Tag: voetbal

  • Neen aan de ‘Super League’. Volkse sport steeds meer gekaapt door big business

    Foto: Pixabay

    Voetbalfans in heel Europa zijn woedend over de aankondiging dat 12 topclubs een nieuwe Europese ‘Super League’ willen opzetten. De zogenaamde ‘grote zes’ uit de Engelse Premier League (Liverpool, Manchester City, Manchester United, Arsenal, Chelsea en Tottenham Hotspurs) werken daarbij samen met drie grote Spaanse clubs (Barcelona, Real Madrid en Atlético Madrid) en drie ploegen uit de Italiaanse Serie A (Juventus, AC Milan en Inter Milan). De Franse topploeg Paris Saint-Germain weigerde tot hiertoe om bij de groep aan te sluiten, maar er wordt aangenomen dat er besprekingen bezig zijn. Bayern München en andere clubs uit de Duitse Bundesliga hebben zich tot hiertoe tegen toetreding uitgesproken.

    Door Matt Waine

    Dit afschuwelijke initiatief is de antithese van het voetbal en zelfs van het ‘heilige’ kapitalistische principe van “vrije concurrentie”. Hoewel de details summier zijn, lijkt er geen degradatie uit deze superliga te worden voorgesteld, althans niet voor de oprichtende clubs! De superliga is bedoeld om de rest van de competities en teams te verdringen. Het is een voldongen feit voor de rest van de Europese voetbalgemeenschap: ‘wij zijn de koningen, wij schrijven de wetten, en hebben het grote geld in handen’.

    Het falen van het moderne voetbal

    Het volkse spel wordt nu gedomineerd door ‘koningen’, het is te zeggen door Saoedische prinsen, louche oligarchen en megalomane aasgier-kapitalisten. Zuivere hebzucht is hier de drijfveer, zoals dat gaat met alles onder het kapitalisme. “Alles wat heilig is, wordt ontwijd,” schreef Karl Marx over het onverzadigbare verlangen van het kapitalisme om alles te commercialiseren en overal steeds meer winst uit te persen voor een slinkend aantal superrijke elites.

    Maar dit laatste hebzuchtige initiatief is niet nieuw. Het is al decennia aan de gang. Voor velen was de oprichting van de Engelse Premier League in 1992 het omslagpunt. In werkelijkheid is de langzame ontmanteling van het mooie spel al eerder begonnen, met de steeds hogere prijskaartjes die aan stervoetballers worden gehangen, de explosieve groei van de merchandising, de VIP-boxen in stadions, de torenhoge toegangsprijzen …  Dit alles heeft het voetbal steeds verder van de fans verwijderd.

    Het voorstel zelf is een erkenning van het falen van het ‘moderne voetbal’. Enorme investeringen van een nieuwe plutocratische eigenaar zorgen vaak voor een pact met de duivel. Achter de foto van een lachende sjeik of Amerikaanse miljardair die het shirt van de club vasthoudt, gaat een waarschuwing schuil: maak winst voor mij, of anders … Als een grote club een binnenlandse competitie niet wint, of Champions League-voetbal – met zijn lucratieve meevallers – misloopt, dreigt al gauw een financiële ineenstorting.

    Ongetwijfeld heeft de Covid-pandemie dat spookbeeld naar de voorgrond gebracht, nu vrijwel alle grote clubs gevaarlijk veel schulden en weinig geldreserve hebben (ook al zijn ze uiteraard een pak beter af dan de kleinere clubs die niet van grote TV-deals kunnen genieten). Het legt echter ook een andere fundamentele leugen van het kapitalisme bloot: dat de vrije markt vrije concurrentie creëert, die innovatie en creativiteit zou stimuleren. Het tegendeel is waar: het leidt tot monopolies. Deze Super League is het Amazon of de Apple van de sport. Het ziet er misschien mooi en glanzend uit, maar het maakt meer kapot dan dat het creëert.

    Verzet van de fans

    De aankondiging van de Europese Super League zorgde voor massaal veel verzet onder de fans. Een poll onder Spurs-fans gaf aan dat 97% tegen de nieuwe supercompetitie was. De video van Gary Neville die op Sky Sports zijn afkeuring over de superliga brengt, is miljoenen keer bekeken op Twitter. Dit was overigens een moedig standpunt op een platform dat in handen is van Rupert Murdoch. De Facebook-pagina’s van de clubs zijn overspoeld met boze fans die ermee dreigen de ploeg die ze vaak al sinds hun kindertijd volgen niet langer te steunen. Een fan reageerde op Twitter: “Totdat mensen begrijpen dat we onder #kapitalisme geen leuke dingen kunnen hebben, zal dit blijven gebeuren. We zullen dingen blijven verliezen waar we om geven en gepassioneerd over zijn, en dit voor de winst van iemand anders.”

    Sommige commentatoren, zoals Gary Lineker, beweren dat dit gewoon een manoeuvre is van de grote teams om betere voorwaarden te krijgen van de UEFA voor televisierechten en sponsordeals. Dat valt nog te bezien, maar waar het hier om gaat, is dat ons spel wordt verhandeld door aasgier-kapitalisten, grote bedrijven en banken. Net als het spel zelf, worden wij gereduceerd tot louter toeschouwers, van wie wordt verwacht dat we opgeblazen prijzen betalen om de zakken van de elite te vullen.

