Tag: Jobbik

  • Hongarije. Afwezigheid van links laat ruimte voor neofascisten

    Artikel door Sonja Grusch en Tilman M. Ruster naar aanleiding van de Hongaarse parlementsverkiezingen van 6 april. We publiceren dit nu in het kader van de Europese verkiezingen waarin Jobbik volgens peilingen tot 25% kan halen.

    Drie dagen voor de recente parlementsverkiezingen in Hongarije was er in de hoofdstad Boedapest een ‘Alter Summit’ waar werd gediscussieerd over de dreiging van extreemrechts in Europa. Het evenement toonde het falen van de Hongaarse linkerzijde om een alternatief naar voor te schuiven op de rechtse Fidesz-partij en het neofascistische Jobbik.

    Het was een bijeenkomst van voornamelijk oudere mannen die in erg algemene termen spraken over het gevaar van de groei van extreemrechts. Het ontbrak aan een concrete strategie om de strijd aan te gaan. Onder het beperkte aantal Hongaarse deelnemers waren er ook aanhangers van Kormanyvaltas (‘Verandering van regering’, een electorale alliantie van vijf partijen of lijsten die allen voortkwamen uit afsplitsingen en fusies van verschillende organisaties). Hun enige argument was dat het nodig is om de rechtse premier Orbán aan de kant te schuiven.

    Dat is ongetwijfeld erg belangrijk. Maar Kormanyvaltas is een alliantie die gedomineerd wordt door de MSzP, de sociaaldemocratische partij die enkele van de meest gehate voormalige premiers leverde. Er gaat geen enkele aantrekkingskracht van uit voor die lagen die echt willen strijden tegen extreemrechts en tegen neofascisten, alsook tegen de erger wordende sociale situatie in Hongarije.

    Nog tijdens de verkiezingscampagne kreeg de MSzP af te rekenen met een enorm corruptieschandaal. Het was een regering onder leiding van de MSzP die de trojka naar het land haalde. De maatregelen van de MSzP en de trojka waren de belangrijkste redenen waarom Orbán in 2010 terug aan de macht kon komen, waarna de trojka aan de deur werd gezet.

    Gemengde resultaten

    Het resultaat van de verkiezingen is dan ook niet verwonderlijk. Met 44,5% van de stemmen haalt Fidesz, de partij van Orban, een tweederdemeerderheid in het parlement. Het neofascistische Jobbik haalt ongeveer 20,5%. Kormanyvaltas haalt 26% en het groene LMP doet haar intrede in het parlement met 5%.

    Op het eerste gezicht is dit geen positief resultaat. Maar er zijn belangrijke details die een nadere analyse vergen. Zo verloor Fidesz ongeveer een kwart van zijn stemmen (600.000) in vergelijking met de vorige verkiezingen. Het verlies is nog erger als rekening wordt gehouden met het feit dat Hongaarse minderheidsgroepen in buurlanden voor het eerst mochten stemmen en massaal (95%) voor Fidesz kozen. Zonder deze nieuwe kiezers zou het verlies van Fidesz nog groter geweest zijn.

    Een reeks besparingsmaatregelen en breed verspreide corruptie zijn de belangrijkste redenen voor de achteruitgang van Fidesz. Een kleine kliek rond Orbán werpt zich op als een nieuwe oligarchie. Zijn vroegere studievrienden van aan de universiteit krijgen alle lucratieve overheidscontracten en verdienen er miljoenen mee. Orbán heeft zelf nooit een andere job gehad dan die van politicus. Maar hij bouwt nu wel op eigen kosten een voetbalstadion voor 35.000 supporters en een kleine luchthaven in zijn dorp van afkomst (met ongeveer 3.000 inwoners).

    Orbán werd verkozen met 44,5% van de stemmen, maar slechts 61% van de kiezers nam deel aan de stemming. Met alle veranderingen in het kiesstelsel betekent dit dat minder dan 30% van alle kiezers volstaan om aan een tweederdemeerderheid in het parlement te komen. Een groot aantal Hongaren stemt niet meer of niet voor de bestaande grote partijen.

