Your cart is currently empty!
Tag: regering-Jambon
-
‘Sociale barometer’ toont nood aan actieve strijd voor maatschappijverandering

Actie van zorgpersoneel op 7 december COVID-19 legde rond de jaarwisseling nogmaals de zwakke positie van de verschillende regeringen in dit land bloot. Zowel de Vlaamse, Waalse, Brusselse als federale regering struikelen over hun eigen voeten en de stabiliteit is zoek.
Edito door Michael uit maandblad De Linkse Socialist
Slecht cabaret is geen cultuurbeleid
Het protest van de culturele sector op 26 december en de dreiging van burgerlijke ongehoorzaamheid dwongen de politici om terug te komen op hun beslissing om enkel voor die sector nieuwe beperkende maatregelen in te voeren. De cultuursector was natuurlijk al op haar hoede. De woede beperkte zich niet tot de nieuwe reeks maatregelen die vlak voor de kerstdagen werd afgekondigd. De sector staat symbool voor een COVID-beleid dat bepaald wordt door de winstbelangen. Cultuur wordt als een optioneel luxeproduct gezien, dat gemakkelijk kan gesloten worden. De intrekking van de maatregelen onder druk van het protest volstaat overigens niet voor vele kleine vissen in de sector. Een bioscoopmultinational kan gemakkelijker sluiten en heropstarten dan een kleine theatergroep.
De verantwoordelijkheid voor de nieuwe maatregelen lag bij alle regeringen, ook de federale regering rond de tandem De Croo-Vandenbroucke. In tegenstelling tot politici als Paul Magnette, die onder druk van de acties sprak over een collectieve vergissing (maar toch vooral naar de cultuurministers wees), probeerde Jan Jambon, minister van cultuur en Vlaams minister-president, niet eens de schijn hoog te houden dat hij om de cultuursector geeft.
Jambon spreidde dezelfde neoliberale productieve visie op “maatschappelijke relevantie” ten toon wanneer hij de laatste week voor de kerstvakantie in het lager onderwijs beschreef als “een week met weinig pedagogische impact” wegens beperkt tot “een kerstfeestje hier, wat voorlezen daar en wat weet ik nog allemaal”. Jambon moest antwoorden op de vele reacties. Hij deed dit met de verduidelijking “dat je in die laatste week toch wat minder bezig bent met kennisoverdracht”. Ontplooiing en pedagogie moet voor de N-VA vooral economisch relevant zijn. Een kans om leerkrachten af te schilderen als potverteerders, laat de partij ook nooit liggen.
Alle regeringen zijn zwak en verdeeld
Terwijl Jambon zo de Vlaamse regeringspartners in verlegenheid bracht, was het aan Waalse zijde verdeeldheid troef. Het liberale rechts populisme van Georges-Louis Bouchez duwde hem zo ver in de provocatie dat hij begin december de Waalse regering op het spel zette. De PS voelt de hete adem van de PVDA/PTB in haar nek en wil iets binnenhalen om zich progressief op het sociaaleconomische terrein te profileren. De fiscale hervorming die daarvoor moest dienen, werd door Bouchez afgeschoten. Het leverde het ontslag op van een van zijn eigen ministers, Waals minister van begroting Crucke, die een lucratieve zetel in het Grondwettelijk Hof in de plaats krijgt. Het illustreert de spanningen tussen PS en MR op Waals niveau en zet bij uitbreiding druk op Vivaldi. Ondertussen zetten discussies over onder meer mobiliteit de Brusselse regering onder hoogspanning.
Vivaldi kwam op een specifiek moment tot stand: de gezondheidscrisis duwde enkele neoliberale heilige huisjes naar de achtergrond en versterkte de roep naar een stabiele regering. Dat moest een regering mogelijk maken zonder al te grote provocaties aan het adres van de arbeidersbeweging. De politieke stabiliteit is echter al langer zoek. Het krediet van alle politieke instellingen van het kapitalisme kreeg zware klappen de voorbije jaren. De traditionele partijen raken steeds meer uitgehold. Bovendien komt er op rechts concurrentie van het trumpisme.
Het mag de arbeidersbeweging echter niet ontgaan dat de instabiliteit van de politieke vertegenwoordigers van het systeem in laatste instantie veroorzaakt wordt door de dreiging van sociaal protest. Het cultuurprotest was er een uitdrukking van. De polarisatie tussen Bouchez en de PS wordt versterkt door de verdere groei van de PVDA langs Franstalige kant. Ook in Vlaanderen is de regering, en in het bijzonder de N-VA, kwetsbaar voor sociale strijd. Strijd plaatst immers de eisen van de werkende klasse op de agenda, wat rechts populisme in het defensief duwt. Het is het beste vaccin tegen trumpisme.
Arbeidersbeweging moet handelen
Alle onderdelen in de sociale barometer van de werkende klasse gaan in het rood. De snel stijgende prijzen, in het bijzonder voor zaken waar werkenden en armen gemiddeld een groter deel van hun budget aan besteden zoals energie en huisvesting, zetten onze levensstandaard onder druk. Jaren van besparingen hebben openbare diensten tot op het bot ondermijnd. Gezonde leefomstandigheden zijn voor de winstbelangen van het grote kapitaal een even overbodig luxeproduct als cultuur en ontspanning. Alle crisissen van dit systeem versterken elkaar en maken dat elke eenvoudige eis die we stellen al gauw botst met het volledige systeem.
Als de sociale barometer iets duidelijk maakt, is het de noodzaak van sociale strijd. De vakbonden haalden op een week tijd 25.000 handtekeningen op met een petitie voor het veranderen van de loonnormwet die onze lonen in een dwangbuis steekt en voor het behoud van de index. De petitie kan de aanzet zijn om te mobiliseren naar nieuw massaal straatprotest. Zo’n campagne wordt best gekaderd in een actieplan dat opbouwt van petities, informatiecampagnes en betogingen naar stakingen. De PVDA-actie van 27 februari onder de noemer ‘Basta’ kan dat versterken. Een grote mars voor betaalbare energie, degelijke lonen en sterke openbare diensten (waaronder de zorg) kan helpen om die thema’s centraal te stellen en om de discussie aan te gaan over onze eisen en wat nodig is om deze af te dwingen.
Tijdens de pandemie kreeg de werkende klasse opnieuw een gezicht: het zijn de werkenden die alles doen draaien. Het zijn de werkenden die bij elke ramp meteen de solidariteit organiseren, ook waar de overheden afwezig blijven of compleet tekort schieten. Het zorgpersoneel, maar ook ander essentieel personeel, kreeg een reusachtige steun in de publieke opinie. De tekorten als gevolg van jarenlange onderinvesteringen zijn stilaan voor iedereen duidelijk. “Corona heeft pijnlijk duidelijk gemaakt wat wij al lang weten: de zorg is kapotbespaard”, merkte een zorgkundige op in het populaire weekblad ‘Dag Allemaal’.
Terwijl de werkenden alles doen draaien, kijken de bazen en hun woordvoerders al naar manieren om de gevolgen van hun crisis op ons af te wentelen. Zelfs de index wordt opnieuw in vraag gesteld, van een indexsprong tot verder gepruts aan de index waardoor die nog meer achterloopt op de reële prijsstijgingen. In december stond de inflatie op 5,71% op jaarbasis terwijl de gezondheidsindex 5,21% bedroeg. Als de werkende klasse niet reageert, zal het patronaat in de aanval gaan. Zwakheid zet aan tot agressie.