    Radicale verandering nodig

    De UEFA, de officiële instantie van het Europese voetbal, heeft het voorstel veroordeeld. Maar de UEFA is hier als dokter Frankenstein: zij hebben het monster geschapen dat zich nu tegen hen keert. De corruptie en hebzucht die deel uitmaken van het DNA van de UEFA – koehandel achter de schermen om lucratieve sponsordeals of het recht als gastland cadeau te doen – maakten een ontwikkeling als deze onvermijdelijk. De UEFA is niet de vriend van de voetbalsupporter, net zo min als zij de verdediger van het mooie spel is.

    Zelfs als het huidige voorstel in de ijskast wordt gezet of als er een compromis wordt gesloten, is ons spel nog steeds in levensgevaar. Het moet worden bevrijd uit de handen van de kapitalisten. Clubs die eigendom zijn van de fans, waar de beslissingen van de club worden genomen door degenen die de club steunen, is de enige manier waarop voetbal kan worden gered. Dat lijkt nu misschien een utopie, maar het alternatief is toekijken hoe onze teams en ons spel worden vernietigd door mensen die zich door niets laten stoppen om winst te maken.

  • Suzanne Wrack: “Er is het gevoel dat het genoeg is geweest. Vrouwelijke voetballers in verzet”

    Foto: Wikimedia Commons

    Begin februari won Suzanne Wrack een prijs van de International Sport Press Association voor het onderzoek dat ze als sportjournaliste deed naar misbruik bij de Afghaanse voetbalfederatie. Anderhalf jaar nadat Suzanne in The Guardian het misbruik bij het Afghaanse vrouwenteam bekendmaakte, reageerde de FIFA dat het een onderzoek zou starten. Op 28 maart spreekt Suzanne op de conferentie van campagne ROSA en ALS. We spraken met haar over vrouwenvoetbal, gelijke lonen en het schandaal bij de Afghaanse voetbalfederatie.

    interview door Keishia Taylor

    Het wereldkampioenschap voetbal voor vrouwen vorig jaar kreeg eindelijk ruimere aandacht. Er was niet alleen het voetbal zelf, maar ook de campagne voor gelijke lonen en sterspeelster Megan Rapinoe die zowel op als naast het veld schittert. Hoe ervaar je deze ontwikkelingen?

    “Wat zo fantastisch was aan het voorbije wereldkampioenschap was dat de grote discussie over gelijke lonen samenviel met de opgang van het vrouwenvoetbal zelf en de bijhorende toename van investeringen. De Amerikaanse ploeg doorbrak het idee dat je voor gelijke lonen evenveel geld moet genereren als de mannenploeg: de Amerikaanse ploeg doet dat immers al sinds 2015! De kwestie is veel ideologischer dan dat: het gaat over de winsten voor de FIFA-top en een bijzonder langdurige neerwaartse druk op de lonen en voorwaarden van vrouwen, aangezien dit een invloed heeft op het geld dat overblijft voor henzelf en de mannenploegen.

    “Rapinoe zei na het tornooi dat ze ‘niet naar het f*cking Witte Huis gaat’. Dat zette haar in de schijnwerpers en toen werd aangekondigd dat het prijzengeld zou worden verdubbeld, zei ze dat het beter nogmaals zou verdubbelen. Ze speelt duidelijk een voortrekkersrol en uiteraard dwingt ze ook met haar voetbal enorm veel respect af. Mensen volgen vaak van dichtbij wat hun ploeg, waaronder hun nationale ploeg, doet. Het feit dat er een voortrekker is die ingaat tegen seksisme, racisme, … en voor positieve verbeteringen opkomt, is dan ook erg belangrijk en krachtig.

    “Er is het gevoel dat het genoeg is geweest. Net als in de wereldwijde feministische beweging zien we dat vrouwen opstaan en in verzet komen.”

    Denk je dat de spelers geïnspireerd zijn door andere bewegingen?

    “Niets bestaat op zichzelf en alles heeft een context. Ik denk dat de houdingen die in de samenleving bestaan, worden weerspiegeld in en door het voetbal. Ik zou zeggen dat Rapinoe zeker kijkt naar andere bewegingen en er inspiratie uit haalt. Dat zag je onder meer toen ze op de knieën ging zitten ter ondersteuning van Colin Kaepernick en dat soort dingen. Als je iets als #metoo ziet, denk ik dat het aangeboren solidariteit is. Alleen al door te voetballen breken vrouwelijke spelers met stereotypen en traditionele genderrollen. Ze doen dit op een manier die niet per se een bewuste politieke daad is, maar ze spelen wel een belangrijke rol.”

    Je bracht het #metoo verhaal in de Afghaanse voetbalwereld. Kan je ons daar iets over vertellen?

    “Ik had een jaar voordien enkele vrouwen uit Afghanistan geïnterviewd. Toen ik geruchten hoorde over vreselijke contracten zonder rechten, zocht ik contact met de speelsters en van daaruit benaderde ik de ploegmanager die me in contact bracht met enkele slachtoffers. Het was geweldig om als journalist een verhaal te kunnen publiceren dat een materieel effect had op de spelers, vooral omdat het rechtssysteem hen niet zou helpen. De spelers waren er erg op gebrand om de discussie te verbreden, om te zeggen dat dit ook elders gebeurt en om anderen te ondersteunen om naar voren te komen.

    “Voetbal is een onderdeel van de maatschappij, het zit niet in een vacuüm. #Metoo gebeurt overal, dus het idee dat het niet in de sport zou voorkomen, is belachelijk! Deze gevallen hebben altijd al bestaan, maar nu hebben we meer vertrouwen om ons uit te spreken over deze kwesties en ze aan te pakken. Er is een groeiend bewustzijn rond vrouwenrechten en over wat wel en niet aanvaardbaar is.”

