Tag: recessie van 2020

  • Kapitalisme faalt test gezondheidscrisis

    Het kapitalisme faalt niet alleen in het beschermen van de gezondheid van de bevolking, het systeem zelf staat meteen onder druk bij deze crisis. De effecten van de lockdown op de economie zijn bijzonder verregaand met dalingen van het Bruto Binnenlands Product in dubbele cijfers in heel wat landen. De economische groei stond al onder druk, de lockdowns versterkten de neergaande tendens tot dramatische proporties.

    Zowel in de VS als in Europa is de achteruitgang spectaculair. De Britse nationale bank verwacht dit jaar de zwaarste recessie sinds 1706. Met negatieve cijfers van -18,5% in Spanje, – 14,1% in Portugal, -13,8% in Frankrijk, -12,4% in Italië maar ook -10,1% in Duitsland, worden records opgetekend. Dit heeft meteen gevolgen op vlak van het aantal werklozen. In de VS zijn er momenteel 17 miljoen werklozen. In de Europese Unie kwamen er een miljoen werklozen bij, waardoor het er nu 15 miljoen zijn. De stijging is minder groot dan in de VS, onder meer door een grotere bescherming en stelsels als tijdelijke werkloosheid. Er wordt echter gevreesd dat een groot aantal tijdelijk werklozen straks volledig werkloos zullen worden. Momenteel zijn er in Duitsland alleen 7 miljoen tijdelijk werklozen. In ons land waren bijna 15% van de werknemers uit de private sector in juni nog één of meerdere dagen tijdelijk werkloos. Ondertussen beginnen de eerste sociale bloedbaden zich af te tekenen: bij FNG (overkoepeling van onder meer Brantano) zijn duizenden jobs bedreigd en in het tweede kwartaal waren bij 29 collectieve ontslagrondes 3604 jobs bedreigd.

    Bij het begin van de tweede golf van besmettingen worden vooral maatregelen genomen rond vrijetijdsbesteding. Er wordt gehoopt om de economische gevolgen zoveel mogelijk te beperken, maar naarmate het virus opgang kent zullen die gevolgen er sowieso zijn. In mei bleek uit een studie dat een groot aantal besmettingen op de werkplaats gebeurt. Er zijn in veel bedrijven maatregelen afgedwongen door het personeel, maar de kwestie van veiligheid op de werkvloer zal onvermijdelijk gevolgen hebben op de economische activiteiten. Zelfs indien daar geen rekening mee wordt gehouden, gaan de grootbanken in ons land uit van een economische krimp in 2020 van 7 tot 11%.

    Momenteel worden enkele van de ergste gevolgen voor de werkenden nog opgevangen door de sociale zekerheid en grotere overheidsuitgaven. We horen echter, zeker uit liberale hoek, de eerste oproepen om die uitgaven aan banden te leggen. Op Europees vlak lijken alle voorheen opgestelde dictaten rond begrotingstekorten en overheidsschulden vergeten te zijn, maar dit dreigt de tegenstellingen binnen de Europese Unie te vergroten. Nu meteen hard snoeien, onder meer in de zorgsector, ligt politiek moeilijk en dreigt economisch herstel te beknotten nog voor het gestart is. Dat neemt niet weg dat de kapitalisten een beleid zullen proberen uit te werken waarmee ze de kost van de crisis naar de werkenden en hun gezinnen doorschuiven, om hun eigen winsten te herstellen.

    Niet dat alle winsten onder druk staan. Enkele grote bedrijven doen het uitstekend: de vier grote technologie-bedrijven in de VS maakten in het tweede kwartaal een recordwinst van 28,6 miljard dollar. Het is niet verwonderlijk dat de roep groeit om deze bedrijven te laten bijdragen aan de gemeenschap. Een parlementair debat over de machtspositie van deze bedrijven zal daartoe niet volstaan. De New York Times omschreef dat debat in de VS reeds als “meer achtergrondgeluid dan een reële bedreiging” voor die bedrijven. Er zijn gelukkig ook andere voorbeeld: in Seattle werd door druk van onderaf en een socialistische beweging met een verkozen positie en reële impact op de strijd een eerste Amazon-taks afgedwongen. Het is door strijd van onderuit dat verworvenheden bekomen worden.

    Het kapitalisme krijgt een zware slag door de gezondheidscrisis. Het antwoord op het virus wordt in alle ontwikkelde kapitalistische landen gekenmerkt door hulpeloosheid en gebrek aan planmatige aanpak. Uitzicht op een echte oplossing is er niet zolang er geen vaccin is dat op massale schaal toegankelijk is voor de bevolking. Een beleid van grootschalige testen en tracing zou ergere maatregelen zoals een lockdown kunnen vermijden, maar zelfs na vijf maanden is er geen sprake van dergelijk beleid. In ons land komen we amper aan 20.000 tests per dag: zo duurt het bijna twee jaar om iedereen één keer te testen! In zo’n context dreigen de economische gevolgen van het virus erger uit te vallen dan wat tot hiertoe wordt aangenomen.

    Een systeem dat bij een ernstige test zo hard faalt, verdient zelfs geen tweede zit. Het moet afgevoerd worden zodat we onze gezondheid en onze levensstandaard kunnen verdedigen. Het kapitalisme faalt, hoog tijd voor een socialistisch alternatief.

    Waarom dat nodig is? Een verpleger die lid is van LSP omschreef het in een discussie op sociale media als volgt: “Een socialistische maatschappij zou om te beginnen vooral inzetten op preventie en ook massaal investeren in wetenschappelijk onderzoek (zonder het bestaan van patenten!). De komst van zoiets als Covid-19 is al langer dan een decennium door wetenschappers aangekondigd maar ja … Toen was er de financiële crisis van 2008 en werd overal ter wereld gezondheidszorg gezien als een grote spaarpot waaruit de neoliberale regeringen naar hartelust konden grabbelen om begrotingen in evenwicht te brengen. Een ander punt is radicale arbeidsduurvermindering. Onder het kapitalisme zorgt technologische innovatie vaak (niet altijd) voor werkloosheid. Technologie wordt ook afgeremd door het kapitalisme. Niet enkel door het bestaan van patenten en monopolies maar ook door de kapitalistische kosten-baten analyse. Repetitief en ‘hersenloos’ werk dat perfect door machines kan gedaan worden, zal onder het kapitalisme nog steeds door mensen uitgevoerd worden als het gebruik van machines duurder uitvalt. Met andere woorden: in een socialistische maatschappij wordt er volop ingezet in automatisatie om repetitief werk te vermijden en zal de arbeidsduur gereduceerd worden tot een strikt minimum. De enorme hoeveelheid vrijgekomen tijd zouden mensen kunnen gebruiken om op een geïnformeerde wijze deel te nemen aan de politieke besluitvorming en eigenlijk aan alles waarmee men zich als mens op een humanistische wijze kan ontplooien. De economie staat ten dienste van de mens en niet omgekeerd.”

  • Hoe de dreiging van massale werkloosheid bestrijden?

    Miljoenen mensen in de wereld worden geconfronteerd met de dreiging van werkloosheid. Er ontwikkelt zich doorheen de gezondheidscrisis ook een economische recessie. De bazen en regeringen beweren dat er geen alternatief is. Maar dat is er wel degelijk.

    Artikel door Jade Ritchie, technisch werkloze arbeider (Socialist Alternative, ISA in Engeland, Schotland en Wales)

    De mensheid wordt geconfronteerd met een crisis van historische omvang. De Covid-19-crisis heeft volgens officiële cijfers meer dan 325.000 mensen gedood, en deze officiële cijfers zijn waarschijnlijk veel lager dan het werkelijke totaal. Door de lockdowns zijn de consumentenbestedingen vertraagd, deels door de sluiting van winkels, maar ook door de stijging van de werkloosheid en de loonsverlagingen. Uit cijfers van 10 april blijkt dat er in het Verenigd Koninkrijk sinds het begin van de lockdown 1,2 miljoen nieuwe aanvragen voor uitkeringen waren, waarbij sommige cijfers erop wijzen dat er uiteindelijk meer dan 3,5 miljoen werklozen kunnen zijn – de officiële werkloosheidscijfers zouden voor het eerst in meer dan 30 jaar boven het cijfer van 3 miljoen gaan. De situatie in de VS is nog erger, met meer dan 30 miljoen mensen die een werkloosheidsuitkering aanvroegen sinds het virus toesloeg, zoals eind april werd gemeld.

    De Covid-crisis heeft duidelijk een schokgolf door het kapitalistische systeem gestuurd, maar hoewel het de gebeurtenis is die de economische crisis heeft veroorzaakt, is het niet de fundamentele oorzaak. Het wereldwijde kapitalistische systeem is al enige tijd op weg naar een recessie. Geen van de tegenstrijdigheden die de financiële crisis van 2008 hebben veroorzaakt, is de afgelopen tien jaar opgelost.

    In plaats daarvan zijn ze nog verergerd. Het kapitalistische systeem heeft weer enorme schuldenbellen opgeblazen, en ondertussen heeft de groeiende verdeling van de wereld in twee concurrerende sferen de globalisering gedeeltelijk in zijn tegendeel geduwd. Dus hoewel de pandemie veel van deze zeepbellen “doet oplaaien”, en hoewel het duidelijk een eigen grote economische impact heeft, is het het kapitalistische systeem zelf dat de basis heeft gelegd voor de wereldwijde economische crisis.

    Mogelijk erger dan tijdens de Grote Depressie

    Een zicht op de werkelijke omvang van de crisis zal nog wel even op zich laten wachten, maar de indicatoren die we nu zien, wijzen erop dat de crisis waarschijnlijk aanzienlijk slechter zal zijn dan die van 2007/08, en waarschijnlijk zelfs de ergste sinds de Grote Depressie. Het is zelfs mogelijk dat de crisis erger wordt als de kapitalistische regeringen niet ingrijpen om de gevolgen ervan te verzachten.

    De wereldwijde burgerij zal de schuld voor de economische crash bij het coronavirus leggen en zal waarschijnlijk ook China de schuld proberen te geven. De kapitalistische regeringen zullen het excuus inroepen dat deze crisis te wijten is aan onvoorziene omstandigheden, ook al is dat niet correct. Evenmin kunnen we hun mantra accepteren dat we “allemaal in hetzelfde bootje” zitten. Dit kan als basis dienen voor het argument dat we een nieuwe besparingsronde nodig hebben om te betalen voor de leningen die de regeringen tijdens deze crisis hebben moeten afsluiten.

    De realiteit is dat er nog heel weinig te besparen valt. We hebben een decennium lang aanvallen gehad op onze openbare diensten. Sociale verworvenheden werden afgebouwd, er kwamen anti-vakbondswetten, slechtere arbeidsvoorwaarden en de opkomst van doorgedreven flexibiliteit op de werkvloer. We hebben bedrijven die hun werknemers “zelfstandigen” noemen om te voorkomen dat ze pensioenbijdragen en ziekte- of vakantiegeld betalen, maar die hen duidelijk als volwaardige werknemers behandelen.

    Om de winst te verhogen of op peil te houden, zullen bedrijven de Covid-crisis als excuus gebruiken om de rechten van hun personeel aan te vallen of hen af te danken. De vakbonden en de arbeidersbeweging zullen moeten vechten om dit te voorkomen.

    Jobs opgeofferd voor de winst

    Een van de eersten die deze aanpak volgde, was Richard Branson en zijn Virgin Airlines. Virgin dreigde het personeel te ontslaan als het geen 7 miljard pond steun kreeg op kosten van de belastingbetaler. Die belastingbetalers omvatten natuurlijk niet Richard zelf, aangezien hij vrij bedreven is in het ontlopen van belastingen, waardoor hij een persoonlijke rijkdom van meer dan 3,5 miljard pond kan vergaren. Toch verwacht hij dat het Britse publiek de rekening betaalt zodat hij na afloop van de lockdown winst kan blijven maken.

    British Airways heeft 12.000 personeelsleden ontslagen, ondanks het feit dat het vorig jaar 3,2 miljard pond winst maakte en een kasreserve van 9 miljard pond heeft. Het is vooral walgelijk dat een bedrijf met zoveel geld op de bank 12.000 mensen in één klap werkloos maakt. BA heeft winst gemaakt door de inzet van het personeel, dat het nu op straat zet. De overheid moet overgaan tot het nationaliseren van grote bedrijven die dreigen met ontslagen, met enkel een vergoeding aan aandeelhouders op basis van bewezen behoefte.

    De toenemende werkloosheid zal de crisis verergeren, omdat de arbeidersklasse steeds minder in staat is om de producten van hun arbeid terug te kopen. De crisis van 2007/08, waarvan we nog niet volledig hersteld zijn, werd verzacht door een kapitalistische klasse die wereldwijd op een min of meer gecoördineerde manier wist te handelen om de situatie te stabiliseren door middel van reddingsoperaties voor banken en financiële stimuleringspakketten. De versplintering van de kapitalistische landen in verschillende invloedssferen maakt het onwaarschijnlijk dat dit soort gezamenlijke reactie in de huidige crisis zal plaatsvinden. Naast de toename van het protectionistische beleid in de afgelopen tien jaar zal deze crisis waarschijnlijk steeds meer sectoren treffen, terwijl de crisis van 2007/08 grotendeels op de banksector was gericht.

    Jobs redden door strijd

    Massaontslagen kunnen worden bestreden. We hebben het recente voorbeeld gezien van de scheepswerf van Harland en Wolff in Noord-Ierland. Het moederbedrijf ging failliet en het personeel van de scheepswerf werd bedreigd met afdanking. Een campagne van de arbeiders en de vakbond Unite, waaronder Susan Fitzgerald, een lid van onze zusterorganisatie in Ierland, is er echter in geslaagd de scheepswerf open te houden. Deze actie omvatte een bezetting van de scheepswerf. Zonder deze militante interventie van de arbeiders zouden alle jobs verloren zijn gegaan. In plaats daarvan werden 70 jobs gered. Als dit voorbeeld op grote schaal wordt gevolgd, zouden honderdduizenden jobs kunnen worden gered.

    Vaak wordt gesuggereerd dat onder het kapitalisme bedrijven er alleen voor staan. Dat is helemaal niet het geval. De kapitalistische regeringen zijn voortdurend bezig om bedrijven te ondersteunen en hen in staat te stellen winst te maken ten koste van de belastingbetaler. Bedrijven krijgen enorme subsidies en fiscale voordelen.

    Dat gebeurt op dit moment met de Britse spoorwegen: de franchises zijn voor de duur van de lockdown opgeschort. Dit is in wezen een nationalisering van het spoorwegsysteem – maar niet om de dienstverlening te verbeteren en het personeel te beschermen. In plaats daarvan wordt dit gedaan om de private bedrijven te beschermen tegen hoge verliezen. Als er weer winst gemaakt kan worden, krijgen de bedrijven hun franchise terug.

    Dit zijn dezelfde bedrijven die consequent hebben geprobeerd om de treinbegeleiders van de treinen te houden, zodat de winsten hoger zouden liggen. De afbraak van de rechten van werkenden zal ongetwijfeld verder opgevoerd worden zodra deze bedrijven terug van start gaan. Ze verzetten zich daarbij tegen het personeel en de vakbonden die er alles aan doen om jobs en veilige dienstverlening te verdedigen.

    Permanente nationalisatie nodig

    De spoorweginfrastructuur moet opnieuw permanent in publieke handen komen, in plaats van het terug over te leveren aan het privaat winstbejag. Met de dreiging van de klimaatverandering zou betaalbaar openbaar vervoer de norm moeten worden, en dat is alleen mogelijk onder democratische controle van het personeel en de gemeenschap, waarbij het doel is om diensten te verlenen in plaats van winst te maken.

