Duizenden mensen trokken vandaag in Brussel op straat om te protesteren tegen racisme. Het platform voor de betoging werd ondersteund door een brede waaier aan verenigingen en organisaties. Er was een opmerkelijk diverse aanwezigheid, met onder meer een grote Koerdische delegatie. Wij waren aanwezig met een delegatie en plaatsten verschillende stands. Er was heel wat interesse in ons maandblad, met onder meer dit standpunt over de strijd tegen racisme.. Hieronder enkele fotoreeksen.
De afgelopen maanden was er geen overkoepelend algemeen protest tegen de rechtse regering. Acties in onder meer de zorgsector of recent nog in de chemiesector toonden wel aan dat het ongenoegen nog springlevend is. Meer nog: na jaren van besparingsbeleid is het enkel toegenomen. Alle acties overtroffen de verwachtingen. Maar een strijdplan om allemaal samen opbouwende acties te ondernemen om de rechtse regering weg te krijgen, was er niet. Dat leidt onvermijdelijk tot elementen van ontgoocheling en hier en daar wat frustratie. Maar het potentieel van sociaal verzet blijft ondertussen bestaan. Dit werd opnieuw bevestigd met de Grote Parade van Hart boven Hard en Tout Autre Chose.
De organisatoren spreken van 10.000 aanwezigen. Er was inderdaad een mooie opkomst. De gevestigde media zullen mogelijk vooral vergelijken met de aantallen op de vorige parades, maar uiteraard moet rekening gehouden worden met de context van afwezigheid van een veralgemeende beweging. Bovendien was de mobilisatie vooral langs Nederlandstalige kant gevoerd, een meer zichtbare campagne langs Franstalige kant had het aantal betogers ongetwijfeld verder de hoogte ingestuwd.
Het concept van de Parade bestond uit een optocht die eindigde aan een lange tafel waarover gestapt werd en nadien op geklopt werd. Dat werd gekoppeld aan een verklaring waarin het asociale beleid aangeklaagd werd. Er werd gewezen op de vele alternatieven van de betogers. Dit bleef allemaal vaag, maar we merkten onder de aanwezigen een grote openheid tot discussie.
Dit systeem laat zich niet temmen, het zorgt voor een steeds grotere ongelijkheid. Een breuk met het kapitalisme is nodig: wij pleiten voor een socialistisch alternatief. LSP was aanwezig met een groep militanten die goed onthaald werden. We verkochten 45 exemplaren van ons maandblad en haalden 109 euro strijdfonds op met badges.
De Grote Parade van Hart boven Hard en Tout Autre Chose maakte zijn naam waar. Het was inderdaad een erg grote optocht die in de vorm van een parade door Brussel trok. De organisatoren spreken van 25.000 aanwezigen.
De politie telde 14.000 aanwezigen, de gevestigde media namen dit veelal over in hun online berichten. Zo kregen de deelnemers van de Parade bevestiging van de nood aan eigen media. Berichtgeving die bij gebrek aan voldoende personeel de bal misslaat, is overigens ook een gevolg van het winstbejag waarbij op kostenposten als journalisten wordt bespaard.
De Grote Parade heeft eens te meer aangetoond dat het ongenoegen tegen het asociale beleid van de rechtse regering niet verdwenen is. Er loopt heel veel fout in deze kapitalistische maatschappij waar enkel de winsten van de superrijken van tel zijn. Van huisvesting over gezondheidszorg tot het klimaat en de aanvallen op de arbeidsvoorwaarden van alle werkenden. Het ongenoegen beperkt zich niet tot één thema: het is heel breed met tal van pijnpunten die aangeklaagd werden.
De Parade toonde ook een roep naar ‘iets anders’, naar alternatieven. Op dat vlak is er natuurlijk nog geen eensgezindheid of duidelijkheid. Het is een discussie die bezig is, waarbij het belangrijk is dat we de ruimte laten om ze effectief te voeren en niet proberen om ons te beperken tot de grootste gemene deler. Wij merkten alvast een grote openheid onder de aanwezigen om de discussie aan te gaan, ook over een consequent socialistisch alternatief zoals wij dat naar voor schuiven.
Wie verder wil discussiëren over de strijd voor een socialistische samenleving, nodigen we graag uit naar Socialisme 2016: een dag vol discussie en debat. Wie alternatieve media zoals deze wil steunen, kan dit door een abonnement op ons papieren maandblad te nemen.
Blokbuster en ALS houden enquête op ‘Fête Divers’ waaruit grote steun voor betoging blijkt
Foto: Jean-Marie Versyp
Terwijl Pegida Vlaanderen een 200-tal extreemrechtse racisten verzamelde waaronder Filip Dewinter, militanten van Voorpost en anderen, kwamen in het Rabotpark, net buiten de ring, 400 antiracisten samen die tegenover de haat een positieve boodschap van solidariteit brachten. Onze jongerenorganisatie ALS en antifascistische campagne Blokbuster waren uiteraard ook van de partij op dit feest.
Verslag door Michael
We juichen het toe dat er iets georganiseerd werd zodat Pegida niet op straat kon komen zonder antiracistisch antwoord. Pegida kan door de mediabelangstelling en de beperkte tegenkanting wel versterkt uit deze actie komen. Als Pegida er vertrouwen uit haalt voor een nieuwe actie in Gent, moeten we voorbereid zijn.
Het is in dat kader dat ALS en Blokbuster een enquête afnamen onder de deelnemers van Fête Divers. We vroegen de antiracisten hoe we best reageren op een volgende actie van Pegida. We stelden drie opties voor:
niets doen om hen geen aandacht meer te geven;
opnieuw een feest van de diversiteit aan de rand van de stad organiseren om duidelijk te maken dat er meer mensen voor diversiteit zijn dan voor vreemdelingenhaat;
een betoging door het stadscentrum te houden om duidelijk te maken dat de bewoners van onze stad de gemeenschappen die er deel van uitmaken niet tegen elkaar laten opzetten en dat we zo de stad terugeisen voor de meerderheid van de bevolking.
We haalden 132 enquêtes op. Van de 132 duidden er 78 aan dat ze volgende keer liever wilden deelnemen aan een betoging; 48 wilden opnieuw een gelijkaardig feest en 6 gaven aan dat ze een feest in het stadscentrum wilden, hoewel dat niet expliciet bij de mogelijkheden stond. Dat is 59,09% voor een betoging, 36,36% voor een feest buiten het centrum, 4,54% voor een feest in de stad en 0% om niets te doen.
Wij steunen de meerderheidsstem van de enquête. We denken dat er inderdaad goede mobilisaties nodig zullen zijn die de stad Gent onder druk zetten om een vreedzame betoging van antiracisten en buurtbewoners toe te laten. Zo’n betoging kan dan uitmonden in een volksfeest waar nog muziek, speeches, … aan kunnen gekoppeld worden.
Een positief alternatief?
Actie van Pegida Vlaanderen met op de eerste rij Filip Dewinter en Gents VB-kopstuk Deckmyn. Foto: Jean-Marie Versyp
Tijdens het afnemen van de enquête hadden we heel boeiende gesprekken en discussies over Pegida, de lessen uit Duitsland maar ook over alternatieven. Vaak werd namelijk de vraag gesteld of een betoging wel een voldoende positief alternatief is, of dat niet te veel meegaat in een wij-zij retoriek, of een feest dan niet positiever is. Wij denken dat het positieve alternatief niet per se ligt in de methode, maar in de boodschap en de inhoud van elke actie. Noch een betoging, noch een feest voor diversiteit bieden op zich een concreet antwoord op de pijnlijke realiteit dat diversiteit helaas eerder werkloosheid, armoede en racisme betekent voor de bevolking van allochtone afkomst. Het biedt ook geen antwoord op de wanhoop, angst en armoede die mensen in handen van extreemrechts kan drijven. De vraag is welke eisen we stellen om een alternatief te bieden op de verdeeldheid die ontstaat door besparingen, werkloosheid en sociale afbraak!
ALS en Blokbuster komen op voor een links beleid van werkherverdeling, uitbreiding van sociale diensten, wijkfaciliteiten, democratisch onderwijs voor iedereen, … Dat betekent logischerwijs ook dat we tegen de sociale afbraak en tegen het besparingsbeleid van de traditionele partijen (ook van de SPa en Groen in Gent) ingaan. Het is immers net door dat beleid dat een toenemende groep van de samenleving vervreemdt. Dat beleid vergroot de ruimte voor allerhande reactionaire stromingen, zowel extreemrechtse als Salafistische, die er op uit zijn om verdeeldheid onder de werkende bevolking te zaaien met racisme en haat. Enkel door gezamenlijk en solidair te strijden voor een degelijke job, een kwaliteitsvolle woning en een échte toekomst voor iedereen, ongeacht afkomst, kunnen we een antwoord bieden op de wanhoop waarop reactionairen vandaag teren.
Om gezamenlijk en solidair te strijden voor een echt alternatief, denken we dat een betoging een krachtiger signaal geeft, meer mensen op de been kan brengen én alle gemeenschappen van alle hoeken van Gent kan samenbrengen. Als we een betoging kunnen koppelen aan de eis voor socialistische maatregelen die de toekomst van de meerderheid van de bevolking verdedigen, is dat volgens ons het sterkst mogelijke signaal dat we kunnen geven. Het zou aantonen dat we ons niet laten wegduwen en dat extreemrechts niet het gevoel krijgt dat ze ongestoord verder kunnen gaan. Het kan niet zijn dat de stad wordt overgenomen door extreemrechts terwijl de antiracisten buiten het centrum worden gehouden. Betogingen zijn de succesvolle methode geweest die in Duitsland, Pegida heeft kunnen tegenhouden. In steden waar dit niet gebeurd is, zoals in Dresden, kon Pegida heel snel vertrouwen winnen en groeien tot ettelijke duizenden aanhangers.
Na haar passage in Antwerpen wil Pegida Vlaanderen op 13 april in Gent verzamelen. Met deze actie probeert Pegida zich te manifesteren tegen wat zij “de islamisering” van de maatschappij noemt. In de praktijk is dit een weinig verhuld excuus om openlijk op straat te komen met racistische en reactionaire ideeën. We mogen deze haat geen ruimte geven, protest is noodzakelijk!
Pegida mag in ons land dan wel een marginale beweging zijn die de rangen van het Vlaams Belang en diverse neonazigroeperingen niet overstijgt, toch speelt het in op een breder aanwezig racisme. De neoliberale besparingen zorgen overal voor tekorten. De sociale zekerheid wordt uitgehold, de werkloosheid neemt toe, de wachtlijsten worden alsmaar langer, … Op de frustraties en het ongenoegen dat hierdoor ontstaat, kan extreemrechts groeien.
Ook gewelddadige groepen neonazi’s proberen zich op te bouwen. Denk maar aan Gouden Dageraad in Griekenland of Casapound in Italië die in het offensief gaan tegen migranten, holebi’s, linkse activisten, … Deze neonazi’s schuwen het geweld niet. Als Pegida in ons land aan het verzamelen blaast, zullen de lokale aanhangers van Gouden Dageraad en Casapound eens te meer van de partij zijn.
We mogen de straat niet overlaten aan Pegida. Een massamobilisatie kan een verdere ontwikkeling van Pegida stoppen. Pegida begon in Duitsland. In Dresden werd het een massabeweging. Het massale protest ertegen zorgde ervoor dat het zich niet verder kon verspreiden en leidde tot een versplintering van Pegida in Dresden zelf. Het wijst op het belang van een massale mobilisatie als antwoord op racisme en haat.
De antifascistische campagne Blokbuster en de Actief Linkse Studenten verdedigen de noodzaak van een mobilisatie en campagne naar een tegenbetoging zodra Pegida de kop opsteekt. De geslaagde anti-NSV betoging, tegen de studenten van het Vlaams Belang, op 12 maart in Gent was een goede aanzet naar een actie tegen Pegida op 13 april. Toen kwamen ruim 400 voornamelijk jongeren op straat tegen een honderdtal extreemrechtse betogers.
Louter op straat komen, is evenwel niet genoeg. Zolang de voedingsbodem van sociale en economische tekorten blijft bestaan en er geen collectief en strijdbaar alternatief door links wordt aangeboden, kan extreemrechts vroeg of laat terug op de voorgrond treden. De strijd tegen Pegida en tegen racisme is dan ook een strijd tegen de besparingen en de gevolgen van de crisis. Als Gouden Dageraad vandaag in Griekenland in de peilingen terrein moet prijsgeven, is het omdat veel van zijn kiezers hoop vestigen in Syriza. Een breuk met het besparingsbeleid kan de opmars van extreemrechts stoppen. Maar als Syriza faalt, kan de wanhoop van Gouden Dageraad mogelijk versterkt terugkomen.
Het kapitalisme is niet in staat om brede lagen van de bevolking een degelijke toekomst te bieden. Een ander maatschappijmodel is noodzakelijk. Een samenleving waar niet de winsten van een kleine minderheid centraal staan, maar de noden van de meerderheid van de bevolking. Doe mee!
13 april: 20u Rabotpark (Opgeëistenlaan) te Gent: actie tegen Pegida in de vorm van een “fête divers”
Door de wind en door de regen trokken maar liefst 20.000 mensen op in De Grote Parade. Het was een diverse optocht die aangaf dat het ongenoegen tegenover het besparingsbeleid van alle regeringen groot is.
Een meerderheid van de betogers was Nederlandstalig, Hart boven Hard ontwikkelde eerst langs Vlaamse kant. Daarmee bevestigt De Grote Parade wat eerder bleek tijdens het actieplan van de vakbonden: het verzet tegen het Thatcheriaanse beleid wordt nationaal gedragen. Als er al twee democratieën zijn, zoals de N-VA graag beweert, loopt de scheidingslijn niet langs taalgrenzen maar hebben we hun beleid dat van bovenaf wordt opgelegd tegenover ons verzet dat van onderuit wordt opgebouwd.
De Grote Parade toonde nogmaals het potentieel voor een brede beweging tegen het rechtse beleid. Na het eerste actieplan eind 2014 leken de vakbondsleidingen te aarzelen. Onderhandelen over deelakkoorden zonder inhoud of een veelvoud aan acties zonder duidelijke opbouw, waren daar de uitdrukkingen van. Wij bleven steeds op het potentieel voor een tweede actieplan wijzen. Dit potentieel toonde zich reeds bij de militantenconcentraties van 11 en 19 maart. Nu werd het op krachtige en overtuigende wijze bevestigd in De Grote Parade.
Hart boven Hard kon tot een succes uitgroeien omdat er nood was aan het organiseren van de bredere solidariteit met het verzet tegen het huidige beleid. De vakbonden slaagden er met hun acties in het najaar in om andere lagen mee in actie te trekken. Jongeren namen de kop van de betoging van 6 november, tot groot genoegen van de aanwezige syndicalisten waren er ook veel Nederlandstalige jongeren waaronder een ruime delegatie Gentse scholieren. Daarnaast was er ook steun vanuit onder meer de socioculturele sector. Hart boven Hard wist op deze basis uit te groeien tot een breed gedragen overkoepeling.
De Grote Parade versterkt het verzet. Jammer genoeg werd het door delen van de vakbondsleidingen aangegrepen om zelf geen nieuwe grote betoging te organiseren om een tweede actieplan op gang te trekken. Het zorgde ervoor dat het leek alsof de vakbondsleiding nu op haar beurt op sleeptouw werd genomen door Hart boven Hard. Dat ruim 20.000 mensen dit weer trotseerden en vele anderen enkel omwille van de weersomstandigheden op het laatste moment besloten om niet te betogen, denk maar aan gezinnen met kinderen, wijst op een enorme actiebereidheid. Waarom wordt gewacht om deze mobilisatiebereidheid in te zetten voor een nieuw algemeen actieplan?
Terecht wilden de organisatoren de diversiteit van de beweging benadrukken. Er was een immense diversiteit in de optocht. Wij denken dat diversiteit niet door regels moet opgelegd worden, maar spontaan moet ontwikkelen. Regels zoals onder meer de beperking van het aantal vlaggen die enkel in het laatste blok mochten, kunnen zich ook tegen ons keren. Denk maar aan het terechte protest van ACOD tegen de absurde voorwaarden die voor de betoging van 24 maart in Antwerpen werden opgelegd. Vrije discussie in een beweging onder alle deelnemers kan ons enkel versterken en biedt ook de mogelijk om inzake programma sterker te staan. Een inclusieve benadering lijkt ons de beste om de bestaande diversiteit ruimte te geven. Zo kunnen we meteen ook vermijden dat groepen zoals de aanwezige Berbers en Koerden ook naar de staart van de optocht moesten omdat ze vlaggen bijhadden.
Na De Grote Parade en deze nieuwe bevestiging van het potentieel voor het verzet tegen het Thatcheriaanse beleid volgen deze week de regionale acties van de vakbonden. Die lijken niet allemaal even goed georganiseerd te zijn, met hier en daar verdeeldheid aan de top. Dit beantwoorden we best met eenheid van onderuit om door het succes van de acties onze leidingen tot een nieuw actieplan te dwingen. Zou de regering een dergelijk actieplan met een nationale betoging in gemeenschappelijk front als aanloop naar een 48-urenstaking overleven?
De Griekse bevolking heeft aangetoond dat er ook op politiek vlak alternatieven op de eenheidsworst van besparingspartijen mogelijk zijn. Een offensieve en inclusieve benadering van eenheid bracht Syriza in de regering. Ook in ons land zijn stappen in deze richting nodig, vandaar onze blijvende steun aan de oproep van ABVV Charleroi Zuid Henegouwen om al wie links van de christendemocratie, sociaaldemocratie en groenen staat te verenigen in een brede, democratische, inclusieve strijdpartij met respect voor alle deelnemers. Vandaar ook onze spijt dat PVDA langs Franstalige kant GO (Gauche d’Ouverture) meteen na de verkiezingen alweer heeft opgedoekt. De discussie over een politieke vertaling van het verzet zal verdergaan en LSP is bereid om daar met iedereen over in discussie en actie te gaan.
Het weer was een spelbreker en toch waren er meer dan 20.000 mensen op De Grote Parade van Hart boven Hard. Het bevestigt het enorme potentieel van verzet tegen het besparingsbeleid van de rechtse regering. Een verslag volgt nog, maar hierbij alvast enkele fotoreportages vanop de betoging.
Zondag vindt ‘De Grote Parade’ van Hart boven Hard plaats. LSP roept op om deel te nemen aan deze belangrijke betoging die duidelijk kan maken dat het verzet tegen het asociale beleid springlevend is en waar tegelijk de discussie over alternatieven kan gevoerd worden. Afspraak komende zondag vanaf 13u, vertrek van de parade om 14u aan het Noordstation in Brussel.
Eerder publiceerden we een interview met David Murgia, de woordvoerder van Tout Autre Chose (Franstalige tegenhanger van Hart boven Hard). Hieronder een kopie daarvan.
[divider]
Tout Autre Chose, de Franstalige tegenhanger van Hart boven Hard
Op 11 december werd de Franstalige tegenhanger van Hart boven Hard voorgesteld. Onder de naam Tout Autre Chose werden de eerste acties gehouden tijdens de nationale algemene staking van 15 december. Er werd ook geprotesteerd tegen de uitsluiting van werklozen met een zogenaamde inschakelingsuitkering, een asociale maatregel die nog van de regering-Di Rupo komt en op 1 januari in werking trad. Deze actie werd samen gehouden met Acteurs des Temps Présents, Hart boven Hard en het netwerk Stop Artikel 63§2. We spraken over Tout Autre Chose met David Murgia, een van de woordvoerders van de beweging.
Van waar komt Tout Autre Chose?
“In Vlaanderen werd de beweging Hart boven Hard opgezet als reactie op onder meer de besparingen in de culturele sector. Het ging om maatregelen van de Vlaamse regering die erg hard aankwamen. Hart boven Hard oversteeg al snel het strikt culturele kader om een kritiek te brengen op het volledige besparingsbeleid, ook dat van de federale regering. Op de nationale betoging van 6 november was Hart boven Hard erg zichtbaar aanwezig. Er werden hierna nog acties opgezet die de stakingen en het verzet tegen het besparingsbeleid versterkten en tegelijk het democratisch debat aanzwengelen.
“Tout Autre Chose volgt de oproep van Hart boven Hard, beide initiatieven werken samen. Op elke bijeenkomst van Hart boven Hard zijn er vertegenwoordigers van Tout Autre Chose en vice versa. In Brussel is er een gezamenlijke werkgroep opgezet die een eerste vergadering hield op 18 januari. Het gaat om een nationale beweging tegen de maatregelen van de federale regering. Er wordt een grote actie voorzien op 29 maart in Brussel.”
Wat wordt met het initiatief beoogd?
Acteur David Murgia bracht vorig jaar op Socialisme 2014 een stuk. “Het idee is om te investeren in een ruimte die nog open werd gelaten door de vakbonden waarbij we op een erg brede wijze progressieve burgers verenigen tegen het reactionaire beleid. De huidige situatie politiseert, verdeelt, radicaliseert en dit blijft zeker niet beperkt tot syndicale kringen. De regering-Di Rupo had al een reeks besparingsmaatregelen opgelegd. Maar nu wordt een versnelling hoger geschakeld. Zoals de oproep stelt, moeten we dringend handelen vooraleer de helse machine van alles voor de winst een einde maakt aan wat nog overblijft van onze vrijheden.
“Het klopt dat er langs Franstalige kant al een erg diverse dynamiek tegen het besparingsbeleid is. Zo is er de alliantie D19-20 [aanvankelijk opgezet voor het protest tegen het Europees besparingsverdrag en het Transatlantisch vrijhandelsverdrag, noot van de redactie], Acteurs des Temps Présents [gesteund door onder meer de metaalcentrale van het ABVV in Brussel en Wallonië, noot van de redactie], … Tout Autre Chose wil de standpunten en acties van die bewegingen eveneens naar voor brengen en ervoor zorgen dat diegenen die tegen de heersende ideologie ingaan meer gehoor krijgen.
“Een van de eerste doelstellingen is het bieden van een antwoord op het heersende discours dat stelt dat er geen alternatief is, dat we langer moeten werken omdat we langer leven, … We willen wijzen op de ideeën die daarachter zitten en oproepen tot discussie over alternatieven, waarbij we onder alle lagen van de bevolking het debat willen aanwakkeren.
“Er zijn een aantal belangrijke discussies nodig, onder meer over fiscaliteit. België staat immers bekend als belastingparadijs voor het kapitaal en een fiscale hel voor werkenden. Maar het blijft daar niet bij. We willen ook de wijze waarop de democratie vandaag werkt in vraag stellen, waarbij we grotere nadruk willen leggen op collectief uitgewerkte democratische beslissingen in plaats van unilaterale beslissingen van de machtigen. We willen het debat over een rechtvaardige verdeling van rijkdom voeren, waarbij het solidaire welzijn niet ten koste mag gaan van wie elders woont of van toekomstige generaties. We mogen niet toelaten dat een handvol mensen zich de voordelen van collectieve inspanningen toe-eigenen.”
Hoe werd dit initiatief onthaald?
“We kregen snel toegang tot de media, ook de buitenlandse, en het initiatief werd ruim verspreid via sociale media. Het geeft aan dat onze vaststellingen breed gedragen worden. Er waren al gauw een duizendtal volgers voor de facebookgroep en duizenden mensen tekenden de online oproep. Dat is belangrijk. Ons aantal geeft ook legitimiteit aan onze standpunten.
“De eerste actie van Tout Autre Chose vond plaats tijdens de nationale algemene staking. Er werd een fietstocht langs stakersposten georganiseerd in Brussel, net zoals Hart boven Hard dit onder meer in Gent en Antwerpen deed. Op de avond van de staking was er in Luik een informatievergadering.
“De uitdaging is nu om ervoor te zorgen dat mensen het initiatief opnemen waardoor het vorm krijgt. Zo willen we bijdragen aan de golf van verzet waarop al wie tegen het besparingsbeleid wil ingaan kan bouwen.”
De basistekst van Tout Autre Chose gaat terecht in tegen “de politiek van de sterken die de zwakken verpletteren. Dit beleid is onrechtvaardig, werkt niet en brengt ons tot een gewelddadige samenleving (…) Het besparingsbeleid faalt stelselmatig om de eigen zogenaamde doelstellingen te bereiken. De Europese landen waar dit recept opgelegd wordt, kennen een grotere armoede, ongelijkheid en ook geweld. We willen geen samenleving die bang is van de andere, bang voor zichzelf en bang voor de toekomst. We zeggen stop aan deze stap achteruit.” Er wordt verder gegaan: “We denken dat het niet volstaat om in verzet te gaan, verworvenheden te verdedigen, een uitgeblust maatschappijmodel te behouden. We moeten opkomen voor iets totaal anders.” LSP kan zich daar enkel maar in vinden.
We kunnen ons vinden in de stelling dat er “geen begrotingsprobleem is, maar slechts een fiscaal probleem.” We erkennen natuurlijk dat er een fiscaliteit met twee snelheden bestaat in België. Maar we gaan een stap verder: de huidige crisis zit ingebakken in het functioneren van het kapitalisme zelf. We moeten gedurfde voorstellen bespreken die ons toelaten om te breken met de dictatuur van de markten.
Het klopt dat “de ideeën van solidariteit, consensus en sociaal overleg in vraag gesteld worden.” We zijn het daarmee eens en grijpen deze kans aan om een balans op te maken van het overleg tussen de zogenaamde sociale partners (met name vakbonden en werkgevers). In de jaren voor het begin van de crisis en de komst van de regeringen onder leiding van Di Rupo en Michel was er ook sprake van sociale achteruitgang. We konden allemaal vaststellen dat het niet mogelijk is om een ‘consensus’ te vinden tussen twee werelden met zulke verschillende belangen als die van de arbeid en die van het kapitaal.
Tout Autre Chose roept op om “samen te bouwen aan een totaal andere samenleving die de weg van de solidariteit terugvindt.” We willen de uitdaging aangaan en in het debat tussenkomen met een pleidooi voor een strijdbaar syndicalisme en een strijd tegen het besparingsbeleid die gekoppeld wordt aan de strijd voor een antikapitalistische alternatief op basis van democratische controle en beheer van de economie, een socialistische samenleving.
Tout Autre Chose, de Franstalige tegenhanger van Hart boven Hard
Op 11 december werd de Franstalige tegenhanger van Hart boven Hard voorgesteld. Onder de naam Tout Autre Chose werden de eerste acties gehouden tijdens de nationale algemene staking van 15 december. Er werd ook geprotesteerd tegen de uitsluiting van werklozen met een zogenaamde inschakelingsuitkering, een asociale maatregel die nog van de regering-Di Rupo komt en op 1 januari in werking trad. Deze actie werd samen gehouden met Acteurs des Temps Présents, Hart boven Hard en het netwerk Stop Artikel 63§2. We spraken over Tout Autre Chose met David Murgia, een van de woordvoerders van de beweging.
Van waar komt Tout Autre Chose?
“In Vlaanderen werd de beweging Hart boven Hard opgezet als reactie op onder meer de besparingen in de culturele sector. Het ging om maatregelen van de Vlaamse regering die erg hard aankwamen. Hart boven Hard oversteeg al snel het strikt culturele kader om een kritiek te brengen op het volledige besparingsbeleid, ook dat van de federale regering. Op de nationale betoging van 6 november was Hart boven Hard erg zichtbaar aanwezig. Er werden hierna nog acties opgezet die de stakingen en het verzet tegen het besparingsbeleid versterkten en tegelijk het democratisch debat aanzwengelen.
“Tout Autre Chose volgt de oproep van Hart boven Hard, beide initiatieven werken samen. Op elke bijeenkomst van Hart boven Hard zijn er vertegenwoordigers van Tout Autre Chose en vice versa. In Brussel is er een gezamenlijke werkgroep opgezet die een eerste vergadering hield op 18 januari. Het gaat om een nationale beweging tegen de maatregelen van de federale regering. Er wordt een grote actie voorzien op 29 maart in Brussel.”
Wat wordt met het initiatief beoogd?
Acteur David Murgia bracht vorig jaar op Socialisme 2014 een stuk.
“Het idee is om te investeren in een ruimte die nog open werd gelaten door de vakbonden waarbij we op een erg brede wijze progressieve burgers verenigen tegen het reactionaire beleid. De huidige situatie politiseert, verdeelt, radicaliseert en dit blijft zeker niet beperkt tot syndicale kringen. De regering-Di Rupo had al een reeks besparingsmaatregelen opgelegd. Maar nu wordt een versnelling hoger geschakeld. Zoals de oproep stelt, moeten we dringend handelen vooraleer de helse machine van alles voor de winst een einde maakt aan wat nog overblijft van onze vrijheden.
“Het klopt dat er langs Franstalige kant al een erg diverse dynamiek tegen het besparingsbeleid is. Zo is er de alliantie D19-20 [aanvankelijk opgezet voor het protest tegen het Europees besparingsverdrag en het Transatlantisch vrijhandelsverdrag, noot van de redactie], Acteurs des Temps Présents [gesteund door onder meer de metaalcentrale van het ABVV in Brussel en Wallonië, noot van de redactie], … Tout Autre Chose wil de standpunten en acties van die bewegingen eveneens naar voor brengen en ervoor zorgen dat diegenen die tegen de heersende ideologie ingaan meer gehoor krijgen.
“Een van de eerste doelstellingen is het bieden van een antwoord op het heersende discours dat stelt dat er geen alternatief is, dat we langer moeten werken omdat we langer leven, … We willen wijzen op de ideeën die daarachter zitten en oproepen tot discussie over alternatieven, waarbij we onder alle lagen van de bevolking het debat willen aanwakkeren.
“Er zijn een aantal belangrijke discussies nodig, onder meer over fiscaliteit. België staat immers bekend als belastingparadijs voor het kapitaal en een fiscale hel voor werkenden. Maar het blijft daar niet bij. We willen ook de wijze waarop de democratie vandaag werkt in vraag stellen, waarbij we grotere nadruk willen leggen op collectief uitgewerkte democratische beslissingen in plaats van unilaterale beslissingen van de machtigen. We willen het debat over een rechtvaardige verdeling van rijkdom voeren, waarbij het solidaire welzijn niet ten koste mag gaan van wie elders woont of van toekomstige generaties. We mogen niet toelaten dat een handvol mensen zich de voordelen van collectieve inspanningen toe-eigenen.”
Hoe werd dit initiatief onthaald?
“We kregen snel toegang tot de media, ook de buitenlandse, en het initiatief werd ruim verspreid via sociale media. Het geeft aan dat onze vaststellingen breed gedragen worden. Er waren al gauw een duizendtal volgers voor de facebookgroep en duizenden mensen tekenden de online oproep. Dat is belangrijk. Ons aantal geeft ook legitimiteit aan onze standpunten.
“De eerste actie van Tout Autre Chose vond plaats tijdens de nationale algemene staking. Er werd een fietstocht langs stakersposten georganiseerd in Brussel, net zoals Hart boven Hard dit onder meer in Gent en Antwerpen deed. Op de avond van de staking was er in Luik een informatievergadering.
“De uitdaging is nu om ervoor te zorgen dat mensen het initiatief opnemen waardoor het vorm krijgt. Zo willen we bijdragen aan de golf van verzet waarop al wie tegen het besparingsbeleid wil ingaan kan bouwen.”
De basistekst van Tout Autre Chose gaat terecht in tegen “de politiek van de sterken die de zwakken verpletteren. Dit beleid is onrechtvaardig, werkt niet en brengt ons tot een gewelddadige samenleving (…) Het besparingsbeleid faalt stelselmatig om de eigen zogenaamde doelstellingen te bereiken. De Europese landen waar dit recept opgelegd wordt, kennen een grotere armoede, ongelijkheid en ook geweld. We willen geen samenleving die bang is van de andere, bang voor zichzelf en bang voor de toekomst. We zeggen stop aan deze stap achteruit.” Er wordt verder gegaan: “We denken dat het niet volstaat om in verzet te gaan, verworvenheden te verdedigen, een uitgeblust maatschappijmodel te behouden. We moeten opkomen voor iets totaal anders.” LSP kan zich daar enkel maar in vinden.
We kunnen ons vinden in de stelling dat er “geen begrotingsprobleem is, maar slechts een fiscaal probleem.” We erkennen natuurlijk dat er een fiscaliteit met twee snelheden bestaat in België. Maar we gaan een stap verder: de huidige crisis zit ingebakken in het functioneren van het kapitalisme zelf. We moeten gedurfde voorstellen bespreken die ons toelaten om te breken met de dictatuur van de markten.
Het klopt dat “de ideeën van solidariteit, consensus en sociaal overleg in vraag gesteld worden.” We zijn het daarmee eens en grijpen deze kans aan om een balans op te maken van het overleg tussen de zogenaamde sociale partners (met name vakbonden en werkgevers). In de jaren voor het begin van de crisis en de komst van de regeringen onder leiding van Di Rupo en Michel was er ook sprake van sociale achteruitgang. We konden allemaal vaststellen dat het niet mogelijk is om een ‘consensus’ te vinden tussen twee werelden met zulke verschillende belangen als die van de arbeid en die van het kapitaal.
Tout Autre Chose roept op om “samen te bouwen aan een totaal andere samenleving die de weg van de solidariteit terugvindt.” We willen de uitdaging aangaan en in het debat tussenkomen met een pleidooi voor een strijdbaar syndicalisme en een strijd tegen het besparingsbeleid die gekoppeld wordt aan de strijd voor een antikapitalistische alternatief op basis van democratische controle en beheer van de economie, een socialistische samenleving.
Twee weken na de massale Franse betogingen voor het recht op vrije meningsuiting en tegen haat en terreur, legt de stad Antwerpen een betogingsverbod op. De verhoogde terreurdreiging werd eerder zichtbaar in het straatbeeld door het leger in te zetten. Nu komt daar een betogingsverbod bij omdat deze een gevaar voor de openbare orde zouden vormen en de inzet van agenten vergen.
Komende maandag waren twee betogingen gepland. Vanuit extreemrechtse hoek was er een betoging in navolging van de Duitse antimigrantenbeweging Pegida gepland. Er was een tegenactie opgezet met een ‘Wake voor vrede en verdraagzaamheid’. Het initiatief ging uit van Hart boven Hard en kreeg massale steun, op facebook waren reeds zowat 3000 mensen ingeschreven voor deze betoging.
De actie van Pegida in Antwerpen werd steeds openlijker gelieerd aan het Vlaams Belang, maar Pegida kan ook op sympathie in andere kringen rekenen. Zo kwam er steun vanuit de studentenclub KVHV, dat vooral met N-VA banden heeft. Het Duitse kopstuk van Pegida, Lutz Bachmann, is een voormalige crimineel die door Zuid-Afrika werd uitgewezen en die nu ontslag nam als woordvoerder van Pegida nadat foto’s waren uitgelekt waarop hij met Hitlerkapsel en bijhorend snorretje poseert. Bachmann omschreef buitenlanders als “beesten, tuig en vuilnis”. In eigen land werd de eerste woordvoerder van Pegida, Hans Dubois, al aan de kant geschoven omdat hij oor had voor de politieke druk om de geplande actie af te lassen. De voormalige Voorpost-militant werd opgevolgd door Wim Van Rooy, de vader van VB’er Sam Van Rooy en zelf publicist die de totale oorlog aan de islam verklaart. Kortom, een figuur die niet te openlijk maar toch sterk genoeg met de organiserende partij is verbonden. En een betoging die voor Bart De Wever en zijn partij wel eens gênant kon zijn indien enkele jonge partijgenoten daar al te ostentatief aanwezig waren.
De geplande tegenbetoging van Hart boven Hard kreeg steeds meer steun. Het werd duidelijk dat de poging om Pegida in Vlaanderen op te zetten, gemarginaliseerd zou worden door het massale verzet ertegen. Dit zou de drempel om aan de actie van Pegida deel te nemen verhogen. De organisatoren van Pegida verwachtten naar eigen zeggen 500 deelnemers, maar dat lijkt ons een overdrijving. Een tegenbetoging met duizenden aanwezigen zou de krachtsverhouding duidelijk gemaakt hebben.
Maar nu komt de Antwerpse burgemeester dus met een betogingsverbod. Vrije meningsuiting wordt aan banden gelegd. Toch komt De Wever verklaren dat hij opkomt voor een “Westerse manier van leven” met inbegrip van democratische rechten en vrijheden. Hij vergeet erbij te vermelden dat hij wenst dat iedereen zijn conservatieve visie blindelings volgt en dat democratische rechten enkel voor hemzelf gelden. Hoe ziet De Wever dit monopolie op meningsuiting binnen zijn pleidooi rond vrijheden? Als hij het over de ‘Westerse manier van leven” heeft, bedoelt hij dan onder meer een beleid dat ellende en ontbering aanricht onder een groot deel van de bevolking terwijl enkel de superrijken steeds rijker worden, ons de oorlog injagen op basis van leugens zoals in Irak in 2003 en ons een islamofoob discours aanpraten na de aanslagen van 11 september 2001? Het is niet verwonderlijk dat jongeren zich daar tegen afzetten en alternatieven zoeken. Niet dat fundamentalisten die bieden, geen enkele terreuraanslag heeft de positie van gewone moslims in het Westen of het Midden-Oosten al verbeterd. In het Midden-Oosten zijn ze de eerste slachtoffers van sectair geweld. En hier wordt de terreur gebruikt voor meer repressie, discriminatie en als rookgordijn voor het establishment om geen verantwoording te moeten afleggen over het asociale besparingsbeleid.
Als er olie op het vuur kan gegoten worden, is De Wever overigens steeds van de partij. Begin 2014 verklaarde hij dat moslimterreur “de ergste dreiging sinds Hitler” vormt. Na de aanslagen in Parijs ging hij op ramkoers waarbij hij uitdrukkelijk stelde dat er van verzoening geen sprake kan zijn. “Verzoenen en verenigen kun je alleen op een platform van gedeelde waarden”, luidde het toen. En voor jongeren die open staan voor islamfundamentalisme had hij volgende subtiele boodschap: “Als je de Westerse manier van leven, de samenleving die je heeft grootgebracht en je enorm veel heeft gegeven, verwerpt en wil bestrijden met geweld, dan is er maar één vrijheid: de vrijheid om te vertrekken.” En dan zou een wake voor vrede en verdraagzaamheid een bedreiging voor de openbare orde vormen?
Het betogingsverbod is een vreselijke inbreuk op onze democratische rechten en vrijheden. Het recht om ons te organiseren en op straat te komen is afgedwongen door onze voorouders die hiervoor harde strijd hebben moeten leveren. Hierop toegeven is geen optie. Diegenen die argumenteren dat het betogingsverbod toch meteen ook de actie van Pegida verbiedt, waardoor de tegenactie aan belang inboet, vergissen zich. Als we voor de strijd tegen extreemrechts en racisme beroep doen op een establishment dat zelf de islamofobe uitspraken niet schuwt, zullen we bedrogen uitkomen. Als we hiervoor ook nog ons recht op organisatie en protest moeten prijsgeven, loont het al helemaal niet de moeite. Extreemrechts stoppen, kan het beste door massale mobilisaties van onderuit. Net zoals repressie het gevaar van fundamentalisme niet zal stoppen, zal repressie evenmin een antwoord bieden op de acties van de islamofobe fundamentalisten van Pegida.
Hoe moet het nu verder? Er is nood aan een breed gedragen campagne om elke aanslag op onze democratische rechten te stoppen. Waarom geen mobilisatie starten naar een nationale betoging mee ondersteund en gedragen door de vakbonden om het recht op collectieve actie in Antwerpen opnieuw af te dwingen? Indien dit gekoppeld wordt aan een boodschap van solidariteit tegen haat en terreur, biedt het meteen een gelegenheid om op offensieve wijze een echt antwoord op de terreurdreiging en de racistische haat te bieden.
Het establishment zegt vandaag dat het fundamentalisme wil aanpakken in het onderwijs, de gevangenissen, … Als het personeel van zowel het onderwijs als de gevangenissen meer middelen eist om beter hun taak te kunnen vervullen, hebben de regeringen daar geen oren naar. Dan geldt het argument dat we in het kader van de besparingen allemaal ons steentje moeten bijdragen. Een massaal programma van publieke investeringen in onderwijs, sociale huisvesting en openbare diensten zou werk creëren en zou ervoor zorgen dat jongeren een toekomstperspectief hebben binnen onze samenleving. Het verzet tegen het besparingsbeleid in het najaar bood in die zin het beste antwoord op terreurdreiging en haat. Het rechtse beleid van sociale afbraak en bijhorende sociale problemen en vervreemding, biedt geen antwoorden. Het is onderdeel van het probleem, niet van de oplossing.
We kunnen daarmee breken. Er is voldoende rijkdom aanwezig om iedereen een toekomstperspectief te bieden. Maar dan moeten we als gemeenschap wel iets over die rijkdom te zeggen hebben. Nu is dit niet het geval, de 1% rijksten bezitten evenveel als de 99% armsten waardoor er in de praktijk een dictatuur van de 1% is. Het politieke establishment rijdt voor de belangen van die 1%. Laat ons daar een einde aan maken en opkomen voor een systeem in het belang van de meerderheid van de bevolking. Daartoe moeten we de financiële en andere sleutelsectoren in publieke handen nemen en onder de controle en beheer van de gemeenschap plaatsen. Kortom een democratisch geplande economie als onderdeel van een socialistische samenleving.