     

  • Voetbal. Niet de supporters zijn het probleem, maar corrupte bedrijfsleiders en schimmige makelaars

    Foto: Ruaraidh GilliesThe revamped Main Stand Anfield, CC BY-SA 2.0, Link

    In de vroege uren van woensdag 10 oktober werd een hele resem topfiguren uit het Belgische voetbal uit hun bed gelicht in het kader van een onderzoek naar witwaspraktijken, fiscale fraude en matchfixing in de Jupiler Pro League, het hoogste echelon van het Belgische voetbal. Dit schandaal toont opnieuw aan hoe het kapitalisme een mooie sport tot op het bot kan doen verrotten en kapotmaken.

    Artikel door Tim (Gent) uit maandblad ‘De Linkse Socialist’

    Het onderzoek draait vooral rond Mogi Bayat en Dejan Veljkovic, twee topmakelaars die de voorbije jaren gigantische sommen geld hebben verdiend met spelerstransfers binnen het Belgische voetbal. Het gerecht wil nu weten of er bij de afhandeling van die deals sprake was van het witwassen van geld en het ontduiken van belastingen. Veljkovic wordt er bovendien ook van verdacht een rol te hebben gespeeld bij matchfixing in het kader van de degradatiestrijd van voormalig eersteklasser KV Mechelen. In dat kader werden een aantal bestuurders van die ploeg opgepakt, evenals topscheidsrechters Bart Vertenten en Sebastien Delferière. Spelersmakelaars, trainers, bestuurders van topploegen, spelers, scheidsrechters en sportjournalisten werden ondervraagd: de omvang van het onderzoek toont aan hoe diep de rottigheid in onze sport is genesteld.

    De traditionele media rolden over elkaar heen om op Emile Zolaanse wijze een beschuldigende vinger te verheffen naar diegene die zij medeplichtig of zelfs verantwoordelijk achten voor het corruptieleed in het voetbal: de voetbalsupporter. Ging er bij hen geen belletje rinkelen bij het zeer vreemde verloop van de degradatieduels tussen Eupen en Moeskroen of Mechelen en Beveren. Of, zoals hoofdredacteur Bart Eeckhout in het editoriaal van De Morgen schreef: “De zwakke link in de profsport, dat zijn eenvoudige supporters, zoals ik. Wij zijn het publiek voor wie de beren dansen […] Wij zijn uiteraard tegen corruptie, maar applaudisseren voor een kampioenschap waarbij zelfs de loting getrukeerd wordt.”

    Eeckhout verwijt supporters die hun club ondanks alle schandalen niet laten vallen zelf verantwoordelijk te zijn voor de corruptie. Vergeet de corrupte zakenmannen die zich als spelersmakelaar verrijken ten koste van spelers en de belastingen. Vergeet de Couckes en de Duchâtelets van deze wereld, de Qatarese oliesjeiks of Russische oligarchen die voetbal zien als een speeltje of de rest van hun zaken: de eigen winsten eerst. Vergeet Paul “botox” Gheysens van Ghelamco of Bart Verhaeghe, die vooral in het voetbal zitten om hun schimmige vastgoeddeals te organiseren. Het zijn de supporters, de gewone mensen die zich te veel laten verblinden door het mooie voetbalspel om de machinaties achter de schermen te doorzien.

    De supporters krijgen de schuld, de corrupte bedrijfsleiders en schimmige makelaars ontspringen de dans. Het kapitalisme heeft als eigenschap om overal een potentiële markt te zien: een plek om winsten te accumuleren. Het voetbal is een populaire sport: de schoonheid van het spel, de spanning, de emoties bij winst en verlies: het is voor miljoenen een uitlaatklep voor de hectische werkweek. De Couckes, Duchâtelets, Bayats, Gheysens of Verhaeghes van het voetbal zitten er echter niet om die reden. Voor hen is voetbal een investeringsmiddel, dat geld moet opbrengen. Als het geen geld meer opbrengt, laten ze hun ploeg in de steek om elders te investeren.

    Daarom kan corruptie hoogtij vieren in de voetbalwereld: er gaat veel geld in om en investeringen moeten verzekerd worden. Een degradatie is een financieel risico dat door het omkopen van een scheidsrechter kan vermeden worden.

    Supporters vertrekken van een heel andere basis: echte fans volgen hun ploeg in goede en slechte tijden. Er zijn de gloriemomenten: promoties, winnen van kampioenschappen of bekers, of gewoon die topwedstrijd tegen een aartsrivaal. Er zijn ook slechte momenten: het verliezen van die belangrijke wedstrijd, of zelfs degradatie. Maar de ploeg blijft bestaan, en de goede tijden zullen terugkomen.

    Tegenover het winstperspectief op korte termijn van de manager en makelaar stelt de supporter het langetermijnperspectief van het volgen van de club door dik en dun, vaak over vele generaties heen. Maar de behoeften van deze supporters zijn slechts bijzaak voor de kapitalisten die onze ploeg domineren, net zoals onze behoeften als arbeidersklasse slechts bijzaak zijn in de kapitalistische vrije markt in haar geheel.

    Corruptie in het voetbal en kapitalisme zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Daarom is elke poging om de voetbalsport te hervormen binnen een kapitalistische context gedoemd om te mislukken. Supporters moeten zich dus organiseren om hun ploegen weg te halen uit de klauwen van kapitalisten.