    Bovendien moeten fabrieken die worden gesloten in publieke handen worden genomen om ze te beschermen tegen jobverlies, maar ook om de overgang naar een duurzamere economie te bevorderen. De fabrieken moeten worden aangepast om het soort groene infrastructuur op te bouwen dat nodig is om af te stappen van het op fossiele brandstoffen gebaseerde systeem. Fossiele brandstofbedrijven ontvangen jaarlijks tot 4,3 miljard pond subsidies van de Britse regering. Dit geld zou in plaats daarvan moeten worden gebruikt om duizenden groene jobs te creëren.

    Ondersteuning voor kleine bedrijven

    Kleine bedrijven moeten subsidies of leningen krijgen om ze van de sluiting te redden. De regering is onder druk gezet om via technische werkloosheid enige bescherming te bieden, maar dit is bij lange na niet genoeg. Ten eerste is 80% van de lonen voor veel mensen niet genoeg om van te overleven. In plaats daarvan zouden werknemers 100% van het loon moeten ontvangen en zou het geld rechtstreeks aan de werkenden moeten worden betaald – niet aan de bazen. Bovendien zal de bestaande regeling in juni aflopen. Met zeer weinig kans dat een economisch herstel tegen die tijd serieus zal zijn begonnen, brengt dit het gevaar met zich mee dat technische werkloosheid een wachtkamer wordt voor definitieve werkloosheid voor miljoenen werkenden.

    Kleine bedrijven zoals restaurants zullen het moeilijk hebben, vooral als er nog steeds maatregelen zijn om afstand te houden. Horeca is vaak afhankelijk van een hoge bezetting om rond te komen. Als de overheid geen subsidies verleent aan kleine bedrijven, dreigen honderden faillissementen, wat vele duizenden extra jobs kost.

    Het werkloosheidsstelsel is nu al uiterst ontoereikend. Het voorziet niet in voldoende geld voor de werklozen en de arbeidsbureaus worden steeds vaker uitbesteed aan private bedrijven voor wie de dienstverlening niet belangrijk is. Er is nood aan een publiek stelsel dat voorziet in een uitkering waarmee je effectief kan leven. Dit stelsel moet toegankelijk zijn voor iedereen vanaf de eerste dag van werkloosheid, verlies van uren of andere soortgelijke veranderingen in de arbeidsomstandigheden.

    Een socialistische planeconomie

    Massale werkloosheid is niet onvermijdelijk. Er is werk genoeg te doen in de samenleving. Terwijl het kapitalisme miljoenen mensen zonder werk laat zitten, worden miljoenen anderen gedwongen te werken tot ze erbij neervallen. Socialisten staan voor het verdelen van het werk zonder loonverlies – de onmiddellijke invoering van een kortere arbeidsweek. We komen op voor massale investeringen in sociaal nuttige jobs – zoals het bouwen van sociale woningen – om de crisis te verlichten, of de overgang naar groene technologieën en energie te organiseren.

    Het chaotische kapitalisme maakt gebruik van het doembeeld van de werkloosheid om de lonen van de werkenden naar beneden te drukken en gebruikt de werklozen als een “reserveleger” van arbeidskrachten, werkenden die pas aan de slag gaan als dat winstgevend is en ondertussen als drukkingsmiddel gebruikt worden. Een socialistische samenleving, waarin de enorme monopolies die momenteel de economie domineren, in handen zijn van de gemeenschap en democratisch worden beheerd, zou een samenleving zijn waarin de plaag van de werkloosheid volledig kan worden beëindigd. Een democratisch productieplan zou de samenleving in staat stellen om het potentieel van elk individu te ontsluiten en er tegelijkertijd voor te zorgen dat de voordelen van de technologische vooruitgang en de automatisering worden gebruikt om de mensen steeds meer te bevrijden van de lasten van de arbeid – en niet om ze nog meer tot slaaf te maken. Daarom moeten we de strijd tegen afdankingen en massale werkloosheid koppelen aan de strijd om de samenleving te veranderingen op socialistische basis. Als je het ermee eens bent, waarom sluit je dan niet bij ons aan?

  • Geen miljoenencadeau aan Lufthansa, maar Brussels Airlines nationaliseren om jobs te redden!

    Foto: Wikimedia Commons

    Moeten we Brussels Airlines redden? Dat is de vraag die zich opwerpt na de aankondiging van het management om 1000 jobs te schrappen, dat betekent een vierde van het personeel dat op straat komt te staan. De smeulende economische depressie die door de Covid-19 pandemie in volle hevigheid is losgebarsten, bedreigt verschillende onderdelen van de economische activiteit. Wereldwijd staan miljoenen jobs op de tocht. Hoe kan de arbeidersbeweging daarop reageren?

    Door Alain (Namen)

    Personeel als buffer ter bescherming van winst

    De afgelopen 20 jaar werd de luchtvaartindustrie gekenmerkt door grote veranderingen en crises. Begin jaren 2000 was er tegen een achtergrond van economische onzekerheid en wereldwijde instabiliteit het faillissement van Sabena (2001). Voorafgaand aan het faillissement had Swissair het bedrijf leeggezogen en heel wat publieke subsidies naar zich toe getrokken. De sector werd geconfronteerd met de grote recessie, maar ook met lagekostenmaatschappijen die de concurrentie in de strijd voor de winsten nog scherper maakten.

    Deze situatie maakte een einde aan het idyllische beeld dat men van de luchtvaarindustrie kon hebben. De winsten van de sector zijn in de afgelopen 20 jaar hersteld en op peil gehouden ten koste van toegenomen uitbuiting van het personeel. Er was heel wat sociale onrust waarbij de arbeidsomstandigheden in de sector werden aangeklaagd. De strijd van de bagage-afhandelaars, het vluchtpersoneel of nog van luchtverkeersleider Skeyes, toonde telkens weer de problemen in de sector. Maar het toonde ook dat strijd loont. De afgelopen jaren zagen we een patronaat dat steeds brutaler werd en daarin op de steun van overheden kon rekenen.

    Kijk maar naar de baas van Ryanair, Michael O’Leary, die er alles aan doet om collectieve vertegenwoordiging van het personeel tegen te houden. Naast de uitbuiting van het personeel maakt de sector ook gebruik van openbare infrastructuur en steun om de aandeelhouders dividenden uit te keren. De luchthavens, maar ook alle industriële infrastructuur die met de sector verbonden is, worden met publieke middelen ondersteund. Zo is er Skywin, een Franstalig bedrijf om de sector te ondersteunen, of zijn er de openbare financieringsmaatschappijen (SOGEPA, SOWALFIN, SFPI) en bedrijven als Safran Aéro Booster of Sonaca. In deze sector is er een grote transfer van overheidsgeld naar private winsten. Door de crisis van bedrijven als Thomas Cook en Brussels Airlines wordt heel dit model bedreigd. Dit toont de beperkingen van het beleid van de staat die strategische belangen neemt.

    Nationaliseren van verliezen en privatiseren van winsten: het plan van de kapitalisten

    Veel luchtvaartmaatschappijen zijn voormalige nationale bedrijven die geprivatiseerd zijn of opengesteld voor particulier kapitaal. Vandaag spelen kapitalisten de kaart van de chantage omdat hun winsten in gevaar komen. De nationale staten, die hun prestige willen behouden door enerzijds hun nationale vlaggenschip te verdedigen en anderzijds hun industriële infrastructuur te vrijwaren, tasten daarom in de buidel van de gemeenschapskas door de verliezen te nationaliseren. Dit is wat er ook bij Brussels Airlines dreigt te gebeuren.

    Lufthansa’s chantage is pragmatisch cynisch. Het vraagt 300 miljoen euro van de Belgische staat en meer dan 1 miljard euro van de Duitse staat zonder dat deze twee staten enige zeggenschap hebben over het beheer van het bedrijf! Nochtans zijn de traditionele politici niet gevaarlijk voor het kapitaal. Dexia had vooraanstaande politici zoals Dehaene of Di Rupo in zijn directie toen de bank het casinobeleid voortzette. De onderhandelingen worden gevoerd tussen de kapitalisten en hun politieke vertegenwoordigers. Er is niet het minste spoor van vertegenwoordigers van het personeel. Het personeel moet maar wachten en zien hoe erg de schade is die boven hun hoofden bedisseld wordt.

    Open de boekhouding en nationaliseer om jobs te redden!

    Het volkse spreekwoord zegt dat je beter geen kat in een zak koopt. Hetzelfde kan gezegd worden van een investering van 300 miljoen euro in een privaat bedrijf dat geen verantwoording wil afleggen en bovendien op het punt staat om 1000 mensen af te danken. De directie maakte bovendien al duidelijk dat het wil onderhandelen over aanvallen op de arbeidsvoorwaarden van het overblijvend personeel. Er wordt gezegd dat de luchtvaartsector in moeilijkheden verkeert. De depressie luidt een economische verwoesting in die vergelijkbaar is met die na de crash van 1929. Door de gezondheidscrisis is er nu zelfs een vliegverbod. Bedrijven raken zonder geld en de helft van hen dreigt failliet te gaan. Maar… waar is de winst van de voorgaande jaren dan gebleven?

    2019 was een moeilijk jaar door de vertraging van de wereldwijde groei. Maar een moeilijk jaar voor het kapitaal is een jaar waarin de marges lager zijn dan verwacht. Internationaal gezien bedroeg het rendement op het geïnvesteerde kapitaal in 2019 5,7%, de winstmarge 3,1% en de totale omzet van de luchtvaartsector bedroeg 839 miljard dollar. (1) Ondanks deze cijfers bereidt de sector zich voor op een daling van de werkgelegenheid in de wereld: maar liefst 25 miljoen jobs zijn bedreigd. (2)

    De gemeenschap moet de boekhouding kunnen inzien om de rekeningen te controleren. Er is al veel geld van de gemeenschap in de luchtvaartinfrastructuur geïnvesteerd. Als bedrijven dreigen af te danken, moeten ze genationaliseerd worden zonder compensaties, tenzij op basis van bewezen behoeften van kleine aandeelhouders. De enige manier vooruit is om te nationaliseren om jobs te redden en de sector te reorganiseren onder controle van de werkenden.

    De luchtvaartsector en het milieu

    De klimaatbeweging vorig jaar wees er terecht op dat de luchtvaartsector een belangrijke bijdrage levert aan de opwarming van de aarde. Vandaag is het antwoord van de kapitalisten in de sector cynisch: we moeten kiezen tussen jobs of het milieu. Wereldwijd hebben we het over meer dan 25 miljoen bedreigde jobs. De traditionele politici hebben hier geen oplossing voor. De Franstalige groene partij Ecolo sprak over allianties tussen werkgelegenheid en milieu, maar sinds haar intrede in de Waalse en Brusselse regeringen hebben we nog niet gezien hoe dat in zijn werk gaat. Er is op dit vlak geen verandering in het beleid.

    Wat denken marxisten ervan? Wij zijn van mening dat de eerste stap moet bestaan uit het nationaliseren van de hele sector om de werkgelegenheid te garanderen en de activiteit onder gemeenschapscontrole te heroriënteren. Dat is de enige manier om ervoor te zorgen dat de sector aan milieunormen voldoet.

    Daar bovenop is het noodzakelijk om de volledige mobiliteitssector te herbekijken en dit op een planmatige wijze. De kwestie van mobiliteit moet collectief en globaal aangepakt worden. Er is een gepland beheer nodig van intercontinentale vluchten om zo het nodige personeel te kunnen inzetten. Een vermindering van de arbeidstijd en van het werkritme, met behoud van loon en bescherming van de werkgelegenheid, moet het mogelijk maken het werk te herverdelen en duurzamer te maken. Er moet meer een drastische uitbreiding komen van betaalbare spoorverbindingen op heel het continent, zodat het aantal vluchten binnen Europa kan verminderen. Om dit te realiseren, zal er heel wat extra personeel nodig zijn bij de spoorwegmaatschappijen. Een deel van het luchtvaartpersoneel zou hiervoor kunnen ingezet worden. Maar dit vereist een planmatige aanpak van het volledige publiek vervoersbeleid op nationaal en zelfs bovennationaal vlak.

    Een brutale kennismaking met de wereld na Covid…

    Er is al veel gezegd en geschreven over hoe de wereld er kan uitzien na Covid-19. Niets zal nog hetzelfde zijn. Nu we stilaan aan het einde van de lockdown toe zijn, moeten we beseffen dat de klassenstrijd zal bepalen hoe de wereld er zal uitzien.

    Bazen zien de crisis als een kans om hun programma te verdedigen. Alle economische moeilijkheden zullen worden gebruikt om de winst van een minderheid te garanderen. Zoals we in ons land al kunnen zien, werd de crisis gebruikt om vertegenwoordigers van de werkenden buitenspel te zetten, de afgedwongen rechten aan te vallen en te besparen op de publieke uitgaven.

    In deze situatie kan de werkende klasse alleen winnen als ze eensgezind en georganiseerd is. Sommige commentatoren vergelijken de 8 miljoen die aan cultuur is toegewezen met de 290 miljoen die door Brussels Airlines wordt gevraagd. We moeten zo’n vergelijking verwerpen. Het is belangrijk om te benadrukken wat ons bindt. Er is geen tegenstelling tussen het behoud van jobs en het verdedigen van cultuur. De arbeidersklasse heeft dit gesynthetiseerd in het liedje en de slogan “Brood en rozen”: we willen brood, maar we willen ook rozen. We willen een samenleving die voorziet in de behoeften van iedereen en die de hele samenleving in staat stelt te floreren en te emanciperen. Dit vereist dat de economie produceert volgens de behoeften en dit op een rationele manier. Er is de afgelopen jaren een enorme hoeveelheid rijkdom gecreëerd, de huidige crisis mag ons dat niet doen vergeten!

    Vandaag zijn meer dan 900.000 mensen in ons land tijdelijk werkloos. 180.000 mensen dreigen hun job te verliezen. Daarnaast zijn er de Renault-procedures die al in gang zijn gezet, zoals bij GSK. Er zou een solidariteitscampagne kunnen worden opgezet ter verdediging van de werkgelegenheid en voor nationalisatie onder gemeenschapscontrole. Om deze campagne uit te breiden onder de bevolking, zou het personeel dat bedreigd wordt door ontslagen, posters kunnen maken om op ramen te hangen of berichten te plaatsen op sociale netwerken om de eerste stappen te zetten in het opbouwen van een sterke krachtsverhouding ten gunste van de werkende klasse.

     

     

    Voetnoten

    1) https://www.iata.org/contentassets/36695cd211574052b3820044111b56de/2019-12-11-01-fr.pdf

    2) https://www.rtbf.be/info/monde/detail_le-secteur-aerien-pourra-t-il-eviter-la-catastrophe-industrielle?id=10483629

  • Dossier. Kapitalisme in depressie – socialistisch alternatief nodig!

    “Het meest misleidende cliché over het coronavirus is dat het ons allemaal op gelijke voet raakt. Dat is niet zo, noch medisch noch economisch, sociaal of psychologisch. Covid-19 versterkt overal vooraf bestaande ongelijkheid. Dit zal straks sociale onrust veroorzaken, tot en met opstanden en revoluties.”

    Neen, dit is geen citaat van onze redactie in deze krant of op socialisme.be. Het komt uit een opiniestuk van een redacteur van de zakelijke website Bloomberg. De auteur ervan, Andreas Kluth, stelt ook nog dat het onmiddellijke effect van de gezondheidscrisis is dat de meeste vormen van sociale onrust onder de oppervlakte verdwijnen. Daar blijft de woede echter gisten en die zal tot uitbarsten komen, waarschuwt hij de kapitalisten.