    Een ander belangrijk element bij deze verkiezingen is de 20,5% (bijna een miljoen stemmen!) voor het neofascistische Jobbik. Dat is een antisemitische en racistische partij die de ‘Nieuwe Hongaarse Garde’ organiseert, een paramilitaire groepering. Jobbik heeft een sterke steun onder jonge hoogopgeleiden. De partij kwam in de hoofdstad Boedapest bewust met een vrouwelijke kandidaat, waarbij het zich in de stad minder agressief probeerde voor te stellen in vergelijking met het profiel van de partij op het platteland.

    Jobbik is een neofascistische partij, maar dit betekent niet dat alle kiezers ervan fascisten zijn. De partij slaagt erin om zich voor te doen als het enige echte alternatief dat de sociale problemen niet alleen in het parlement maar ook op straat opneemt. Zolang er geen links alternatief is, kan Jobbik daarmee weg geraken.

    Orbán zal aanvallen verderzetten

    Orbán heeft niet alleen het kiessysteem veranderd om aan de macht te kunnen blijven, hij heeft ook de werkenden en de vakbondsrechten aangepakt. Hij probeert zijn pro-kapitalistische beleid (met bijvoorbeeld de invoering van een vlaktaks) te verstoppen onder een antibuitenland-retoriek. Zoals in andere landen wordt creatief omgesprongen met de werkloosheidscijfers om die laag te houden. Het feit is echter dat de rijken rijker worden, terwijl werkloosheid, inflatie en schulden toenemen. Steeds meer jongeren kijken uit naar een toekomst in het buitenland.

    De aanvallen op de vakbondsrechten zijn tot op zekere hoogte een test voor andere burgerlijke politici. Na de Hongaarse verkiezingen werd de overwinning van Orbán gevierd door zijn collega’s van de Europese Volkspartij (EVP, waartoe CD&V en CDH behoren). Zij prezen hem omdat hij “de waarheid zegt” en omdat hij “de enige politicus is die Hongarije kan besturen en de juiste beslissingen kan nemen.”

    Dit geeft meteen aan dat de zogenaamde maatregelen tegen buitenlandse bedrijven (in het bijzonder Europese banken) de burgerij niet bepaald afschrikken en dat diezelfde burgerij zeker geen probleem heeft met de aanvallen op democratische basisrechten. Ze willen de controle over Hongarije behouden. Met zijn economische akkoorden met verschillende landen probeert Orbán te balanceren tussen de imperialistische machten.

    Enerzijds neemt hij miljoenen aan EU-subsidies aan, maar anderzijds zijn er ook miljardenleningen uit China en Rusland. Zoals we zien in Oekraïne is het mogelijk dat verschillende imperialistische landen Hongarije aan hun kant willen krijgen doorheen een opbod aan geld en zakelijke akkoorden. De gebeurtenissen in Oekraïne tonen echter ook aan hoe gevaarlijk dit kan zijn voor een klein land als Hongarije.

    De recente verkiezingen brengen geen fundamentele verandering in Hongarije. Het belangrijkste probleem blijft een gebrek aan een georganiseerde socialistische kracht die de woede van de werkende bevolking en de armen in een positieve richting kan sturen.

    Nood aan onafhankelijke arbeiderskracht

    Eerder linkse projecten hebben min of meer gefaald. Zo was er Milla of het meer op de arbeidersbeweging gerichte Szolidaritas. Nu namen beiden deel aan Kormanyvaltas. Szolidaritas kon een tijdje de rol van een mogelijke aanzet tot een nieuwe arbeiderspartij spelen. Maar de partijleiders gingen liever een alliantie aan met de vroegere MSzP-premier Bajnai en zijn alliantie ‘Samen 2014’, dat nu deel is van Kormanyvaltas.

    De linkse krachten in Hongarije hebben jammer genoeg geen programma, strategie of perspectieven. Het maakt dat ze zwak en weinig slagkrachtig zijn. Ze zullen niet in staat zijn om een nieuwe beweging uit te bouwen die in staat is om tot ernstige verandering te komen. In de periode na de verkiezingen zullen er snel nieuwe besparingen komen, de zwakte van links moet dan ook snel overkomen worden.

    De erger wordende inflatie en de stijgende prijzen voor olie en energie zijn de grootste problemen voor de Hongaarse economie. Nu al leeft een derde van Hongaren onder de armoedegrens. De jongeren, zeker die met een diploma, verlaten het land op zoek naar werk.

    We mogen ons niet laten leiden door frustratie. De gebeurtenissen in Oekraïne en Bosnië tonen aan hoe snel een situatie kan veranderen. De vraag is in welke richting er verandering zal komen. De miljoenen mensen die bij deze verkiezingen niet stemden – de sterkste ‘partij’ – vertegenwoordigen een massale potentiële kracht in de komende periode.

    De werkenden zijn woedend over de arbeidsvoorwaarden die aan slavenarbeid doen denken, de jongeren vechten voor een toekomst, de Roma willen gelijke rechten en willen ingaan tegen het gewelddadige racisme van zowel Jobbik als Fidesz. Al deze krachten kunnen en zullen deel uitmaken van het toekomstige protest dat zowel de rechterzijde als de neofascisten van het toneel kan verdrijven.

    Maar het zal voor toekomstige bewegingen niet volstaan om zich te beperken tot democratische rechten, hoe belangrijk die ook zijn. Ze moeten de dringende sociale thema’s opnemen en zich duidelijk aan de kant van de werkende bevolking plaatsen. De andere weg – van een in theorie brede alliantie van ‘progressieve’ krachten – werd uitgetest en heeft gefaald. Deze fout mogen de nieuwe socialistische krachten in de toekomst niet opnieuw maken.

  • Europese verkiezingen en extreemrechts. Van neonazi’s tot populisten

    dossier door Geert Cool, woordvoerder Blokbuster

    Bij de komende Europese verkiezingen dreigt extreemrechts doorheen Europa een sterke score neer te zetten. Het gaat niet om een eengemaakt fenomeen, de diversiteit van populisten tot neonazi’s is groot. Wel kunnen al deze krachten op een zelfde basis aanhang winnen: het ongenoegen tegenover de gevestigde partijen en het gevestigde besparingsbeleid is bijzonder groot. Dat het collectieve bewustzijn van de arbeidersbeweging de afgelopen decennia werd terug geslagen, vergroot de ruimte voor allerhande roepers die met gemakkelijke ‘oplossingen’ komen aandraven.

    Van populisten in het Westen…

    De electorale instorting van het Vlaams Belang, de partij raakt volgens peilingen nog net boven de kiesdrempel, mag ons niet verblinden. In zowat alle buurlanden zien we dat extreemrechtse en populistische krachten als een kat met negen levens zijn. Als onkruid blijven ze terugkomen zolang er een vruchtbare voedingsbodem voor hen bestaat.

    De breed gedragen verontwaardiging tegenover Geert Wilders en diens roep naar “minder Marokkanen” leidde tot een leegloop van mandatarissen van de PVV, maar niet van kiezers. In de peilingen blijft de PVV de tweede partij, nu na de liberale partij D66. Een partij als de PVV moet het niet hebben van sterk uitgebouwde structuren, maar van steekvlammen in de media. Het is veelzeggend dat de partij bij de recente gemeenteraadsverkiezingen in slechts twee steden een lijst kon neerleggen. In Den Haag werd de PVV tweede met 14,1% (na D66), in Almere de grootste met iets meer dan 20%.