    Onze Engelse zusterorganisatie Socialist Party bracht enkele jaren geleden het boek “Reclaim the Game” uit, over de strijd van Engelse voetbalfans voor een democratisch voetbal. Daarin staan een aantal ideeën over hoe dit kan gerealiseerd worden: sportclubs en federaties onder democratische controle van spelers, supporters, stafleden en de lokale gemeenschap. Een eerlijke en correcte verdeling van TV-rechten en commerciële inkomsten over alle afdelingen van de voetbalcompetitie heen. Lage toegangsprijzen in stadia, correcte en eerlijke verloning voor alle professionele sporters. Zo’n eisenpakket kan de start zijn voor de organisatie van de strijd door supporters over verschillende clubs heen. Een strijd die uiteindelijk het kapitalisme zal moeten omvergooien, en moeten vervangen door een democratisch socialisme waarin alle rijkdommen democratisch beheerd worden, en sport terug ten dienste kan staan van de sporters en hun fans.

  • Ook dat was mei ‘68: bezetting van de hoofdzetel van de Franse Voetbalfederatie

    Foto: “VOETBAL AAN DE VOETBALLERS!” Spandoek aan de voorgevel van de hoofdzetel van de Franse Voetbalfederatie op 22 mei 1968. Nog iets hoger hing een andere met het opschrift: “DE FEDERATIE is EIGENDOM VAN DE 600.000 VOETBALLERS”

    Op 22 mei 1968 begon de bezetting van de hoofdzetel van de ‘Fédération française de football’ (FFF). Gedurende zes dagen werd de FFF het discussieforum over de manier waarop men voetbal organiseert en speelt. We komen terug op deze weinig bekende gebeurtenis, die  opnieuw het veralgemeende karakter van die maand van revolutie illustreert, evenals de noodzaak om anders te gaan nadenken over een wereldwijde sport die, toen reeds, een existentiële crisis doormaakte.

    Door Stéphane Delcros

    Tegenstellingen in de samenleving en in het voetbal

    Het begin van de jaren 60 betekende een keerpunt in het professionele voetbal dat reeds de weg op ging van steeds scherpere tegenstellingen. Onder druk van steeds grotere financiële belangen werd de sector steeds rijker, al was het nog niet zo doorgedreven als vandaag. Frankrijk liep iets achter in deze ontwikkeling, maar het kende dezelfde tendens bovenop een ouderwetsheid zowel in het professionele als amateurvoetbal.

    Zoals een beetje overal concentreerde de toestromende rijkdom bij slechts een handvol mensen, vooral de besturen van de grote clubs en federaties. De grootste stervoetballers van die tijd verdienden nauwelijks meer dan het minimumloon. Professionele spelers werden vooral ook van hun ‘vrijheid’ beroofd. De voetballer moest een ‘levenslang contract’ tekenen (tot diens 35 jaar) met zijn club. Die kon op haar beurt over alles beslissen: van een transfer naar een andere club of een unilaterale vermindering van het loon. De Franse international Raymond Kopa, drievoudig winnaar van de Europacup voor landskampioenen met Real Madrid en één van de groten van het tijdperk, vergeleek professionele spelers in 1963 met “slaven”. Het zou hem een schorsing van 6 maanden opleveren. Er bestonden ook andere maatregelen: de voetbalpraktijk beperkte zich destijds tot 8 maand per jaar (oktober-mei) en de “B-licentie” beperkte zeer sterk transfers in het amateurvoetbal. Die licentie verbood aan getransfereerde spelers mee te spelen in de eerste ploeg van zijn nieuwe club gedurende het eerste jaar na de transfer.

    Zoals Mickaël Correia het onderlijnde in ‘Une histoire populaire du football’ (La découverte, 2018) streden enkele mensen uit de voetbalwereld al jaren tegen de autoritaire instellingen en hun beleid en voor meer democratie en vrijheid. Ook zo bij het tegendraadse voetbalmagazine ‘Le Miroir du football’, gelinkt aan de Parti Communiste maar zonder dat de redactieploeg er lid van was waardoor ze zich een zekere vrijheid kon permitteren.

    ‘Het voetbal aan de voetballers’ teruggeven

    Op 22 mei 1968, opgezweept door het revolutionaire klimaat, gaan journalisten van ‘Mirroir du football’ en hun hoofdredacteur François Thébaud met enkele tientallen amateurvoetballers over tot een vreedzame bezetting van de hoofdzetel van de FFF in Parijs. Twee professionele spelers, André Merelle en Michel Oriot, van Red Star FC (toen nog in Division 1, vandaag kersvers kampioen van National, waardoor het volgend seizoen uitkomt in Ligue 2) sluiten zich aan bij de bezetting.

    Het personeel wordt ontzet, de ingang gebarricadeerd, een rode vlag gehesen en spandoeken opgehangen aan de voorgevel. Een bezettingscomité wordt opgezet en een programmapamflet gepubliceerd waarvan de inleiding uitriep: “Het voetbal aan de voetballers! Voetballers van verschillende clubs van de regio Parijs, we hebben beslist vandaag de zetel van de Fédération Française de Football te bezetten. Zoals de arbeiders hun fabrieken bezetten. Zoals de studenten hun faculteiten bezetten. WAAROM? Om aan 600.000 Franse voetballers en aan hun miljoenen vrienden terug te geven wat hen toebehoort: het voetbal dat de potentaten van de Fédération hen bestolen hebben om hun egoïstische belangen te dienen als profiteurs van de sport.”

    Zoals hierboven beschreven waren het gebrek aan inspraak en de oproep tot meer vrijheid voor de spelers de voornaamste eisen van de opstandelingen, tegen de ijzeren greep van de besturen, de “potentaten”, die hun eigen belangen diende. Dit naast andere onderwerpen zoals het gebrek aan terreinen om de sport te beoefenen: in de regio Parijs was er gemiddeld slechts één terrein per vier clubs.