    De gezondheidscrisis gaat gepaard met een economische instorting. De Nationale Bank en het Planbureau schatten dat het Belgische bbp in 2020 met 8% zal krimpen. KBC voorspelde eerder een achteruitgang met 9,8% en in een pessimistisch scenario, waarbij controles met en zonder quarantaine elkaar afwisselen omdat het virus niet onder controle is, zelfs een daling met 13,2%. Ter vergelijking: in 2009 was er als gevolg van de wereldwijde recessie van 2008 een krimp van 2%.

    Een daling met 8% kan enkel vergeleken worden met de Grote Depressie. In ons land daalde de economische activiteit tussen 1931 en 1934 met 9,5%. De gevolgen waren immens: werkloosheid, honger, maar ook opstandige arbeidersstrijd van onder meer de mijnwerkers, die niet wilden opdraaien voor de gevolgen van de crisis. Als de sociale gevolgen in België vandaag nog relatief meevallen, is dat enkel te danken aan de sociale zekerheid. Daar is hard voor gestreden door de arbeidersbeweging, onder meer na de ervaring van de Grote Depressie. Het heeft geleid tot werkloosheidsuitkeringen, ziekteverzekering en bescherming op de werkvloer.

    Waar er minder sociale bescherming is, of waar deze al harder werd afgebouwd onder het neoliberalisme, zijn de gevolgen ronduit dramatisch. In de eerste drie weken van de crisis kwamen er in de VS 17 miljoen werklozen bij. Dat aantal kan verder oplopen tot 50 miljoen. Dit gaat samen met het verlies van ziekteverzekeringen. Minder toegankelijke zorg en financiële problemen dreigen naast de medische ramp ook een sociale catastrofe te veroorzaken. In de neokoloniale wereld is het nog erger gesteld. ‘Social distancing’ is er doorgaans een privilege van de rijksten. De grote massa’s worden niet alleen aan het virus overgeleverd, maar geraken ook in nog diepere armoede verzeild. Wereldwijd zijn 2,7 miljard werkenden geraakt door maatregelen van lockdown.

    Economen houden er de moed in dat er na deze scherpe neergang een snelle nieuwe groei komt. De Nationale Bank en het Planbureau hopen op een groei van 8,6% in 2021. Tegelijk waarschuwen economen dat zelfs in dit optimistische scenario het probleem van de publieke schulden groter wordt. De bank JP Morgan gaat er bovendien van uit dat zelfs bij een hernieuwde groei de werkloosheidscijfers eind 2021 een pak hoger zullen liggen dan voor het begin van de corona-recessie. De Internationale Arbeidsorganisatie waarschuwde dat er wereldwijd tot 195 miljoen jobs kunnen verdwijnen en dat het inkomen van 1,25 miljard mensen drastisch kan dalen als gevolg van deze crisis.

    Het kapitalisme brengt ons niet alleen een gezondheidscrisis, maar ook een pijnlijke economische crisis waarbij de bazen zich nu al voorbereiden om de gevolgen op onze kap af te schuiven. Als wij niet nog eens willen opdraaien voor de crises van dit systeem, dan moeten we ons organiseren en strijden voor een socialistisch alternatief op het kapitalisme.


    “Coronacrisis versterkt alle vooraf bestaande tegenstellingen en zwaktes van het kapitalisme”

    Op 12 april hield International Socialist Alternative (ISA) een online meeting onder de titel: ‘Een nieuwe Grote Depressie?’ Daarin werden vragen over de crisis beantwoord door Eric Byl, Per-Ake Westerlund en Claire Laker-Mansfield. Een samenvatting.

    De economische achteruitgang is verbonden met het feit dat veel mensen door de quarantaine niet kunnen werken, maar hun jobs blijven ondertussen wel bestaan. Betekent dit dat de economie opnieuw zal herstellen eens het virus onder controle is?

    Eric: “De zware tol van deze crisis op heel wat levens, maakt dat de vraag van economisch herstel voor velen helaas niet meer relevant is. De coronaviruscrisis wordt veroorzaakt door het kapitalisme, dat niet in staat is om de samenleving op een sociaal en ecologisch harmonieuze wijze te organiseren. Onder het kapitalisme worden bekommernissen rond sociale eisen, milieu of bescherming op het werk aan de kant geveegd omwille van de winst. De gevolgen van de coronacrisis zouden niet zo groot geweest zijn indien het afgeleefde kapitalisme niet op de zorgsector had bespaard, stocks had afgebouwd en waarschuwingen genegeerd.

    “De snelle economische neergang vandaag zal voor altijd de naam Covid-19 dragen. Voor de heersende klasse zal het virus de slechterik zijn: de onvoorspelbare natuurlijke ramp. In werkelijkheid waren alle elementen voor een nieuwe recessie aanwezig sinds de vorige recessie van 2008. Toen was het omslagpunt het failliet van Lehman Brothers, dat onderuit ging door rommelkredieten. Het coronavirus is vandaag wat Lehman Brothers was voor de vorige recessie.

    “Na 2008 was de groei stelselmatig lager dan voorheen. De productiviteitsgroei bleef achteruitgaan. De doorprikte zeepbellen werden vervangen door andere zeepbellen. Ondanks de lage rentevoeten en de massale injectie van financiële middelen in de economie, kwam er geen echte groei van productieve investeringen. De lonen bleven laag, de huizenprijzen hoog en de bijdragen die werkenden betalen voor onderwijs of zorg namen verder toe. De voordelen van het beperkte herstel gingen in overweldigende mate naar de kapitalistische elite. De massale injectie van geld in de economie ging grotendeels naar speculatie in plaats van productieve investeringen.

    “Eigenlijk bestond het beleid van de ontwikkelde kapitalistische landen erin om de crisis voor zich uit te schuiven door steeds meer geld in de economie te pompen. Het heeft geleid tot een record aan publieke schulden. Dat kon op zich aanleiding zijn voor een nieuwe, grotere, recessie. De strijd om winsten verhoogde de spanningen binnen en tussen handelsblokken. Dit resulteerde in protectionistische maatregelen, groeiend politiek nationalisme en een gedeeltelijke omkering van de globalisering. Dit alles vormt de basis voor de huidige crisis. Corona en de bijhorende lockdown speelden een belangrijke rol als directe aanleiding, maar ook zonder deze pandemie zouden andere aanleidingen tot de crisis hebben geleid.”

    Claire: “Het coronavirus heeft alle bestaande tegenstellingen en zwaktes van het kapitalisme blootgelegd en versterkt. Dat is belangrijk in het debat over wat het karakter van de coronarecessie zal zijn. Sommige economen hopen dat er na de scherpe en snelle ineenstorting al gauw een stevige groei zal volgen eens de quarantainemaatregelen afgebouwd worden. De meeste ernstige kapitalistische economen beginnen echter vragen te stellen bij dat optimistische scenario van een V-vormige crisis. Ze beseffen dat dit een veel ernstiger crisis van hun systeem is. De economische processen die al bezig waren, zoals deglobalisering, worden versneld door deze crisis.

    “Geleidelijk aan stappen de optimisten onder de economen over op een U-vormig model voor de crisis, waarbij het even zal duren vooraleer de gevolgen van de recessie achter de rug liggen. Roubini, de econoom die de recessie van 2008 voorspelde, heeft het daarentegen over een I-vormige crisis met alleen maar neergang: een verticale lijn die de acute ineenstorting van de financiële markten en de reële economie vertegenwoordigt. Meer en meer is de enige historische vergelijking die kan gemaakt worden die van de Grote Depressie begin jaren 1930.”

    Per-Ake: “We weten natuurlijk niet hoe lang de lockdown zal duren. Wanhopige pogingen om de economie snel te herstarten, dragen het risico op een nieuwe golf van besmettingen in zich. Zelfs bij een heropstart zal dit op een lager niveau beginnen. De Chinese export nam in januari en februari met 20% af en blijft afnemen. De daling van de import is nog groter. Het is niet verwonderlijk dat het magazine ‘The Economist’ schrijft dat de exit uit de lockdown erg moeilijk zal verlopen met onzekere consumenten, nieuwe gezondheidsregels en mogelijk een golf van fusies en overnames na faillissementen.

    “Voor de pandemie was er al een toename van nationalisme. Trump, Bolsonaro, Orban … Nu is deze tendens versterkt: in Europa zeggen zowat alle lidstaten dat hun land eerst komt en is er van onderlinge solidariteit geen sprake. Grenzen die al decennia open zijn, worden gesloten. Een enorme tegenstelling van het kapitalisme is dat kapitalisten zelf aan landen verbonden zijn, terwijl de productie steeds globaler is geworden. Protectionistische en nationalistische maatregelen zullen echter geen uitweg bieden: in de Grote Depressie van de jaren 1930 maakten ze de crisis enkel erger.

    “De wereldwijde geopolitieke spanningen, in het bijzonder tussen China en de VS, zijn een complicerende factor voor de wereldeconomie en maken dat het verloop van de crisis onvoorspelbaar is. Een snelle nieuwe groei is door al deze elementen niet erg waarschijnlijk.”

     

    Kan deze crisis vergeleken worden met die van 2008? Wordt de crisis veroorzaakt door een tekort aan vraag?

    Claire: “Er zijn zowel problemen met het aanbod, door de sluiting van fabrieken en werkplaatsen, als met de vraag, als gevolg van de lockdown en de directe gevolgen van toenemende werkloosheid en loonsverlagingen. De onderliggende factoren zijn echter dezelfde als in 2008. De tegenstellingen die tot de recessie van 2008 leidden, zijn nooit opgelost en komen nu versterkt naar boven. Het economisch herstel na 2008 was gebaseerd op historisch lage rentevoeten en toegang tot goedkoop geld. Maar de productieve investeringen bleven uit en ook de productiviteitsgroei bleef stokken. Het heeft geleid tot nieuwe zeepbellen, onder meer inzake schulden. De nieuwe recessie slaat toe in een economie die al zwakker staat. Een meer globaal antwoord, zoals na 2008, ligt bovendien veel moeilijker.

    “Vandaag betalen de werkenden en hun gezinnen al voor de crisis met lagere lonen, jobs die verloren gaan en ook met hun leven in deze gezondheidscrisis. Na 2008 volgde een golf van besparingen op onze levensstandaard. De kapitalisten zullen nu wel twee keer nadenken vooraleer ze hetzelfde doen. Eind 2019 was er al een golf van protest. Nieuwe besparingen, zeker op zorg en sociale bescherming, kunnen leiden tot sociale onrust en zelfs opstanden.”

    Per-Ake: “Eén van de oorzaken van kapitalistische crisis is overproductie: de kapitalisten kunnen niet alles verkopen wat geproduceerd wordt. Werkenden en armen kunnen zich vaak zelfs geen basisgoederen veroorloven, zelfs niet in ontwikkelde kapitalistische landen. In zijn brochure ‘Marxisme Vandaag’ uit 1939 verwijst Trotski naar Marx: “Opeenhoping van rijkdom aan de ene pool, betekent tegelijkertijd opeenhoping van ellende, wanhopig gezwoeg, slavernij, onwetendheid, ruwheid en geestelijke achteruitgang aan de tegenovergestelde pool, dat wil zeggen aan de kant van de klasse, die haar product voortbrengt in de vorm van arbeid.” Voor de kapitalisten is het niet belangrijk wat ze produceren: ze willen meerwaarde, ze willen winst.”

    “De afgelopen jaren zijn de lonen niet echt gestegen, eerder gestagneerd. Het aandeel van de lonen in de economie nam af. Dit werd gecompenseerd met krediet en schulden. Consumptie speelt een belangrijke rol in het BBP, in de VS is het goed voor 68% van het BBP. Momenteel verliezen wereldwijd 1,25 miljard werkenden hun loon of een aanzienlijk deel ervan, waarbij we niet weten voor hoe lang dit het geval zal zijn. Zij zullen moeilijker toegang hebben tot krediet. Zelfs indien overheden overgaan tot zogenaamd ‘helikoptergeld’ (geld dat rechtstreeks aan de consumenten wordt gegeven), zal dit de verliezen niet compenseren. De vraag zal dalen en bijgevolg zullen ook de investeringen afnemen. The Economist voorspelt dat er in bepaalde sectoren tot 50% minder vraag zal zijn, waarbij de enige motor om de vraag aan te wakkeren de komende één tot twee jaar de overheid is.

    “Op vlak van aanbod is er ook een probleem. Zo is bijvoorbeeld de autoproductie grotendeels stilgevallen. Veel bedrijven zien problemen in de bevoorradingsketen en hebben geen plan B. Voedselprijzen kunnen sterk toenemen. Het cynisme van het kapitalisme is dat er bedrijven zijn die wapens en luxeproducten maken die in deze crisis niet gesloten zijn, terwijl er tegelijk een groot tekort aan medische apparatuur is. Het kapitalisme toont hiermee zijn ware aard en dit zal een effect hebben op het bewustzijn.

    “Socialisten antwoorden hierop met hun programma om de economie te richten op de behoeften van de meerderheid van de bevolking, waaronder de noden van het milieu. In plaats van op routineuze wijze vervuilende fabrieken gewoon te heropenen, moet er een democratisch overzicht zijn, om op planmatige wijze de productie te re-organiseren op nationaal en internationaal vlak.”

    Eric: “Marxisten hadden nooit illusies in een ‘slim kapitalisme’ dat een weg vindt om de terugkerende crises te verhelpen. Het kapitalisme heeft immers ingebouwde tegenstellingen: de productie is gesocialiseerd, maar de toe-eigening van de winsten blijft individueel. Werkenden zijn deel van een collectieve productieketen met een arbeidsdeling, maar zonder veel inspraak over wat er geproduceerd wordt en hoe dit gebeurt, laat staan over wat er met de winsten wordt gedaan. De arbeidsdeling is bovendien internationaal, terwijl de kapitalisten afhankelijk zijn van nationale staten. Dat creëert niet alleen spanningen met de werkende klasse, maar ook met de kapitalistische klassen van concurrerende landen.

    “Kapitalisten halen winst uit de onbetaalde arbeid van werkenden. Dat leidt tot klassenstrijd over lonen versus winsten en het zorgt voor een ingebouwde tendens tot overproductie. Het grootste probleem voor het kapitalisme vandaag is de ontwikkeling van wetenschap en technologie. Harde concurrentie vereist dat onderzoek en ontwikkeling steeds sneller opbrengen. Dit ondermijnt de productiviteit. Het beperkt toegang tot kennis, omwille van patenten. Vandaag betalen bedrijven gemiddeld 70% van hun winst uit in dividenden in plaats van te investeren in productie. Er is gelukkig wel wetenschappelijke en technologische vooruitgang, maar dit draagt amper bij tot meer productiviteit omdat het gehinderd wordt door privaat bezit. Marx stelde ooit dat elk productiesysteem kan blijven bestaan zolang het in staat is om de productiekrachten te ontwikkelen, maar dat anders de motor van de geschiedenis, met name de klassenstrijd, zijn werk zal doen.”

    Verschillende overheden komen in deze crisis tussen met maatregelen die voorheen ondenkbaar waren. Zo wordt nagedacht over hogere uitkeringen voor wie ziek is, worden werkloosheidsuitkeringen opgetrokken en zijn zelfs een aantal bedrijven genationaliseerd. Betekent deze crisis het einde van het neoliberalisme, dat staat voor zoveel mogelijk privatiseringen en de afschaffing van collectieve bescherming?