Systeemverandering
De werkende klasse staat potentieel echter bijzonder sterk. De noden worden algemeen begrepen en doorheen actie wordt solidariteit steeds versterkt. Het breken van de loonwet, verhoging van het minimumloon tot 14 euro per uur, behoud en versterking van de index en de sociale zekerheid, een massaal investeringsplan in de zorg en het onderwijs (alsook andere openbare diensten), energie in publieke handen om de prijzen met de gemeenschap te controleren en een groene transitie mogelijk te maken … het zijn stuk voor stuk eisen die de werkende klasse kunnen motiveren en mobiliseren.
Om onze eisen af te dwingen, moeten we tegen het volledige systeem ingaan. Kapitalisme betekent dat de tien rijksten tijdens de pandemie hun vermogen zagen verdubbelen, terwijl er wereldwijd 160 miljoen armen bijkwamen. De tien rijksten werden 15.000 dollar per seconde rijker. Neen, niet onze lonen zijn het probleem. Het is de accumulatie van rijkdom bij een kleine elite die onze inkomens en onze leefomstandigheden onder druk zet. Beeld je in wat er mogelijk wordt indien de beschikbare middelen op deze planeet democratisch aangewend worden om voor iedereen een gezond en degelijk leven te garanderen. Hiervoor is strijd nodig: socialistische verandering zal ons niet gegeven worden door de superrijken, we zullen er ons voor moeten organiseren en de strijd aangaan zodat eindelijk het doek valt voor het kapitalisme.
-
Regering-Jambon bespaart alsof er nooit een pandemie was

De coronacrisis toonde de tekorten in de zorg en het onderwijs. Internationaal werd het besparingsbeleid deels opzij geschoven om plaats te maken voor publieke investeringen. Dit alles is reeds lang vergeten in de regering-Jambon. Die wil 900 miljoen besparen, waarbij sterk gekeken wordt naar welzijn (100 miljoen) en onderwijs (100 miljoen). De regering-Jambon maakt duidelijk dat ze niets, maar dan ook helemaal niets, leerde uit de pandemie.
Jambon stelde dat een begroting in evenwicht het belangrijkste was en dat dit nu eenmaal niet kan zonder dat het pijn doet. Nu er een sterk maar fragiel economisch herstel is, na een historische krimp en herstel dat vooral aangedreven is door de vele stimulusmaatregelen, wil de regering-Jambon meteen de besparingspolitiek terug bovenhalen. Als andere regeringen een pak voorzichtiger zijn, is dat niet zozeer met onze levensstandaard in gedachte, maar vanuit het besef dat het herstel erg fragiel en instabiel is. De Vlaamse regering hoopt wellicht dat de economie kan meeprofiteren van stimulusmaatregelen elders, terwijl ze zelf het besparingsmes terug bovenhaalt.
Minister van Welzijn Wouter Beke, bevoegd voor de vele coronadoden in de commerciële woonzorgsector en de wachtlijsten in vele andere delen van de zorg, krijgt geen extra miljoenen om de sector gezond te maken. Hij moet integendeel 100 miljoen besparen. Na de coronaramp kon uiteraard niet op ouderenzorg bespaard worden. Dat zou al te gortig overkomen. Daarom wordt naar de andere kant gekeken: het gros van de besparingsoperatie op welzijn, namelijk 65 miljoen euro, komt van de kinderbijslag.
Jambon merkte op dat de kinderbijslag niet afneemt, maar minder snel zal toenemen. Dat is nonsens: een indexering is geen stijging, maar een aanpassing aan de stijgende prijzen. Met zijn ministerloon van duizenden euro’s per maand heeft Jambon daar blijkbaar geen idee meer van. De indexering van de kinderbijslag met 2% per jaar wordt herleid tot 1%. Dit was al geen aanpassing die de reële stijging van de prijzen volgde. Tegen de achtergrond van een aantrekkende inflatie zou er meer dan 2% moeten komen: nu loopt de inflatie al op tot 2,7% en voor de armste gezinnen tot meer dan 2,8%. Een verhoging van de kinderbijslag met 1% per jaar is een besparingsoperatie ten koste van gezinnen met kinderen. Die gezinnen met de laagste inkomens zullen dit het hardste voelen.
In het onderwijs werden recent extra middelen aangekondigd, maar nu moet gezocht worden naar 100 miljoen euro besparingen. Welke maatregelen er concreet komen, is nog niet bekend. Minister Weyts wil daar met de sector over onderhandelen. Anders gezegd: de sector moet zelf maar zien waar het kan besparen. Terecht merkte de Gentse pedagoog Pedro De Bruyckere op de nieuwssite van de VRT op: “Dit komt net twee weken nadat er een nieuwe CAO (collectieve arbeidsovereenkomst, red) afgesproken is waarin een half miljard euro beloofd is aan onderwijs. En er zijn heel veel uitdagingen. Het lerarentekort, verouderde gebouwen, de digisprong (investeringen in de digitalisering bij onderwijs, red) en zo meer… Het wordt een heel moeilijke puzzel waar dat geld gehaald moet worden.”
Een groot deel van de besparingen gaat dus ten koste van kinderen: zowel de kinderbijslag als de besparingen in het onderwijs treffen hen. Terwijl bespaard wordt op zorg en onderwijs, vond minister Diependaele 350 miljoen euro om aan ArcelorMittal te geven voor een vergroening van de productie in de Gentse Kanaalzone. Om wachtlijsten en tekorten weg te werken, is er geen geld uit naam van het begrotingsevenwicht.
De verlaging van de registratierechten bij de eerste aankoop van een woning of appartement wordt door Jambon voorgesteld als een maatregel om wonen betaalbaarder te maken. Het probleem daarbij is natuurlijk dat dit volledig aan de markt wordt overgelaten. De voorbije maanden werd wonen fors duurder. Een verlaging van de registratierechten is welkom, maar zal die prijsstijgingen niet veranderen. De immobiliënsector zal er handig gebruik van maken om de prijzen nog wat verder op te voeren. Jambon antwoordde op dit argument met de stelling dat hogere registratierechten de prijzen niet zouden doen dalen. Alsof er rond betaalbaar wonen maar één factor meespeelt, met name de registratierechten. Dat is nonsens: een massaal plan van publieke investeringen in sociale huisvesting om de wachtlijsten weg te werken en meer kwalitatieve huisvesting aan lage prijzen aan te bieden, zou een effect hebben op de algemene prijszetting. Voor deze regering is alles wat buiten het enge patronale kader valt echter geen optie.
In 2019 en begin 2020 waren er de eerste acties tegen het besparingsbeleid van de Vlaamse regering. Het ging onder meer om besparingen op cultuur en welzijn. Slechts enkele dagen voor de eerste pandemiemaatregelen werd nog voor het kabinet van Beke betoogd tegen het gebrek aan middelen voor zorg en welzijn. Vandaag verklaart Jambon dat corona achter ons ligt en dat goed gaat met Vlaanderen. Dat is niet het geval voor de 150.000 mensen op een wachtlijst voor een sociale woning, de 1 op 7 kinderen die in armoede opgroeien, het vijfde van de jonge leerkrachten dat er binnen de vijf jaar de brui aan geeft, het personeel en de omwonenden van 3M die voor hun gezondheid vrezen, de vele gezinnen die een torenhoge energiefactuur op zich zien afkomen …
In zijn septemberverklaring zei Jambon dat hij het afgelopen jaar “dikwijls wakker heeft gelegen van het leed dat Corona heeft veroorzaakt.” Zo wil hij vooral de gevolgen van het besparingsbeleid van zijn regering op de effecten van de pandemie minimaliseren. Het zorgpersoneel krijgt geen betere sector, maar moet het stellen met een concert in het Sportpaleis (waarvoor sponsors en crowdfunding worden aangesproken…). Het is geen empathie maar cynisme. De Vlaamse regering van N-VA, CD&V en Open Vld wil het besparingsbeleid van voor de pandemie terug op volle toeren laten draaien. Jambon en co willen liefst zo snel mogelijk vergeten wat we tijdens de pandemie hebben meegemaakt en vastgesteld. Bredere lagen van de bevolking zullen dit niet zomaar vergeten, daarvoor was het te concreet. Als de besparingen terugkomen, is verzet ertegen ook eveneens opnieuw nodig.