    Een forum voor discussie over voetbal en de maatschappij

    Tijdens de zesdaagse bezetting dienden de lokalen van Avenue d’Iéna 60bis als een werkelijke agora, ingebed in de veralgemeende revolte van mei 1968. Gelinkt aan de wereld van de sport of niet, iedereen was uitgenodigd op de hoofdzetel van de FFF. Ten opzichte van de grootte van de revolte in de samenleving tijdens die dagen van eind mei en gezien de afgelegen ligging, zouden ze nooit met erg veel zijn (de hoofzetel van de FFF situeerde zich in het 16e arrondissement, een rijke wijk weg van het epicentrum van de revolutionaire gebeurtenissen). Toch kwamen er spelers en clubs van zowat overal deelnemen aan de ene of andere dag van de bezetting. Alle problemen in de samenleving en de gevolgen hiervan voor het voetbal konden er besproken worden en er werden oplossingen voorgesteld. Het was ook een plaats van discussie over tactieken rond speelvelden, over de wereld en omgeving van alles wat met voetbal te maken had. Het waren enkele rijke dagen van uitwisselingen, van die dagen waarop je meer beleeft dan soms op tien jaar.

    Er werd veel gesproken over hoe de sport veranderde door de toevloed van kapitaal dat enkel gericht was op rendement en resultaat, in plaats van sport voor het mooie spel en het plezier centraal te stellen. Sinds enkele jaren was het kwalitatief en mooi offensief voetbal steeds meer vervangen door aandacht voor efficiëntie met oog op het uiteindelijke resultaat. De wensen van commerciële bedrijven speelden daar een grote rol in.

    De gevestigde media waren niet mals voor de bezetting van de Franse voetbalfederatie. Gespecialiseerde conservatieve kranten als ‘L’Equipe’ en ‘France Football’ stelden dat voetbal “apolitiek” moest blijven. De krant ‘L’Humanité’ van de Parti Communiste Français (PCF) zag in de bezetting, net als in veel evenementen tijdens die maand van revolutie, een ultralinks avontuur rond een secundaire kwestie.

    Keerpunt voor de organisatie van het voetbal

    Deze bezetting heeft niet voor fundamentele verandering gezorgd. Er wordt vandaag bewust heel weinig over die gebeurtenissen gesproken, maar ze vormden toch een keerpunt voor het Franse voetbal. In de daarop volgende maanden werden de “B-licentie”, het voetbalseizoen van 8 maanden en het levenslang contract afgeschaft. Er kwam ook meer vertegenwoordiging in de leidinggevende instanties. Deze maatregelen werden uiteraard niet louter door de bezetting van de FFF bekomen, het was een gevolg van de volledige evolutie in de samenleving als gevolg van de periode van contestatie. Op die enkele dagen van de bezetting van de FFF werden enkele ideeën gevestigd die de basis vormden voor een bepaalde visie op voetbal. Dit speelde zeker een rol in de stakingen van voetbalspelers in de daarop volgende jaren, zoals die van december 1972 tegen restrictieve maatregelen van de FFF.

    Verschillende voetbalclubs namen elementen van die visie over als basis voor hun werking. Zo waren er verschillende clubs die als min of meer zelf beheerd collectief werkten waarbij de stijl van het spel voorging op het resultaat. (1) In de jaren 1970 hebben een aantal van die Franse clubs, spelers, opleiders en journalisten de Mouvement Football Progrès (MPF) opgezet die een rol zou spelen in het verzet tegen de FFF.

    De wind van revolutie was in 1968 niet alleen in Frankrijk voelbaar. In de jaren erna ontstonden zowat overal in de wereld initiatieven voor een ‘ander voetbal.’ Zo is er de ervaring van de ‘Corinthiaanse democratie’ in Brazilië. Dat is wellicht het bekendste voorbeeld en ook het meest verregaande. Tijdens de militaire dictatuur begin jaren 1980 werd de ploeg SC Corinthians Paulista collectief beheerd door de spelers. De Braziliaanse international Sócrates speelde daar een grote rol in. Tot aan de val van de dictatuur ging de club in tegen het bewind en tegen de verantwoordelijken van andere clubs die de dictatuur steunden. Op het terrein en tijdens de trainingen beslisten de spelers op democratische wijze over alles: aanstelling van trainers, versterking van de ploeg, voorbereiding van wedstrijden, … Ze werden hierdoor binnen de voetbalwereld een symbool van wat mogelijk is in de volledige samenleving.

    Vandaag: weg met extreem hoge lonen, voor een sport die voor iedereen toegankelijk is!

    Heel wat profspelers hebben vandaag extreem hoge lonen en premies. Hun inkomen is lichtjaren verwijderd van het gemiddeld inkomen van gewone werkenden. Deze situatie is schrijnend en weerzinwekkend voor heel wat voetballers en supporters, maar ook voor mensen die zich omwille van deze reden van voetbal afkeren. Het is belangrijk dat we ons niet richten tegen de spelers in kwestie, maar we moeten wel de ontsporing van de toplonen aanklagen en naar manieren zoeken waarmee we dit systeem kunnen veranderen.