    Claire: “Ondanks het feit dat we jarenlang te horen kregen dat enkel de vrije markt ons kon voorzien van degelijke goederen en dat marktlogica nodig was voor efficiënte openbare diensten, moeten zelfs de grootste voorstanders van de vrije markt nu erkennen dat de private sector niet in staat is om in de behoeften van de bevolking te voorzien. Overal wordt naar de overheden gekeken en is er meer actieve interventie van die overheden. Het doel daarvan is om een scherpere economische ineenstorting en sociale onrust te vermijden. Deze maatregelen worden niet genomen in het belang van de werkenden en hun gezinnen, maar om de kapitalisten te redden. Moest de prioriteit echt bij de noden van de bevolking liggen, dan zouden bijvoorbeeld farmaceutische bedrijven genationaliseerd worden. Zo zou samenwerking in de ontwikkeling en productie van vaccins mogelijk worden. Deze bedrijven worden echter niet genationaliseerd: ze maken immers grote winsten tijdens deze crisis.”

    Per-Ake: “Een aantal maatregelen of discussies doen denken aan hoe Roosevelt in de VS reageerde op de Grote Depressie met zijn ‘New Deal’ van investeringen in infrastructuur en jobs. Dat programma werd afgedaan als ‘socialistisch’, maar Roosevelt merkte zelf op dat hij deze maatregelen net voorstelde om het kapitalisme te redden. De ‘New Deal’ zorgde voor een forse toename van de publieke schulden van de VS en maakte geen einde aan de tegenstellingen die tot de Grote Depressie hadden geleid.

    “Met deze crisis moet de burgerij overgaan tot maatregelen die voorheen onmogelijk of ondenkbaar waren: mensen die ziek of werkloos zijn extra betalen, meer geld voor gezondheidszorg, bedrijven nationaliseren. In de crisis van 2008-09 werden ook al gelijkaardige maatregelen genomen, onder meer om de banken te redden. Dat werd gevolgd door nieuwe privatiseringen en een hard besparingsbeleid. Als delen van het neoliberalisme achterwege worden gelaten, moeten we daar uiteraard akte van nemen. Het maakt duidelijk dat verandering mogelijk is. Massastrijd van onderuit kan de burgerij doen aarzelen bij het opleggen van nieuwe besparingen.

    “In deze context volstaan eisen als nationalisatie of uitbreiding van sociale voordelen op zich niet. We willen niet dat verlieslatende bedrijven worden genationaliseerd om nadien de winstgevende delen terug aan de private sector te geven. De arbeidersbeweging en de jongeren moeten mobiliseren en opkomen voor democratische controle, democratische planning en de afschaffing van het volledige kapitalistische systeem.”

    Eric: “De stimulusmaatregelen worden voorgesteld als hulp aan de gezinnen en de kleine bedrijven. Maar van het enorme stimuluspakket in de VS gaat slechts 11% rechtstreeks naar de gezinnen. Tegelijk tikt er een fiscale tijdbom in de VS: lokale overheden zullen door het verlies aan belastinginkomsten en door de uitgaven als gevolg van het stimuluspakket elders besparingen zoeken en mogelijk overgaan tot afdankingen. Er zijn nog tijdbommen in de actuele situatie aanwezig: de huizenmarkt in de VS zal dit jaar met naar schatting 35% afnemen. Er dreigt een reeks faillissementen en een financiële ineenstorting.

    “Neo-Keynesianen vandaag pleiten voor de ‘moderne monetaire theorie’: nog meer geld creëren door de centrale banken. Ze denken dat ze de strijd aan het winnen zijn. Het globale aanbod is momenteel groter dan de vraag en dit zal de inflatie en de rentevoeten een tijdlang laag houden. Maar het gebrek aan productiviteit zorgt ervoor dat kapitalisten niet investeren. Zelfs indien dit beleid een tijdlang aangehouden wordt, dreigt vermogensinflatie over te slaan naar de reële economie met een gevaar van hyperinflatie. Illusies kunnen de weg openen voor meer reactionaire regimes die beroep doen op nationalisme en xenofobie. Reformisme en neo-keynesianisme bieden geen antwoord op de uitdagingen waar de arbeidersbeweging voor staat.

    “Er is een stoutmoedig socialistisch programma nodig dat vertrekt van de nationalisatie van de sleutelsectoren van de economie onder democratische controle en bezit, zodat een planning mogelijk wordt.”

  • Personeel Ierse winkelketen Debenhams protesteert tegen afdankingen

    De winkelketen Debenhams is actief in Groot-Brittannië, Ierland en Denemarken. Op de donderdag voor Pasen kregen de personeelsleden van de Ierse winkels via e-mail te horen dat ze ontslagen waren. De groep wilde sowieso herstructureren en maakt van de Covid-19 pandemie gebruik om personeel aan de deur te zetten. De keten wordt geleid door een Belgische manager, Stefaan Vansteenkiste, die gespecialiseerd is in bedrijfsherstructureringen. Hieronder een artikel vanuit Ierland door Ruth Coppinger.

    Het personeel van Debenhams in Ierland vernam op paasdonderdag per email dat het afgedankt was. Dat was amper twee dagen nadat het bedrijf het personeel verzekerde dat alle jobs veilig waren. Het getuigt van een ongevoelige onverschilligheid voor de werknemers, sommige met decennia dienst voor het bedrijf dat eerst Roches Stores heette en vanaf 1996 onder Debenhams verderging.

    Op 6 april verklaarde topmanager Stefaan Vansteenkiste dat het bedrijf onder curatele zou geplaatst worden om de werknemers te beschermen, waarna de handel kon hervat worden zodra de beperkingen door de overheid werden opgeheven. “We werken met een groep van zeer ondersteunende eigenaars en geldschieters en verwachten dat er extra middelen beschikbaar zullen worden gesteld om ons door de huidige crisisperiode te helpen.”

    Een van die ‘ondersteunende eigenaars’ en geldschieters is Bank Of Ireland (dat mede-eigenaar is van Celine Jersey TopCo Ltd, het moederbedrijf van Debenhams). Het personeel van Debenhams vraagt terecht waarom een bank die tien jaar geleden gered werd, en waarin de overheid een aandeel heeft, nu zomaar overgaat tot het opofferen van Debenhams waarbij het personeel wordt gedumpt.

    Debenhams is een testcase

    Miljoenen werkenden in heel de wereld ondervinden dat Covid-19 door rijke aandeelhouders wordt aangegrepen om tot afdankingen over te gaan waarbij minstens een deel van de ontslagvergoeding naar de gemeenschap en dus de belastingbetalers wordt doorgeschoven. Debenhams is een testcase en het antwoord op de aangekondigde ontslagen zal belangrijk zijn bij andere bedrijven. Deze week kondigde hotelketen Dalata/Clayton duizenden ontslagen aan. Ook bij Aer Lingus en Ryanair zijn er jobs bedreigd. En er zullen onvermijdelijk nog aankondigingen volgen.

    Beroepsfederatie Retail Ireland waarschuwde dat er 110.000 jobs in de detailhandel bedreigd zijn. Oasis, Warehouse en Laura Ashley volgden Debenhams en kondigden jobverliezen aan. Geruchten over andere winkelketens zoals Penneys en Next volgden. Een personeelslid van Debenhams in Blanchardstown merkte op: als dit gebeurt, is het niet uitgesloten dat een derde van het winkelcentrum van Blanchardstown dicht blijft na Covid-19. In andere shoppingcenters en winkelstraten zal het niet anders zijn.

    De bedrijven hopen dat de veiligheidsmaatregelen in het kader van de pandemie een actief verzet door het personeel en de vakbonden doorkruisen. Ze onderschatten de vastberadenheid van de werkenden die bereid zijn om te vechten als hun levensonderhoud op het spel staat.

    Het personeel van Debenhams is al jarenlang georganiseerd in de vakbond. Er zijn delegees in de verschillende vestigingen in het land. De vakbond Mandate kondigde aan dat het al het mogelijke zou doen om de strijd te organiseren.

    Naast de strijd op het syndicale terrein, hebben werknemers van Debenhams los van elkaar contact opgenomen met politieke vertegenwoordigers. Een aantal van hen contacteerde vertegenwoordigers van de Socialist Party zoals parlementslid Mick Barry in Cork of mezelf in Dublin. Het leidde tot het idee om werknemers uit verschillende vestigingen bijeen te brengen in een discussie via Zoom.

    Werknemers gaan de strijd aan

    De werknemers waren vastbesloten om niet toe te laten dat de pandemie gebruikt werd om de winkels zonder enig verzet te sluiten. Tijdens de hoger vermelde bijeenkomsten werd gediscussieerd en beslist om protestacties aan de winkels en aan de Bank of Ireland te organiseren, waarbij de veiligheidsmaatregelen inzake social distancing in acht genomen worden.

    De dag ervoor werden de media gewaarschuwd, wat ertoe leidde dat andere werknemers van Debenhams betrokken raakten. Het protest op woensdag 22 april zou een groot succes worden. De werknemers hebben hun zaak aan het publiek kenbaar gemaakt, met hun eigen stem, en hebben Debenhams via de traditionele en de sociale media op de agenda gezet. Ook de politici werden gedwongen om er nota van te nemen.

    Op die actiedag werd één protestactie door de politie afgebroken onder verwijzing naar de speciale bevoegdheden onder de gewijzigde gezondheidswetgeving. De actievoerders in Henry Street, Dublin, werden in het openbaar de wet voorgelezen. Ze mochten niet met journalisten praten. De politie dreigde iedereen op te pakken en dreef de actievoerders weg. De naam van de vakbondsafgevaardigde van de winkel werd genoteerd door de politie.

    Deze intimidatie stond in schril contrast met het gebrek aan actie tegen een groep extreemrechtse racisten die weigerden sociaal afstand in acht te nemen tijdens een protest aan een rechtszitting op dezelfde dag. Het personeel van Debenhams kreeg brede publieke steun. Op hetzelfde ogenblik ging de Ierse premier op een niet-essentiële foto staan met een grote groep zorgwerkers. In een en dezelfde stad golden er verschillende regels naargelang de situatie.

    Repressie heeft omgekeerd effect

    De acties van de politie hadden een dramatisch averechts effect. Debenhams werd een trending onderwerp op Twitter. Zelfs de leider van de traditionele partij Fianna Fáil – geen vriend van gewone werkenden – verklaarde de volgende dag dat de protesten veilig waren verlopen. Een video van de gebeurtenissen, gefilmd door een lid van de Socialist Party, werd meer dan 50.000 keer bekeken.

    De interventie van de politie was niet toevallig of willekeurig. De politie wachtte de activisten op bij de winkel van Henry Street. Dit was een bewuste beslissing van de staat om alle werkenden te waarschuwen. Er is wereldwijd in heel wat landen een noodwetgeving als gevolg van de gezondheidscrisis. De meeste mensen zien die wetten als noodzakelijk in de strijd tegen het coronavirus.

    De Socialist Party waarschuwde echter dat dergelijke wetgeving ook tegen werknemers kan worden gebruikt, zoals nu blijkt met de acties van het personeel van Debenhams. Mick Barry was het enige parlementslid dat zich expliciet uitsprak tegen de wetgeving die nieuwe bevoegdheden aan de politie bood. Hij verwees specifiek naar het mogelijke gebruik ervan tegen vakbondsleden en protesten. Toen deze wetgeving op 19 maart in het parlement werd besproken, zei hij: “Ik steun veel van de bepalingen in de wetgeving, maar om de redenen die ik heb geschetst [de aanvallen op de democratische rechten], ben ik tegen het totale pakket.”

    Het protest bij Debenhams was een eerste serieuze test van de wetten. Door de repressie niet te aanvaarden en door op een gedisciplineerde wijze te protesteren, met inachtneming van de bezorgdheid rond de volksgezondheid, hebben de werknemers van Debenhams laten zien dat het mogelijk is om te protesteren en hebben ze zich niet laten afschrikken door de repressie.

    De week daarop voelde de politie zich tijdens nieuwe protest genoodzaakt om ook de acties aan de winkel in Henry Street toe te laten, maar het wel qua duur in te korten. Het personeel had een spandoek bij met de tekst: “Dit is een essentieel protest.” Eerder werd het protest immers betwist met het argument dat de activisten een niet-essentiële verplaatsing hadden gemaakt.

    Jobs verdedigen

    Op de tweede actiedag waren er succesvolle protestacties op een groeiend aantal locaties: tien winkels en twee banken. Dit kreeg opnieuw heel wat media-aandacht. Tegen die tijd, na meer discussie via Zoom, werd de nadruk meer gelegd op de strijd voor het behoud van de jobs. De personeelsleden riepen de regering op om een sociaal bloedbad in de detailhandel te vermijden.

    In een verklaring aan de media, zeiden twee delegees, Jane Crowe van Henry Street en Valerie Conlon van Patrick Street in Cork:

    “De boodschap van de werknemers tijdens deze protesten is dat er 2.000 banen op het spel staan bij Debenhams. Dat zijn duizenden mensen en gezinnen die afhankelijk zijn van ons loon. De overheid kan nu beter ingrijpen, om te investeren om mensen aan het werk te houden, in plaats van te moeten betalen voor nog eens duizenden mensen die van sociale zekerheid afhankelijk worden.

    “We denken dat veel van de winkels winstgevend zijn, net zoals de online handel. De overheid zet miljarden in om mensen aan het werk te houden tijdens Covid 19. Er zijn ook EU-middelen om ontslagen te voorkomen. We vragen al onze politieke vertegenwoordigers om de regering te vragen hier een rol te spelen en te investeren om het bedrijf open te houden.”

    Ze riepen het personeel van andere winkels op om hen te steunen.

    Op donderdag 30 april werd de faillissementsprocedure van Debenhams ingezet. De werknemers waren teleurgesteld dat ze geen stem hadden in de procedure, dat het bedrijf werd geliquideerd zonder dat iemand pleitte voor het behoud van hun baan.

    Desondanks besloten ze druk uit te oefenen op politieke partijen en parlementsleden waarbij ze pleitten voor staatsinterventie en investeringen om de jobs bij Debenhams te behouden. Wellicht zullen de traditionele partijen Fianna Fáil en Fine Gael samen met de Groenen een regering vormen. Zullen ze overheidsinvesteringen en de overname van Debenhams steunen? Zeker nu FF stilzwijgend steun aan dit idee gaf?

    Een van de werknemers deed heel wat onafhankelijk onderzoek en schreef hierover naar de vakbond en de politieke partijen. Ze wees erop dat vier tot zes winkels winstgevend zijn, net als de online winkel en dat er geen reden is om deze te sluiten. Met de investeringen van de overheid zouden deze winkels terug kunnen openen als de beperkingen in juni worden opgeheven. Ze wees ook op fondsen van de EU die bedoeld zijn om ontslagen te vermijden, waaronder de 100 miljard euro voor SURE (Support to mitigate Unemployment Risks in an Emergency), een fonds waarop de Ierse regering beroep kan doen voor Debenhams. Hoewel de EU niet kan worden vertrouwd om de rechten van werknemers te ondersteunen, toont dit wel aan dat de middelen aanwezig zijn om jobs te beschermen, maar dat deze moet worden gebruikt ten gunste van werknemers en niet ten gunste van het grootkapitaal, zoals de Europese Commissie van plan is.

    Neem het bedrijf in publieke handen om jobs te redden!

    Er is een mythe ontstaan dat onder het kapitalisme private bedrijven in hun eentje ondergaan of overleven. Dat is verre van correct. Ze worden door de staat overeind gehouden met armbanden en reddingsvesten.

    IDA Ireland, het overheidsagentschap dat buitenlandse investeringen moet aantrekken, gaf in 2018 op één jaar tijd meer dan 100 miljoen euro subsidie aan enkele van de meest winstgevende bedrijven ter wereld. Zo kreeg Abbot Laboratories 14 miljoen euro, de farmaceutische topbedrijven ontvingen 30 miljoen euro, Intel en Microsoft kregen respectief 1,9 en 2,8 miljoen euro.

    Daarbovenop krijgen ze fiscale cadeaus waarbij ze erg lage – of zelfs geen – belasting betalen, waardoor de schatkist geen geld meer heeft. Dertien bedrijven betaalden vorig jaar minder dan 1% belasting. We horen veel over de kost van sociale zekerheid, maar deze cadeaus aan de bedrijven kosten veel meer.

    In 2018 zorgden de subsidies van IDA voor netto 14.040 nieuwe jobs. Nu zomaar 2000 jobs laten schrappen bij Debenhams (inclusief de winkels in concessie) is onaanvaardbaar. Het zou de gemeenschap heel wat geld kosten om deze werknemers werkloosheidsuitkeringen te moeten betalen, terwijl er tegelijk minder inkomsten zijn door het verlies aan belastingen. Waarom zou het ondenkbaar zijn dat de overheid in deze context investeert en de winkels overneemt? Er zou een plan kunnen worden opgesteld om de inkomsten de verhogen, ook om te diversifiëren. Roches, dat eigenaar is van veel van de panden met Debenhams-winkels, en andere verhuurders kunnen verplicht worden om de huurprijzen te verlagen.

    De afgelopen twee maanden heeft de staat maatregelen genomen waarvan voorheen gezegd werd dat ze niet mogelijk waren of zelfs ongrondwettelijk. Zo werd bijgedragen aan de loonkosten van bedrijven, werden uithuiszettingen verboden, waren er tussenkomsten in hypotheekbetalingen, werden private ziekenhuizen overgenomen (zij het tegen schandalig hoge tarieven). Er wordt 6,5 miljard euro uitgetrokken om bedrijven te steunen.

    Er wordt gezegd dat Debenhams te veel verlies maakt en teveel schulden heeft. Zo is er een belastingschuld van 3,8 miljoen euro. Maar er zijn ook veel schulden waarover onduidelijkheid is: hoeveel is de schuld aan Bank of Ireland of aan het Britse moederbedrijf van Debenhams?

    De Socialist Party is van mening dat Debenhams en andere bedrijven die tot massale afdankingen overgaan in publieke handen moeten genomen worden. Deze bedrijven moeten democratisch beheerd worden door het personeel zelf waarbij een nieuw bedrijfsplan wordt opgemaakt. Werknemers zijn goed op de hoogte van de trends in de detailhandel, de groei van online winkelen … Zij hebben de vaardigheden en het vernuft om een weg vooruit uit te stippelen.

    De vraag is wie er voor de Covid-19 recessie zal betalen. Zullen het weer de werkenden zijn, of zal er deze keer naar de banken en grote bedrijven gekeken worden? De enige manier om nog een decennium van besparingen en ellende voor de werkende bevolking te voorkomen is door de rijkdom, de banken en de productie in publiek bezit te nemen, onder de controle van de meerderheid van de bevolking, zodat de economie rationeel kan gepland worden in ons belang.

  • Economie. De corona-recessie is begonnen

    Verklaring van het internationaal uitvoerend orgaan van ISA (International Socialist Alternative)

    De coronaviruspandemie heeft honderdduizenden mensen besmet en duizenden het leven gekost. De meeste wetenschappelijke en medische deskundigen waarschuwen dat de situatie ongetwijfeld nog veel erger zal worden en dat er wereldwijd miljoenen mensen zullen sterven. Deze crisis toont zowel de uiterste onbekwaamheid van het kapitalistische systeem om een gezondheidscrisis van deze omvang aan te pakken als de heldhaftige inspanningen van gezondheidswerkers, wetenschappers, leraren, brandweerlieden en vele anderen, vaak vrijwilligers, die hun eigen leven riskeren en lange uren werken om het virus in te dammen en te bestrijden.

    Zij moeten dit doen in een situatie van permanente nood, die nog wordt verergerd door een tekort aan tests, sanitaire voorzieningen, ziekenhuisbedden en personeel. Dit is in hoge mate het gevolg van het neoliberale offensief dat de afgelopen decennia is gevoerd tegen de gezondheidszorg en andere openbare diensten. Dit heeft geleid tot de geleidelijke invoering van neoliberale managementbeginselen, waaronder “lean production” (waarbij alles tot het absolute minimum wordt teruggebracht), en tot de volledige privatisering van voormalige openbare diensten en nationale gezondheidsstelsels.

    Zo beschikte Italië in 1975 over 10,6 ziekenhuisbedden per 1.000 personen, tegenover 2,6 nu. In 2011 waren er 6,9 verpleegkundigen en vroedvrouwen per 1.000 mensen, tegenover 5,8 in 2017. In Frankrijk is het aantal ziekenhuisbedden per 1.000 personen van 11,1 in 1981 afgenomen tot 6,5 in 2013.

    Omdat sommige westerse mediacommentatoren en politici troost zoeken in de hoop dat het begin van de zomer de uitbraak zal temperen, vergeten ze vaak dat hun zomer de winter op het zuidelijk halfrond is! De enorme ongelijkheden, de slechte sanitaire en gezondheidsvoorzieningen en de hoge bevolkingsdichtheid die in veel delen van de neokoloniale wereld heerst, kunnen leiden tot een nieuwe cyclus van menselijk lijden op een nog grotere schaal, mocht het virus daar wortel schieten.

    Na een periode van ontkenning en openlijke verdoezeling hebben regeringen, internationale instellingen en politici zich ‘aangesloten’ bij de strijd. In veel landen die door het virus zijn getroffen, worden scholen, bars en restaurants gesloten. Sport en culturele activiteiten zijn afgelast. Massabijeenkomsten worden verboden.

    Frankrijk heeft een gedeeltelijke lockdown uitgeroepen. Bars en restaurants zijn gesloten en een demonstratie van honderden demonstranten van gele hesjes, waarvan sommige met een beschermend masker, is zaterdag door de politie in Parijs gestopt en door de autoriteiten als onverantwoordelijk voorgesteld in het kader van de epidemie. Macron stond er echter op dat de lokale verkiezingen de volgende dag zouden doorgaan.

    Italië staat onder volledige lockdown, maar net als in bijna alle andere landen blijven de meeste bedrijven ongestraft hun gang gaan, wat de andere genomen maatregelen zinloos maakt en illustreert hoe regeringen in dienst van de bazen staan. Dit is de context voor een golf van wilde stakingen en walkouts die internationaal is uitgebroken tegen de roekeloze poging van de kapitalistische klasse om hun winstmarges te behouden, met totale minachting voor mensenlevens en de gezondheid van de werknemers. In heel Italië zijn er stakingen geweest van industriële arbeiders, postbeambten in Groot-Brittannië, buschauffeurs in Frankrijk en België, arbeiders uit de autosector in Canada, enz. Nu de Europese Commissie door de gebeurtenissen wordt ingehaald, ligt ook de veelgeprezen “vrijheid van verkeer” in de EU en de interne markt aan flarden.

    Epidemieën en pandemieën komen steeds vaker voor in het wereldwijde kapitalisme

    Epidemieën en pandemieën zijn niet uitzonderlijk, de geschiedenis is ermee bezaaid. Naar schatting is de Europese bevolking gehalveerd door de Justiniaanse Pest (550 – 700AD). Plagen maken geen deel uit van onze cultuur, maar worden erdoor veroorzaakt. De Zwarte Dood verspreidde zich in het midden van de 14e eeuw in Europa, vergemakkelijkt door de groei van de handel langs de Zijderoute, alvorens 30% van de Europese bevolking te decimeren. Geïnfecteerde mensen moesten veertig dagen binnen blijven en er werd een bundel stro aan de gevel van hun huis gehangen, zodat de mensen konden zien dat de bewoners besmet waren. Schepen die vanuit besmette havens in Venetië aankwamen, moesten 40 dagen voor de landing voor anker gaan. De Spaanse griep (1918-1920) besmette naar schatting 500 miljoen mensen over de hele wereld en leidde tot 50-100 miljoen doden. Volgens de vorig jaar gepubliceerde studie van de Wereldbank zou een soortgelijke epidemie vandaag leiden tot een ineenstorting van het mondiale BBP met ongeveer 5%, een recessie die veel dieper is dan die van 2009 (-2%).

    Sinds deze historische voorbeelden hebben ongekende wegenbouw, ontbossing en ontwikkeling van de landbouw, evenals het wereldwijde reizen en de handel, de mensheid nog vatbaarder gemaakt voor ziekteverwekkers zoals het coronavirus. Studies hebben aangetoond dat dergelijke opkomende ziekten in de laatste halve eeuw zijn verviervoudigd, grotendeels als gevolg van de verstoring van het ecosysteem door menselijke activiteiten. Tussen 2011 en 2018 telde de Wereldgezondheidsorganisatie maar liefst 1.483 epidemieën in 172 landen. In de recente geschiedenis haalden hiv (dat aids veroorzaakt) en de ebola-epidemie de krantenkoppen voor het doden van honderdduizenden mensen, vooral in sub-Sahara Afrika.

    Vanwege de gelijkenis met Covid-19 wordt veel verwezen naar de uitbraak van SARS (Severe Acute Respiratory Syndrome) in Zuid-China tussen november 2002 en juli 2003, die 8.098 infecties veroorzaakte, met 774 gerapporteerde sterfgevallen in 17 landen tot gevolg. Deze epidemie had echter, net als HIV en ebola, slechts een zeer beperkt effect op de wereldeconomie (-0,1%).

    Deze keer zal het anders zijn

    Tijdens de SARS-epidemie was China, dat 4% van de wereldeconomie vertegenwoordigde, nog niet het economische zwaargewicht dat het nu is (17% van het mondiale BBP). Het heeft sinds de crisis van 2008 de groei in de wereld grotendeels gestimuleerd en is een belangrijke leverancier en afnemer geworden voor alle continenten. Het absorbeert 14% van de uitvoer uit de EU, 6% minder dan 20 jaar geleden, en zorgt voor 20% van de invoer in de EU, een verdubbeling ten opzichte van 20 jaar geleden. De Duitse auto-industrie is bijvoorbeeld sterk afhankelijk van de Chinese markt: een op de vier BMW’s wordt daar verkocht en een derde van de jaarlijkse winst van VW wordt in China gerealiseerd. China’s Aziatische buren en veel mondiale grondstoffenproducenten (zoals Brazilië) zijn sterk afhankelijk van het Chinese productieritme. Ook bezoeken jaarlijks zo’n 8 miljoen Chinese toeristen Europa en nog veel toeristen trekken naar bestemmingen in Azië, waaronder Japan.

    Hoewel er sinds 2008 sprake is van een gedeeltelijke omkering van de globalisering en de groei van de wereldhandel, betekent het sterk geïntegreerde karakter van de wereldeconomie en de toeleveringsketens, waarbij de productie van goederen en hun componenten over veel landen en continenten is gefragmenteerd, dat het stoppen van productie in het ene land zich vertaalt in een vertraging of verlamming van de productie in andere landen. Apple, dat een fabriek heeft in Wuhan, heeft al aangekondigd dat het op zoek is naar andere leveranciers.

    De farmaceutische industrie is voor de productie van een belangrijk deel van de generieke geneesmiddelen en werkzame stoffen sterk afhankelijk van de Chinese chemische industrie. Op 27 februari meldde de Amerikaanse FDA (Food and Drug Administration) al het eerste drugstekort in verband met de uitbraak, en met de verstoring in de toeleveringsketen van de geneesmiddelen. Verdere soortgelijke tekorten zijn mogelijk. China is ook een belangrijke spil van veel andere sectoren. Deze onderlinge afhankelijkheid is een belangrijke aandrijfriem voor schokken over de hele wereld.

    De wereldwijde recessie die begint zal waarschijnlijk voor altijd de naam COVID-19 dragen. De waarheid is echter dat het virus de aanleiding was van de recessie, maar niet de fundamentele oorzaak. Het coronavirus verscheen op een moment dat de wereldeconomie al aan het wankelen was. De wereldgroei in 2019 was slechts 2,9% vergeleken met 3,4% in 2018 en 3,6% in 2017, stelselmatig lager dan voor de Grote Recessie. Een belangrijke bron van zorg is het gebrek aan productiviteitsgroei. De stagnatie en de daling in de afgelopen tien jaar betekent dat de bescheiden groei van de arbeidsproductiviteit vooral wordt gedreven door de accumulatie van fysiek kapitaal (machines, gebouwen, kantoor- of magazijnbenodigdheden, voertuigen, computers, enz. die een bedrijf bezit), en niet zozeer door een grotere efficiëntie of innovatie.

    De wereldeconomie heeft nooit echt de fundamentele zwakheden overwonnen die hebben geleid tot de Grote Recessie van 2008-2009. De productiviteitsniveaus bleven dalen, leeggelopen zeepbellen werden vervangen door andere, nog grotere zeepbellen en hoewel de rentetarieven werden verlaagd en er tonnen geld werden gedrukt, zijn de productieve investeringen in de reële economie nooit van de grond gekomen. De lonen werden laag gehouden, de huizenprijzen hoog en het inschrijvingsgeld, de gezondheidskosten enz. bleven stijgen. De kleine voordelen die het “herstel” met zich meebracht, kwamen voor een overweldigend deel ten goede aan de kapitalistische elite, waardoor de ongelijkheid nog groter werd. De enorme bedragen die in de financiële sector van de belangrijkste kapitalistische landen werden gepompt door middel van maatregelen als Quantitative Easing (QE) zijn grotendeels teruggegaan naar speculatie in plaats van naar productieve investeringen. In wezen bestond het beleid van de belangrijkste kapitalistische landen uit het verderop schoppen van het blikje door er steeds meer geld in te pompen.

    Gevangen in een schuldenval

    In 2008-2009 waren de kapitalisten sterk afhankelijk van de “opkomende” BRIC-landen (Brazilië, Rusland, India en China), die toen in tegenstelling tot vandaag relatief dynamisch waren. Dit was zeker het geval voor China, dat investeerde in grootschalige infrastructuurprojecten en grote hoeveelheden grondstoffen importeerde. Vandaag is China om een aantal redenen niet in staat om deze rol te spelen. Naast de effecten van het coronavirus (waarop we verder terugkomen), de toegenomen inter-imperialistische spanningen en het gedeeltelijk stilvallen van zijn ‘Belt and Road’-programma, draagt China ook nog steeds de effecten van zijn gigantische op krediet gebaseerde herstelbeleid dat werd toegepast als reactie op de crisis van 2008 en daarna.

    De totale schuld van China wordt geschat op meer dan 300% van het BBP, wat neerkomt op ongeveer 40.000 miljard USD, of ongeveer de helft van het mondiale BBP! Bovendien heeft de Chinese centrale bank misschien niet volledig controle over wat bedrijven als Tencent of Alibaba met hun geld doen. Als de groei zou vertragen en staatsbedrijven, provinciale of lokale overheden hun schulden niet betalen, kan dit leiden tot een vermenigvuldiging van faillissementen en besmetting van de banksector. Door de bijzondere staatskapitalistische structuur van China zou dit een grote systeemcrisis kunnen worden.

    De schuld wordt beschermd door administratieve maatregelen die de kapitaalstroom in en uit het land controleren. Dit heeft een enorme impact op de Chinese investeringen en het beleid in het buitenland. Om deze schuld te voeden en de economie vooruit te helpen, heeft China spaargeld van zijn bevolking en inkomsten uit export nodig. Zonder groei kunnen de mensen minder geld op de banken zetten en een nog dieper wantrouwen jegens de overheid ontwikkelen. Voor de export kunnen China’s investeringsplannen in het buitenland de toegang tot lokale buitenlandse markten garanderen.

    Bovendien speelt Hongkong ook een cruciale rol. Het werkt als een doorgeefluik voor financiële transacties tussen de nog niet volledig opengestelde Chinese economie en de open wereldeconomie. Met Hongkong zijn alle uitwisselingen met de open financiële wereld daarbuiten relatief eenvoudig. Zonder dit systeem, en met aanzienlijke delen van de Chinese economie die nog steeds onder strenge administratieve controle staan, zou alles moeilijker zijn. Dat brengt een strategische noodzaak met zich mee voor de huidige economische en politieke situatie in China. Peking moet Hongkong onder controle houden, terwijl het in economisch opzicht ook relatief vrij en open moet blijven, om te voorkomen dat het land geïsoleerd raakt.

    China staat bij lange na niet alleen in zijn schuldencrisis. Een decennium van record-lage, of negatieve, rentetarieven heeft een recordhoeveelheid aan wereldwijde schulden opgestapeld, goed voor meer dan 322% van het mondiale bbp! Dat betekent dat eventuele zwakke plekken in het financiële systeem het potentieel hebben om een nieuwe schuldencrisis te veroorzaken. In de afgelopen tien jaar hebben bedrijven massaal geleend. De enorme stijging van de niet-financiële schulden van bedrijven in de VS is bijzonder opvallend. Dit heeft de zeer grote mondiale technologiebedrijven in staat gesteld om hun eigen aandelen te kopen en enorme dividenden uit te keren aan de aandeelhouders, terwijl ze in het buitenland contant geld opstapelen om belastingen te ontduiken. Het heeft ook kleine en middelgrote bedrijven in de VS, Europa en Japan, die geen substantiële winst hebben gemaakt, in staat gesteld te overleven in een ‘zombiestaat’.

    Eind december 2019 bereikte het wereldwijde aandeel van niet-financiële bedrijfsobligaties een historisch hoogtepunt van 13.500 miljard dollar, het dubbele van het niveau van december 2008, vooral in de VS, waar de bedrijfsschuld sinds de financiële crisis bijna is verdubbeld. Het grootste deel van die schuld heeft de rating ‘BBB’, wat betekent dat ze worden gedegradeerd tot ‘junk levels’ als de economie hapert. Het meest recente mondiale financiële stabiliteitsrapport van het IMF onderstreept dit punt met een simulatie waaruit blijkt dat een recessie die half zo ernstig is als in 2009, ertoe zou leiden dat talloze bedrijven met schulden niet in staat zouden zijn om die schuld af te lossen. Als de verkoop ineenstort, de toeleveringsketens worden verstoord en de winstgevendheid verder daalt, zouden deze bedrijven met een zware schuldenlast kunnen instorten. Dat zou de kredietmarkten en de banken treffen en mogelijk een wereldwijde financiële ineenstorting veroorzaken.

    De wereldhandel is een bron van zorg te midden van een versnelde ontglobalisering

    Een van de meest opvallende kenmerken van de komende recessie is de versnelling van de omkering van de globalisering en een toename van het economisch en politiek nationalisme. Dit wordt weerspiegeld in politieke fenomenen in de hele wereld, waarbij regeringen in de belangrijkste machten van de wereld worden overgenomen door een golf van rechts-populisme. Terwijl de beperkte maar zeer belangrijke internationale samenwerking ertoe heeft bijgedragen dat de kapitalisten de Grote Recessie van 2008/9 in bedwang konden houden, is er vandaag geen sprake van dergelijke samenwerking, en in plaats daarvan is er de opkomst van wereldwijde inter-imperialistische tegenstellingen, die de wereldeconomie domineren en naar de afgrond duwen. Dit werd erg duidelijk in de wereldhandel.

    Als het volume van de wereldhandel in het jaar 2000 als 100 wordt genomen, dan is het gestegen tot 117 in 2007, maar gedaald tot 105 in 2017. De Wereldhandelsorganisatie meldde vorig jaar een toename van de wereldhandel met 1,2%, minder dan de helft van de verwachte 2,6% vanaf april 2019. Ter vergelijking: de wereldhandel is van 1990 tot 2007 gemiddeld met 6,9% per jaar gegroeid, wat de groei van de wereldeconomie stimuleerde.

    Bovendien begon Trump in 2018 zijn handelsoorlog, die een einde maakte aan de groei van de onderlinge afhankelijkheid van de Chinese en de Amerikaanse economie als centrale economische relatie van het wereldkapitalisme en plaats maakte voor een steeds meer vijandige relatie. Zelfs na de ‘fase één’-overeenkomst, die op 15 januari door de VS en China werd ondertekend, bedraagt het gemiddelde douanetarief tussen beide landen nu 19,3%, tegenover 3% voor het begin van de handelsoorlog. De “fase 1”-overeenkomst vertegenwoordigt geen noemenswaardige de-escalatie. Het is een overeenkomst tussen vertegenwoordigers van een kapitalistisch systeem in beroering en achteruitgang. Geen van beide partijen zal waarschijnlijk enige duurzame winst behalen en de werkenden en armen zullen dat ook niet doen.

    De overeenkomst is tot stand gekomen omdat beide partijen steeds meer wanhopig op zoek waren naar een manier om het conflict tijdelijk te verlichten, waarbij de VS in een verkiezingsjaar zit en het Chinese regime met interne problemen te kampen heeft. Maar het is slechts een kwestie van wanneer en over welke kwesties de gevechten worden hervat.

    Zelfs toen de VS en China de overeenkomst in het Witte Huis ondertekenden, bereidden de Amerikaanse ministeries nieuwe maatregelen voor tegen de Chinese telecomgigant Huawei, die door het Amerikaanse establishment is uitgekozen als doelwit, vooral vanwege zijn dominante rol in de 5G-technologie, de volgende generatie draadloze netwerken. De VS voeren ook de druk op de regeringen in het Verenigd Koninkrijk en Duitsland op om Huawei uit hun 5G-infrastructuur te weren. Er zijn nog meer problemen in de relatie tussen de VS en China rond Taiwan, Hongkong en Xinjiang, de verhoogde militaire activiteit aan beide zijden van de Zuid-Chinese Zee en de groeiende trend naar financieel protectionisme.

    Een pauze in de tariefoorlog tussen de VS en China kan ook de weg vrijmaken voor nieuwe handelsconflicten die de regering-Trump laat botsen met Europa, Japan en andere landen. In twee ronden, in 2018 en opnieuw vorig jaar, heeft Trump douanetarieven voor aluminium en staal uit de EU en voor 7,5 miljard dollar aan andere producten ingevoerd na een uitspraak van de Wereldhandelsorganisatie ten gunste van de VS omtrent Europese subsidies aan vliegtuigbouwer Airbus. Trump dreigt ook met tarieven tegen Italië en Groot-Brittannië over plannen om digitale bedrijven zoals Google en Facebook te belasten. De Franse regering heeft toegegeven aan de dreigementen van Trump rond een soortgelijk belastingvoorstel.

    De EU en andere handelsmogendheden halen opgelucht adem dat de VS en China lijken af te zien van een verdere escalatie, maar schreeuwen tegelijk dat de “fase één” overeenkomst neerkomt op “gecontroleerde handel” in strijd met de beginselen van de “vrijhandel.” Dit is weer een nagel aan de doodskist van de WHO, die al verlamd is geraakt door het besluit van Trump van vorig jaar om de benoeming van rechters voor het geschillenbeslechtingssysteem van de WHO te blokkeren. Dit arbitragesysteem, dat is handelsconflicten onder controle moet houden, ligt nu aan duigen. Onder Trump heeft de Amerikaanse regering het multilateralisme resoluut opgegeven ten gunste van een bilaterale strategie om handelsovereenkomsten van staat tot staat te sluiten. Als grootste economie geeft dit de VS een voordeel, totdat nieuwe crises en schokken het machtsevenwicht veranderen, terwijl de bredere impact een meer gefragmenteerde en onstabiele wereldeconomie is.

    Coronavirus leidt tot economische krimp in China

    De eerste reactie van de Chinese autoriteiten toen het coronavirus begin december vorig jaar voor het eerst opdook in Wuhan en toen de nieuwe Covid-19 stam op 7 januari werd geïdentificeerd, was er een van criminele verwaarlozing. Ondanks het feit dat Beijing berichten ontving over de situatie en zelfs de Wereldgezondheidsorganisatie op 31 december in kennis stelde van het ontstaan van een nieuw type coronavirus, stemde de centrale regering in met de doofpotaffaire van de regionale regering en luidde zij pas op 20 januari aan de alarmbel. Drie dagen later legde Peking een draconische afsluiting op aan de provincie Wuhan en Hubei, na meer dan zes weken niet te hebben gehandeld. Het Chinese regime zat al eerder in de problemen. Tijdens de zesjarige regeringsperiode van Xi zijn de opgeblazen officiële groeicijfers gedaald tot 7%, na 30 jaar van gemiddeld 10% groei.

    Waarnemers in China en internationaal erkennen nu wat onze kameraden op chinaworker.info eerder hebben uitgelegd, namelijk dat de macht van Xi veel beperkter is dan ze dachten. Meerdere crises in de betrekkingen tussen de VS en China, de economie en de volksopstand in Hongkong hebben de druk op Xi drastisch verhoogd en de machtsstrijd binnen de heersende elite weer aangewakkerd. Als gevolg daarvan werden lokale functionarissen die bang waren voor alles wat de Xi-dictatuur zou kunnen beschadigen of in verlegenheid zou kunnen brengen, volledig verlamd door de Corona-crisis en durfden ze niets te doen tenzij ze daartoe door Peking werden geïnstrueerd. Het nieuws van de uitbraak werd onderdrukt. Online informatie werd geblokkeerd. Handhaving van de “stabiliteit” was de hoogste prioriteit. Cruciale tijd om het virus in te dammen ging verloren en toen het oncontroleerbaar werd, werd de top van het regime gedwongen om de crisis direct onder controle te krijgen.

    Drie dagen later werd de stad Wuhan (met 11 miljoen inwoners) afgesloten, met een verbod op alle uitgaande reizen. In de volgende drie dagen werd deze quarantaine en het uitreisverbod uitgebreid tot nog eens 20 steden, waarbij zo’n 60 miljoen mensen werden getroffen. Treinen, vliegtuigen, veerboten en bussen stonden stil en stations en tolwegen werden geblokkeerd door gewapende politie. De steden in quarantaine leken op oorlogsgebied, waarbij de bevolking geconfronteerd werd met ernstige ontberingen, een acuut tekort aan medische voorraden en lange wachtrijen om een dokter te zien in een ondergefinancierd en overweldigd ziekenhuissysteem.

    Tientallen miljoenen arbeiders bleven zonder loon achter omdat fabrieken en kantoren werden gesloten. De nieuwjaarsvakantie werd in het grootste deel van het land met tien dagen verlengd en in sommige regio’s zelfs nog langer. Leraren werden niet betaald omdat scholen tot nader order gesloten moesten blijven. Miljoenen arbeidsmigranten uit de provincies in het binnenland waren overgeleverd aan nieuwe quarantaineregels en reisbeperkingen die zich over het hele land verspreidden. Het grootste deel van China kwam tot stilstand.

    Peking ging toen in een acute schadebeperkingsfase en probeerde het personage van “Keizer” Xi te beschermen, waarbij alle schuld op de regering en de politie van Wuhan werd afgewenteld. De CCP zette zijn volledige arsenaal aan ‘stabiliteitsmaatregelen’ in met een massale propaganda- en PR-aandrijving, die een ‘volksoorlog’ tegen de epidemie afkondigde. De bouw van twee nieuwe ziekenhuizen in Wuhan in recordtempo, waarbij nog eens 13.000 bedden werden toegevoegd, was bedoeld om het gezag van het regime te versterken, maar in werkelijkheid was het veel minder dan wat nodig was. Er zijn schattingen van wel 190.000 geïnfecteerde mensen in Wuhan. De twee ziekenhuizen werden gebouwd door vooral migranten zonder arbeidscontract, zonder ziektekostenverzekering en zonder toegang tot medische behandeling in vreselijke en onveilige werkomstandigheden.

    Jamil Anderlini van de Financial Times stelde: “Als het virus niet snel kan worden ingedamd, kan dit het Tsjernobyl-moment van China worden, wanneer de leugens en absurditeiten van de autocratie voor iedereen zichtbaar worden.”

    Wat de economische maatregelen betreft, kondigde Peking een noodfinanciering van 12 miljard dollar aan om de epidemie te bestrijden. Maar in dezelfde week werd er 174 miljard dollar in de banksector en de aandelenmarkt gepompt om een ineenstorting van de markt te voorkomen. Naast hun angst voor een ineenstorting van de markt, toont dit ook aan dat het Chinese regime, net als de westerse kapitalistische mogendheden, een in dienst staat van het grootkapitaal en dat de winst voorgaat op het menselijk leven.

    Ondanks de propaganda dat China de corona-crisis achter zich heeft gelaten, is de situatie verre van normaal. Begin maart was de officieel gerapporteerde “hervatting van het werk” in China ongeveer 60% voor kleine en middelgrote ondernemingen, en beduidend hoger voor grotere bedrijven. Het heropenen van een bedrijf betekent echter niet dat het op dezelfde capaciteit werkt als voordien. Bovendien is de roekeloze provocatie van een nieuwe uitbraak in China een mogelijkheid die inherent is aan de situatie, aangezien het op winst beluste regime zich haast om de economie weer in beweging te krijgen.

    Dan Wang, van The Economist Intelligence Unit, verwacht dat 9 miljoen mensen in de Chinese steden dit jaar hun baan zullen verliezen door de gevolgen van het virus. Volgens het Chinese nationale bureau voor de statistiek is de industriële productie in de eerste twee maanden van dit jaar met 13,5% gedaald en is de dienstverlening met 13% afgenomen. De combinatie hiervan suggereert dat het BBP van China met 13% is gekrompen en dat het eerste kwartaal van dit jaar het eerste kwartaal van negatieve groei sinds 1976 zal zijn. Deze cijfers liggen ver onder de verwachtingen van de analisten, waarbij veel Chinese deskundigen hun verbazing uitspreken over het feit dat overheidsfunctionarissen dergelijke verwoestende cijfers rapporteren.

    De eigenlijke schok kan nog groter zijn, want de lockdowns zijn grotendeels pas op 23 januari begonnen. Verdere cijfers lijken dit te bevestigen. Tijdens de uitbraak van het virus in januari en februari zouden ongeveer 5 miljoen mensen in China hun baan hebben verloren. De werkloosheid in de steden steeg tot 6,2% in februari. Deze officiële cijfers zijn slechts een ruwe indicator, aangezien zij alleen betrekking hebben op de werkgelegenheid in de steden. De meeste industriële werknemers in China zijn de 300 miljoen migranten uit de plattelandsgebieden die zonder contract werken en gediscrimineerd worden. Naar schatting is 30-40% van hen nog steeds werkloos en dat zal voor een langere periode zo blijven.

    De detailhandelsverkopen daalden in januari en februari met 20,5% op jaarbasis en de investeringen in vaste activa daalden met 24,5%, tegen 5,4% groei toen de gegevens voor het laatst werden gerapporteerd. Deze gegevens, die op 16 maart werden vrijgegeven, laten zien hoe ernstig het virus de groei van de op één na grootste economie ter wereld heeft getroffen.

    De machtsstrijd binnen de CCP en de heersende elite zal vrijwel zeker opnieuw opvlammen, gevoed door groeiende verdeeldheid over het bewind van Xi, maar uiteindelijk ook door nieuwe woede en radicalisering die in de maatschappij woedt. De pandemie heeft het falen van het regime aan het licht gebracht en enorme economische schade aangericht. Dit kan een nieuwe crisis ontketenen met mogelijk revolutionaire gevolgen. De taak van de marxisten, in het bijzonder van de aanhangers van ISA in China, is om de meest bewuste delen van de arbeidersklasse en de jeugd te helpen zich hier politiek op voor te bereiden. De humanitaire, economische en politieke crisis in China schreeuwt om de opbouw van een socialistisch en werkelijk democratisch arbeidersalternatief voor het autoritaire kapitalisme van de CCP.

    Beurzen gaan van optimisme naar regelrechte paniek

    Tot eind februari bleef de ‘economische wereld’ verrassend optimistisch. Op dat moment woedde de epidemie vooral in de provincie Hubei, die 4,5% van het Chinese BBP vertegenwoordigde. Er was over het algemeen een overschatting van de kracht van de dictatuur van Xi Jingping, haar capaciteit om schijnbaar eindeloze middelen te mobiliseren en haar controle over de bevolking. Hierdoor dachten ze waarschijnlijk dat het regime in staat zou zijn om er mee om te gaan. Zelfs na de afsluiting van de provincie Hubei en andere maatregelen, of misschien zelfs wel vanwege hen, dachten ze dat Covid-19 de wereldeconomie niet zou doen ontsporen.

    Nog op 2 maart schreef de OESO in haar rapport ‘Coronavirus: the world economy at risk’: “In de veronderstelling dat de epidemiepieken in China in het eerste kwartaal van 2020 en de uitbraken in andere landen mild en binnen de perken zijn, zou de wereldwijde groei dit jaar met ongeveer 0,5% kunnen worden verlaagd ten opzichte van de verwachte groei in de economische vooruitzichten van november 2019”. En dan: “De vooruitzichten voor China zijn aanzienlijk herzien, met een groei die dit jaar onder de 5% gaat, alvorens te herstellen tot meer dan 6% in 2020”.

    Tegen die tijd was het epicentrum van wat laat werd erkend als een pandemie al naar Europa verschoven. In de laatste week van februari heeft dit ertoe geleid dat de Europese beurzen gemiddeld tussen de 12 en 15% hebben verloren en dat verschillende Amerikaanse beurzen hun scherpste dalingen sinds 2008 hebben geboekt. Op 28 februari rapporteerden de beurzen wereldwijd hun grootste daling in één week sinds de financiële crisis van 2008. Dit leidde ertoe dat de ministers van Financiën en de directeuren van de centrale banken van de G7-landen een gezamenlijke verklaring publiceerden om de markten te kalmeren, waarbij zij beloofden dat zij alle passende instrumenten zouden gebruiken om de sociaaleconomische gevolgen van de uitbraak aan te pakken.

    In de dagen daarna verlaagden een aantal centrale banken uit Maleisië, Australië, Indonesië en Mexico en andere landen hun tarieven of namen ze andere stimuleringsmaatregelen, maar de belangrijkste verrassing kwam van de Amerikaanse FED. Zij verlaagde haar tarief met 50 punten. In tegenstelling tot de Europese en Aziatische markten die meestal kortstondig waren gestegen, daalden alle Amerikaanse markten en daalde het rendement op 10- en 30-jarige Amerikaanse schatkistcertificaten tot een recordlaagtepunt.

    Olieprijscrisis 

    Er wordt gezegd dat een ongeluk nooit alleen komt. De daling van het aantal reizen en de lagere vraag naar olie in China als gevolg van de lock-out door het coronavirus hebben geleid tot een daling van de olieprijs. Het leidde ertoe dat het kartel van olieproducenten, de OPEC, een mogelijke verlaging van de productie besprak om dit tegen te gaan. Er werden plannen gemaakt om de olieproductie met 1,5 miljoen vaten per dag te verlagen tot het laagste productieniveau sinds de Irak-oorlog. Tijdens een bijeenkomst in Wenen op 5 maart 2020 slaagden de OPEC en Rusland er echter niet in overeenstemming te bereiken.

    In een hevige economische oorlog om verminderde afzetmogelijkheden door zowel Saoedi-Arabië als Rusland werd vervolgens op 7 maart een verhoging van de olieproductie aangekondigd, waardoor de prijzen met nog eens 25% daalden. Op 8 maart kondigde Saoedi-Arabië onverwacht aan dat het de productie van ruwe olie verder zou verhogen en deze met een korting (van 6 tot 8 dollar per vat) zou verkopen aan klanten in Azië, de VS en Europa. De winning van ruwe olie in Saoedi-Arabië is veel goedkoper (18$ per vat) dan in Rusland (42$), laat staan de schalieolieproductie in de VS. Als Saoedi-Arabië de markt blijft overspoelen, zou het veel Russische, Amerikaanse en andere oliewinners uit de markt kunnen drukken.

    De Russisch-Saudi-Arabische olieprijsoorlog, in combinatie met de groeiende paniek rond het coronavirus, leidde tot wat bekend werd als “Zwarte” of “Crash” maandag. Op die dag was er de grootste daling ooit van de Dow Jones op één dag en vele andere beurzen kenden ook een “berenmarkt” (d.w.z. wanneer de aandelenkoersen met minstens 20% dalen na een eerdere hoge koers). Het werd gevolgd door weer een lawine van aankondigingen van centrale banken en overheidsinterventies.

    In de VS stelde Trump een fiscale stimulans voor in de vorm van een 0% loonbelasting. Vervolgens kondigde hij op 11 maart een tijdelijk reisverbod van 30 dagen aan tegen de 26 leden van het Schengengebied in Europa. De volgende dag werd “Zwarte Donderdag”, met een nog grotere daling van de Amerikaanse aandelenmarkten op één dag en nog een dag van internationale marktvernietiging. De Dow Jones registreerde zijn snelste overstap naar een berenmarkt in zijn 124-jarige geschiedenis. Tussen 17 februari en 13 maart verloor S&P 500 van Wall Street 27% van zijn waarde, FTSE 100 in Londen verloor 30% en Dax in Frankfurt 33%.

    Op weg naar een diepe recessie

    De beurzen zijn verre van een juiste afspiegeling van de exacte toestand van de economie. Ze geven echter wel een vertekend beeld van de richting waarin de economie zich beweegt. Vanaf eind februari begonnen economen en commentatoren openlijk de mogelijkheid van een recessie aan de orde te stellen. Hun belangrijkste vraag was echter welke vorm de recessie zou aannemen en hoe diep die zou zijn. Zou het een V-vormige recessie zijn, te beginnen met een steile daling als gevolg van de beperkingen die tijdens de piek van het virus zijn ingevoerd, om al snel de bodem te bereiken en plaats te maken voor een versterkte ommekeer?

    Of zouden de eerste tekenen van herstel voorbarig zijn en leiden tot een tweede dip, een W-vormige recessie? Meestal roepen economen bij het aankaarten hiervan de overheid op om hulp te bieden, vooral aan kleine en middelgrote bedrijven, in de vorm van belastingkortingen, goedkope leningen of financiële hulp aan personeel dat uit het arbeidsproces wordt gehaald. Anders zouden deze bedrijven failliet kunnen gaan of werknemers ontslaan, wat de mogelijkheid van herstel ondermijnt en kan leiden tot een langere U-vormige recessie of zelfs tot een L-vormige recessie zonder kans op herstel op de korte tot middellange termijn.

    De mogelijkheden om een dergelijk scenario te voorkomen worden met de dag kleiner. Op 13 maart kondigde JP Morgan aan dat zijn visie op de uitbraak van het coronavirus “de afgelopen weken dramatisch is geëvolueerd”. De plotselinge stopzetting van de economische activiteit door quarantaines, annuleringen van evenementen en sociale distantie naast wekenlange chaos op de financiële markten heeft tot de conclusie geleid dat de Amerikaanse en Europese economieën tegen juli door een diepe recessie worden getroffen.

    Volgens ramingen zal het Amerikaanse BBP in het eerste kwartaal met 2% en in het tweede kwartaal met 3% krimpen, terwijl de eurozone met respectievelijk 1,8% en 3,3% krimpt. Dat zou rampzalig zijn. Tijdens de Grote Recessie van 2008-2009 bedroeg de daling van de productie in de VS ongeveer 4,5%. Voor China en Italië wordt de daling nu geschat op ongeveer 6,5% en deze kan oplopen tot 10%. Op het hoogtepunt van de grote recessie verloor de Amerikaanse economie 800.000 banen per maand en de werkloosheid bereikte een piek van 10%. Deze keer zal het nog veel erger zijn. In China zijn al miljoenen mensen werkloos geworden en er zullen er wereldwijd nog veel meer volgen. De heersende klassen zijn doodsbang voor de woede die dit kan uitlokken en die de opstanden en klassenstrijd die zich in het laatste deel van 2019 hebben voorgedaan op elk continent, kunnen doen herleven en uitbreiden.

    Een reeks andere economen en instellingen, waaronder Goldman Sachs, zijn hun schattingen aan het herzien, en geen enkele ziet er veel optimistischer uit. Kenneth Rogoff, van de Universiteit van Harvard zei: “Een wereldwijde recessie lijkt vast te staan met een kans van meer dan 90%.” Olivier Blanchard, Peterson Institute, zei dat er “geen twijfel over bestaat dat de wereldwijde economische groei negatief zal zijn” voor de eerste zes maanden van 2020. De tweede helft zou afhangen van wanneer de piekinfectie wordt bereikt, zei hij, eraan toevoegend dat zijn “persoonlijke gok” was dat deze periode waarschijnlijk ook negatief zou zijn.

    Het IMF definieert een wereldwijde recessie als een periode waarin de groei, normaal gesproken ongeveer 3,5 tot 4% per jaar, onder de 2,5% komt. Niet alle IMF-alumni zijn van mening dat deze definitie in de huidige omstandigheden verstandig is, maar ze hebben allemaal gezegd dat aan de voorwaarden voor een wereldwijde recessie wordt voldaan, ongeacht de precieze definitie. In 2009 is het mondiale BBP met 0,1% gedaald. Op dit moment is het OESO-scenario voor het geval dat de pandemie zich buiten China uitbreidt, 1,5% groei, maar dit zal binnenkort naar beneden moeten worden bijgesteld, mogelijk ver onder het niveau van 2009.

    Gita Gopinath, de hoofdeconoom van het IMF, zei dat het weliswaar moeilijk te voorspellen was, maar dat dit niet leek op een normale recessie. Ze wees op gegevens uit China die een veel sterkere daling van de diensten laten zien dan een normale recessie zou voorspellen. Ze zei ook: “Dit zou een tijdelijke schok moeten zijn, als er een agressieve beleidsreactie is die kan voorkomen dat het verandert in een grote financiële crisis.” In veel opzichten kreeg ze toen eigenlijk dat agressieve beleid waar ze om vroeg…

    Op 3 maart heeft de FED een renteverlaging van 0,5% toegepast in het licht van de “evoluerende risico’s voor de economische activiteit” van het coronavirus. Vervolgens kondigde ze op 12 maart plannen aan om de kwantitatieve versoepeling uit te breiden met 1,5 biljoen dollar om geld te injecteren in het banksysteem. Op 15 maart verlaagt de Fed de rente opnieuw met een volledig procentpunt, tot een streefcijfer van 0 tot 0,25%, en dat gaat gepaard met nog eens $700 miljard aan kwantitatieve verruiming. Op 16 maart echter stortte de beurs weer in, de Dow Jones met bijna 3.000 punten, oftewel meer dan 12%, zijn grootste puntenverlies op één dag in de geschiedenis. De bazooka van de FED was gericht op het opvangen van een aanhoudende financiële crash, maar vanuit het oogpunt van de versoepeling van de markten had het een tegenovergestelde effect en verergerde de crisis.

    Wat er had moeten gebeuren, maar in veel grotere mate dan waartoe kapitalisten bereid zijn, werd aangegeven door Chris Zaccarelli, chief investment officer van de Independent Advisor Alliance: “Als er een geloofwaardig en specifiek fiscaal en volksgezondheidsbeleid wordt gevoerd om de economische en volksgezondheidsrisico’s in te dammen, dan zal je een bodem in de aandelenmarkt beginnen te zien.” Dat werd bevestigd toen de zwaar bekritiseerde Trump-administratie eindelijk een aantal beperkte maatregelen aankondigde om de toegang tot tests te verbeteren. En opnieuw toen Trump verklaarde dat de coronapandemie een nationale noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid was en $50 miljard aan overheidsuitgaven vrijgaf voor tegenmaatregelen, of toen Nancy Pelosi verklaarde dat het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden een wet zou aannemen met inbegrip van uitbreiding van het ziekteverlof, die Trump onderschreef ondanks aanvankelijk verzet. Deze acties lagen aan de basis van de korte momenten waarop de aandelenmarkten hun neerwaartse spiraal onderbraken.

    Dit is niet omdat de markten of de gevestigde orde plotseling medelijden voelen met arbeidersgezinnen. Sommige van de meer cynische zien zelfs kansen in de pandemie, zoals de ‘short-selling’ speculanten die hebben winst maakten door te gokken op dalende aandelenkoersen op de beurs. Anderen berekenen dat wanneer veel oude, onproductieve mensen sterven, dit de productiviteit zal verhogen omdat meer jonge en productieve mensen zullen overleven.

    Het is deels omdat het virus ook hun eigen gezondheid en rijkdom bedreigt, maar vooral omdat ze bang zijn voor de sociale stuiptrekkingen die het kan veroorzaken als ze als te ongevoelig en hebzuchtig worden beschouwd. Zelfs de OESO pleit nu voor extra fiscale steun voor gezondheidsdiensten, met inbegrip van voldoende middelen om te zorgen voor voldoende personeel en testfaciliteiten. Zij stelt ook tijdelijke steun voor, zoals geldoverdracht of een werkloosheidsverzekering, voor werknemers die met onbetaald verlof zijn, en door te garanderen dat virusgerelateerde gezondheidskosten voor iedereen worden gedekt, zo nodig met terugwerkende kracht. Om dezelfde redenen staan sommige banken toe dat mensen hun hypotheken uitstellen en nemen zelfs rechtse regeringen speciale maatregelen, zoals het verlenen van bijzonder ziekteverlof of het toestaan van “technische werkloosheid” met een gedeeltelijke vergoeding voor loonverlies.

    Vertegenwoordigers van de heersende klassen stellen dat we ons in een “oorlogssituatie” bevinden en dat dit uitzonderlijke maatregelen vereist, die onze vrijheden steeds meer inperken. Ze voeren het soort economische maatregelen in dat ze weken geleden direct zouden hebben afgewezen en overwegen zelfs het wapen van de nationalisatie, zoals de rechtse Franse premier heeft aangekondigd en dat sindsdien een terugkerend thema is geworden. Opvallend genoeg deed hij dit voorstel niet alleen om bedrijven van de ondergang te redden, maar ook als een dreigement voor degenen die zich niet aan de sanitaire regels houden.

    Natuurlijk combineren de heersende klassen alle maatregelen met een oproep tot nationale eenheid, die helaas door veel vakbondsleiders, waaronder linkse syndicalisten, maar al te gemakkelijk worden geslikt. Hoewel het idee dat dit een externe vijand is, zal een vijandige “invasie” die we allemaal moeten stoppen via nationale eenheid een impact hebben op brede lagen van de samenleving, waarbij nu al een groeiend aantal arbeiders en jongeren de hypocrisie doorzien. Dit is vooral het geval bij de industriële arbeiders die sociale zelfisolatie als noodzakelijk en verantwoordelijk aanvaarden, maar zich afvragen waarom ze moeten blijven werken en dit vaak zonder adequate bescherming.

    Deze “oorlogssituatie” zal een keerpunt zijn. De heersende klassen zullen proberen om uit deze crisis elke mogelijkheid aan te grijpen om democratische rechten af te schaffen. Werkenden en armen daarentegen zullen door sommige van de maatregelen hebben geleerd dat neoliberale economische concepten terzijde kunnen worden geschoven.

    Hoewel socialisten alle maatregelen verwelkomen die de macht van de profiteurs beperken en de openbare diensten en de levensstandaard versterken, leggen we uit dat op basis van een op winst gericht kapitalistisch systeem dergelijke maatregelen niet zullen volstaan om de ernst van de situatie op te vangen. Alleen door het winstsysteem te vervangen door een democratische socialistische planning en democratisch openbaar eigendom als motor van een andere economie, kunnen de middelen van de wereld effectief worden gemobiliseerd om aan de behoeften van de mensheid te voldoen. Hoewel kapitalistische regeringen zich kunnen wenden tot ‘socialisme voor de rijken’ – een beleid dat in feite de publieke sector plundert om de winsten van een minderheid te beschermen – zijn ze niet in staat tot de omvang van de overheidsinvesteringen, de coördinatie en de planning die de situatie vereist.

    Europa in het oog van de storm

    De Europese Commissie heeft haar groeicijfers herzien van 1,4% voor 2020 in februari tot -1% in de tweede week van maart en vervolgens tussen -2 en -2,5% halverwege maart. Dat is na jaren van zeer trage groei, waarbij Italië nog ver achterblijft bij het niveau van voor 2008. Italië had al de op twee na grootste staatsschuld ter wereld in relatieve termen (135% van het bbp), die nauw verweven is met zijn toxisch banksysteem. De waarde van de bankaandelen is sinds medio februari gehalveerd. Een kredietcrisis lijkt zo goed als zeker en het spookbeeld van een “doom loop” van de staatsbanken dreigt. Een “doom loop” is het dilemma waarmee de regelgevers te maken hebben wanneer zij toestaan dat binnenlandse banken worden geliquideerd terwijl deze banken ook de grootste kopers van de schuld van hun land zijn. Als er geen instellingen meer overblijven om de schuld van een land te kopen, raakt de overheid samen met zijn banken in de problemen.

    De Italiaanse economie is groot genoeg om een wereldwijde crisis te veroorzaken als ze niet goed wordt beheerd. Volgens Ashoka Mody, de voormalige adjunct-directeur van het IMF in Europa, is er een dringende firewall van 500 tot 700 miljard euro nodig om het risico van een financiële kettingreactie via het internationale systeem te vermijden. Hoewel de ECB, de Europese Commissie en de EU-lidstaten de diepte van de komende crisis lijken te beseffen, is er nog een lange weg te gaan voordat zij bereid zijn en instemmen met de financiering van dit soort interventies. Het IMF daarentegen mist eenvoudigweg de nodige middelen voor een dergelijke massale operatie.

    In de context van de eerder genoemde wereldwijde tendens naar politiek en economisch nationalisme, die de afgelopen jaren door Europa is getrokken, moeten de politieke obstakels voor het beschikbaar stellen van “bailouts” zoals in 2010 aan de in moeilijkheden verkerende perifere lidstaten niet worden overschat.

    De Europese landen, zeker in de eurozone, hebben sinds enkele jaren een zwakke groei gekend, die sinds vorig jaar sterk is verslechterd. De locomotief, de Duitse economie, vertraagde vorig jaar tot 0,6% groei. De industriesector verkeert sinds de tweede helft van 2018 in een recessie. Deze sector is sterk blootgesteld aan de vertraging van de wereldhandel. In 2019 is de Duitse industrie met 5,3% gekrompen, terwijl de autofabricage met 25% is gedaald. Terwijl Duitsland aan de lage kant van de groei in de eurozone staat, bedroeg de groei in de hele eurozone in 2019 slechts 1,2% en zou deze al voor het uitbreken van de pandemie dalen tot 0,8%.

    Het zal nu veel erger zijn. Bovendien zou er tegen het einde van het jaar nog steeds een no-deal Brexit kunnen ontstaan. Dat is op dit moment verre van de belangrijkste zorg, maar het zou een aanzienlijke negatieve invloed hebben op de groei en leiden tot verdere volatiliteit. Op dit moment staat de coronapandemie echter in het middelpunt van de belangstelling. Elke lidstaat neemt eigen initiatieven, de grenzen worden gesloten, het vrije verkeer wordt beperkt en de interne markt komt onder grote druk te staan. Land na land verklaart zijn eigen versie van lock-downs en lock-outs.

    De ECB kan niet anders dan haar onmacht erkennen. Geconfronteerd met de economische gevolgen van Covid-19 geeft zij toe dat het de nationale staten en de Europese begrotingsautoriteiten zijn die de sleutels tot de situatie in handen hebben. De rente van de ECB staat al vier jaar op nul. De rente waartegen commerciële banken geld kunnen storten bij de ECB is al negatief (-0,5%). Een verdere verlaging zou slechts een marginaal effect hebben. De ECB en de nationale centrale banken kunnen alleen commerciële banken met voldoende liquiditeit overspoelen om een vermindering van de kredietverlening aan bedrijven en huishoudens te voorkomen. Om dit te doen zal de ECB haar langlopende leningen aan commerciële banken verhogen, tegen een negatief tarief van -0,75%. Met andere woorden, de commerciële banken zullen worden gesubsidieerd. De ECB zal ook de kwantitatieve versoepeling met €120 miljard uitbreiden.

    Dit zal niet voldoende zijn om de investeerders gerust te stellen en evenmin zullen de commerciële banken, zelfs wanneer ze gesubsidieerd worden door negatieve rentetarieven, bereid zijn om geld te lenen aan bedrijven die zo verzwakt zijn door de ineenstorting van hun verkopen. De ECB doet daarom een beroep op de nationale staten om bij het verstrekken van leningen overheidsgaranties aan particuliere ondernemingen te verstrekken. Zij doet een beroep op de nationale staten om ambitieuze en gecoördineerde begrotingsmaatregelen te nemen. Onderzoekers van het Bruegel-instituut hebben de belangrijkste maatregelen geschetst die moeten worden geactiveerd: belangrijke aanvullende middelen voor de nationale gezondheidsstelsels; diverse maatregelen ter ondersteuning van huishoudens, vrije beroepen, bedrijven en lokale gemeenschappen; en macro-economische maatregelen ten belope van 2,5 procent van het BBP die moeten worden gefinancierd door een toename van de begrotingstekorten. Pierre Wunch, gouverneur van de Belgische nationale bank, lichtte toe: “Vandaag worden we geconfronteerd met een grote schok, die tijdelijk zou moeten zijn, we moeten alle mogelijke marges gebruiken door middel van selectieve en tijdelijke maatregelen om het failliet gaan van bedrijven en het verlies van banen zoveel mogelijk te beperken. We moeten dit openhartig en zonder aarzeling doen.”

    De Europese Commissaris voor economie, Gentiloni, benadrukte dat de stimulans van de Commissie de lidstaten de mogelijkheid biedt om honderden miljarden euro’s te gebruiken voor de bestrijding van het coronavirus. Dat zal meer dan nodig zijn. De Europese begrotingsregels zullen worden versoepeld, met inbegrip van de heilige Maastrichtnormen, en alle uitzonderingen op het stabiliteitspact zullen volledig worden toegepast. Dit is volgens Gentiloni nodig om de financiële markt het vertrouwen te geven dat de EU-landen deze keer alles zullen doen om een diepe recessie te voorkomen. De Duitse minister van Financiën, Scholz, beloofde onbeperkte steun aan Duitse bedrijven, die blijkbaar kan oplopen tot 500 miljard euro. Ook Frankrijk, Zweden, Spanje, Denemarken en andere Europese landen kondigden aanzienlijke stimulansen aan.

    Italië kondigde aan 25 miljard euro extra uit te geven aan de begroting om de betaling van schulden aan bedrijven op te schorten en hen te helpen bij het betalen van werknemers die tijdelijk zijn ontslagen als gevolg van de lockdown. De EU-commissie heeft ook nog eens 37 miljard euro uit haar begroting vrijgemaakt om bedrijven te helpen en heeft 1 miljard euro gegeven om de Europese Investeringsbank te helpen. De regels voor overheidssteun aan bedrijven worden afgezwakt, evenals de mogelijkheid om de BTW tijdelijk te verlagen en de inning van belastingen uit te stellen. De Spaanse regering heeft zelfs besloten om faciliteiten van particuliere zorgverleners op te eisen om de pandemie aan te pakken. Zoals in elke grote crisis moet het kapitalisme, na de zogenaamde verdiensten van de vrije markt te hebben verheerlijkt, door de staat worden gered om zijn wonden te verbinden en verdere ineenstorting te voorkomen.

    Voor velen zal het duidelijk zijn dat deze beperkte “oorlogsconcessies” van de ECB en de Europese Commissie hen niet minder anti-werknemer of anti-arm maken. De vijandige houding van de bevolking ten opzichte van deze instanties neemt alleen maar toe. De Italiaanse bevolking is geschokt door de oorspronkelijke weigering van de Franse en Duitse autoriteiten om cruciale sanitaire en medische hulp voor Italië voorbij hun grenzen te laten gaan. Dit is gebruikt door het Chinese regime dat extra hulp en medische adviseurs aan Italië beloofde (dat door China al werd gebruikt als steunpunt in de eurozone door zijn deelname aan het ‘Belt and Road’-initiatief).

    De Europese Unie, een neoliberaal, asociaal project dat onder een “progressief” vernisje van vrij verkeer en Europeanisme wordt gepresenteerd, is keer op keer op de proef gesteld. De ontwikkelende diepe recessie, die een lawine aan faillissementen van bedrijven zal veroorzaken, miljoenen in werkloosheid en economische ontberingen zal drijven, de levensstandaard zal ondermijnen en zo de vraag zal onderdrukken en het herstel zal bemoeilijken, zal echter de ultieme test zijn. De EU is nooit in staat gebleken de nationale tegenstellingen van het continent op beslissende wijze te overwinnen en de mondiale economische en geopolitieke context versterkt de toch al sterke centrifugale tendensen binnen het continent. Het is zeer onwaarschijnlijk dat de EU deze test in haar eigenlijke vorm zal overleven.

    Er komt grote klassenstrijd

    Een diepe recessie, mogelijk zelfs een depressie, kan voor een tijdje een verlammend effect hebben op de klassenstrijd, omdat arbeiders en hun gezinnen een “defensieve” houding aannemen, door de angst om het weinige dat ze hebben te verliezen. Bovendien is het mogelijk dat de massa van de bevolking niet onmiddellijk het verband zal begrijpen tussen de misdaden van het kapitalisme en de verspreiding van het coronavirus. De heersende klasse zal de komende catastrofe presenteren als een “daad van God”, een of andere natuurramp die niemand had kunnen vermijden of voorspellen en die we allemaal moeten slikken, samen met de nodige “offers”.

    Ze zullen ook de vlammen van nationalistische en xenofobe reacties aanwakkeren, problemen wijten aan een “buitenlands” virus, en dit projecteren op migranten, vluchtelingen, enz. Dit kan gedurende een bepaalde periode een weerklank vinden bij een deel van de bevolking.

    Uiteindelijk zal dit echter niet de dominante reactie zijn van arbeiders, vrouwen, jongeren en de onderdrukten over de hele wereld. Zelfs op korte termijn zullen massale werkloosheid en aanvallen op de levensstandaard de massale woede aanwakkeren. In combinatie met het criminele wanbeleid van de heersende klasse ten aanzien van het coronavirus en het streven naar winst ten koste van de gezondheid en het welzijn van de werknemers, zal dit in het tijdperk van Covid-19 tot sociale explosies leiden.

    Deze generatie is anders. Hoewel het ontbreekt aan de massale organisaties en de politieke ervaring en vooruitzichten van de vorige generaties, is het een generatie die wordt getekend door extreme leef- en werkomstandigheden, zonder enige zekerheid. Al enige tijd haat zij het establishment en de ongelijkheid van het systeem.

    Deze generatie, of althans een deel daarvan, heeft de ervaring van de Grote Recessie meegemaakt en heeft een voortdurend beleid van liberalisering, besparingen en privatisering gekend, waarvan de mislukking op dramatische wijze aan het licht komt. Het is ook een generatie met ervaring in de strijd, recent in de prachtige en voortdurende wereldwijde klimaatopstand, die gekenmerkt wordt door een beginnend inzicht dat het systeem onverenigbaar is met de behoeften van de planeet en een wijdverbreide openheid voor revolutionaire ideeën. Een nieuwe wereldwijde economische crisis zal het failliet van het kapitalistische systeem verder aantonen en zal de kiem leggen voor revolutionaire socialistische conclusies die door miljoenen mensen moeten worden getrokken.

    De ervaring van deze crisis zal ook niet verloren gaan voor de arbeidersklasse. Het is bijvoorbeeld zeer onwaarschijnlijk dat gezondheidswerkers zullen accepteren dat ze gewoon teruggaan naar de normale situatie zodra de curve van de pandemie is omgeslagen. Bovendien zullen deze en alle essentiële werknemers, wanneer ze de strijd aangaan, een enorme steun van de bevolking krijgen. Hoewel sociaal isolement door velen is geaccepteerd als een verantwoordelijke houding tijdens de pandemie, heeft het ook een onmiskenbaar gevoel van solidariteit gecreëerd, vooral met degenen die ten prooi zijn gevallen aan ziekte en ontberingen, of die het grootste risico lopen. Deze solidariteit kan in de komende periode een wapen van de arbeidersklasse worden – ook gekenmerkt door een stevige strijd om wie de rekening van deze crisis zal betalen: zal dit weer de arbeidersklasse zijn?

    Deze crisis is in veel opzichten een cruciaal keerpunt. We zullen verschillende stadia doorlopen naarmate de crisis zich ontwikkelt, maar in het algemeen zal de situatie zeer open zijn. Eisen die voorheen als moeilijker werden beschouwd, zullen worden geaccepteerd als realistisch en haalbaar, zoals een algemene arbeidstijdverkorting zonder loonverlies, de organisatie van de werkplek en de democratie van de gemeenschap. Een socialistisch programma, gebaseerd op de nationalisering en democratische planning van belangrijke sectoren van de economie, zal een veel grotere weerklank vinden dan in het verleden. De coronacrisis toont, net als de klimaatcrisis, op levendige wijze de behoefte aan internationale socialistische planning, op basis van een nieuw regime van mondiaal partnerschap en samenwerking, wat onmogelijk is in het door hebzucht gedreven kapitalistische systeem.

    Net als in elke andere crisis in de kapitalistische geschiedenis zal het systeem echter manieren vinden om zichzelf te behouden als er geen alternatief wordt gebouwd. De opbouw van een internationale revolutionaire socialistische kracht, die groeit en zich ontwikkelt als onderdeel van de komende strijd, die voortvarend tussenkomt en een gezamenlijke strijd voor de socialistische transformatie van de samenleving op internationale schaal verdedigt, is van het grootste belang, als de mondiale arbeidersklasse wil vermijden dat het weer de prijs van deze zoveelste crisis betaalt.

     

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop