veel moeilijker voor jonge vrouwen om naar de universiteit te gaan en onderwijs van goede kwaliteit te krijgen in de hoop hun levensvooruitzichten te verbeteren. Zelfs wanneer ze erin slagen een universiteitsdiploma te behalen, betekent de huidige situatie op vlak van tewerkstelling dat veel van hen in tijdelijke en laag betaalde jobs zullen terechtkomen en dus in een leven van onzekerheid en uitbuiting.
Publiek gefinancierde diensten
Ondanks grote veranderingen in het leven van vrouwen blijven ze de belangrijkste verzorgers van kinderen en andere familieleden. Als de neoliberale bijl op kinderdagverblijven, rusthuizen en andere sociale diensten terechtkomt, zijn het gebruikelijk vrouwen die de brokken moeten oprapen. Dit zal ertoe leiden dat nog meer vrouwen ertoe gedwongen zijn hun werk buitenshuis op te geven. Het zal het nog moeilijker maken voor werkloze vrouwen om een job te vinden en voor de werkende vrouwen zal het de dubbele last verbonden aan de huishoudelijke taken doen toenemen. Besparingen en privatiseringen zulle leiden tot een afnemende kwaliteit van de diensten en tot een achteruitgang in de lonen en arbeidscondities van de arbeiders in die sectoren.
Geweld op vrouwen
Een op vijf vrouwen zal op een bepaald moment in hun leven geweld ondervinden van partners of ex-partners. In de ontwikkelde kapitalistische landen zal een op zeven vrouwen verkracht worden. In sommige delen van de wereld is de brutale groepsverkrachting van vrouwen een dodelijk oorlogswapen geworden. De groeiende internationale handel in vrouwen voor de seksindustrie wordt gevoed door de armoede en zal verder gestimuleerd worden door de huidige economische crisis.
Geweld op vrouwen heeft zijn wortels in het traditionele idee (nog steeds wijdverspreid in veel samenlevingen) dat vrouwen de eigendom zijn van mannen. Het wordt bevestigd door de nog steeds ongelijke economische relatie tussen mannen en vrouwen en door de manier waarop het kapitalisme zelf gebaseerd is op privé-eigendom, op ongelijkheid van rijkdom en macht. Het kapitalisme gebruikt vaak geweld om haar belangen te verdedigen, zoals de textielarbeidsters in Azië en de studenten in Europa uit de eerste hand hebben mogen ondervinden. Armoede en werkloosheid veroorzaken geen geweld binnen het gezin. Dit geweld vindt evenredig plaats in alle sociale groepen en klassen. Maar deze factoren kunnen een aanleiding zijn voor geweld in het gezin en de economische crisis kan dat nog aansporen.
In veel landen is de houding tegenover geweld op vrouwen radicaal verbeterd in de laatsten drie decennia. Progressieve wetten over geweld in het gezin werden gestemd en er is een algemene erkenning dat het een ernstige misdaad is die aangepakt moet worden. Maar de drastische besparingen in de openbare diensten kunnen veel van de gemaakte vooruitgang ondermijnen. Aanvallen op kinderopvang, op vluchthuizen en andere diensten zullen het nog moeilijker maken voor vrouwen om te ontsnappen aan geweld in hun huis (waar het meeste misbruik plaats vindt), terwijl besparingen in openbaar vervoer, in straatverlichting enz. zullen maken dat vrouwen buitenshuis minder veilig zijn. De financiering van crisiscentra voor verkrachtingsslachtoffers en ondersteuning van mishandelde vrouwen zal ook onder druk staan.
Recht op abortus, contraceptie, vruchtbaarheidsbehandeling…
In het laatsten decennium hebben 19 landen hun abortuswetten vrijgemaakt, maar miljoenen vrouwen leven nog in landen waar abortus illegaal is of waar het recht op abortus zeer beperkt is. Wereldwijd vinden ieder jaar zo’n 20 miljoen illegale abortussen plaats, die leiden tot de dood van 70.000 vrouwen en tot de verminking van miljoenen.
In sommige landen gaan de ideologische aanvallen op abortus verder en moeten ze gestopt worden. Maar in veel landen zullen het de besparingen in de gezondheidszorg en andere diensten zijn die dit recht in gevaar zullen brengen. Besparingen zullen ook leiden tot een verminderde toegankelijkheid voor vruchtbaarheidsbehandelingen en tot verdere sluitingen en herstructureringen in diensten die advies bieden over contraceptie en seksuele gezondheid, waardoor vooral jonge vrouwen geraakt zullen worden.
Seksualiteit en seksisme
Wereldwijd lijden miljoenen vrouwen onder vreselijke beperkingen van hun seksualiteit, daarbij inbegrepen de barbaarse praktijk van de genitale verminking. In veel van de ontwikkelde kapitalistische landen is de mentaliteit tegenover seksualiteit en persoonlijke relaties zonder twijfel verbeterd. In het algemeen voelden vrouwen er zich meer bevrijd van veel van de morele, sociale en religieuze beperkingen uit het verleden. Maar onder het kapitalisme wordt seksuele bevrijding vervormd door jacht op winst en door de bestaande ongelijkheid. Het kapitalistische systeem verandert alles in een koopwaar, ook vrouwenlichamen, die worden gebruik voor rechtstreekse verkoop in de seksindustrie en ook onrechtstreeks door het gebruik ervan in reclame en verkoop. Het promoot een bepaald beeld van vrouwen, een beeld dat beperkt, stereotypisch en vaak beschadigend is. Die objectivering van vrouwen versterkt achterlijke mentaliteiten, geweld inbegrepen, en ondermijnt bijgevolg vrouwen in de bredere strijd voor economische en sociale rechten.
Terugvechten
De enorme protesten en stakingen waarin vrouwen recent hebben meegevochten tonen dat de vernietiging van de verworvenheden niet zomaar en zonder gevecht zal plaatsvinden. De strijd van de textielarbeidsters in Azië en de vrouwen in het Midden-Oosten hebben getoond dat zelfs de meest uitgebuite arbeidsters bereid zijn terug te vechten.
Het terugkomen op vrouwenrechten zal niet in een rechte lijn plaatsvinden. De belangrijke veranderingen in de sociale attitudes die hebben plaats gevonden, vooral in de meer ontwikkelde kapitalistische landen, kunnen niet zo gemakkelijk worden teruggedraaid. Vrouwen (en veel mannen) zullen niet aanvaarden dat de plaats van een vrouw aan de haard is en niet in de werkplaats. Vrouwen zullen koppig vechten om de economische en sociale vooruitgang die werd geboekt te verdedigen.
Er zullen ongetwijfeld pogingen zijn om de oude vooroordelen te doen herleven om die strijd te ondermijnen, om een wig te drijven tussen mannen en vrouwen, vooral in de werkplaatsen. Iedere poging om arbeiders op lijnen van gender te verdelen en dus te verzwakken, moet hard bestreden worden omdat een succesvolle strijd om de rechten van vrouwen te verdedigen en uit te breiden enkel mogelijk is indien het een antikapitalistische strijd is die de hele en verenigde arbeidersklasse in de strijd betrekt.
Socialisme
Het kapitalisme is gebaseerd op competitie en de op genadeloze jacht op winst. Het creëert uitbuiting, armoede, onderdrukking, geweld, oorlog en milieuvernietiging. Het is een rot systeem, dat de levens van arbeiders en jongeren beperkt en verwoest, waarbij vrouwen een dubbele onderdrukking en beperking ondervinden omwillen van hun geslacht. Vrouwen hebben daarom een dubbel belang in de strijd voor een alternatief op het kapitalistische systeem.
Een socialistisch alternatief zou gebaseerd zijn op openbare en niet private eigendom van de productie, op democratische controle door de producenten en consumenten en niet op de heerschappij van een rijke elite. Behoefte en niet winst zou bepalen wat geproduceerd wordt en ongelijke en hiërarchische relaties van macht en rijkdom zouden vervangen worden door samenwerking, gelijkheid en onderling respect zowel op nationaal als op internationaal vlak.
Het leven zou zo anders kunnen zijn voor iedereen, maar ook specifiek voor vrouwen. Een democratische geplande economie zou middelen vrijmaken om in een degelijk inkomen en economische onafhankelijkheid voor iedereen te voorzien. Openbaar georganiseerde en kwaliteitsvolle diensten als kinderopvang, gezondheidszorg, onderwijs, huisvesting, transport enz. zouden vrouwen een echte keuze bieden in ieder aspect van hun leven. Een samenleving gebaseerd op gelijkheid en samenwerking zou de basis leggen voor een einde aan alle vormen van seksisme en geweld op vrouwen. Vrouwen zouden eindelijk echt bevrijd zijn.
-
8 maart. Internationale vrouwendag. Wie wil nog vechten voor vrouwenrechten?
103 jaar geleden gingen textielarbeidsters in New York op 8 maart in staking voor de 8-urendag, betere werkomstandigheden en stemrecht. De herdenking van die strijd werd een jaar later de aanleiding voor een wekenlange staking van 30.000 arbeidsters voor hogere lonen en betere condities. In 1911 organiseerden s ocialistische vrouwen de eerste Internationale Vrouwendag.
[box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]
Affiches van LSP
In het kader van de internationale vrouwendag publiceren we een aantal affiches.
[/box]
Vandaag ontkennen de meeste politici, ook de vrouwen onder hen, hardnekkig de realiteit: vrouwen in het Westen hebben immers “gelijkheid” verworven. Problemen als lage lonen, geweld, seksisme,… zijn volgens die politici “persoonlijke” problemen.
Nochtans maken de lage lonen (en uitkeringen) en vanonzekere contracten voor vrouwen dat het risico voor alleenstaande moeders (98% van de eenoudergezinnen) om in armoede te vervallen in 2008 al opliep tot 40% (cijfers uit Armoedebarometer 2010)! Bij veel beter verdienende vrouwen gaat hun loon overigens omlaag als ze kinderen krijgen, terwijl het loon van mannen met kinderen relatief stijgt.
LSP denkt dat werkende en werkloze vrouwen vandaag duizenden redenen hebben om de strijd te hernemen. De strijd voor een einde aan de opmars van onzekere en laagbetaalde jobs, waarmee steeds meer niet enkel vrouwen, migranten en jongeren geconfronteerd worden, maar die zich steeds meer verspreiden naar alle werkenden .
De strijd voor uitkeringen waarvan je kunt leven en niet enkel, met geluk, overleven. De strijd voor kwaliteitsvolle en toegankelijke openbare diensten, in de eerste plaats kinderopvang, onderwijs en gezondheidsen personenzorg waar alle besparingen onmiddellijk gevolgen hebben voor het (onbetaalde) werk dat op de schouders van de gezinnen terechtkomt.
De strijd voor degelijke en b etaalbare huisvesting want de woonprijzen spelen een enorme rol in het ontstaat van armoede. De strijd ook tegen seksistische vooroordelen en discriminatie, tegen geweld binnen het gezin en op straat,…
In deze strijd zullen we niet moeten rekenen op de vrouwen uit de partijen die vandaag in het parlement zetelen. Ze zijn allemaal voor “loonmatiging” en voor het dwingen van werklozen om gelijk welke job te aanvaarden, zelfs al verdien je er niet voldoende mee om van te leven. Als ze programma’s in de sociale woningbouw voorstellen, gaat het steeds om een druppel op een hete plaat, een paar duizend plaatsen erbij (als er niet bespaard wordt op het moment) voor ettelijke tienduizenden die er recht op hebben. Nog steeds is er geen degelijke opvang voor vrouwen die slachtoffer zijn voor geweld binnen het gezin. Ondanks alle mogelijke verklaringen die in de laatste jaren zowel in Vlaanderen, België, Europa of de VN werden afgelegd over de strijd tegen armoede van vrouwen en kinderen, blijft die overal toenemen.
Internationale Vrouwendag is nooit het kader geweest van een strijd van vrouwen tegen mannen, maar van vrouwen en mannen tegen het kapitalistische systeem dat ons allemaal o nderdrukt en vrouwen tweemaal.
LSP en haar vrouwencommissie werkt in die zin. Wil je ons beter leren kennen en die strijd met ons voeren, dan is het discussieweekend Socialisme 2011 (12 en 13 maart) daartoe een perfecte gelegenheid.
Socialisme 2011
Zaterdag 12 maart. 11.00-12.00. Internationale vrouwendag: strijd tegen kapitalisme meer dan ooit nodig
Meer dan 100 jaar terug begonnen vrouwen op 8 maart een internationale dag van strijd voor vrouwenrechten en voor socialisme te organiseren. Vandaag worden steeds meer verworvenheden teruggeschroefd: jobs voor vrouwen zijn steeds minder volwaardige jobs, hun lonen zijn gemiddeld lager, de flexibiliteit op de arbeidsmarkt is niet voorzien op een leven met kinderen,… En tegen de achtergrond van die zwakke economische positie is seksisme en objectivering van vrouwen ondertussen steeds meer gemeengoed geworden. Leila Messaoudi (Gauche Révolutionnaire, Frankrijk), Christine Thomas (Contro Corrente, Italië, auteur van het boek “It doesn’t have to be like this”) en Tanja Niemeier (medewerkster fractie GUE – Verenigd Links in het Europees Parlement) trekken lessen uit het verleden voor de strijd van werkende vrouwen vandaag.
Zondag 13 maart. 13-15u. Commissie: Hoe vechten tegen seksisme?
Werkgroep op Socialisme 2011 met Laure (vrouwencomissie LSP) en Christine Thomas (jarenlang verantwoordelijk voor de vrouwenwerking van de Socialist Party en nu actief in Italië.
-
Internationale Vrouwendag: De strijd is nog niet gestreden
8 maart is internationale is internationale vrouwendag, een dag van strijd voor gelijke rechten maar ook voor een andere, socialistische, samenleving waarin zowel vrouwen als mannen op democratische wijze kunnen beslissen over hun lot en toekomst. In dit dossier gaan we dieper in op de traditie van de internationale vrouwendag enkele centrale elementen voor de strijd vandaag.
[box type=”shadow” align=”alignright” width=”100″]
Neen aan seksisme
De beeldvorming van vrouwen wordt vandaag sterk bepaald door de media-en reclame-industrie. De vrouw wordt overal voorgesteld als een lustobject met als doel de verkoop van een bepaald product te stimuleren. Deze beeldvorming heeft een grote impact op het zelfbeeld van vrouwen en op hoe mannen zich verhouden tot vrouwen. Ook aan de universiteiten worden door studentikoze verenigingen beelden van schaars geklede vrouwen gebruikt om feesten aan te kondigen.
Deze beeldvorming is mee verantwoordelijk voor de groei van eetstoornissen bij jonge vrouwen. Ook de seksuele verhoudingen onder jongeren worden sterk bepaald door de commercialisering van het vrouwenlichaam.
Er is een belangrijke toename van seksuele intimidatie en geweld. Eén op drie vrouwen krijgt te maken met seksueel geweld op school of het werk.
De studenten van ALS aan de Franstalige universiteit van Brussel zijn met een campagne gestart om het seksisme op de universiteitscampus tegen te gaan.
Nood aan meer investeringen in collectieve kinderopvang
LSP-Gent startte in februari met een petitiecampagne om het tekort aan plaatsen en de daardoor ontstane wachtlijsten in de kinderopvang aan te klagen. Vooral in de grote steden is er een schrijnend gebrek aan kinderopvangplaatsen. Al jaren beloven de overheden oplossingen, maar tot op vandaag is het probleem enkel groter geworden.
Een gebrek aan kinderopvang kan zware gevallen hebben voor een jong gezin. In sommige gevallen wordt één van de twee partners, meestal de vrouw, hierdoor verplicht om thuis te blijven en haar job op te zeggen. Ofwel moet men ingewikkelde constructies opzetten, waarbij wordt gegoocheld met vrije dagen, overuren, familie en vrienden om de zorg van de kleine kinderen te kunnen garanderen.
De eerste campagnemomenten in het centrum van Gent waren heel succesvol. We haalden makkelijk handtekeningen op met onze petitie en hoorden reeds vele verhalen van jonge gezinnen en hun zoektocht naar kinderopvang. Wij leggen in onze campagne de nadruk op de nood aan kinderopvang gefinancierd met publieke middelen, wat de beste garantie biedt op kwaliteitsvolle opvang en een degelijk en vast statuut voor de werknemers. Eind februari vonden ook acties plaats van de drie vakbonden om de eis voor een echt werknemersstatuut voor onthaalouders kracht bij te zetten.
[/box]Op 6 maart vond in Brussel één van de wereldwijde acties in het kader van de Wereldvrouwenmars plaats. Wij staan volledig achter het idee om massaal op straat te komen rond vrouwenthema’s. Reeds enkele jaren probeert LSP van 8 maart opnieuw een internationale actiedag te maken waarbij vrouwen én mannen opkomen voor een einde aan elke vorm van discriminatie. Om dit op een succesvolle manier te kunnen doen, zal men verder moet gaan dan het programma van de Wereldvrouwenmars, hoewel dat een aantal belangrijke en correcte eisen bevat. Het is immers het kapitalisme zelf dat de oorzaak is van de slechte positie van vrouwen.
In de jaren ’90 overheerste het idee dat strijd voor vrouwenrechten iets uit het verleden was. Of je succes boekte of niet, had niets met de samenleving te maken, maar hing puur af van je individuele inzet. Het tegendeel wordt echter pijnlijk duidelijk: onderzoek in Nederland wijst uit dat nog niet de helft van de werkende vrouwen financieel onafhankelijk is, dat vrouwen nog steeds het merendeel van het huishouden doen en dat de loonkloof nog lang niet verdwenen is… Een vrouwendag als dag van strijd is dus ook vandaag nodig.
Deze realiteit wordt cijfermatig aangetoond in het Loonkloofrapport 2009. Dat rapport toont ook, net als talrijke studies naar de tijdsbesteding, dat de traditionele rolpatronen niet zijn verdwenen. In bepaalde sectoren werken hoofdzakelijk mannen en in andere hoofdzakelijk vrouwen. In “vrouwenberoepen” liggen de lonen lager, maar veel vrouwen krijgen ook voor gelijk werk geen gelijk loon. De man is in de meeste gezinnen nog steeds de belangrijkste kostwinner. Als door omstandigheden iemand thuis moet zijn – zorg voor kinderen, ouders, zieken,… – is het logisch dat dit degene is met het laagste loon. Vrouwen onderbreken dan ook vaker hun loopbaan en werken vaker deeltijds, waardoor ze een lager pensioen krijgen. De hoge woningprijzen zorgen er bovendien mee voor dat de beste strategie van vrouwen tegen armoede nog steeds het hebben van een partner is. De lage vrouwenlonen maken immers dat veel alleenstaande vrouwen, en zeker alleenstaande moeders, op de armoedegrens balanceren.
Nochtans werd het lang voorgesteld alsof het enige wat nog diende te gebeuren voor “volledige emancipatie” de doorbraak van vrouwen in topfuncties was. Maar zelfs indien vrouwen de helft van alle kaderfuncties in bedrijven en in de politiek zouden invullen, betekent dit nog geen verbetering voor de meerderheid van vrouwen. Zo werden een aantal van de grootste aanvallen op de levensstandaard en de positie van vrouwen juist door vrouwelijke ministers doorgevoerd: de afschaffing van het verbod op nachtarbeid voor vrouwen, een pensioenregeling die rekening houdt met de dubbele dagtaak en de gevolgen ervan op de loopbanen van vrouwen, de invoering van sterk onderbetaalde statuten als PWA’s, dienstencheques, het ontbreken van een degelijk statuut voor onthaalmoeders,…
- In de “vrouwensectoren” is dringend een inhaalbeweging nodig tot een volwaardig loon. Het minimumloon moet omhoog.
- Er zijn voltijdse jobs nodig met een deftig statuut en loon, die combineerbaar zijn met het krijgen en opvoeden van kinderen.
- Bij ouderschapsverlof moet het loon volledig doorbetaald worden. Moeders en vaders moeten het recht hebben om hun kinderen op te voeden zonder daardoor in financiële problemen terecht te komen.
- Het kindergeld moet omhoog tot een bedrag die de echte kosten dekt.
- Er moet genoeg en kwaliteitsvolle kinderopvang komen voor iedereen, in alle wijken.
- Met de huidige werkdruk is een arbeidsduurvermindering zonder loonverlies nodig voor iedereen. De extra aanwervingen die daarvoor nodig zijn, zijn tevens een belangrijke stap in het wegwerken van de werkloosheid.


