    De overgrote meerderheid van de voetballers, waaronder veel profs, heeft geen toegang tot die vetpotten. De internationale spelersvakbond FIFPro publiceerde eind 2016 een “Internationaal rapport over werk”. (2) Daarin staan de resultaten van een nooit gezien onderzoek onder 14.000 professionele spelers in 54 landen en 87 competities. De superrijke voetballers (720.000 dollar per jaar en meer) zijn slechts goed voor 2% van de beroepsgroep. Het gemiddelde netto maandloon situeert zich tussen 1.000 en 2.000 dollar. 45% van de professionele voetballers verdient minder dan 1.000 dollar per maand, 21% zelfs minder dan 300 dollar. Het onderzoek geeft ook aan dat 41% van de voetballers de afgelopen twee seizoenen te maken kreeg met laattijdig uitbetaald loon. We mogen ons nooit blindstaren op het topje van de ijsberg…

    Een groot deel van de professionele voetbalsector heeft het moeilijk. Subsidies gaan voornamelijk naar de grootste clubs, die ook de rijkste private sponsors aantrekken en kunnen rekenen op geld van uitzendrechten van wedstrijden op televisie. De situatie in veel clubs is soms onhoudbaar. Een faillissement treft spelers, personeelsleden, vrijwilligers en supporters. Er is natuurlijk een effect van de economische crisis, maar ook van het brutale besparingsbeleid waardoor heel wat subsidies verdwenen zijn en eventuele sponsors twee keer nadenken vooraleer ze in een kleine club investeren. Concurreren met de omvangrijke middelen van de grootste clubs wordt hierdoor onmogelijk. De situatie in het amateurvoetbal is nog complexer. Daar zijn er veel clubs die zelfs niet genoeg middelen hebben om een defibrillator te kopen.

    Onze sport terug opeisen!

    De cultus van de overwinning, die van het resultaat voor de stijl, die aangeklaagd werd door de bezetters in mei ’68 is er vandaag nog steeds. De problemen waarmee veel spelers kampen zijn er eveneens nog. De voetbalwereld is nog meer een weerspiegeling van de kwalijke gevolgen van de kapitalistische samenleving.

    Het is niet nuttig om nostalgisch te zijn over ‘het voetbal van vroeger.’ In de jaren 1960 was voetbal geen paradijs. We moeten integendeel de strijd aangaan tegen de huidige problemen en opkomen voor een echt ‘modern’ voetbal dat ons toebehoort, de spelers, supporters, vrijwilligers en personeelsleden van de clubs en de sector. Dan kunnen de betrokken mensen beslissen over wat nodig is voor hun sport.

    Voetbal en sport staan uiteraard niet los van de samenleving. Dat werd ook benadrukt door de bezetters van de FFF in mei ’68. Opkomen voor verandering in de wijze waarop sport georganiseerd wordt, is niet enkel een zaak voor spelers en fans. In deze samenleving kan de minste stap vooruit snel ongedaan gemaakt worden door de elite indien de economische en ideologische basis van de samenleving niet verandert. De volledige samenleving moet veranderen: het kapitalistische systeem dat alles en iedereen tot handelswaar maakt en het individualisme als stelregel oplegt, moet weg. Een collectieve manier van beheer en beslissingen is nodig om de behoeften van iedereen centraal te stellen.

    [divider]

    Voetnoten

    (1) Over de ervaring van Stade Lamballais, lees: ‘‘Lamballe au centre’’, So foot, Mai 2018, p86-89.

    (2) Le Rapport mondial sur l’emploi 2016, 29 november 2016, https://www.fifpro.org/actualites/la-plus-grande-enquete-jamais-menee-sur-le-football/fr/

    Wie meer wil lezen:

    • Les enragés du football, Faouzi Mahjoub, Alain Leiblang, François-René Simon, Calmann-Lévy, 2008.
    • Une histoire populaire du football, Mickaël Correia, La Découverte, 2018.
  • Verkiezingen voor de FIFA-leiding. Haal big business weg uit onze sport!

    Het voorbije jaar werd gekenmerkt door tal van schandalen in de hoogste kringen van de voetbalinstellingen. Aan de top van die instanties hopen velen dat 2016 anders zal worden en dat de voorzittersverkiezingen in de FIFA het begin vormen van een nieuw tijdperk. Alleen gelooft niemand daar nog echt in.

    Artikel door Stephane Delcros

    Sommigen stelden hem voor als de ‘witte ridder’ die het blazoen van de internationale voetbalfederatie terug zou oppoetsen na het vertrek van Sepp Blatter. Maar ook de Franse voormalige international Michel Platini moest uiteindelijk afhaken. Eind december werd hij net als Blatter voor acht jaar geschorst omdat hij een dubieuze betaling van 1,8 miljoen euro had ontvangen. Platini was ook mee verantwoordelijk voor wapenfeiten als het toekennen van de wereldbeker voetbal aan Qatar in 2022.

    Wat na Blatter en Platini? Sommigen zeggen dat ze de FIFA willen hervormen, maar geen enkele van de vijf kandidaat-voorzitters vertegenwoordigt de belangen van de voetballiefhebbers. Ze zijn allemaal producten van het institutionele systeem van de FIFA en de continentale voetbalfederaties. De enige uitzondering is Tokyo Sexwale, een voormalige ANC-minister die in de regering zat tijdens het bloedbad onder de mijnwerkers van Marikana in 2012. Sexwale is een multimiljonair en zakenman die rijk werd in de mijnbouw, vastgoed en het financiewezen.

    De twee favorieten steunen beiden Michel Platini na zijn schorsing. De eerste is sjeik Salman al-Khalifa, een lid van de koninklijke familie van Bahrein en voorzitter van de Aziatische voetbalfederatie. Hij speelde een actieve rol in de bloedige onderdrukking van de volksopstand in Bahrein in 2011. De tweede favoriet is de Zwitser Gianni Infantino, de algemeen secretaris van de Europese voetbalfederatie UEFA en sinds jaar en dag de rechterhand van Platini.

    Weinige verwachten een ‘witte ridder’ die de FIFA kan hervormen, de FIFA kan niet hervormd worden. De algemeen verspreide corruptie is niets anders dan het resultaat van het kapitalisme. Deze corruptie is slechts een beperkt onderdeel van het ongebreidelde winstbejag van de hoogste voetbalinstanties die zich niet laten hinderen door rampzalige sociale gevolgen van beslissingen zoals die om de wereldbeker van 2022 in Qatar te houden. Er vielen daar al honderden doden, binnenkort zullen het er duizenden zijn, bij de bouw van voetbalstadia. Dat vat de situatie goed samen.

    De sport wordt om zeep geholpen door het economisch systeem dat gericht is op individuele prestaties in de jacht op steeds grotere winsten. We zagen dit onder meer met de recente onthullingen van dopinggebruik in de atletiek of van verkochte wedstrijden in het tennis. In beide gevallen waren de verantwoordelijken van de sportinstanties al lange tijd op de hoogte van de problemen, maar deze werden toegedekt.

    De echte liefhebber van voetbal en sport in het algemeen – of het nu spelers, vrijwilligers of supporters zijn – moeten hun sport uit de handen van big business en hun volgzame managers halen. Dit vereist een strijd voor een andere samenleving. De FIFA hervormen is een illusie, net zoals het een illusie is dat we het kapitalisme kunnen hervormen. We komen op voor een ander systeem, met voetbal zonder FIFA.

  • Let’s Kick FIFA out of football – de smerigheid komt uit alle poriën van het systeem

    Fifa_kickFIFA-topman Sepp Blatter is uiteindelijk toch opgestapt. Hij zegt dat hij zal aanblijven tot een congres een opvolger verkiest. Hij ontkent iedere betrokkenheid bij de corruptieschandalen in zijn organisatie, maar Blatter slaagt er evenmin in om uit te leggen hoe het mogelijk was dat hij dan de grote sommen smeergeld van de FIFA de afgelopen jaren niet opmerkte.

    Artikel door Suzanne Beishon

    “Corruptie is alomtegenwoordig, gebeurt stelselmatig en dit zowel in het buitenland als hier in de VS”, verklaarde de Amerikaanse procureur-generaal Loretta Lynch. Toch was de wereld niet zozeer geschokt door de beschuldigingen tegen de 14 hooggeplaatste voetbalbobo’s maar wel door het feit dat er eindelijk tegen opgetreden werd.

    De afgelopen decennia zou er minstens 150 miljoen dollar aan smeergeld betaald zijn aan twee generaties van toplui die hun posities zouden misbruikt hebben om “miljoenen dollars aan smeergeld en wederdiensten” binnen te rijven, stelde Lynch.

    “En het heeft een veelheid aan slachtoffers schade toegebracht, van jongerenliga’s en ontwikkelende landen die voordeel moesten halen uit de inkomsten uit de commerciële rechten van deze organisaties, tot de supporters thuis en doorheen de wereld wier steun aan het spel die rechten waardevol maakt.”

    Naast de arrestaties en de scherpe veroordeling door de FBI werd bekend dat Zwitserland een afzonderlijk strafonderzoek start naar de toekenning van de Wereldbekers van 2018 en 2022 aan Rusland en Quatar.

    Het nieuws kwam aan de vooravond van het 65e Wereldcongres van de FIFA en de voorzittersverkiezingen. Supporters doorheen de wereld waren opgelucht dat de schijnbaar ongenaakbare positie van de organisatie dan toch onder vuur kwam te liggen.

    De FIFA en voorzitter Sepp Blatter tot vlak voor zijn ontslag probeerden het positief voor te stellen. Ze stelden dat de FIFA het slachtoffer was van een heksenjacht. Tijdens de herverkiezing van Blatter voor een vijfde termijn, amper enkele dagen voor zijn ontslag, beweerde hij op perverse wijze dat hij sinds zijn eerste voorzitterschap in 1998 werkte aan het opkuisen van het voetbal.

    Moeten we echt verbaasd zijn van de corruptie in het toporgaan van deze lucratieve sport? Sinds de opkomst van de neoliberale deregulering en globalisering was het vanzelfsprekend dat deze populaire sport die miljoenen supporters telt gebruikt werd om de winsten op te krikken. De toegangsprijzen stegen, er kwamen onderhandelingen over dure televisie- en sponsorcontracten. Het voetbalspel werd afgestemd op een wereldwijde markt.

    Hierdoor kwam de sport steeds meer in handen van de superrijken en machtigen die topclubs opkopen zonder er banden mee te hebben. De club wordt opgekocht voor persoonlijk plezier en vooral om er winst te maken. De corruptie en enorme rijkdom aan de top van de voetbalsport gaat ten koste van de gewone fans. Het is een weerspiegeling van wat in de samenleving in het algemeen gebeurt met een kleine toplaag – het aantal miljardairs verdubbelde sinds het begin van de economische crisis. De inhaligheid van de kapitalisten verpest steeds meer de sport op zich.

    Veel supporters zijn blij met de Amerikaanse en Zwitserse onderzoeken naar de corruptie bij de “maFiFa”. Maar we kunnen niet op die onderzoeken vertrouwen om de voetbalsport terug op te eisen.

    Het is veelzeggend dat de corruptie en het smeergeld een streep door de Wereldbeker van 2022 in Quatar dreigen te trekken, terwijl de wraakroepende stijgende dodendtol onder migrantenarbeiders dat niet deed. Als het tornooi in Quatar doorgaat, zullen er naar schatting 62 doden gevallen zijn voor elke wedstrijd in het tornooi.

    De realiteit is dat geld onder het kapitalisme meer waard is dan mensenlevens. Gewone supporters zullen de volkse sport uit de handen van de grote bedrijven moeten halen en de sport terug zelf opeisen.

  • Kan de FIFA nog hervormd worden? Haal commercie uit sport!

    “Wanneer de sport een industrie wordt, wordt de schoonheid die bloeit in het plezier voor het spel tot de wortel uitgerukt”

    Artikel door Tim (Brussel)

    Op 29 mei organiseert de FIFA voorzittersverkiezingen. Huidig voorzitter Sepp Blatter neemt het dan op tegen drie andere kandidaten, die elk beloven te breken met de corruptie en het financieel wanbeleid van de voetbalorganisatie. Eén ding is echter duidelijk: niemand die gelooft dat de FIFA wel hervormd kan worden.

    Ten eerste is de kans klein dat iemand anders dan Sepp Blatter na 29 mei op de voorzittersstoel zal plaatsnemen. De voorzitters van zowel de Aziatische als de Afrikaanse continentale confederaties gaven al aan dat hun lidstaten in blok voor Blatter zullen stemmen. De Afrikaanse confederatie CAF en haar voorzitter Issa Hayatou liggen al jaren in het oog van de storm wegens beschuldigingen van wijd verspreide corruptie. Zo zou Hayatou smeergeld ontvangen hebben in ruil voor zijn steun voor de toewijzing van het WK voetbal aan Qatar in 2022. Onder Sepp Blatter werden de resultaten van het officieel onderzoek naar die beschuldigingen door de FIFA onder de mat geveegd. Is de steun voor zijn kandidatuur als FIFA-voorzitter door de CAF een betaling voor bewezen diensten?

    Dat er bij de FIFA een aantal zaken mislopen, is een eufemisme. De organisatie heeft de voorbije jaren grof geld verdiend aan het commercieel uitbuiten van de meest populaire sport ter wereld. Ethische overwegingen moesten daarbij plaats ruimen voor het winstbejag. Aan het wereldkampioenschap voetbal in Brazilië verdiende de FIFA zo’n 4 miljard dollar, liefst 66% meer dan bij het WK in 2010 en een bedrag dat groter is dan het BBP van de 34 armste landen in de wereld. De FIFA is dan ook een machtige organisatie. Landen die het WK willen organiseren moeten beloven FIFA een belastingvrij statuut te geven, en desnoods wetten te veranderen die niet naar de zin zijn van de sponsors van het WK. De FIFA gaat lopen met de winsten, de kosten voor de WK’s zijn ten laste van de staatskas van de organisatoren. Brazilië spendeerde aan infrastructuur alleen al meer dan 11,6 miljard euro of 61% van het onderwijsbudget van dat land. Stadionbouw in Brazilië, Zuid-Afrika, Rusland en Qatar ging gepaard met torenhoge corruptie, en gebruik van soms regelrechte slavenarbeid. Als er doden vielen door de slechte werkomstandigheden, waste de FIFA haar handen in onschuld.

    Het is dan ook niet te verwonderen dat de belangrijkste campagneslogan van de voormalige voetbalster Luis Figo, een van de tegenstanders van Blatter bij deze verkiezingen, “Hervorm de FIFA” is. We moeten echter duidelijk zijn: de FIFA hervormen is een illusie. Figo’s beweegredenen mogen misschien oprecht zijn, zijn uitspraken doen denken aan de oproep van IMF-voorzitter Christine Lagarde tijdens het Wereld Economisch Forum in Davos voor een ‘eerlijker en rechtvaardiger’ kapitalisme. Hiermee creëerde ze de illusie dat een hervormd kapitalisme zonder uitbuiting en armoede mogelijk is. Zowel voor FIFA als voor het kapitalisme geldt echter dat zulke hervormingen onmogelijk zijn.

    Binnen het kapitalisme wordt een populaire sport zoals het voetbal al snel het speelterrein van op winst beluste bedrijven en malafide figuren. Duistere investeringsgroepen handelen in voetbalploegen zoals ze op de beurs zouden spelen. Clubtradities, de ervaringen van de fans voor wie hun ploeg vaak een groot deel van hun leven is, en zelfs het voortbestaan van de clubs zijn daarbij van secundair belang.

    De onlangs overleden marxistische auteur Eduardo Galeano schreef in zijn meesterwerk ‘Glorie en Tragiek van het voetbal’: “Wanneer de sport een industrie wordt, wordt de schoonheid die bloeit in het plezier voor het spel tot de wortel uitgerukt.” Zijn boek is een uitdrukking van de liefde die miljoenen mensen over de hele wereld delen voor de voetbalsport, de schoonheid van het spel op zich, maar ook hoe dat spel wordt misbruikt door kapitalisten om er schaamteloos winst uit te halen.

    De FIFA is binnen het kapitalisme een onvermijdbaar bijproduct van het voetbal. Net daarom is elke poging tot hervorming van deze organisatie binnen dit systeem gedoemd om te mislukken. Om het voetbal te bevrijden van de FIFA, zullen we de mensheid moeten bevrijden van het kapitalisme. Pas in een socialistische maatschappij, waarin de rijkdommen onder democratisch beheer staan van de hele bevolking, en de clubs onder beheer van fans en spelers, kunnen we werk maken van een nieuwe internationale voetbalfederatie die zich baseert op het respect voor de sport, eerder dan op een drang naar winst.

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop