Your cart is currently empty!
Tag: brandweer
-
Brusselse brandweerman: “Veel collega’s zijn bereid om extra te werken”
[box] We brengen reacties van werkenden en jongeren over de impact van de coronacrisis op hun werk en leven. Stuur ons je bijdrage via redactie@socialisme.be[/box]

“Als eerstelijnsgezondheidswerkers (nota van de redactie: de Brusselse brandweer is ook een ambulancedienst) worden we bijzonder getroffen door de covid19-pandemie. Wij zijn immers de eersten die geconfronteerd worden met verdachte of geïnfecteerde patiënten. De eerste maatregelen om de omgeving van de patiënt te beschermen wanneer hij of zij het ziekenhuis binnenkomt, hangen ook van ons af.
“Natuurlijk hebben we procedures om onszelf te beschermen, maar deze maatregelen zullen op een gegeven moment zeker mislukken. We moeten alles in het werk stellen om ons operationeel reactievermogen zo intact mogelijk te houden om de bevolking zo lang mogelijk te kunnen beschermen tegen covid19 en/of andere dagelijkse problemen (branden, ongelukken, enz.).
“De directie leek een week lang apathisch en daarom besloot de CGSP-ACOD-delegatie van de Brusselse brandweer (SIAMU) tot een strijdplan in de vorm van een vragenlijst die aan de directie werd overhandigd zodat ze snel radicale maatregelen konden nemen. De liberale vakbond volgde dit voorbeeld en op donderdagavond 12 maart leek de directie de boodschap gedeeltelijk te hebben begrepen en begint ze te reageren.
“We hopen dat de reactie van de federale regering niet te laat komt. Maar bovenal voelen we het gewicht van jaren van onvoldoende middelen en wanbeleid. Normaal gesproken werken we op een just-in-time manier, zowel wat betreft personeel als apparatuur, maar deze coronaviruscrisis zal de dienst in een tekort storten.
“Reeds aan het begin van de crisis vallen gebreken die eerder wekelijks opdoken dagelijks voor. Zo zijn er ambulances die niet beschikbaar zijn door een gebrek aan uitrusting, er zijn onvoldoende uniformen, onaangepaste procedures en er is niet genoeg administratief en operationeel personeel. Dit zal ongetwijfeld nog erger worden.
“Onder deze omstandigheden is het voor ons onmogelijk om te staken, de samenleving heeft nu immers een enorme behoefte aan zorgwerkers. Veel collega’s hebben vrijwillig aangeboden om verlof in te trekken (voordat hun reis eventueel werd geannuleerd) en anderen hebben zich vrijwillig aangemeld om te werken tijdens de zogenaamde rustperiode.
“Solidariteit en organisatie beginnen zich op de werkvloer te manifesteren, beetje bij beetje, om de tekortkomingen als gevolg van het gebrek aan personeel en middelen en het gebrek aan reactie van de leiding te compenseren.”
-
Australië: er is nood aan meer personeel bij de brandweer!
Naast de omvang en de intensiteit van de bosbranden in Australië is er één ding dat opvalt: de moed en de inzet van de brandweerlieden. Honderden verhalen gaan de ronde over brandweerlieden die zichzelf overstijgen om levens te redden en huizen te beschermen.
Door Anthony Main, Socialist Action (Australië)
Tragisch genoeg zijn er dit seizoen al minstens vier brandweermannen omgekomen. We hopen dat er geen doden meer vallen bij de verdediging van de lokale gemeenschappen.
Deze mensen worden terecht erkend als helden. Gewone mensen hebben geprobeerd hun waardering te tonen door tientallen miljoenen dollars te doneren aan de brandweerdiensten op het platteland. Comedian Celeste Barber’s online geldinzameling alleen al heeft meer dan 50 miljoen dollar bijeengebracht!
De kwestie van de financiering van de brandweer is een belangrijk onderwerp van debat geworden, vooral omdat het duidelijk wordt dat de klimaatverandering ervoor zorgt dat de bosbrandseizoenen langer, heter, droger en veel moeilijker te beheren worden.
De kwestie van de financiering werd ook benadrukt toen bekend raakte dat veel lokale brandweerdiensten crowdfunding nodig hadden om persoonlijke bescherming van de vrijwilligers te financieren, maar ook voor voedsel en water voor de mensen op het terrein.