-
Vlaamse regering spartelt verder. Verzet is nodig!

Eind vorig jaar werd geprotesteerd tegen de besparingen van de Vlaamse regering. Die besparingen worden niet ingetrokken. De Vlaamse regering van Jan Jambon (N-VA) kwam gisteren met haar Septemberverklaring. Sinds het aantreden van deze regering was er veel kritiek: er was protest van de sociale sector, de cultuurwereld, het VRT-personeel … Daarna volgde Covid-19 en werden de rampzalige gevolgen van de gecommercialiseerde ouderenzorg, een Vlaamse bevoegdheid, voor iedereen duidelijk. Jambon lag dan nog eens onder vuur nadat hij de dood van een Slovaakse man in een politiecel was vergeten. Nu probeert Jambon het imago van zijn regering recht te trekken. Om enig zelfvertrouwen, laat staan krediet onder de bevolking, te krijgen zal deze Vlaamse regering meer nodig hebben dan deze Septemberverklaring.
De openingszitting van het Vlaams Parlement begon meteen met een wel erg valse noot: de zitting werd voorgezeten door Filip Dewinter. De oppositie van links en centrum-links haalde uit naar zijn aanwezigheid op de manifestatie van het Vlaams Belang waar de coronaregels niet nageleefd werden. Dat is ongetwijfeld een terecht punt van kritiek, maar waarom niet gewoon zeggen dat we niet willen dat het parlement voorgezeten wordt door een fascist?
Jambon kondigde in zijn beleidsverklaring eenmalige investeringen aan voor 4,3 miljard. Het plan kreeg de naam ‘Vlaamse veerkracht’ mee, de slogan die N-VA-voorzitter De Wever eerder lanceerde. Voor de opmaak van het plan liet de Vlaamse regering zich adviseren door twee expertencomités: een economisch comité geleid door professor Koen Debackere (bijgestaan door andere vertegenwoordigers van de bazen zoals voormalig BASF-topman Wouter De Geest, professor Stijn Baert of vermogensbeheerder Geert Noels) en een maatschappelijk comité onder leiding van professor Lieven Annemans (die toch ook vooral gezondheidseconoom is, met nadruk op het economische terrein dus).
Zelfs een rechtse regering als die van Jambon kan niet aan de zorgcrisis voorbij. Een belangrijk deel van de 4,3 miljard euro investeringen gaat naar het doortrekken van de federale maatregelen rond de lonen in de zorg. Het was onder druk van protest van zorgpersoneel en de breed gedragen solidariteit met dat personeel dat de federale regering wel iets moest doen. De Vlaamse regering moet noodgedwongen volgen. Dit niet doorvoeren op regionaal niveau zou na de rampzalige situatie in de woonzorgcentra een nieuwe slag in het gezicht van het zorgpersoneel geweest zijn.
Het wordt echter afwachten hoe en wanneer de beloften aan het zorgpersoneel – zowel federaal als regionaal – worden waargemaakt. Bovendien is het op voorhand duidelijk dat de extra middelen onvoldoende zullen zijn na jaren van knippen in de zorgbegroting. Er wordt niet vertrokken van de noden van zowel personeel als patiënten. Voor het wegwerken van de schandalig langer wordende wachtlijsten voor hulp aan mensen met een beperking zou bijvoorbeeld 1,6 miljard euro nodig zijn. Met een half miljard per jaar voor de volledige Vlaamse zorgsector, zal dat er dus niet inzitten.
Verder voorziet de Vlaamse regering onder meer extra middelen voor onderwijs: 250 miljoen euro per jaar. Hoe dat wordt ingevuld, maakte Jambon niet duidelijk. Hij sprak over toegang tot digitalisering, maar concretiseerde dit niet. Dat er investeringen nodig zijn in infrastructuur (schoolgebouwen, fietspaden, ziekenhuizen …) is al langer duidelijk. Hiervoor wordt het budget beperkt opgetrokken, zonder te voldoen aan de noden.
Een belangrijk onderdeel van de Septemberverklaring is de extra investering van een half miljard euro in het ‘Blue Plan’ van Zuhal Demir om de dreigende waterschaarste aan te pakken. Op het eerste gezicht lijkt het natuurlijk positief dat er eindelijk werk gemaakt wordt van klimaatmaatregelen. In het Blue Plan zelf wordt duidelijk dat de eerste bekommernis niet zozeer het klimaat is, maar wel de economische gevolgen op onder meer transport over binnenvaart, energie (koelwater), voeding (landbouw) en andere sectoren. De ernst van de klimaatcrisis is zo groot dat ook de economische gevolgen niet meer ontkend kunnen worden.
De Vlaamse regering wil de evenementensector en de bedrijven “perspectief geven” door goedkope leningen en waarborgen. Van extra middelen voor cultuur is er uiteraard geen sprake: de besparingsoperatie van een jaar geleden blijft gewoon overeind. Jambon verwees meermaals naar Jan Van Eyck in zijn toespraak om toch een beetje een cultureel element naar voren te brengen. Het blijft opmerkelijk dat Vlaams-nationalisten zo vaak verwijzen naar ‘culturele identiteit’ maar tegelijk het mes zetten in hedendaagse culturele ontwikkelingen.
De Septemberverklaring van Jambon kon niet zomaar opnieuw over besparingen en een begroting in evenwicht spreken. Er wordt bovendien gehoopt op heel wat extra middelen van het Europees Herstelfonds en het Brexit-fonds, op een transfer van middelen van Europa naar Vlaanderen dus. De coronacrisis maakte het onmogelijk om over besparingen te spreken: Jambon moest wel nieuwe investeringen aankondigen. De woorden dreigen echter veel groter te zijn dan wat er in realiteit achter de aankondigingen schuilgaat.
De Vlaamse regering spartelt verder. Er wordt niet vertrokken van de vele noden in de zorgsector, het onderwijs, de culturele wereld of op vlak van armoedebestrijding. Het ongenoegen dat eind 2019 en begin 2020 op straat kwam, met acties van de culturele en sociale sectoren, blijft overeind en is nog sterker geworden in de coronatijden. Dit zal georganiseerd moeten worden in een strijdbeweging die vertrekt van de noden van de meerderheid van de bevolking. Zoniet dreigt een deel van het toenemende wantrouwen in het politieke establishment gerecupereerd te worden door de haat en verdeeldheid van extreemrechts, zelfs indien het Vlaams Belang bij de regeringsverklaring van Jambon verklaarde dat het er veel elementen in terugvond van de ‘onderhandelingen’ tussen VB en N-VA tijdens de formatie.
