Tag: 3M

  • 3M: geen vertrouwen in directie of regering om gezondheidscrisis aan te pakken

    Het hoofdkwartier van 3M in de VS. (foto vanop Wikipedia)

    Onderzoek toont aan dat wie op minder dan 3 kilometer van 3M woont alarmerende hoge waarden van PFAS in het bloed heeft. Dit geldt uiteraard ook voor het personeel van 3M. Na een onderzoek van 800 bloedstalen door het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid was de conclusie dat Zwijndrecht internationaal “één van de ergere hotspots” is. Waarom kwam er nu pas een onderzoek? Wat kunnen bezorgde werknemers en omwonenden doen?

    Vlaams minister Zuhal Demir (N-VA) leek zich nu vastberaden op te stellen en liet een deel van de productie van 3M stil leggen. Ze doet zich radicaal voor om de banden tussen 3M en het politieke establishment, inclusief haar eigen partij, te verdoezelen. Liever één bedrijf laten vallen om de andere te beschermen. Terwijl de vervuiling al jaren bekend is, kreeg 3M de voorbije jaren veel Vlaamse subsidies. Sinds 2013 ging het om 5 miljoen euro waarvan 2 miljoen euro uit het Vlaams Klimaatfonds. In dezelfde periode werd er fors bespaard op de controlediensten. De radicaliteit van Demir is hypocriet: ze wil 3M los trekken van de algemene problematiek van industriële vervuiling, de politieke verantwoordelijkheid daarvoor wegstoppen en tegelijk nog eens politiek scoren zonder een echte oplossing aan te bieden voor de omwonenden of het personeel van 3M.

    De Vlaamse Milieu-inspectie is de voorbije jaren afgebouwd waardoor er minder controles zijn. Op alle departementen die betrokken zijn bij milieu en omgeving is er op tien jaar tijd een vijfde van het personeel geschrapt: van 5.027 voltijdse equivalenten in 2010 tot 4.146 vandaag. Dit beleid wordt doorgezet: het departement Omgeving moet in 2022 opnieuw 5% besparen op personeel. Het resultaat? Volgens het hoofd van de milieu-inspectie werd één op de vijf meest vervuilende bedrijven, de klasse 1 waartoe ook 3M behoort, nog nooit gecontroleerd. De aankondiging van Demir dat er tien milieu-inspecteurs bijkomen, compenseert amper de 26 vertrekkers onder de vorige regering en de 7 onder de huidige regering.

    Voor transparantie inzake de productie of voor ernstige gezondheidsmaatregelen, kunnen we niet op de directie of de traditionele politici rekenen. We moeten zelf van onderaf opkomen voor een publieke controle op het volledige productieproces en de gezondheidsgevolgen ervan. Hiervoor zal een protestbeweging nodig zijn om te vermijden dat dergelijke controle een inefficiënt doekje voor het bloeden is. In de onderhandelingen over een sectorakkoord dwongen de vakbonden een voortgezet gezondheidstoezicht af zodat werknemers die met chemische risico’s in aanraking kwamen ook na hun loopbaan worden opgevolgd. Dit is een belangrijke stap vooruit, afgedwongen door de dreiging met collectieve actie in de sector.

    De pogingen om personeel en omwonenden tegen elkaar op te zetten, zijn een klassiek voorbeeld van verdeel en heers. Het gaat hier echter niet om een keuze tussen jobs en gezondheid. Gezondheid van de werknemers moet mee centraal staan. Het gebruik van vervuilende stoffen bedreigt evengoed het personeel. Aangezien 3M verantwoordelijk is, moet dat bedrijf opdraaien voor de gevolgen. Als delen van de productie sluiten wegens gezondheidsoverwegingen, dan moet het volledige personeel garantie van werk en volledig loon krijgen.

    Omwonenden zijn terecht bezorgd. 3M moet ook daar zijn verantwoordelijkheid nemen met compenserende maatregelen voor wie wil verhuizen. Dit moet geen decennia duren, zoals bij de loodvergiftiging door Umicore in Hoboken. 3M moet niet beweren dat het dit niet kan betalen: het bedrijf maakte vorig jaar wereldwijd 5,4 miljard dollar winst. In 2019 was de vestiging in Zwijndrecht goed voor 17 miljoen euro winst op een omzet van 300 miljoen euro. Daarvan ging er 13 miljoen euro rechtstreeks naar de Amerikaanse aandeelhouders.

    Als 3M niet bereid is om publieke controle op de productie toe te laten, onafhankelijke medische opvolging van het personeel en de omwonenden te betalen, alle jobs en lonen te garanderen en compensatie te voorzien voor omwonenden die willen verhuizen, wordt het hoog tijd om deze industriële vervuiler te onteigenen zonder compensatie en het bedrijf in publieke handen te nemen. Onze gezondheid is te belangrijk om het aan de willekeur van multinationals over te laten. Wij eisen de nationalisatie van de klimaatcriminelen zodat echte transparantie mogelijk is over de industriële vervuiling, en zodat er met behoud van jobs en bijhorende knowhow een milieuvriendelijke alternatieve productie kan uitgebouwd worden.

  • Levi Sollie (Algemene Centrale): “Personeel van 3M voelt zich emotionele speelbal”

    Spandoek van de Algemene Centrale Antwerpen-Waasland

    Terecht is er veel aandacht voor de mensen die in de buurt van de vestiging van 3M in Zwijndrecht wonen. Zij zijn samen met de werknemers en voormalige werknemers van 3M de eerste betrokkenen. Voor het ABVV vertegenwoordigt de Algemene Centrale Antwerpen-Waasland het personeel van 3M. We spraken met vakbondssecretaris Levi Sollie.

    Interview uit maandblad De Linkse Socialist

    Hoe ervaren de personeelsleden van 3M de discussie over de vervuiling? 

    “Zij voelen zich natuurlijk een emotionele speelbal. Hun bedrijf is nu al wekenlang kop van jut in de media. Er is ook heel wat onzekerheid over de stoffen waar velen van hen jaren mee gewerkt hebben.”

    Er is een onderzoek door 3M zelf, het Vlaams parlement doet een onderzoek. Wat zijn de syndicale voorstellen hierover?

    “3M hanteert als centrale stelling dat ‘er geen wetenschappelijk bewijs is dat PFOS de gezondheid schaadt’. Nochtans zijn er heel wat wetenschappelijke studies en rapporten die het tegenovergestelde beweren. 3M heeft de productie van PFOS in het begin van deze eeuw stopgezet. In Zwijndrecht gebeurde dat in 2002. Vandaag zijn er van de 168 arbeiders van voor 2002 nog een zeventigtal in dienst.”

     “We eisen dat eventuele gevolgen van blootstelling aan PFOS blijven gemonitord en opgevolgd worden. Dit zowel voor de werknemers die nog in dienst zijn als voor diegenen die het bedrijf ondertussen hebben verlaten.”

    “De wetgeving voorziet dat werknemers die worden blootgesteld aan chemische agentia na het einde van de blootstelling kunnen blijven genieten van een toezicht op hun gezondheidstoestand. De werkgever is hiervoor verantwoordelijk. Alleen, deze wetgeving is vandaag nog altijd dode letter in ons land.”

    “Wij vragen dus dat er nu dringend werk gemaakt wordt van een voorgezet gezondheidstoezicht voor alle werknemers. Ook voor de ex-werknemers dient dit te gebeuren. We eisen eveneens dat dit onafhankelijk van 3M gebeurt. Desnoods moet de overheid de ex-werknemers aanschrijven en uitnodigen voor een jaarlijks voortgezet gezondheidstoezicht.”

    “Er moet ook duidelijkheid komen voor de werknemers aangaande hun bloedwaarden. 3M is in september een nieuw bloedonderzoek gestart. Heel wat van de huidige en een beperkte groep ex-werknemers neemt hieraan deel. We willen dat de analyse en rapportage van deze stalen niet enkel aan 3M wordt overgelaten. Een onafhankelijke overheidsinstantie moet hierbij betrokken worden.”

    Hoe kan de arbeidersbeweging meer controle uitoefenen?

    “Bedrijven zouden verplicht moeten worden om de kennis die ze hebben van chemische stoffen en productieprocessen veel meer te delen met de gemeenschap. We blijven te veel in het ongewisse over de mogelijke effecten van chemische stoffen op mens en milieu. Dit argument gaat extra op voor de vele nieuwe stoffen die de afgelopen jaren op de markt kwamen.”

    “De overheid moet er voor zorgen dat de inspectiediensten meer mensen en middelen krijgen. Ze moeten opnieuw doen waarvoor ze zijn opgericht: veelvuldig controle uitoefenen op het terrein. Het is belangrijk dat ze ook over de nodige expertise beschikken. Meer artsen, chemici, fysici en ingenieurs dienen aangeworven om efficiënt te kunnen controleren.”

    “Vakbonden en vakbondsafgevaardigden moeten eveneens op de expertise van de inspectiediensten beroep kunnen doen. De drempel om contact te leggen met inspectiediensten moet lager.”

    “De bevoegdheden van het CPBW (comité preventie en bescherming op het werk) moeten worden uitgebreid. In de wet staat dat we recht hebben op alle documenten aangaande veiligheid en welzijn, maar in de praktijk krijgen delegees die vaak niet. De faciliteiten voor de afgevaardigden moeten worden uitgebreid. Velen geven nu het signaal dat ze praktisch niet van de werkvloer weg kunnen vanwege de alsmaar krapper wordende ploegbezettingen en de stijgende werkdruk in het algemeen. Hun taak in het comité wordt daardoor veel moeilijker om in de praktijk uit te voeren. De tijd en ruimte om dieper in te gaan op zaken zoals wetgeving aangaande chemische agentia of milieuwetgeving is er nog amper. Je taak uitoefenen als comité-afgevaardigde betekent dat je ook de tijd zou moet hebben om met collega’s te discussiëren en overleggen aangaande de veiligheid en het welzijn. Het betekent dat je bijvoorbeeld ter plaatse moet kunnen gaan na een arbeidsongeval. Die mogelijkheid is er nu vaak niet. De rol van de afgevaardigden in het veiligheids- en welzijnsbeleid dient opnieuw centraler gesteld. We zullen hiertoe zelf harder op tafel moeten kloppen want de patroons gaan het niet in onze plaats doen.”

    Om ons meer te laten betalen voor energie of transport, wordt het argument van de ‘vervuiler betaalt’ gebruikt. Wordt dit ook gebruikt bij 3M en industriële vervuiling?

    “In de VS heeft 3M  reeds meerdere schikkingen getroffen of werd het veroordeeld tot het betalen van grote schadevergoedingen. Analisten van Merrill Lynch schatten dat de schadeclaims die 3M nog wachten in de miljarden dollars kunnen lopen.” 

    “Het is een belangrijk principe dat de vervuiler betaalt, maar we moeten vooral zorgen dat er geen milieuschade wordt aangericht. We kunnen niet blijven tolereren dat er wordt vervuild. Chemische bedrijven moet de geldende regels volgen en transparant zijn over wat ze produceren en met welke producten ze werken.”

  • 3M. Onze gezondheid beschermen, betekent strijden tegen het systeem

    Het hoofdkwartier van 3M in de VS. (foto vanop Wikipedia)

    De gevestigde politici waren minstens sinds 2017 op de hoogte, maar pas toen de omwonenden zich ermee bemoeiden kwam de vervuiling door chemisch bedrijf 3M in de aandacht. Er heerst een grote ongerustheid onder de omwonenden en onder het personeel van 3M en andere chemische bedrijven. Wat zit er nog allemaal in de grond? Wat betekent dit voor onze gezondheid? En vooral: kunnen we er iets aan doen?

    PFOS

    PFOS, ofte perfluoroctaansulfonaten, zijn chemische stoffen die behoren tot de brede familie van de PFAS (poly- en perfluoralkylstoffen). Er bestaan ongeveer 6.000 dergelijke stoffen. Ze hebben zo’n sterke moleculaire structuur dat ze amper afbreekbaar zijn. Enkel bij verhitting tot 1200 à 1500 graden vallen ze uit elkaar. Het is mogelijk om grond en water te filteren, maar dan blijft het nodig om de stoffen bij die extreme temperaturen te verbranden. Het is nog onduidelijk wat er bij die verbranding in de lucht terechtkomt… De ‘forever chemicals’ ofte eeuwigdurende chemicaliën hebben in die zin wat weg van radioactief afval.

    Deze chemische stoffen worden gebruikt in producten als regenjassen, brandblusschuim, verpakkingen, schoonmaakmiddelen of anti-aanbakpannen. Ze zijn waterafstotend en hittebestendig, wat hen heel interessant maakt. Er zijn tot op heden geen volwaardige alternatieven voor de PFAS.

    Tot in 2002 werd PFOS gebruikt door 3M. Het bedrijf stopte er toen mee, wellicht ingegeven door het gevaar voor de gezondheid dat ermee verbonden was. De directie ontkende dat, maar wist al sinds de jaren 1970 dat PFOS gevaarlijk is. Harvard-professor Philippe Grandjean, gespecialiseerd in de gezondheidseffecten van PFAS: “Hadden we eind jaren 70 geweten wat 3M op dat moment wist, dan hadden we als wetenschappers veel sneller aandacht gehad voor deze problematiek.” 3M deed niets. Eind jaren 1990 nam de milieuspecialist van het bedrijf ontslag uit protest tegen het gebrek aan aanpak van PFOS. Liever de gezondheid van het eigen personeel in gevaar brengen, dan raken aan de winsten van de aandeelhouders.

    In 2004 toonde onderzoek aan dat de waarden in de buurt rond 3M in Zwijndrecht te hoog waren. In 2010 werd het bedrijf in Minnesota vervolgd wegens gelijkaardige vervuiling. Dat proces eindigde in 2018 toen 3M het afkocht voor 850 miljoen dollar. Eveneens in 2018 sloot 3M een dading met Lantis (toen nog BAM), de bouwheer voor de Oosterweelverbinding, omtrent de PFOS-vervuiling in Zwijndrecht. Dit kost het chemisch bedrijf 75.000 euro. Vervuiling is in België wel veel goedkoper dan in de VS…

    PFAS zijn overal in het milieu, in meer of mindere mate zitten ze ook in ons bloed. Van enkele van deze stoffen is het ondertussen duidelijk dat ze negatieve effecten op de gezondheid hebben, onder meer inzake kansen op het krijgen van kanker, het verzwakken van het immuunsysteem of nog een verstoring van de hormonenbalans. De PFOS-vervuiling in een straal van 15 kilometer rond de fabriek van 3M in Zwijndrecht is de grootste vastgestelde ter wereld.

    Alle politieke instanties wisten ervan, niemand deed iets

    De top van 3M heeft sinds de start van de PFOS-productie in de jaren 1960 stelselmatig kennis over de schadelijkheid achtergehouden. Pas toen dat niet meer mogelijk was, werd de productie ervan gestopt. In 2017, ten laatste in 2018, wisten zowat alle politieke instanties in ons land van de vervuiling in Zwijndrecht. Het was geweten bij de verantwoordelijke Vlaamse ministers (CD&V’ster Schauvliege en N-VA’er Weyts) en bij Lantis, de bouwheer van de Oosterweelverbinding, waarin de N-VA van Antwerps burgemeester De Wever meer dan één vinger in de pap te brokken heeft.

    De overheden wisten het, maar dachten enkel na over hoe ze erover zouden communiceren. Eigenlijk vooral over hoe het nieuws uit de openbaarheid kon gehouden worden. Waarom? De Oosterweelwerken mochten geen vertraging oplopen, de sterkst vervuilde grond afgraven betekent al gauw enkele duizenden kubieke meters verplaatsen en het bekendmaken van de vervuiling zou de rol van zowel de directie van 3M als de overheden naar boven brengen. De directie van 3M dacht ongetwijfeld dat het ermee weg kon komen. Jarenlang is er niet of bijzonder laks opgetreden door de overheden, ook niet bij vastgestelde overschrijdingen van normwaarden.

    Vlaams minister Demir stelde 3M en de bestuurders van het bedrijf in gebreke. Nochtans sloot de overheid, via Lantis, eerder een akkoord met 3M waardoor het bedrijf grotendeels vrijuit ging. De Vlaamse regering, ook onder Demir, is bovendien verantwoordelijk voor de jarenlange afbouw van milieucontroles. De administratie die vergunningen moet uitschrijven en daarbij de milieu-effecten onderzoekt, is uitgekleed wat betreft mensen en middelen. Dat maakt dat er sprake is van eeuwigdurende vergunningen waarbij bedrijven zelf de normen bepalen. Zo slaagde 3M er in om de voorgestelde waarde van 1 microgram PFOS in het lozingswater te verdubbelen naar 2 microgram. Anders moest er een nieuw analysetoestel van 300.000 euro aangekocht worden. Het bedrijf dat vorig jaar 3,4 miljard euro aan de aandeelhouders uitkeerde, vond dat teveel.

    Bij gebrek aan milieu-inspecteurs mogen SEVESO-bedrijven (bedrijven waar men gevaarlijke stoffen produceert, verwerkt, behandelt of opslaat) zichzelf controleren. Een voorstel van het Departement Omgeving in 2015 om een databank in te voeren waar die bedrijven hun verslagen moesten uploaden, werd door de Vlaamse regering in samenspraak met de werkgeversfederaties van tafel geveegd. Controle mocht ook niet te gemakkelijk worden…

    Toen het PFOS-schandaal uitlekte, werd de bevolking in een straal van 15 kilometer opgeroepen om geen eieren van kippen in de eigen tuin te eten. Tegelijk werd beslist dat bouwvakkers die dagelijks in de vervuilde grond ploeteren bij de aanleg van de Oosterweelverbinding gewoon moesten doorwerken. De ‘werf van de eeuw’ gaat voor alles. We kunnen niet op de bazen en hun politici rekenen om onze gezondheid te beschermen!

    Jobs en milieu gaan hand in hand

    Soms worden klimaatmaatregelen tegenover jobs gezet. Als vervuilende bedrijven worden aangepakt, kost dit jobs, luidt het argument. Wij zijn het daar niet mee eens: opkomen voor gezonde werkomstandigheden betekent niet dat er minder werk is, integendeel. Een groene transitie zou wereldwijd miljoenen jobs vergen bij de reconversie van vervuilende bedrijven en sectoren, wetenschappelijk onderzoek naar duurzame productie, groene energie, openbaar vervoer … Er zijn dringend grote veranderingen nodig, wat niet kan zonder er miljoenen werkenden voor in te zetten. Maatregelen om de escalerende klimaatcrisis onder controle te krijgen, zijn nodig om het menselijk leven op de planeet, en dus ook de bijhorende jobs, te vrijwaren.

    De arbeidersbeweging stond steeds vooraan in de strijd tegen vervuiling. Preventie en bescherming op het werk, en dus ook in de omgeving van het werk, moeten afgedwongen worden. Voor vervuilende bedrijven dringt de noodzaak van een doorgedreven medische en wetenschappelijke opvolging door onafhankelijke publieke instanties zich op. Dergelijke opvolging mag zich niet beperken tot wie er vandaag werkt, maar moet doorlopen bij ex-werknemers en gepensioneerden.

    Er is reconversie van vervuilende industrie nodig. Dit moet gebeuren zonder afdankingen: het personeel moet aan de slag blijven met behoud van de arbeids- en loonvoorwaarden. Het personeel weet wat en hoe er geproduceerd wordt en is dus goed geplaatst om alternatieven voor te stellen. Als deze niet gericht zijn op de winsten van de aandeelhouders, maar op het maatschappelijke nut van de productie, kan er in veel bedrijven en sectoren ongetwijfeld snel naar een veel minder risicovolle productie overgestapt worden. Dit zou zowel het personeel als het milieu ten goede komen. De knowhow van het personeel in vervuilende bedrijven en sectoren is cruciaal om een groene transitie te organiseren.

    Het winstbejag staat vandaag transparantie over het omvangrijke vervuilingsschandaal in Zwijndrecht in de weg. Het spreekt voor zich dat dit winstbejag eveneens een obstakel is voor fundamentelere verandering. Om het uit te schakelen, moeten grote bedrijven en sleutelsectoren (zoals energie, financiewezen, chemische sector …) in publieke handen worden genomen. In een genationaliseerde sector onder controle en beheer van het personeel in de sector en de gemeenschap, kan een planmatige aanpak ontwikkeld worden met het oog op de noden van mens en planeet. Hiervoor moeten we niet rekenen op de gevestigde politici, maar moeten we met de arbeidersbeweging bouwen aan een krachtsverhouding waarmee we een einde kunnen maken aan het kapitalisme. 

     

    Onderzoek naar vervuiling en milieurampen niet overlaten aan bedrijven en politieke verantwoordelijken

    De reportage van Pano (22 september) over de milieu-inspectie deed veel stof opwaaien. Anonieme inspecteurs verklaarden dat het besparingsbeleid controle vaak onmogelijk maakt, waardoor het aan de vervuilende bedrijven wordt overgelaten om zichzelf te controleren. Als de milieu-inspectie wel optreedt, is er politieke druk om niet te streng te zijn. Dit was ook het geval met 3M, het bedrijf dat in opspraak kwam door de vervuiling met PFOS.

    Zowel na het vervuilingsschandaal van 3M als de overstromingsramp in Wallonië werd een parlementaire onderzoekscommissie opgericht. Naar de overstromingen is er ook een gerechtelijk onderzoek. Er wordt onder meer onderzocht wie wanneer wat wist en hoe er met die informatie werd omgesprongen. In het PFOS-schandaal wordt steeds duidelijker dat het volledige politieke establishment al jaren op de hoogte was, maar enkel oog had voor de ‘communicatie’ hierover. Het is belangrijk dat die commissies zoveel mogelijk informatie blootleggen. Maar over het feit dat de rode loper wordt uitgerold voor vervuilende bedrijven die met het oog op winstmaximalisatie hun personeel en de omwonenden in gevaar brengen, zal de 3M-commissie wellicht weinig zeggen. De onderzoekscommissie naar de overstromingen zal evenmin ingaan op het beleid dat de effecten van extreem weer voor de bevolking verergt.

    Er wordt terecht gewezen op de tekorten als gevolg van het besparingsbeleid, onder meer bij de civiele bescherming, hulpdiensten zoals de brandweer of nog bij de milieu-inspectie. Dat wijst op een nefaste rol van de politici die verantwoordelijk zijn voor dit beleid. Het is niet verwonderlijk dat dezelfde politici de parlementaire onderzoekscommissies vooral gebruiken om te scoren met straffe uitspraken of door de hete aardappel naar anderen door te schuiven. Als er al iets van beleidsverandering uit die commissies komt, zal dit eerder het resultaat zijn van maatschappelijke druk.

    De besparingen aanklagen, is erg belangrijk. De kern van het probleem zit echter nog dieper: het hele systeem is schuldig. De arbeidersbeweging is de kracht die systeemverandering kan bekomen. Zij was historisch de eerste die reageerde op milieuvervuiling en sindsdien steeds de strijd aanging voor gezonde en veilige werk- en leefomgevingen. Dat is geen toeval: het zijn de werkenden en hun gezinnen die de eerste slachtoffers zijn van vervuiling wegens winstbejag, maar ook van de gevolgen van extreem weer door klimaatverandering. Die gevolgen worden versterkt door het falende beleid waarin het winstbejag van de grote bedrijven steeds op mens en milieu voorgaat.

    Het onderzoek naar de PFOS-vervuiling en dat naar de overstromingen mogen we niet aan de parlementen of gerechtelijke instanties overlaten. Er zijn meer publieke controle-instanties nodig, waarin de eerste betrokkenen, de werkende klasse, een actieve rol spelen. Dat is onderdeel van onze strijd om democratische controle en planning van de productie door de meerderheid van de bevolking. 

  • 3M: directie wil vervuiling in doofpot, overheidscontrole schiet tekort

    Klimaatprotest in 2019: ‘Our climate, not their business’. Onze gezondheid mogen we niet aan hun winstbejag overlaten

    Het vervuilingsschandaal van 3M leidt tot debat en onderzoek. Nadat het PFOS-schandaal algemeen bekend werd en er terecht grote ongerustheid ontstond, zag het Vlaams Parlement zich verplicht om een onderzoekscommissie in te stellen. Daarbij werd eerst naar de Amerikaanse directie van 3M geluisterd, pas daarna volgden vertegenwoordigers van de vakbonden om de stem van het personeel te horen. Nochtans zijn zij net als de omwonenden de eerste betrokkenen die enorm geschokt zijn door de onthullingen en de mogelijke effecten ervan op hun gezondheid en leven.

    De directie van 3M getuigde niet in het belang van het personeel of de omwonenden. Het effect van PFAS op het personeel en de volksgezondheid werd zoveel mogelijk ontkend. In de VS lopen er nochtans in minstens zes staten processen tegen het bedrijf wegens PFOS en aanverwante stoffen. Er zijn daar parlementaire debatten over strengere regels inzake chemische stoffen, wat 3M veel geld zou kosten voor het herstel van bewezen milieuschade. 3M is meer dan gelijkaardige bedrijven in handen van investeringsfondsen en keerde vorig jaar 3,4 miljard dollar uit aan de aandeelhouders. Dit geeft aan welke belangen verdedigd worden door de directie.

    Het voorstel van 3M om bloedstalen af te nemen en in de VS te analyseren, is niet ernstig en eigenlijk onvoorstelbaar. Dat is een poging om het vervuilingsschandaal in de doofpot te steken. De controle op het onderzoek mag niet overgelaten worden aan een vervuilende multinational die enkel oog heeft voor de aandeelhouders.

    Terwijl Antwerpen één van de belangrijkste clusters van chemische bedrijven ter wereld kent, blijkt in dit debat dat de overheid onvoldoende heeft geïnvesteerd in diensten om de gevolgen van deze activiteiten op personeel en omwonenden op te volgen. Zo is er in Antwerpen geen sociaal inspecteur-arbeidsgeneesheer beschikbaar om de afgevaardigden van het personeel bij te staan in de debatten en het onderzoek bij 3M. Dit is bijzonder schrijnend en het toont de gevolgen van een beleid dat de rode loper uitrolt voor de directies van grote bedrijven, maar amper interesse vertoont in de gevolgen van de productie voor het personeel en de volksgezondheid.

    De vakbonden eisen terecht een uitbreiding van toezicht op de gevolgen van het werk op de gezondheid van personeel in zowel de chemische sector als andere sectoren waar er risico’s aan het werk verbonden zijn. Eerder pleitten ze voor een uitbreiding van de bevoegdheden van het Comité Preventie en Bescherming op het Werk. Dat is inderdaad noodzakelijk: elke bescherming op het werk is afgedwongen door de arbeidersbeweging die daar al sinds de ontwikkeling van het kapitalisme voor moet strijden.

    De werkenden en omwonenden zijn de eerste slachtoffers van de industriële vervuiling, waarvan de volledige schaal in de Antwerpse chemiesector nog niet geweten is. Hun belangen en dus die van de volksgezondheid moeten centraal staan. Dit botst onvermijdelijk op het winstbejag van de grote bedrijven. Opkomen voor een gezonde en veilige werk- en leefomgeving is onderdeel van klassenstrijd tussen de werkende klasse en de bazen. Voor het onderzoek naar de gevolgen van de vervuiling door 3M is dit niet anders.

    Een grootschalig biomedisch onderzoek door onafhankelijke publieke instanties, onder controle van vertegenwoordigers van het personeel en de omwonenden, is noodzakelijk. Daarnaast dringt zich de kwestie van een publieke controle-instantie op om onderzoek naar en opvolging van historische en actuele vervuiling te voeren. Ook daarin moeten de belangen van personeel en omwonenden centraal staan. De werkende klasse zal daarvoor moeten strijden. Dit biedt het potentieel om met de klimaatbeweging en de arbeidersbeweging samen op te komen een planmatige aanpak van de economie gericht op de noden van de meerderheid van de bevolking, inclusief die van een gezonde en veilige werk- en leefomgeving.

  • PFOS-schandaal: alle instanties wisten het, niemand deed iets 

    Het PFOS-schandaal rond chemisch bedrijf 3M in Zwijndrecht beroert de gemoederen. Jarenlang kwamen stoffen vrij die amper afbreken en gevaarlijk zijn voor onze gezondheid. Het Amerikaanse bedrijf 3M veegde het gevaar onder de mat, het deed dit ook bij haar vestiging in Minnesota (VS). De afgelopen vijftien tot twintig jaar werd herhaaldelijk op de nefaste gevolgen gewezen. De overheid sloot via Lantis, de bouwheer van de Oosterweelverbinding, zelfs een dading met 3M waardoor de gevolgen van de vervuiling naar de gemeenschap worden doorgeschoven. 

    Tot in 2002 werd PFOS gebruikt door 3M. Het bedrijf stopte er toen mee, wellicht ingegeven door het gevaar voor de gezondheid dat ermee verbonden was, ook al werd dat ontkend. In 2004 toonde onderzoek aan dat de waarden in de buurt rond 3M te hoog waren. In 2010 werd het bedrijf in Minnesota vervolgd wegens gelijkaardige vervuiling. Dit proces eindigde in 2018 toen 3M het afkocht voor 850 miljoen dollar. Eveneens in 2018 sloot 3M een dading met Lantis (toen nog BAM) omtrent de PFOS-vervuiling in Zwijndrecht. Dit kost het chemisch bedrijf 75.000 euro.  

    Vandaag lijken alle instanties de zwarte piet naar elkaar door te schuiven. Zuhal Demir eerst naar haar voorgangers in de Vlaamse regering, sinds 2004 steevast van CD&V-signatuur. Vervolgens werd naar Lantis en OVAM gekeken, die de bal al gauw terugkaatsten. Bij Lantis heeft de N-VA als grootste partij in het Antwerpse stadsbestuur een stevige vinger in de pap, onder meer via sterke man Koen Kennis. Het verklaart waarom de N-VA ‘not amused’ was met de démarche van Demir. Het ‘PFOS-risico’ werd vermeld in het Vlaams Parlement. Het lijkt allemaal op een onontwarbaar kluwen. De enige mogelijke conclusie is dat iedereen ervan wist, maar niemand iets ondernam.  

    In dergelijke kwesties moet de vraag gesteld worden wie er voordeel bij had. Er zijn twee evidente kandidaten: 3M zelf natuurlijk dat geen forse schadevergoedingen of een langdurige juridische strijd wil betalen, en daarnaast het hele project van de Oosterweelverbinding. De belangen van beide liepen samen: de werken aan de Oosterweelverbinding moesten zo vlug mogelijk op gang komen en blijven. Een langdurig proces zou een struikelblok zijn en mogelijk leiden tot het stilleggen van de werken. Het resultaat is een akkoord waarbij zoals steeds de winsten voor de privé zijn en de lasten voor de gemeenschap.  

    Dat principe geldt overigens ook voor de Oosterweelverbinding: een project op maat van de grote bedrijven die last hebben van het fileleed op de Antwerpse Ring. In plaats van te investeren in meer en beter openbaar vervoer en groener goederentransport door massale investeringen in onder meer het spoor, wordt op publieke kosten een extra verbinding over de Schelde aangelegd. Het feit dat de actiegroepen rond de Oosterweelverbinding in 2017, dus voor het sluiten van de dading met 3M, in het Toekomstverbond stapten en mee verantwoordelijk werden voor Lantis, ondergraaft het broodnodige protest vandaag. De actiegroepen zijn ingekapseld in het beleid. Er zullen nieuwe actiegroepen moeten ontwikkeld worden, met een zo democratisch mogelijke betrokkenheid van onderuit en een duidelijk eisenplatform. Dat mag zich niet beperken tot de vraag naar meer transparantie, het neemt best klimaateisen van de jongeren zoals de roep om meer openbaar vervoer, democratische planning en system change over.  

    Nu draait de gemeenschap twee keer op voor het PFOS-schandaal: eerst en vooral voor de gevolgen van de vervuiling in de vorm van een bedreiging voor de gezondheid van tot een miljoen mensen die in een straal van 15 kilometer van de site wonen. Daarna nog een tweede keer voor het inkapselen van de vervuiling.  

    Veel mensen zijn geschokt en bang. Is het in die straal van 15 kilometer rond 3M veilig om eieren van eigen kippen te eten? Wat met groenten en fruit uit eigen tuin? Welke milieuschandalen zijn er nog? Van enkele hebben we weet, onder meer de vervuiling door Umicore in Hoboken. Mogelijk zijn er nog andere schandalen: denk maar aan de ‘onverklaarbare’ geurhinder die al verschillende keren opdook in Antwerpen.  

    De afgelopen jaren zijn duizenden mensen op straat gekomen tegen de wereldwijde klimaatramp, voor schone lucht en tegen het Oosterweelproject. Dit was duidelijk meer dan terecht. Als we niet zelf in actie komen, zijn er pogingen om aantastingen van onze gezondheid onder de mat te vegen omwille van de economische belangen van de grote bedrijven. Dit schandaal toont aan dat hun winsten voor onze gezondheid worden geplaatst. Daar verandering in brengen, vereist een strijd voor systeemverandering. Er is nood aan een systeem waarin de productie gericht is op de maatschappelijke noden, inclusief de nood aan een leefbare en gezonde omgeving. Daartoe moeten de productiemiddelen in publieke handen genomen worden zodat een democratische planning mogelijk wordt. Dat is het socialistisch antwoord waar wij voor opkomen. 

0
    0
    Your Cart
    Your cart is emptyReturn to Shop