    Het populistische model van Wilders kreeg de afgelopen jaren navolging in andere landen, vooral in West-Europa. Bestaande extreemrechtse partijen zoals het Franse FN, het Oostenrijkse FPÖ of het Vlaams Belang bij ons probeerden zich een deftiger imago aan te meten en waren steeds meer afhankelijk van de media om zich in het centrum van de belangstelling te werken. Er was bij deze partijen een terugloop van het aantal actieve militanten en er werden amper nog grootschalige activiteiten of betogingen georganiseerd. Het Vlaams Belang liet dit jaar ook de traditie van een 1-mei activiteit vallen ten voordele van een familiedag in een dierenpark. Het electorale succes heeft de nadruk op de parlementsleden en partijleiders vergroot, waarbij militante activiteiten onder druk kwamen te staan.

    Het Franse FN beweert dan wel dat het over een groeiend ledenbestand beschikt, de partij claimt naargelang de bronnen 50.000 tot 70.000 leden, maar bij de gemeenteraadsverkiezingen moesten de ambities van het aantal steden waar opgekomen werd naar beneden herzien worden tot 500. Bij de laatste voorzittersverkiezingen in 2011 bleek het FN over iets meer dan 22.000 geregistreerde leden te beschikken waarvan er 17.000 aan de stemming deelnamen. Dat is minder dan het aantal leden van het Vlaams Belang op het hoogtepunt van die partij (25.000), maar meer dan het aantal VB-leden dat vandaag nog overblijft (wellicht minder dan 15.000, in 2012 werd voor 200.000 euro lidgeld opgehaald wat neerkomt op maximaal 16.000 leden aan 12,5 euro per jaar).  Massaal zijn deze partijen niet. Ter vergelijking: zowel ABVV als ACV tellen meer dan een miljoen leden in ons land.

    In verschillende landen ontstonden rechtse populistische krachten buiten de bestaande extreemrechtse partijen op een nog beperktere ledenbasis. Dat is het geval met de Nederlandse PVV maar ook met de wel erg reactionaire UKIP (UK Independence Party) van Nigel Farage die in de peilingen op 25% staat. Die partijen dragen geen verleden mee zoals het FN of het Vlaams Belang. Er wordt niet geaarzeld om elkaars campagnes en uitspraken te kopiëren, maar samenwerking blijft moeilijk liggen. Zo haalde Farage al meermaals uit naar Marine Le Pen, die nochtans een doorbraak bekwam met een vorm van samenwerking met Wilders.

    …tot neonazi’s in het oosten, zuiden én westen van Europa

    Na de Europese verkiezingen zullen er meer neofascisten in het Europees Parlement zitten. Er waren al verkozenen van het Hongaarse Jobbik, maar zij zullen gezelschap krijgen van onder meer verkozenen van Gouden Dageraad uit Griekenland en zelfs de Duitse NPD dreigt een verkozene te behalen na het afschaffen van de kiesdrempel van 5%.

    Het gaat om partijen die een stap verder gaan dan extreemrechtse partijen als VB, FN of FPÖ, ook al is er bij militanten van deze partijen een zekere sympathie en steun voor de neonazistische partijen. Het is geen toeval dat de studenten van het Vlaams Belang al meermaals figuren van NPD of Jobbik naar ons land haalden. De referenties naar Gouden Dageraad blijven eveneens opduiken.

    Gouden Dageraad kwam op de voorgrond tijdens de diepe crisis die Griekenland treft. De vroegere extreemrechtse partij LAOS verdween volledig van het toneel na regeringsdeelname waarin het verantwoordelijkheid opnam voor het asociale besparingsbeleid. Gouden Dageraad kon snel uitgroeien van een kleine groep neonazi’s tot een partij die meer dan 10% in de peilingen haalde. Er werd niet geaarzeld om de vuisten boven te halen en andersgekleurden of andersdenkenden fysiek aan te pakken. Militanten gingen zelfs over tot de moord op de linkse rapper Pavlos Fyssas. De overheid zette een offensiefje op tegen Gouden Dageraad, maar de electorale steun kreeg slechts een beperkte deuk.

    Ook Jobbik in Hongarije kent een geschiedenis van geweld en privémilities. De partij is uitdrukkelijk tegen joden, homoseksuelen en al wie uit de band springt. Ondanks geweld tegen zigeuners en ondanks de veroordeling van de Hongaarse Garde als privémilitie blijft Jobbik scoren in de nationale verkiezingen en wellicht ook bij de Europese verkiezingen waarin het resultaat van 20% bij de recente parlementsverkiezingen nog verbeterd kan worden.

    Andere Oost-Europese extreemrechtse partijen zijn niet zachter. De Slovaakse Nationale Partij is niet alleen anti-Hongaars maar ook sterk anti-zigeuner en partijleiders werden regelmatig betrapt op uitspraken waarin de holocaust werd goedgepraat. De partij zat een tijdlang in de Slovaakse regering, wat leidde tot een schorsing van de sociaaldemocratische coalitiepartij uit de Europese fractie van de sociaaldemocratie. De Slovaakse Nationale Partij zou haar zetel kunnen behouden, maar krijgt op haar rechterflank concurrentie van de LSSN (Volkspartij – Ons Slovakije) die tot 4% in de peilingen haalt, wat geen verkozene oplevert maar toch een sterke vooruitgang betekent. De LSSN won eerder dit jaar de verkiezing van een lokale gouverneur in de regio Banska Bystrica in het midden van Slovakije. De fascist Marian Kotleba haalde het verrassend met 55% van de stemmen op basis van een anti-Roma retoriek. Deze partij aarzelt niet om met gewapende milities uit te pakken of om het naziregime onder Jozef Tiso te herdenken.

    Een aantal Oost-Europese formaties hebben het electoraal moeilijk, dat is onder meer het geval met Ataka (Bulgarije) of de Groot-Roemeense partij die hun zetels in het parlement wellicht zullen verliezen. Dat betekent echter niet dat extreemrechts in deze landen afwezig is. Het aantal neonazi’s dat gewelddadig uit de hoek komt neemt toe in Oost-Europa. Bij voetbalwedstrijden laten ze regelmatig van zich horen, maar ook op straat tegen zigeuners en andere vreemdelingen. Hoe snel dergelijke groepen aanhang kunnen winnen, bleek recent nog uit de ontwikkelingen in Oekraïne waar de Rechtse Sector een belangrijke rol speelde en waar de extreemrechtse Svoboda partij in de nieuwe regering werd opgenomen.

    Het is opmerkelijk dat een reeks gevestigde partijen in Oost-Europa niet aarzelen om zelf ook behoorlijk rechts of racistisch uit de hoek te komen. Dat is onder meer het geval met de regerende Fidesz-partij in Hongarije, maar ook pakweg met de gevestigde partijen in Slovakije die niet aarzelden om een coalitie met de Slovaakse Nationale Partij te vormen of met de Poolse partij voor Recht en Rechtvaardigheid.

    En verder moet worden opgemerkt dat de afschaffing van de Duitse kiesdrempel ertoe kan leiden dat de NPD, een wel erg openlijk neonazistische partij, een Europese zetel kan behalen. Hierdoor zou het fenomeen van harde aangebrande fascistische verkozenen zich niet beperken tot Oost-Europa en Griekenland, maar zou het doordringen tot het centrum van de Europese Unie. Een Duitse neonazi in het Europees Parlement zal gelet op de geschiedenis van het continent ook buiten Duitsland heel wat aandacht krijgen.

    Welke Europese fractie(s)?

    Een poging van het Oostenrijkse FPÖ om het oude idee van een Europese fractie van extreemrechts te vormen, de Europese Alliantie voor Vrijheid, blijft vooralsnog op een njet van de UKIP botsen. Die laatste partij vormt een eigen Europese fractie, de EVD (Europa van Vrijheid en Democratie), met onder meer de Lega Nord (Italië), LAOS (Griekenland), de Deense Volkspartij, de Ware Finnen en Philippe de Villiers uit Frankrijk. Het Griekse LAOS en Frank Vanhecke uit ons land zullen dan wel verdwijnen, maar onder meer de Finse en Deense populisten staan op forse winst in de peilingen. Zij halen in de peilingen 20 tot 25%. Bovendien kan de afschaffing van de Duitse kiesdrempel leiden tot enkele verkozenen voor het rechts populistische Alternative für Deutschland dat volgens de peilingen tot 6 verkozenen kan halen. Het behoud van de EVD-fractie zou hierdoor mogelijk zijn.

    Om de rechtse fractie rond FPÖ, FN en Wilders overeind te houden, moest het Oostenrijkse FPÖ een gevestigde waarde uit de partij zetten. Andreas Mölzer was jarenlang een boegbeeld van de partij en was nooit verlegen om een racistische uitspraak of om het ophemelen van de nazi’s. Enige mediabelangstelling hiervoor in de aanloop naar de Europese verkiezingen dwong FPÖ-leider Strache om Mölzer aan de kant te zetten. Onder meer de Zweedse SD (Zweedse Democraten) hadden daarop aangedrongen. Het Front National hield voorlopig ook nog de deur open om met het Hongaarse Jobbik samen te werken, maar het ziet er naar uit dat dit bij andere extreemrechtse krachten een brug te ver kan zijn. Met volgens de peilingen 20 zetels voor het Franse FN ziet het er naar uit dat Marine Le Pen aan zet zal zijn om een fractie samen te stellen (daarvoor zijn 25 zetels uit vier landen vereist). Voorlopig wordt uitgekeken naar FPÖ, VB, FN, PVV en SD. Bij het opzetten van een ‘jongerenvleugel’ onder voorzitterschap van VBJ-voorzitter Van Grieken was de PVV wel afwezig en was er nog sprake van vier partijen.

    Als de fractie van Marine Le Pen de hardliners (NPD, Jobbik, Gouden Dageraad) erbuiten kan houden, wat mathematisch waarschijnlijk is, ziet het er voor die neonazi’s niet direct naar uit dat ze zelf een fractie kunnen samenstellen. Maar ondertussen blijft het feit dat er naast de reeds bestaande Europese fractie van rechtse populisten rond de Britse UKIP (met alles samen tot 35 à 40 leden) wellicht een nieuwe hardere extreemrechtse fractie komt met een 30-tal leden. Samen met de allerhande neonazi’s komen we in totaal aan tot 70 zetels, wat meer is dan de liberale fractie of de radicale linkerzijde (zelfs indien die volgens de peilingen kan groeien van 35 tot een 50-tal leden).

    Oekraïense hypocrisie doorprikt burgerlijke strategie

    Alle extreemrechtse krachten over eenzelfde kam scheren, is te kort door de bocht. Er zijn verschillen tussen de rechtse populisten die er niet in slagen om stabiele partijstructuren uit te bouwen, de neofascistische partijen die heel ver meegaan in het populistische model of de vrij openlijk neonazistische partijen.

    Maar allen hebben ze gemeen dat ze kunnen groeien – zelfs indien het geen stabiele groei is – op een voedingsbodem van sociale tekorten en bijhorende spanningen. De afkeer tegenover de gevestigde partijen en hun beleid is bijzonder groot en volkomen terecht. Zij laten ons opdraaien voor een crisis die wij niet veroorzaakt hebben. Zij snoeien hard in onze levensstandaard, denk maar aan de Griekse lonen die met een kwart daalden, en zetten verschillende bevolkingsgroepen tegen elkaar op zodat we de echte verantwoordelijken voor de crisis niet zouden aanpakken: de bankiers en andere grote aandeelhouders die ook tijdens deze crisis hun fortuin zagen toenemen.