-
De regering-Jambon is asociaal en wereldvreemd

Jambon. (Foto vanop Wikipedia) Deze kerstperiode werden niet alle nieuwgeboren kinderen even enthousiast onthaald. Voor Vlaams minister-president Jambon stelt er zich een probleem bij vluchtelingengezinnen die achterstallige kinderbijslag gebruiken om er een huis van te kopen. Dat leidde tot een storm van protest waarin opgemerkt werd dat de stelling van Jambon compleet onrealistisch is. De Gezinsbond rekende uit dat er in een maximaal scenario tot iets meer dan 80.000 euro retroactieve kinderbijslag kan worden uitbetaald, geld dat verschuldigd is nadat er minstens vijf jaar geen kinderbijslag werd betaald terwijl die gezinnen natuurlijk wel kosten hadden.
De storm van protest kwam er vooral omdat Jambon de afkeer tegenover vluchtelingen opstookt. Het past in wat het extreemrechtse Vlaams Belang quasi dagelijks beweert: sociale voordelen voor nieuwkomers zouden bijzonder groot zijn, terwijl het eigen volk op het tandvlees zit en steeds meer moet inleveren. De illusie dat vluchtelingen door hun komst naar ons land de sociale bescherming ondermijnen, werd nochtans al doorprikt door het beleid van de voorbije jaren. In die jaren van N-VA-bewind werd het de vluchtelingen steeds moeilijker gemaakt en toch werd nog nooit zo hard bespaard op pensioenen, lonen, uitkeringen en openbare diensten. De regering-Jambon zelf stak meteen van wal met harde aanvallen op onder meer de sociale en de culturele sector. Neen, de aanvallen op vluchtelingen zijn niet bedoeld om uiteindelijk tot meer sociale verworvenheden voor andere bevolkingsgroepen te komen!
Ter verdediging van zijn minister-president stelde N-VA-verkozene Wilfried Vandaele dat de uitspraak niet letterlijk moest genomen worden en dat er in propaganda voor eigen publiek niet altijd een wetenschappelijke insteek nodig is. Vertaald in iets volksere taal: voor de eigen militanten steekt het niet op een leugen meer of minder. Er werd aan toegevoegd dat het voorbeeld van een asielzoeker die een huis kocht met achterstallige kinderbijslag tijdens de regeringsonderhandelingen werd gebruikt. Vandaele: “Iemand heeft dat daar als boutade gebruikt, en Jambon heeft dat simpelweg herhaald.” De boutade werd gebruikt om strengere regels voor te bereiden waarbij retroactieve kinderbijslag wordt afgeschaft. Zo wordt meteen duidelijk wat er gebeurt als een onderdeel van de sociale zekerheid opgesplitst wordt: de bescherming wordt afgebouwd. Dat geldt eerst voor asielzoekers, maar daar zal het niet bij stoppen. Eerder heeft de regering-Bourgeois de kinderbijslag twee keer niet geïndexeerd. De sociale toeslagen waarmee minister Beke in november uitpakte, waren amper een compensatie voor die niet-indexering.
Zowel VLD als CD&V protesteerden tegen de uitspraken van Jambon, wat erop wijst dat de sfeer in het Vlaamse kibbelkabinet verre van goed zit. Dat deze rechtse coalitie in de eerste peiling na de verkiezingen meteen fors slaag kreeg, zal de sfeer niet verbeteren. Maar ondertussen steunen zowel VLD als CD&V het afschaffen van de retroactieve kinderbijslag voor asielzoekers. Nochtans gaat het om een sociale bescherming van kinderen die hier leven en opgroeien. De afschaffing van deze bescherming zal bijdragen aan de toenemende kinderarmoede in ons land.
De Vlaamse regering is niet alleen asociaal, maar ook wereldvreemd. Het is pas nadat de media de uitspraken van Jambon oppikten dat CD&V en VLD wat weerwerk boden. Tijdens de regeringsonderhandelingen vond geen enkele partij dat er iets vreemd was aan de stelling dat er met achterstallig kindergeld een huis kan gekocht worden. Dit geeft aan dat deze politici wel erg wereldvreemd zijn: ze beseffen niet hoe laag de kinderbijslag is en evenmin hoe duur huizen zijn. Het basisbedrag voor een kind bedraagt vanaf 1 januari 2019 163,20 euro per maand. Dat ligt een pak onder de reële kost voor een kind. Volgens de Gezinsbond loopt de minimumkostprijs op van 334 euro per maand bij de geboorte tot 634 euro vanaf de 18e verjaardag. Een gemiddeld huis in ons land kost 260.000 euro, een stijging met 30.000 euro op vijf jaar tijd. Voor de dames en heren traditionele politici in de Vlaamse regering zijn dat abstracte bedragen: zij verdienen minstens 10.000 euro per maand en genieten daar bovenop nog een pak voordelen. Op zo’n loon wordt kinderbijslag van 163 euro per maand niet gevoeld en met zo’n loon is een huis van 260.000 euro kopen niet bepaald een grote investering.
We mogen ons niet laten vangen aan de verdelende boodschap van asociale partijen als N-VA en evenmin aan het hypocriete protest van asociale medestanders als VLD en CD&V. Het amper bedekte racisme tegen asielzoekers dient enkel om sociale bescherming af te bouwen. Dit is geen opstap naar meer sociale voordelen voor het ‘eigen volk’, maar naar een veralgemening van de afbraakpolitiek. Tegen dit asociale beleid is georganiseerd verzet nodig. Racisme en andere vormen van verdeeldheid verzwakken ons in de strijd tegen sociale afbraak en voor een beleid gericht op de behoeften en noden van de meerderheid van de bevolking.
-
Verplichte gemeenschapsdienst: Vlaamse regering blijft dwangarbeid voor werklozen op tafel leggen

Welke gemeente zal in besparingstijden nog investeren in eigen personeel als het beroep kan doen op gratis werklozen om hetzelfde werk te doen? Hoe ver staan we vandaag met de verplichte gemeenschapsdienst voor werklozen? Overal en nergens, zo blijkt. Het Vlaams regeerakkoord vermeldt het expliciet, maar blijft vaag (pagina 65 en volgende van het regeerakkoord). Een concrete datum voor de invoering is er niet. Een aanduiding van de tijdsduur per week evenmin. Onder Michel I was er sprake van “twee halve dagen per week.” Maar omstreeks datzelfde tijdstip liet De Wever ontvallen: “Voor mijn part vijf volle dagen per week.” We zijn dus gewaarschuwd!
door Wilfried
We mogen ons door deze vage omschrijving niet in slaap laten wiegen. Deze Vlaamse regering heeft al voldoende bewezen dat ze concrete uitvoering, tijdstip waarop en (vooral) de concrete cijfers zo lang mogelijk verborgen houdt om dan ineens toe te slaan om alle verzet de mond te snoeren. De besparingen in de culturele sector zijn er een schoolvoorbeeld van. Verzet komt dan steevast ‘te laat’ terwijl even te voren ‘acties geen draagvlak hebben omdat er niets concreet is’.
Er zijn heel wat juridische problemen om de verplichte gemeenschapsdienst voor werklozen door te voeren. Een specialist arbeidsrecht van de Universiteit Antwerpen, Daniël Cuypers, stelde op Apache in september 2019 dat de doorvoering ervan enkel via een federaal akkoord kan. Hij voegde eraan toe dat het een juridisch ‘mijnenveld’ is. Er is nog steeds geen federale regering en stilaan komt de mogelijkheid van een federale regering zonder N-VA in beeld.
Eigenlijk had bij de vorige federale legislatuur alles al in kannen en kruiken moeten zijn. Maar de minister die het concreet moest uitwerken, Kris Peeters, was niet erg happig. Het leverde heel wat ergernis op bij de coalitiepartners. Zo merkte De Tijd op 12 augustus 2015 op: “Getreuzel Peeters met hervorming arbeidsmarkt wekt ergernis op.” De vakbonden stelden toen terecht dat verplichte gemeenschapsdienst voor werklozen onaanvaardbaar is. Het gaat namelijk om werken voor een uitkering in plaats van voor een loon. Dat zet neerwaartse druk op alle lonen en arbeidsvoorwaarden. Waarom zouden gemeenten bijvoorbeeld nog groenwerkers aanwerven als ze gratis werklozen hebben om dat werk te doen? Als er werk genoeg te doen is, bied dan echte jobs met echte lonen aan!
Hoe zal de kwestie van die verplichte gemeenschapsdienst nu verder lopen? Peeters is weg, Charles Michel is weg. Zij zullen er hun handen niet meer aan vuil maken. Gesteld dat de maatregel erdoor komt, moet Vlaams minister Hilde Crevits dit uitvoeren. Zij zal daar niet happig op zijn. Maar ondertussen staat het wel in het Vlaams regeerakkoord mét goedkeuring van CD&V. Dat is mooi gespeeld door de N-VA en Jambon, die ook de mensen in de culturele sector tegen elkaar proberen uit te spelen.
-
Regering-Jambon botst op verzet: doorzetten en strijd opvoeren!
De regering-Jambon probeerde zich bij haar aantreden voor te doen als een investeringsregering. Als die regering ondertussen ergens in geïnvesteerd heeft, is het in protest tegen haar besparingsbeleid. Op alle voor gewone mensen belangrijke vlakken wordt er hard gesnoeid. Van openbaar vervoer over onderwijs tot zorg, cultuur en welzijn.
De actieweek tegen de Vlaamse regering was opmerkelijk: veel mensen die niet gewoon zijn om te protesteren namen deel. De rechtse partijen kunnen dit protest niet communautair inkleuren: het was Vlaams protest tegen een asociale Vlaamse regering. Dit ondermijnt pogingen om in de federale regeringsvorming de illusie te wekken dat een sterkere Vlaams-nationalistische aanwezigheid goed zou zijn voor de welvaart van de hardwerkende Vlamingen. Als een rechts beleid die welvaart voor ogen zou hebben, dan zou het daar op Vlaams niveau werk van maken. Dat gebeurt niet, wel integendeel!
Niet alleen N-VA heeft een probleem met dit protest, ook voor CD&V is het bijzonder pijnlijk om te zien hoe het middenveld – in Vlaanderen traditioneel met een sterkere christendemocratische aanwezigheid – zich begint te coördineren en organiseren in verzet tegen een regering met CD&V. Na de verkiezingen werd vanuit de CD&V-top uitgehaald naar de ACV-kritiek op de rechtse Zweedse regeringen. Wat had de CD&V-top dan gedacht, dat de ACV-top het ongenoegen onder de basis over de verhoging van de pensioenleeftijd, indexsprong en andere asociale maatregelen zomaar onder tafel kon vegen? Met Wouter Beke die het mes zet in de middelen voor welzijn, een sector waar het ACV sterk staat, wordt het conflict verder op de spits gedreven. Geens die aandringt op een paars-gele coalitie op federaal niveau en het lot van CD&V strakker verbindt met dat van N-VA, maakt het alleen erger.
Het protest deze week was opmerkelijk: dinsdag was er de bijzonder grote actie van sociaal werkers waarbij veel CAW’s plat lagen en ook sociaal werkers van andere diensten mee protesteerden. Donderdag was er de actie van VRT-medewerkers die werd ondersteund door een mobilisatie vanuit de sociaal-culturele sector en waar ook delegaties vanuit andere sectoren aanwezig waren. Het Martelarenplein, waar er geen traditie van sociaal verzet is, kreeg te maken met een luid en creatief protest. Het was niet gewoon om even wat stoom af te laten, dit protest begint pas.
De vraag nu is natuurlijk hoe het verder moet met ons verzet tegen de regering-Jambon. Die wil de besparingen al heel snel door het parlement jagen: er is een stemming op 19 december. Mogelijk hoopt de regering dat het protest voordien niet verder zal ontwikkelen en dat er nadien het gevoel is dat de beslissing toch al genomen is. Dat moeten we vermijden. In het LSP-pamflet op de actie donderdag stelden we voor: “We hebben twee weken tijd om de publieke opinie verder te mobiliseren met de vele acties die plaatsvinden. Maar er zal meer nodig zijn om deze besparingspolitiek te stoppen. Waarom niet op 18 december een algemene staking organiseren in alle sectoren getroffen door deze besparingsregering? Met daarbij de waarschuwing dat er nog stakingen volgen als de regering niet inbindt. Als de hele welzijnssector, het onderwijs, de socio-culturele sector, de VRT, De Lijn, … een stakingsdag organiseren dan zal dit niet zonder gevolgen zijn. Het kan de noodzakelijke maatschappelijke druk ontwikkelen om deze regering te doen afzien van haar plannen.”
Het centrale argument tegen ons protest is dat ‘er nu eenmaal moet bespaard worden.’ Is dat zo? Waarom zou het een fataliteit zijn dat er steeds minder middelen voor de meerderheid van de bevolking zijn? Dat is een dogma uit de neoliberale school die momenteel ook in Chili, het geboorteland van het neoliberalisme, op massaal verzet botst. Deze logica heeft in Chili geleid tot afbouw van diensten, onbetaalbare zorg, elitair onderwijs en een ongeziene ongelijkheid. Het neoliberale model verwerpen, zal niet zomaar gebeuren. Er zitten belangen achter dit model: een kleine minderheid haalt er veel voordeel uit en verdedigt dit systeem. Die kleine minderheid heeft veel middelen en domineert onder meer het politieke terrein. Wij hebben ons aantal en vooral onze economische macht: zonder onze arbeid valt heel het raderwerk stil.
Het geld halen waar het zit, zal strijd vergen. De eerste stappen van de strijd tegen het besparingsbeleid van de regering-Jambon zijn veelbelovend. De energie en het enthousiasme zijn er. Daar kan verder opgebouwd worden in een actieplan gericht op de val van de regering-Jambon en van het besparingsbeleid. Elke stap vooruit in onze strijd voor meer middelen, zal echter meteen terug betwist worden door het establishment. Vooruitgang consolideren, vereist een breuk met het kapitalisme. Dat is waarom LSP opkomt voor een andere samenleving: een democratisch socialistische maatschappij waarin de beschikbare middelen door middel van democratische eigendom en beheer worden ingezet gericht op de belangen van de meerderheid van de bevolking.
-
Een beweging opbouwen om te winnen. Jambon I moet weg

Dinsdag was er een indrukwekkende actie van sociaal werkers De lijst slachtoffers van deze rechtse Vlaamse besparingsregering groeit elke dag. Ook het protest zwelt aan. De regeringspartijen N-VA, CD&V en Open VLD kregen klappen bij de verkiezingen als reactie op hun asociaal beleid. Het belette hen niet om opnieuw en nog brutaler het mes te zetten in sociale uitgaven. Voor hen zijn het cijfertjes in een begroting, die hen toelaat nog meer cadeaus te geven aan de rijken. Voor ons zijn het jobs en diensten die worden weggesneden.
Er is nood aan meer diensten op vlak van zorg, welzijn, cultuur, openbaar vervoer, … In de plaats van daarin te investeren, wordt de jarenlange onderfinanciering doorgetrokken en wordt verder bespaard. Dit is geen investeringsregering, zoals Jambon bij zijn aantreden beloofde, maar een regering van sociale afbraak. Het enige wat deze regering uitbreidt, zijn de wachtlijsten: voor sociale woningen, bijzondere jeugdzorg, mensen met een beperking, … Sociale tekorten voor ons om de belastingcadeaus en voordelen aan de grote bedrijven te betalen. Over die transfer horen we de regeringspartijen niet!
Dit is een beenharde besparingsregering die voor de elite rijdt. Als er kritiek komt, zoeken de rechtse partijen een zondebok. Dikwijls zijn dat migranten of vluchtelingen. Met een verplichte inburgeringscursus die 360 euro kost, worden nieuwkomers gepest. Voor het recht op Vlaamse sociale bescherming of een sociale woning wordt een apartheidssysteem ingevoerd. Zo worden de inwoners opgedeeld in verschillende categorieën met verschillende rechten. Dat werd voorgesteld als noodzakelijk om geld te hebben voor de sociale noden van ‘het eigen volk’. De pestmaatregelen worden effectief doorgevoerd, de beloften van sociale maatregelen voor andere mensen zijn hol. Neen, er wordt op alle sociale vlakken bespaard en gepest. Niet alleen de nieuwkomers, maar al wie zwakker staat en al wie werkt in de sociale sectoren en de openbare diensten is daar slachtoffer van.
De meerderheid van de bevolking wordt geraakt door de besparingsmaatregelen van de regering-Jambon. Er is de afschaffing van de woonbonus, een verlaging van het kindergeld vanaf het derde kind (in het oude stelsel), een aanval op de Vlaamse ambtenaren (1.500 jobs verdwijnen), het plan van gemeenschapsdienst voor werklozen, besparingen bij De Lijn en de totale afwezigheid van een ambitieus klimaatplan. Ook in alle geledingen van het onderwijs wordt het mes gezet. De UGent kondigde aan dat ze als gevolg daarvan structureel (lees: op personeel) moet besparen. Dat terwijl er overal geklaagd wordt over de werkdruk en er meer personeel nodig is.
Van protest naar rebellie: leg het werk neer
De collega’s van de CAW’s, waar er door besparingen 70 sociaal werkers dreigen te verdwijnen, hebben al een eerste stakingsdag achter de rug. Dinsdag lagen alle CAW’s in heel Vlaanderen plat en protesteerden duizenden sociale werkers in Brussel. We moeten hier een voorbeeld aan nemen. Het geluid dat we maken wordt gehoord, ons protest kan rekenen op sympathie. Nu moeten we ons verzet ook laten voelen bij de verantwoordelijken.
Op 19 december worden de besparingen gestemd in het Vlaams Parlement. We hebben twee weken tijd om de publieke opinie verder te mobiliseren met de vele acties die plaatsvinden. Maar er zal meer nodig zijn om deze besparingspolitiek te stoppen. Waarom niet op 18 december een algemene staking organiseren in alle sectoren getroffen door deze besparingsregering? Met daarbij de waarschuwing dat er nog stakingen volgen als de regering niet inbindt. Als de hele welzijnssector, het onderwijs, de socio-culturele sector, de VRT, de Lijn, … een stakingsdag organiseren dan zal dit niet zonder gevolgen zijn. Het kan de noodzakelijke maatschappelijke druk ontwikkelen om deze regering te doen afzien van haar plannen.
Er is geld genoeg
Deze Vlaamse regering heeft de bedrijfssubsidies verdubbeld naar 400 miljoen euro. De armoede in Vlaanderen scheert hoge toppen, tegelijkertijd is de rijkdom in de handen van een kleine minderheid ongezien. Als we een samenleving willen die tegemoet komt aan alle sociale noden, dan moeten we de middelen halen waar ze zitten. We hebben genoeg moeten slikken. Het is tijd om van de verdediging over te gaan naar de aanval. Deze besparingen wegstaken mag niet ons einddoel zijn, maar het begin van een offensieve strijd.
Strijd loont! Dat leert de geschiedenis ons. Laten we nu opnieuw geschiedenis schrijven met alle slachtoffers van de Vlaamse besparingsregering: de overgrote meerderheid van de bevolking! De besparingen stoppen en dit blijvend afdwingen, vereist een breuk met het systeem dat enkel gebaseerd is op winst waardoor een steeds grotere groep uit de boot valt. LSP komt op voor een democratisch socialistische samenleving.
-
Hoe stoppen we de besparingen in de culturele sector?
Een maand terug kwam de kunstensector in het vizier van de Vlaamse besparingsregering. Die zal 60% besparen op de projectsubsidies, subsidies die vooral beginnende kunstenaars ten goede komen. Deze komen er in een sector die al decennia op haar tandvlees zit, waar onzekerheid de regel is. Ook vandaag is de culturele sector de tweede snelst groeiende freelance-sector in België.
Verzet
Er kwam de laatste weken al heel wat verzet. Eerst aangestuurd door State of the Arts, nu samen met het middenveld door Vuurwerk. Her en der springen ook lokale actiegroepen op. In de komende twee weken staan verschillende acties op stapel, al dan niet in samenwerking met de VRT of het bredere middenveld. Om de strijd te winnen is een opbouwend actieplan, met 24-uursstaking, brede solidariteit tussen alle sectoren die slachtoffer worden van het besparingsbeleid en een programma met eisen die tegemoet komen aan de noden van de sector nodig.
Ideologische provocatie
De besparingen van de regering zijn een ideologisch geïnspireerde provocatie. Jambon en de zijnen willen alle kritische stemmen die zich tegen hun beleid verzetten de mond snoeren. Ze willen de “hardwerkende Vlaming” opzetten tegen de “culturo’s” en de “subsidiesponzen”. Bovenal willen ze, door kunstenaars afhankelijk te maken van private financiering, de kunsten onder financiële en inhoudelijke controle brengen van hun Vlaamse ondernemers.
Regering voor en door elite: strijd is nodig
Natuurlijk is de cultuursector niet de enige sector die werd geraakt door de besparingen. De vorige en huidige Vlaamse regering namen al onder andere de zorg, het onderwijs, sociaal werk, openbaar vervoer en vele andere sectoren onder vuur. Tegelijkertijd verdubbelde de bedrijfssubsidies in de regio naar 400 miljoen euro en krijgt petroleumgigant ExxonMobil 32,5 miljoen euro uit het klimaatfonds (!) om haar energiefactuur te betalen. Dit is een omgekeerde Robin Hood regering, ze steelt van de armen en geeft aan de rijken. Het is een regering van klassenoorlog, die de belangen van een kleine bedrijfselite verdedigt tegenover de belangen van de meerderheid van de bevolking.
Jambon I gaat dan ook niet zomaar luisteren naar goede argumenten. Integendeel, de voorbije weken werd enkel olie op het vuur gegooid. Jambon stelde voor dat de culturele sector zelf de besparingen vormgeeft, De Roover verweet kunstenaars geen oog voor schoonheid te hebben en recent werd Joachim “Duchamp is geen kunst” Pohlmann aangesteld als kabinetschef cultuur, deze liet zich eerder al ontvallen dat cultuur het best zonder subsidies zou kunnen stellen.
Staken
Om te winnen zullen we deze regering moeten raken waar het pijn doet: haar stemmen en haar portemonnee. De beste manier om dat te doen is een opbouwend actieplan in de steigers te zetten met massaprotesten en stakingen.
De geschiedenis leert dat de culturele sector een luide stem en een groot bereik heeft. Het middenveld heeft een enorme achterban. Wanneer zij actievoeren, dan heeft heel Vlaanderen het gezien. De zwakte van de sector is dan weer dat ze een relatief kleine economische impact hebben. Wanneer de NMBS staakt, raken duizenden werknemers niet op hun werk, wanneer de haven van Antwerpen plat ligt verliezen bedrijven miljoenen euro’s winst. Dat maakt meteen duidelijk wie de economische macht in handen heeft en creëert een sterke krachtsverhouding.
Solidariteit
Zoals al gezegd zijn er tal van sectoren die onder vuur worden genomen door deze regering. Bovendien zijn er tal van bewegingen aan de gang. Zondag 24/11 kwamen 15.000 mensen op straat in Brussel tegen geweld op vrouwen en voor economische gelijkheid. Vrijdag 29/11 zullen opnieuw duizenden in België en miljoenen wereldwijd in actie gaan tijdens de vierde internationale klimaatstaking. Het zijn bewegingen die evenzeer geraakt worden door het beleid van deze regering. Denk maar aan de weigering van Vlaams klimaatminister Zuhal Demir om betekenisvol klimaatbeleid te voeren wegens “niet realistisch”.
Lessen uit 2014
In 2014 slaagde een opbouwend actieplan met regionale en nationale mobilisaties en stakingen erin de regering terug te dwingen. NV-A verloor op een aantal maanden meer dan 5% in de opiniepeilingen. Jammer genoeg koos de vakbondsleiding toen, naïef, voor onderhandelingen en overleg. Bovendien slaagde de regering erin om na de aanslagen in Parijs het maatschappelijk debat af te leiden naar veiligheid en migratie.
Gezamenlijke strijd
Enkel een gezamenlijke strijd van deze sectoren en bewegingen kan de regering op haar knieën dwingen. De culturele sector kan hierin een voorbeeldrol opnemen. Dat de sector één van de weinige is met een gezamenlijke stakingsaanzegging van de drie grote bonden is enorm belangrijk. Het toont de bereid tot gemeenschappelijke strijd voor de belangen van elke werknemer. Laten we de losse acties deze week en in de Vuurwerk-week gebruiken om ons te organiseren, te discussiëren met collega’s uit verschillende sectoren en om op te bouwen naar grotere acties. Een effectieve 24-urenstaking in de cultuursector zou in die zin enorm belangrijk zijn, het zou de aanleiding kunnen vormen voor andere sectoren om aan te sluiten en zo deze regering een eerste slag toe te dienen. De tijd dringt, de nieuwe projectsubsidies lopen vanaf één januari 2020.
De geschiedenis leert dat de culturele sector de grootste impact heeft wanneer ze zich collectief organiseert in solidariteit met en op basis van de methodes van de arbeidersbeweging. De artiesten in de New Yorkse Artists and Workers Coalition organiseerden piketten in solidariteit met de arbeidersbeweging, speelden zo een rol in de strijd tegen de oorlog in Vietnam en dwongen de (tot op vandaag geldende) gratis dag af in het MoMa. De tekenaars van Rick and Morty en Bojack Horseman richtten elk een vakbond op en wonnen een cao met degelijke loon- en arbeidsvoorwaarden.
Collectieve actie
De Belgische culturele sector heeft een erg lage syndicalisatiegraad. Enerzijds heeft dat te maken met het bijzonder hoge aandeel precaire contracten. Anderzijds heeft de sector de afgelopen decennia veelal zelf de tekorten verdeeld in plaats van zich ertegen te verzetten. Iedereen leverde kleine beetjes in op loon en voorwaarden, er werden creatieve constructies opgezet om nieuwe producties op poten te kunnen zetten. Al te vaak werden de grote instituten en hun vast personeel opgezet tegen de kleine kunstenaars en freelancers. Het wordt tijd om collectieve actie weer op de cultuuragenda te zetten.
Programma
Dit kan niet zonder een programma met duidelijke eisen. Natuurlijk is de eerste eis een stop op elke besparing. Er is echter meer nodig. We moeten uitgaan van de noden van artiesten, in plaats van te stoppen bij de tekorten die ons door neoliberale besparingsregeringen worden opgelegd. Degelijke contracten en een 14-euro minimunloon zijn levensnoodzakelijk voor kunstenaars, bovendien is het een eis die een weerklank vindt tot ver buiten de sector. Verder eisen we:
- Gratis vol- en deeltijds kunstonderwijs
- Gratis musea in publieke handen en onder controle van artiesten en bezoekers
- Investeringen in publiek materiaal, repetitieruimtes en ateliers
- Een 30-uren week, met behoud van loon en verplichte extra aanwervingen: tijd voor iedereen om zich te ontplooien
-
Strijden voor meer investeringen in cultuur

Un soir de grève/le drapeau rouge (1893) van Eugène Laermans refereert aan de stakingen tussen 1886 en 1893 voor de invoering van het algemeen stemrecht. (KMSKB, Brussel) – Afbeelding vanop Wikipedia De nieuwste besparingsronde van de regering doet heel wat stof opwaaien. Jambon en de zijnen zetten het hakmes in de culturele sector. De projectsubsidies worden teruggeschroefd van 8,47 miljoen naar 3,39 miljoen euro. Een fractie van de begroting, maar een grote klap voor heel wat artiesten. Het is de laatste etappe in decennia van besparingen die al komaf maakten met grote delen van een eens bloeiend cultureel middenveld. Het lijkt vooral een symbolische besparing, die enerzijds inspeelt op populistische sentimenten (luie, nutteloze kunstenaars) en anderzijds moet afrekenen met het N-VA-kritische middenveld. Laat ons kunstenaars organiseren in solidariteit met werkenden en vakbonden en strijden voor meer investeringen en minder private inmenging, voor open, vrije kunsten.
Door Koerian
Haal artiesten uit de precariteit
Kunstenaars zijn deel van de arbeidersklasse. Er is geen reden om artistieke arbeid los te zien van “gewoon” werk. Toch wordt het bijna normaal gevonden dat artiesten in de meest onzekere, precaire en slechte arbeidsomstandigheden werken. Gratis muziek of grafisch werk leveren “voor de exposure”, niet of te laat betaald worden, leven van de ene slecht betaalde opdracht naar de andere: het is dagelijkse realiteit voor veel mensen in het culturele veld. Passie voor het vak wordt gebruikt als excuus voor de meest hardvochtige uitbuiting. Dezelfde precarisering die we zien bij Deliveroo-koeriers en Über-chauffeurs is in de culturele sector al decennia bon ton.
Sinds eind jaren ’70 en het begin van een kil neoliberaal besparingsbeleid, zijn vaste, goedbetaalde jobs in de sector een schaars en felbegeerd goed geworden. Orkesten waar posities zijn voor klassieke muzikanten zijn op één hand te tellen, dansgezelschappen die vaste contracten aan de artiesten kunnen geven zijn eenhoorns geworden. De nieuwe ronde besparingen zal deze realiteit alleen maar versterken.
Het is ook net die onzekerheid die kunstbonzen als Fabre in een ongelooflijke machtspositie plaatsen. Zij hebben de carrières van tientallen kunstenaars in handen, ze maken of kraken je loopbaan. Het is net die realiteit die leidt tot het wijdverspreide (machts)misbruik in de sector die door #metoo aan het licht werd gebracht.
Eerlijk loon voor cultureel werk! Elke kunstenaar verdient degelijke contracten en een leefbaar loon.
Ideologisch offensief
Voor de NV-A zijn de besparingen op onderzoeksjournalistiek, cultuur, openbare radio en televisie een ideologisch offensief. Ze kloppen populistische retoriek op tegen “subsidiesponzen” en “luie culturo’s” en zetten ze op tegen de “hardwerkende Vlamingen”. Alsof cultureel werk, geen werk is. Kunstenaars spenderen duizenden uren aan het leren van hun vak. Cultuur is een essentieel onderdeel van menselijke en maatschappelijke ontwikkeling. We zijn -terecht- trots op culturele iconen als Margritte, Brel of Borremans. Van het befaamd Vlaams canon zou niet veel overblijven zonder die culturo’s. Rechts wil komaf maken met alles wat geen directe commerciële waarde heeft.
De sectoren waarop nu bespaard wordt zijn niet toevallig de sectoren die zich afgelopen jaren kritisch uitlieten over het neoliberale beleid van de (Vlaamse) Regering. N-VA hoopt dat hun financiële drooglegging een nieuwe klap betekent voor het verzet tegen hun asociaal beleid.
Kunst in publieke handen
Een andere reden voor de besparingen is dat zo het culturele veld verder in handen van private investeerders wordt geduwd. Grote bedrijven zien kunst als goede marketing. Gucci organiseert tentoonstellingen in het Moma, gewetenloze multinationals als Purdue Pharma en BP sponsoren Amerikaanse cultuurinstellingen. Dichter bij huis heeft Fernand Huts, baas van Katoennatie en vriend van Bart De Wever, het Gentse Caermersklooster gekocht, bovendien is hij bezitter van de grootste collectie historische wandtapijten ter wereld. Minder subsidies openen de deur voor de investeerdersvrienden van graaiende politici om cultuur te (ver)kopen. Het resultaat is er naar. De Oer-tentoontstelling in het Caermersklooster was vormgegeven als propagandastunt, die moest aantonen dat ondernemers al sinds de Middeleeuwen de drijvende kracht achter Vlaanderen waren. Historische quatsch en degradering van ons kunsterfgoed.
Kunst wordt steeds meer een speculatief goed. Het wordt geveild en verkocht tegen astronomische sommen. Zo verliest het veel van haar menselijke waarde. Kunst als menselijke expressie hoort vrij, ongedwongen en kritisch te zijn.
Wij willen gratis toegankelijke musea in publieke handen. Beheerd door kunstenaars en publiek in plaats van private galerijen. Wij willen investeringen in muziekcentra, zodat zij toegankelijk en vrij kunnen programmeren. Het zijn die investeringen die cultuurhuizen weer een maatschappelijke en onderwijzende rol kunnen doen opnemen.
Investeren in (kunst)onderwijs
Deze cultuurbesparingen komen er na én samen met een resem besparingen op onderwijs. Hilde Crevits zorgde ervoor dat muziekscholen amper 15 minuten per leerling per week kunnen uittrekken. Leer zo maar eens een concerto spelen. De financiële drempel om je artistiek te ontwikkelen is sowieso al groot: instrumenten en teken-, schilder- of beeldhouwmateriaal kosten geld. Kosten die enkel maar groter worden in het voltijds kunstonderwijs.
Er is nood aan meer investeringen in mensen en middelen in zowel deeltijds als voltijds kunstonderwijs. Voor gratis en toegankelijke opleidingen, zodat ieder haar/zijn talent kan ontwikkelen.
Strijd
Deze zaken gaan er natuurlijk niet vanzelf komen. Er wordt vaak gedacht dat het moeilijk is om de culturele sector te organiseren. Het is natuurlijk zo dat kunstenaars minder middelen hebben om machthebbers en bedrijven in hun portefeuille te raken – iets wat pakweg vakbonden in de chemie- of staalsector wel kunnen. Toch stonden kunstenaars in het verleden vaak vooraan in strijd.
De artiesten achter de bekende animatieseries ‘Rick and Morty’ en ‘Bojack Horseman’ slaagden er recent in een vakbond op te zetten en degelijke loon- en arbeidsvoorwaarden af te dwingen en de vaak onmenselijk lange werkweken (meer dan 60 uur was geen uitzondering) terug te dringen. In 1969 slaagde een New Yorkse kunstenaarsstaking onder leiding van de Artist’s en Worker’s Coalition erin het Moma één dag per week gratis te maken, ze vormde tegelijk een belangrijke schakel in het verzet tegen de oorlog in Vietnam. Artiesten speelden een sleutelrol in onder andere de Parijse Commune in 1871 (met onder andere Courbets oproep tot nationalisatie van Parijs’ kunstschatten) en de Hongaarse Opstand in 1919. Ook in 1968, tijdens de revolutionaire golf in Frankrijk, werden kunstscholen en musea bezet door kunstenaars die zich verzetten tegen het Gaullisme.
De geschiedenis leert dat strijd in de kunstensector het meest efficiënt is, wanneer ze beroep doet op collectieve actie en de arbeidersbeweging. In Polen, 2014, dwong het ‘Citizen Forum for Contemporary Arts’ via artiestenstakingen, in samenwerking met vakbondskoepel ‘Worker’s Initiative’, een vaste vergoeding voor kunstenaars af in ‘s lands grootste musea.
Ook in ons eigen land zagen we een enorme solidariteit van het culturele middenveld met de stakingsgolf in 2014 tegen de besparingen van de Vlaamse en federale regeringen. Hart boven Hard nam deel aan massabetogingen en aan de Gentse kunstscholen KASK en Sint Lucas stonden piketten van studenten en personeel.
Arbeiders en kunstenaars: dezelfde belangen, strijd tegen besparingen
Laat ons opnieuw aanknopen bij die tradities. Artiestenstakingen gesteund door de vakbonden en vakbondsacties gesteund door artiesten. Ze hebben immers dezelfde belangen. De eis van het ABVV voor een 14 euro minimumloon is ook één die kan opgenomen worden in de culturele sector, net als verzet tegen elke besparing moet opgenomen worden door de arbeidsbeweging. Beide hebben immers dezelfde belangen.
Het geld voor verregaande investeringen in cultuur is er. Belgische bedrijven hebben 221 miljard euro geparkeerd op belastingparadijzen. De Vlaamse overheid wil hen nog extra geld toewerpen door de bedrijfssubsidies te verdubbelen. Als we open, toegankelijke en vrije kunsten willen, moeten we de strijd organiseren om een deel van dat geld te gebruiken voor investeringen in cultuur.
Wij eisen:
- Een 14-euro minimumloon voor iedereen
- Degelijke, vaste contracten voor elke artiest
- Gratis vol- en deeltijds kunstonderwijs
- Gratis musea in publieke handen en onder controle van artiesten en bezoekers
- Investeringen in publiek materiaal, repetitieruimtes en ateliers
- Een 30-uren week, met behoud van loon en verplichte extra aanwervingen: tijd voor iedereen om zich te ontplooien