Vrijwilligers
Het overgrote deel van de mensen die de branden in Australië bestrijden, doet dit op vrijwillige basis. Vaak hebben ze veel opgeofferd: ze zijn weken, of maanden, weg van hun betaalde baan. Er wordt gemeld dat velen regelmatig 12 uur per dag werken, vaak op honderden kilometers afstand van hun familie.
Onder druk heeft de regering ermee ingestemd om sommige van deze mensen te compenseren, maar andere zullen duizenden dollars blijven verliezen. Het is een probleem dat alleen maar erger wordt en veel mensen vragen zich af of het hebben van een grotendeels vrijwillige brandweermacht wel genoeg is gezien de noodsituatie waar we nu mee te maken hebben.
De brandweerdiensten in Australië zijn over het algemeen verdeeld in grootstedelijke brigades die de steden bestrijken en landelijke brigades die de meeste meer afgelegen gebieden bestrijken. De grootstedelijke brigades worden bemand door betaalde brandweermannen, terwijl de landelijke brigades over het algemeen een kleine betaalde staf hebben, aangevuld met een grote vrijwilligersbasis.
New South Wales bijvoorbeeld heeft ‘s werelds grootste vrijwillige brandweerorganisatie met meer dan 72.000 onbetaalde leden. Een betaalde dienst van ongeveer 900 medewerkers houdt toezicht op de activiteiten en het beheer van de organisatie.
In december wees Scott Morrison oproepen voor meer steun aan de brandweer af, met de mededeling dat ze er zelf voor kiezen. Morrison verwierp ook het idee dat de brandweerdiensten op het platteland meer voltijds personeel nodig hebben. De regering beweert dat het verschuiven naar een betaald model de bestaande gemeenschapsgeest zou doorbreken.
Gemeenschapsgeest
Het lijdt geen twijfel dat de meeste vrijwilligers hun tijd opofferen en vaak geld verliezen uit een gevoel van solidariteit en betrokkenheid bij hun gemeenschap. En velen zien wat ze doen als een gemeenschapsdienst. Ze doen dat onbaatzuchtig en zonder de verwachting dat ze er iets voor terugkrijgen.
Maar dit is op zich geen argument om oproepen tot een meer permanente brandbestrijding te verwerpen. Niemand wil de gemeenschapsgeest doorbreken, maar we moeten wel kijken naar de omvang van het probleem waar we mee te maken hebben en welke middelen er nodig zijn om het te bestrijden.
Alle gerespecteerde deskundigen zijn het erover eens dat er meer financiering en middelen nodig zijn. Een deel daarvan is het uitbreiden van de groep voltijdse werkenden die verantwoordelijk zijn om branden te bestrijden en de gevolgen ervan te verzachten.
Op dit moment hebben veel vrijwilligersbrigades op het platteland het moeilijk en zouden ze veel sterker staan als ze aangevuld worden met voltijds personeel. Een afnemende plattelandsbevolking heeft gevolgen voor de rekruteringsmogelijkheden van de brigade, en de hoge mate van flexibiliteit beperkt de mogelijkheden van veel mensen om vrijwilligerswerk te doen.
De belangrijkste reden waarom overheden en veel werkgevers zich verzetten tegen meer voltijds brandweerpersoneel, is dat het hen geld zal kosten. Ze maken gebruik van de goede aard van mensen en spelen in op de echte gemeenschapsgeest die bestaat om een argument te zoeken om de uitgaven te beperken.
Lokale kennis
Sommige tegenstanders van een uitgebreidere professionele brandweer beweren dat een grote vrijwilligersbasis eigenlijk de beste manier is om branden te bestrijden. Ze zeggen dat de behoefte aan personeel varieert en dat de lokale bevolking belangrijke lokale kennis heeft die in noodsituaties kan worden ingezet.
Lokale kennis is ongetwijfeld belangrijk, maar er is geen reden waarom betaald personeel niet in de lokale gebieden zou kunnen worden gevestigd. De kwestie van de variërende behoefte aan personeel is eveneens een kwestie van financiering. Overheden willen hun loonkosten beperken en bedrijven willen hun belastingfactuur beperken, maar in dit geval betekent het dat gemeenschappen in gevaar worden gebracht.
Het is waar dat gedurende vele delen van het jaar er geen continue dreiging van branden is, maar in het laagseizoen kunnen betaalde brandweerlieden betrokken zijn bij risicovermindering, bosbeheer, het controleren van eigendommen, de ontwikkeling van evacuatieplannen en voorlichting aan de gemeenschap.
Elke staat zou duizenden nieuwe voltijdse personeelsleden nodig hebben om deze taken uit te voeren. Dat werk moet als essentieel worden beschouwd en als zodanig aan een degelijk loon en goede omstandigheden gebeuren, net als andere jobs in de publieke sector.
Hulpkracht
Tijdens de piekmomenten kan er nog meer betaald personeel worden ingezet. Dit gebeurt al in plaatsen als Victoria, waar veel brandweerlieden op seizoensbasis voor Bosbrandbeheer werken.
In het ergste geval, wanneer er een tekort is aan brandweerlieden, kan het nodig zijn om een beroep te doen op een of andere vorm van hulp door de burgerbevolking. Maar dit werk is heel anders dan het vrijwilligerswerk bij de lokale voetbalclub, er is veel opleiding nodig en er zijn mensen nodig om branden op korte termijn te bestrijden.
Op dit moment hebben de meeste vrijwillige brandweerlieden geen toegang tot nooddienstverlof. Als de overheid ernstig is, zou zij onbeperkt nooddienstverlof opnemen in de nationale arbeidsnormen en een regeling invoeren om ervoor te zorgen dat het loon van deze mensen zo lang als nodig door de overheid wordt betaald.
Op die manier zouden mensen hun betaalde werk in een noodsituatie kunnen achterlaten zonder te vrezen dat ze hun job verliezen of hun hypotheek niet kunnen betalen. Hierdoor zouden de middelen afgestemd worden op de behoeften.
Op dit moment betaalt de overheid reservisten in het leger voor training en operaties en geeft ze ook belastingvoordelen. Hetzelfde moet gebeuren voor mensen die de gemeenschappen verdedigen tijdens bosbranden.
Haal het geld waar het zit
Dit alles zou inderdaad miljarden dollars kosten, maar het kan worden betaald door belastingen te heffen op grote bedrijven, tevens de grote vervuilers die het meest bijdragen aan de klimaatverandering. Op dit moment is er de absurde situatie dat honderden grote bedrijven in het land geen of heel weinig belasting betalen.
Andrew Forrest bijvoorbeeld, verzette zich krachtig tegen een belasting op de superwinsten van de mijnbouw en zijn bedrijven staan bekend als belastingontlopers. Hij heeft ook twijfelachtige opvattingen over klimaatverandering en heeft rechtse samenzweringen gepromoot die beweren dat brandstichting een belangrijke bijdrage leverde aan bosbranden.
Tijdens de huidige crisis kreeg hij veel publiciteit nadat hij 70 miljoen dollar schonk aan de hulpoperaties. Er zitten echter adders onder het gras. $50 miljoen is verbonden met een specifiek privaat project om een ‘nationale blauwdruk’ te ontwerpen voor reacties op rampen. $10 miljoen gaat naar zijn eigen stichting om een vrijwilligersleger samen te stellen om te werken aan hulpprojecten, terwijl slechts $10 miljoen naar goede doelen gaat om de meest behoeftige mensen te helpen. Waarom zouden we dit soort beslissingen aan een individu overlaten?
Wat we nodig hebben is dat deze grote bedrijven aanzienlijk meer belasting betalen en dat beslissingen over hoe en waar de fondsen worden verdeeld democratisch worden genomen op een collectieve basis.
Dat we moeten vertrouwen op de kruimels die door miljardairs worden uitgedeeld, spreekt boekdelen over hoe rot het huidige systeem is. De bosbrandcrisis toont aan dat we dringend nood hebben aan een systeem dat geschikt is voor mens en planeet, een systeem dat de rijkdom die we creëren gebruikt om te zorgen voor de behoeften van de mensen en het milieu.
-
Racisme bij de brandweer. Syndicalisten reageren: “Vuur maakt geen onderscheid”
Begin januari was er in de Franstalige media aandacht voor racistische uitspraken door een brandweerman uit Brussel. Die had op sociale media gepleit voor een “panzerdivisie” om Anderlecht en Molenbeek op te ruimen, een verwijzing naar het nazisme. ACOD-CGSP bij de Brusselse brandweer reageerde.“Wij veroordelen deze opmerkingen, die betrekking hebben op het nazisme en de donkerste uren van ons land, ten stelligste. Ze zijn ons beroep onwaardig en des te meer een onderofficier. Het ondermijnt het vertrouwen tussen collega’s en bezoedelt de hele dienst aan de bevolking van Brussel.
“We wenden ons tot het management en vragen nogmaals om snel een structureel plan op te stellen rond permanente bewustmaking binnen de kazerne, met de betrokkenheid van de vakbonden en het hele personeel hierbij. Het is de hoogste tijd voor serieuze maatregelen.
“Tot slot zijn wij van mening dat de schandalige opmerkingen van de collega moeten worden gezien in de context van toenemende spanningen tussen de brandweer en jongeren in bepaalde delen van Brussel. Net zoals we alle racistische houdingen bij de Brusselse brandweer veroordelen, begrijpen we de woede van collega’s wanneer we in bepaalde wijken worden aangevallen. Het recht op veiligheid is belangrijk voor CGSP-ACOD en we zullen altijd vragen om voldoende middelen. Wij verklaren echter dat er nooit veiligheid kan zijn in sociaaleconomische woestijnen. Veiligheid kan alleen worden bereikt door een grootschalig investeringsplan in deze wijken en door een massale herfinanciering van de openbare diensten: brandweer, politie, onderwijs en justitie.
“Vuur maakt geen onderscheid!”
-
Brusselse pompiers in actie: interview vanuit het hart van de strijd

Pablo Interview met Pablo NYNS, brandweerman bij SIAMU in Brussel, afgevaardigde ACOD-CGSP en lid van LSP
Vorige week waren we verbaasd dat de Brusselse brandweer enkele dagen na elkaar de straat op ging. Wat is er aan de hand?
“We voerden actie uit protest tegen een wetsvoorstel dat in eerste lezing door de Brusselse regering werd aangenomen. Het voorstel is opgesteld door staatssecretaris Cécile Jodogne (Défi). De staatssecretaris wil onze wachtpremie veranderen waarbij we zouden overschakelen naar het federale stelsel van operationele premies waarop geen RSZ moet betaald worden. Dit heeft een impact op ons algemeen loon en het vermindert het bedrag van de premies voor speciale ploegen (klimmers, chemische interventieploeg, duikers). De operationele premie is tenslotte ook een bedreiging voor ons werkschema van 24u/72u, een werkrooster dat het beste is voor voldoende recuperatie tussen twee diensten.”
Hoe is op deze maatregel gereageerd?
“De delegatie van ACOD-CGSP bij de brandweer heeft meteen een document opgemaakt om te waarschuwen voor deze wet. Het voorstel van de collega’s om een delegatie van de brandweer samen te stellen om de vakbondsafgevaardigden bij te staan voor de onderhandelingen werd overgenomen. Dat is belangrijk om een krachtsverhouding te vestigen. We hadden het idee om drie ‘ontvangstcomités’ op te zetten gedurende de drie dagen van de eerste onderhandelingen.”
Was de mobilisatie in orde?
“Zeker en vast! Eerlijk gezegd: we hadden het ongenoegen in de kazernes nog onderschat. De drie ‘ontvangstcomités’ waren gepland om 20 tot 50 collega’s bijeen te brengen, maar het werden drie strijdbare betogingen van telkens 250 tot 300 pompiers. Het wetsvoorstel van Cécile Jodogne was de druppel die de emmer deed overlopen. De Brusselse pompiers zijn het beu dat hun arbeidsvoorwaarden in brede zin van de term achteruit gaan. In de kazernes lopen letterlijk ratten, uniformen vallen uit elkaar, voertuigen laten het afweten, …”
Wat waren jullie eisen?
“Eerst en vooral: geen enkele loonsverlaging, behoud van de premies voor de speciale ploegen en geschreven en ernstige engagementen over de duurzaamheid van onze werkroosters. Dit werd aangevuld met een aantal andere meer specifieke eisen.”
Hoe kwam die eisenbundel tot stand?
“Op de derde dag van protest hielden we een algemene vergadering van pompiers waarop meer dan 300 collega’s aanwezig waren om te zien of we het allemaal eens zijn met deze minimale eisen. Er werd quasi unaniem gestemd om de vakbonden van de onderhandelingstafel terug te trekken en een overlegcomité op te zetten.”Hoe ziet dat comité er uit?
“Het idee is om over vakbondsgrenzen heen een orgaan op te zetten dat de strijd opbouwt, acties uitwerkt en collega’s bijeenbrengt of meer specifieke eisen ontwikkelt. Met een groep pompiers hebben we daarom het idee naar voor gebracht van een comité dat bestaat uit gekozen en afzetbare vertegenwoordigers van elke kazerne en elke afdeling. Dit comité komt niet in de plaats van de vakbonden, die zeker een rol te spelen hebben. Maar we willen de beweging zo democratisch mogelijk organiseren. We zullen 16 effectieve vertegenwoordigers verkiezen en 16 plaatsvervangers. Op dit ogenblik hebben meer dan twee derde van het personeel hun vertegenwoordigers verkozen en tegen het einde van de week zou alles moeten rond zijn. We zijn ook van plan om een groep van woordvoerders op te zetten als mediacomité of om de vakbonden bij de onderhandelingen te ondersteunen. Wij zijn van mening dat dit overlegcomité een zeer belangrijke stap vooruit is voor onze beweging.”
Is er na deze actiedagen al iets bekomen en wat zijn de perspectieven voor deze beweging?
“De vakbonden verlieten de onderhandelingstafel zoals besproken op de personeelsvergadering. Na een bezoek aan de kantoren van de Parti Socialiste beloofde de Brusselse minister van Ambtenarenzaken, Fadila Laanan, om de onderhandelingen op te schorten tot oktober en dus een pauze te nemen. Ze verklaarde aan de media dat Cécile Jodogne haar met deze zaak voor een voldongen feit had geplaatst en dat voor de PS de verworven rechten moeten behouden blijven.
“Wij hopen dat de toekomstige staatssecretaris dit standpunt zal volgen. Maar voorlopig hebben we dus uitzicht op een pauze in de zomer na deze marathon van sociale actie. Het geeft ons de tijd om ons te organiseren voor het nieuwe werkjaar, te beginnen met de organisatie van ons overlegcomité. Het is duidelijk dat de druk nu een beetje zal afnemen. Maar we zullen tijdens de vakantie waarschijnlijk enkele acties organiseren om onze kracht nogmaals te tonen.”
Nog een slotwoordje?
“Ja. Ik wil wijzen op de dynamiek en de discipline van de collega’s. Gedurende een week hebben 300 van de 1.000 Brusselse pompiers om de twee dagen betoogd tijdens hun vrije dagen. De pompiers die van dienst waren, bleven uiteraard op post zelfs indien ze ons tijdens de betogingen af en toe kwamen versterken met hun voertuigen na een interventie.
“Heel wat collega’s kijken ook naar de situatie bij het leger, de politie en het personeel van de ziekenhuizen. Het gaat telkens om openbare diensten waarmee we zelf regelmatig samenwerken en die ook geraakt worden door besparingen. Er is een reële wens tot samenwerking en het overlegcomité zal daar werk van maken.
“Tot slot nog dit: deze beweging is pas het begin. Met deze acties hebben we de rangen van de pompiers gesloten en aangetoond dat strijd loont. Ik was erg ontroerd toen enkele ‘anciens’ op de debriefing vrijdagavond vertelden dat dit de sterkste sociale beweging bij de Brusselse brandweer was in 20 jaar.”
UPDATE (27.6): het wetsvoorstel waartegen geprotesteerd werd, is ondertussen volledig ingetrokken. Een mooie overwinning die aantoont dat strijd loont!

-
Brusselse brandweerman: ‘Gebrek aan personeel is onaanvaardbaar en gevaarlijk’

Foto: Dominique Botte / Collectief Krasnyi Open brief door Merlin de Halleux, korporaal bij de Brusselse brandweer (verschenen in La Libre op 20 juni)
Gisteren kwam ik met mijn collega’s op straat. Ik moet daar kort iets over zeggen omdat de berichtgeving in de media in het beste geval onvolledig was en niet uitdrukt wat wij meemaken. We kunnen het de mensen natuurlijk niet kwalijk nemen dat ze de problematiek van zo’n gesloten omgeving als de hulpdiensten en zeker de brandweer niet meteen opmerken.
Bij de brandweer moet je met een groot aantal situaties kunnen omgaan, situaties waar een gemiddelde persoon niet mee (wil) geconfronteerd worden. Naast de aanslagen die heel wat collega’s hebben getekend en waarvan de beelden voor altijd op hun netvlies gebrand zullen blijven, omvat ons beroep heel wat diverse aspecten: sociale ellende, toenemend geweld als gevolg van armoede, kankers waaraan we blootgesteld worden zijn slechts enkele van de zaken waarmee we te maken krijgen.
We brengen offers omdat we daarmee dag in dag uit met ijver en toewijding mensen verdedigen. Maar de laatste jaren stapelen de moeilijkheden zich op: er is eerst en vooral de hervorming die de hulpverlening moest verbeteren maar uitdraait op een operatie om officieren te promoten ten koste van de basis. Dit heeft een kloof gecreëerd tussen ons en de bestuurlijke en politieke instanties.
Vervolgens waren er problemen van corruptie (laten we niet bang zijn om de dingen te benoemen), waardoor heel wat manschappen geen materieel, fatsoenlijke kledij en soms zelfs geen schoenen hadden. Deze winter waren er in verschillende kazernes problemen met de verwarmingsketels die niet goed onderhouden en bovendien erg oud zijn. Het ontbreekt regelmatig aan voldoende personeel.
De lijst van problemen is erg lang en meestal zijn het de brandweerlieden die de prijs betalen voor de fouten van bovenaf. Toen we na een fiscale fout en na een conflict tussen de RSZ en de Brusselse brandweer te horen kregen dat ons bezoldigingssysteem zou aangepast worden en dat dit gunstig zou zijn voor de officieren maar ongunstig voor de gewone brandweerlieden, was dit de druppel die de emmer deed overlopen.
Als we dit voorstel van naderbij bekijken, wordt bovendien duidelijk dat het de weg opent voor andere werktijden (met 24 uur waakdienst in plaats van 12 uur). Het nieuwe werkschema zou de politici in staat stellen om ervoor te zorgen dat we ’s nachts met minder mensen zijn dan overdag. Dat is onaanvaardbaar, niet alleen voor de brandweerlieden maar ook voor de bevolking die hierdoor gevaar loopt.
Het beleid wil besparen op kosten verbonden aan de brandweer. Er wordt daarbij geen rekening gehouden met de impact op de werkomstandigheden en op de efficiëntie van de dienstverlening. Ik vind dat we deze behandeling niet verdienen. De mensen verdienen het dat er genoeg middelen zijn voor diegenen die zich met lichaam en ziel inzetten voor de bescherming van de bevolking, in plaats van hen met een extra beproeving op te zadelen.
-
Brusselse brandweerlieden voeren actie tegen aanval op hun premies
Maandagochtend betoogden 300 Brusselse brandweerlieden om de syndicale delegaties te ondersteunen en druk te zetten op het kabinet van staatssecretaris Cécile Jodogne waar onderhandeld werd. De staatssecretaris wil een aanval inzetten waarbij de premies voor wachttijd en voor de specialisatie van brandweerlieden bedreigd worden. De woede beperkte zich daar niet toe. Er is veel ongenoegen over de volledige operationele, administratieve en politieke werking. Ze laten de dienstverlening aan de bevolking verrotten. Tijdens een personeelsvergadering voor de betoging werd gewezen op het verband tussen de situatie bij de brandweer en die van andere openbare diensten, zoals de hulpdiensten of de politie, waar ook bespaard wordt.
De betoging was zeer strijdbaar, ondanks het gebrek aan slogans. Er waren heel veel voetzoekers, zeker op ogenblikken dat afdelingshoofden het gebouw wilden betreden. Het toont de gapende kloof tussen de hoge officiers en de gewone brandweerlieden. In verschillende kazernes, zoals in Anderlecht, werden initiatieven genomen om pamfletten te verspreiden, het verkeer om te leiden of spandoeken op te hangen om de bevolking te informeren.
Er worden verdere acties voorzien tijdens de volgende onderhandelingen op 19 en 21 juni. De vakbonden komen in gemeenschappelijk front op voor het ordewoord: ‘Geen enkele brandweerman mag 1 euro verliezen.’ Als de staatssecretaris de aanval op de premies niet intrekt, zullen de Brusselse brandweerlieden de druk verder opvoeren. Sommigen spraken er al over om tijdens de doortocht van de Tour de France in actie te gaan…
Foto’s : Merlin de Halleux


-
“Firefighters for climate.” Sterke oproep van brandweerlieden om klimaatprotest te vervoegen
Er is een interessante en sterke oproep van brandweerlieden om de klimaatbetoging van komende zondag te ondersteunen. De brandweerlieden stellen dat de bescherming van het milieu een van hun belangrijkste taken is. Ze vinden het dan ook normaal dat ze deel zijn van de wereldwijde klimaatbeweging. Hieronder hun oproep.
“Klimaatverandering is een cruciaal probleem voor brandweermensen in heel de wereld, waaronder in België. Het is de grootste uitdaging voor de mensheid vandaag.
“Wetenschappers geven ons 12 jaar om de ergste gevolgen van klimaatverandering te vermijden en de temperatuurstijging tot 1,5 graden te beperken. We zijn echter op weg naar een opwarming van 3 °C. Het is dan ook niet verrassend dat we nu al te maken krijgen met de gevolgen van klimaatverandering. 2018 was een nieuw recordjaar in termen van temperaturen, droogte en andere klimaatrampen. Daarbij komt nog het verlies aan biodiversiteit, verzuring en verstikking (asfyxie) door plastic. Kortom, de ramp is al bezig en de gevolgen zijn tot in België voelbaar.
“Klimaatverandering verhoogt het risico op overstromingen door oppervlaktewater, rivieren en de zee. Het heeft ook gevolgen op de watervoorziening en –beschikbaarheid en het kan leiden tot meer extreme weersomstandigheden, zoals stormen. We zullen meer hittegolven hebben met werkpieken voor de MUG en meer risico’s op grasland- en bosbranden.
“Deze gevaren zullen gevolgen hebben voor de arbeidsvoorwaarden van de brandweerlieden. Klimaatverandering vereist aanzienlijke veranderingen en een toename van middelen, uitrusting, opleiding en infrastructuur.
“Bovendien kunnen noodzones veel meer doen om hun ecologische voetafdruk te verkleinen. Er wordt onvoldoende gedaan op vlak van energie-efficiëntie, strijd tegen verspilling (vooral van water), transport en recyclage. Het algemeen gebrek aan middelen waar de openbare diensten onder gebukt gaan, maakt dat de brandweerlieden deze problemen niet kunnen aanpakken.
“Een van de prioritaire doelstellingen van brandweerlieden is om het milieu te beschermen. We nemen het engagement op om deze rol te spelen in onze interventies, maar ook in de kazernes, in onze zones en tegenover de politici!
“Reageren op de dringende klimaatsituatie kan enkel door massale groene investeringen in openbare diensten, een ecologische planning en een breuk met de winstlogica van het huidige systeem.”
-
Woede neemt toe onder Brusselse brandweerlieden
Afgelopen donderdag hielden de drie syndicaten een algemene personeelsvergadering bij de Dienst voor Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp (DBDMH) in Brussel. Er waren maar liefst 300 brandweerlieden, administratieve en technische personeelsleden op de vergadering in het auditorium van de grootste kazerne.
Door een correspondent
De sfeer was explosief: verschillende personeelsleden haalden uit naar de leiding van de dienst die in gebreke blijft. Het was opmerkelijk dat veel tussenkaders, onderofficieren, verantwoordelijken voor de opleiding, verantwoordelijken voor diensten, … uitlegden hoe dramatisch de situatie is. Ze geven allemaal het beste van zichzelf voor een dienst die functioneert ondanks alle problemen.
Bijna 150 brandweerlieden, of meer dan 10% van het operationeel personeel, heeft geen adequate kledij en moet het doen met laskledij. De procedures voor het ontsmetten van kledij en materieel dat in aanraking kwam met giftige gassen zijn niet efficiënt door een gebrek aan middelen en de nodige infrastructuur. De kazernes kennen gebreken omdat er niet geïnvesteerd wordt in infrastructuur en onderhoud. Daar bovenop is er het eeuwige probleem dat zich in alle openbare diensten stelt: een gebrek aan personeel om een goede dienstverlening aan te bieden. Dit zijn maar enkele elementen uit de lange lijst van tekorten.
De directie was uitgenodigd om het woord te nemen tijdens de personeelsvergadering en kwam steeds met antwoorden die louter communicatie waren zonder concreet te worden. Als het concreet werd, schoof de directie de verantwoordelijkheid af op de voorgangers.
Jammer genoeg werd de directie voor de rest van de bijeenkomst in de zaal gelaten. Hierdoor was het niet mogelijk om onder vakbonden en personeelsleden over een actieplan te discussiëren. Maar de woede blijft en de kloof tussen directie en personeel is erg groot.
We moeten nu gaan naar vergaderingen van operationeel, administratief en technisch personeel om een eisenplatform op te stellen en daaraan gekoppeld een actieplan om onze eisen af te dwingen.
-
Brandweerman reageert op de brand in Grenfell: “Groot-Brittannië heeft geen monopolie op deze toestanden”
Tientallen, mogelijk honderden, doden vielen er bij een appartementsbrand in Londen. De Grenfell Tower ging in vlammen op. De bewoners, vaak sociale huurders, waarschuwden al langer voor het brandgevaar. De gemeente en het verhuurkantoor deden daar niets mee: alles stond in dienst van de winsten. Bij een recente renovatie werd enkel de buitenkant aangepakt zodat de vele rijke bewoners in de omgeving een mooier uitzicht zouden hebben. We vroegen een reactie van een Belgische brandweerman.“Toen ik de beelden zag, dacht ik eerst aan een ernstige tekortkoming in de bouwconstructie. Als autoladders niet aan de bovenste verdiepingen kunnen, moeten gebouwen strikter brandwerend zijn. Dat verklaart waarom het eerste ordewoord van de brandweer was om kalm en binnen te blijven. Normaal gezien had de brandweer de tijd gehad om het vuur te blussen.
“Nu blijkt echter dat de ramp zo ernstig is omdat bij een recente renovatie van het gebouw gekozen werd voor buitenisolatie die niet brandwerend is. Er werd hiervoor gekozen om te besparen: deze isolatie was 8% goedkoper dan brandwerend materiaal.
“Bewoners hadden recent nog gewaarschuwd dat de brandveiligheid in het gebouw niet in orde was. We hebben wellicht te maken met een combinatie van besparingsmaatregelen en criminele nalatigheid door de openbare macht.
“Ik krijg koude rillingen als ik eraan denk dat mijn collega’s en ikzelf in zo’n type interventie ingezet kunnen worden… Nochtans denk ik niet dat Groot-Brittannië een monopolie heeft op deze toestanden. In 2003 was er de brand van Mésanges waarbij zeven doden vielen in Bergen. Het ging ook om een woontoren met goedkope appartementen en een dubieuze reputatie inzake brandveiligheid.
“Het lijkt me dat de crisis en de aanhoudende neoliberale maatregelen leiden tot branden met een impact die we de afgelopen decennia niet meer kenden. Daarbij zijn het steeds dezelfden die getroffen worden: de werkenden en hun gezinnen.”
-
Brandweerman: “Ook voor ons is de maat vol”

Betoging van brandweerlieden begin juni in Namen. Foto: socialisme.be “Er is dagelijks ongenoegen onder brandweerlieden. Elke nieuwe maatregel leidt tot meer frustraties. De hervorming van de Civiele Bescherming sinds anderhalf jaar is een ramp. We hadden grote investeringen in collega’s en materieel verwacht, maar dat gebeurde niet. Er komen minder nieuwe mensen bij dan voor de hervorming en de invoering van brandweerzones. Het materieel wordt maar met mondjesmaat vervangen en de droom van nieuwe kazernes is stilaan opgegeven. We werken bijna overal met een beperkt aantal effectieven, met voertuigen die hun beste tijd gehad hebben en vanuit lokalen die bouwvallig zijn.
“Nog erger is dat er geleidelijk aan stappen gezet worden om delen van onze diensten te privatiseren. In veel zones zijn er al betalende interventies zoals het weghalen van wespennesten, het oppompen van olie uit kelders of nog het bevrijden van mensen uit geblokkeerde liften. Het feit dat deze diensten betalend zijn, is een gevaar voor de veiligheid. Burgers zullen eerst proberen om zonder hulp tot oplossingen te komen. Maar het opent ook de mogelijkheid voor private bedrijven om taken over te nemen aan aanvankelijk aantrekkelijke tarieven voor de gebruikers. Zullen we straks kazernes van G4S of Securitas hebben?
“We vragen geen luxe, enkel voldoende middelen om onze job te kunnen doen en mensen effectief te kunnen helpen. De regering en in het bijzonder meneer Jambon denkt alleen maar aan het besparen op middelen. De minister van Binnenlandse Zaken had ons meer middelen beloofd, maar ondertussen laat hij de gemeenten die al onder financiële druk staan aan hun lot over.”