    Als het de burgerij zo uitkomt om de eigen winstbelangen veilig te stellen, worden racisme en verdeeldheid gesteund. In Oekraïne zagen we hoe verschillende Europese leiders nog een stap verder gingen en een neofascistische partij in hun marionettenregering opnamen. Diegenen die zoals Verhofstadt in ons land het luidste hun morele verontwaardiging tegenover extreemrechts van de daken schreeuwen, stonden vooraan in de rij om extreemrechts in Oekraïne te omarmen. Dat doorprikt de liberale benadering van antifascisme dat beperkt is tot morele argumenten. Op het einde van de rit telt ook daar het motto ‘Zuerst das fressen und dann die Moral’. De winsthonger van de 1% rijksten weegt net iets zwaarder door dan de morele argumenten.

    Wij bestrijden extreemrechts met een sociaal alternatief, met verenigende eisen in plaats van de door de burgerij gezaaide verdeeldheid onder de onderdrukten verder uit te vergroten. Het waren niet de werkloze zigeuners uit Oost-Europa of de meisjes met een hoofddoek bij ons die verantwoordelijk zijn voor de huidige crisis, maar wel de bankiers en grote aandeelhouders. In onze strijd tegen de machthebbers staan we verenigd sterker dan als we verdeeld zijn. Iedere werkende weet dat er meer kan afgedwongen worden als alle collega’s aan hetzelfde zeel trekken. Waarom denk je dat er tientallen functieclassificaties in het leven worden geroepen? Om wie hard werkt te belonen of om verdeeldheid op de werkvloer te organiseren? Alles wat ons verdeelt, verzwakt ons. Samen staan we sterker in een levensnoodzakelijke strijd voor een alternatief op een systeem dat ons enkel miserie en sociale aftakeling te bieden heeft.

    De arbeidersbeweging heeft de afgelopen decennia een aantal tradities verloren en het collectieve bewustzijn is terug geslagen onder het neoliberale offensief. Maar dat zal niet zo blijven, we moeten eraan bouwen om de tradities van strijd en solidariteit opnieuw op te vestigen en deze te kaderen in de strijd voor een socialistisch alternatief. Het ongenoegen tegenover het huidige beleid neemt toe, maar uit zich niet steeds op een eenduidige wijze. Bij sommigen leidt het tot een foert-stem, bij anderen tot volledige apathie. Dat kunnen we doorbreken als we bouwen aan alternatieven. Blokbuster wil daar alvast een actieve rol in blijven spelen.

    [divider]

    Overzicht: naar 70 extreemrechtse en rechts-populistische verkozenen in het volgende Europees Parlement?

    • Frankrijk. FN: 22% en 20 zetels (nu: 3)
    • Verenigd Koninkrijk. UKIP: 25% en 19 zetels  (nu: 10)
    • Hongarije. Jobbik: 22% en 5 zetels (nu: 3)
    • Finland. Ware Finnen: 20% en 4 zetels (nu: 1)
    • Denemarken. Deense Volkspartij: 25% en 4 zetels (nu: 1)
    • Nederland. PVV: 15% en 4 zetels  (nu: 3)
    • Duitsland. NPD: 1,5% en 1 zetel (nu: 0)
    • Oostenrijk. FPÖ: 20% en 4 zetels (nu: 2)
    • Italië. Lega Nord: 5% en 4 zetels (nu: 9)
    • Griekenland. Gouden Dageraad: 7,5% en 2 zetels (nu: 0)
    • Zweden. Zweedse Democraten: 5% en 1 zetel (nu: 0)
    • België. VB: 8% en 1 zetel (nu: 1)
    • Slovakije: Slovaakse Nationale Partij: 6,7% en 1 zetel (nu: 1)

    (gegevens van diverse peilingen, onder meer op pollwatch2014.eu)

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop